Operation Manual

69
Nl
Met deze voorkeur kunt u uw instellingen beschermen
door de instelmenu’s te vergrendelen.
Hoofdmenu Instellingen vergrendelen
Instellingen
` Vergrendeld
` Ontgrendeld
Als “Vergrendeld” is geselecteerd, zijn de instelmenu’s
vergrendeld en kunt u geen instellingen wijzigen.
U kunt de verschillende audio-instellingen veranderen
vanaf het hoofdmenu ( pagina 43).
Opmerking
Deze instellingen zijn niet beschikbaar in elk van de volgende
gevallen:
de instelling “TV audio-uitgang” staat op “Aan
( pagina 66).
–Als deHDMI Regeling(RIHD)” instelling is ingesteld op
Aan” ( pagina 66) en u via de luidsprekers van uw TV
luistert.
Geluidsprogramma
Geluidsprogramma
` Stereobron 1, Stereobron 2, Stereobron 3,
Multikanaalsbron 1, Multikanaalsbron 2,
Multikanaalsbron 3
` Uit
Met deze instelling kunt u de combinatie van instellingen
selecteren die u registreerde in “Geluidsprogramma
bewerken” ( pagina 58).
Opmerking
Deze instelling is niet beschikbaar wanneer de meerkanaals
analoge ingang geselecteerd is.
Als de ingangsselector wordt gewijzigd, wordt de instelling
Geluidsprogramma” terug naar “Uit” geschakeld.
Instellingen toonregeling
Lage tonen
` –10dB op 0dB
op +10dB in 2 dB stappen.
U kunt de mate van het lage frequentiegeluid
opvoeren of indammen.
Hoge tonen
` –10dB op 0dB op +10dB in 2 dB stappen.
U kunt de mate van het hoge frequentiegeluid
opvoeren of indammen.
U kunt de lage en hoge tonen afstellen voor de voorste,
voor-breed, voor-hoog, midden, surround, surround-achter
en subwoofer luidsprekers en de hoge tonen voor de
voorste, voor-breed, voor-hoog, midden, surround en
surround-achter luidsprekers, behalve wanneer de Direct,
Pure Audio of THX luistermodus geselecteerd is.
Bediening van de AV-receiver
Opmerking
Deze instelling is niet beschikbaar wanneer de ingang
multikanaals analoog geselecteerd is.
Luidsprekerniveaus
Subwoofer 1
` –15.0dB op 0.0dB
op +12.0dB in 0,5 dB stappen.
Subwoofer 2
*1
` –15.0dB op 0.0dB op +12.0dB in 0,5 dB stappen.
Centerniveau
` –12.0dB op 0.0dB
op +12.0dB in 0,5 dB stappen.
U kunt het volume van elke luidspreker bijregelen terwijl
u luistert naar een ingangsbron.
Deze tijdelijke instellingen worden geannuleerd als de
AV-receiver op standby wordt gezet. Als u de instelling
wilt opslaan, gaat u naar “Luidspreker calibratie”
( pagina 54) voordat u de AV-receiver op Standby zet.
Opmerking
U kunt deze functies niet gebruiken als de AV-receiver gedempt
is.
Deze instellingen kunnen niet worden gebruikt als de
hoofdtelefoon is aangesloten.
Luidsprekers die op “Nee” of “Geen” staan in de
“Luidsprekerconfiguratie” ( pagina 52) kunnen niet worden
aangepast.
*1
Als de instelling “Subwoofer” op “1ch” staat, kan deze
instelling niet worden geselecteerd ( pagina 52).
Instellingen vergrendelen
De audio-instellingen gebruiken
1
Druk op RECEIVER gevolgd door HOME.
2
Gebruik q/w en ENTER voor het selecteren van
“Audio”, en gebruik daarna q/w/e/r voor het
maken van de gewenste selectie.
1
Druk herhaald op TONE om “Lage tonen” of
“Hoge tonen” te selecteren voor elke luidspreker
of subwoofer.
2
Gebruik + en om aan te passen.