Operation Manual
Geavanceerde bediening
Nl-72
LFE-niveau
■ Dolby Digital
*1
, DTS
*2
, Multikanaals PCM, Dolby
TrueHD, DTS-HD Master Audio, DSD
*3
` –QdB, –20dB, –10dB, of 0dB
Met deze instellingen kunt u het niveau van het LFE-
kanaal (Low Frequency Effects) voor elke ingangsbron
afzonderlijk instellen.
Als de lage frequentie-effecten te luid zijn bij gebruik van
één van deze bronnen, wijzigt u de instelling naar –20 dB
of –Q dB.
*1
Dolby Digital en Dolby Digital Plus-bronnen
*2
DTS en DTS-HD bronnen met hoge resolutie
*3
DSD (Super Audio CD) bronnen
Direct
■ Analoog
Subwoofer
` Uit
` Aan:
Analoge audiosignalen (bassignalen) worden
weergegeven.
Deze instelling bepaalt of analoge audiosignalen al dan niet
worden weergegeven (bassignalen) door de voorste
luidsprekers wanneer de Pure Audio of Direct luistermodus
wordt geselecteerd.
Opmerking
• Indien de “Subwoofer” instelling op “Nee” (➔ pagina 64)
staat, kan deze instelling niet worden geselecteerd.
• Wanneer Digital Processing Crossover Network wordt gebruikt,
is deze instelling niet beschikbaar.
■ DSD
DAC direct
` Uit
` Aan:
DSD-signalen worden niet verwerkt door de DSP.
Deze instelling bepaalt of DSD (Super Audio CD)
audiosignalen al dan niet worden doorgegeven via de DSP
voor A/V Sync, vertraging, enz., verwerking wanneer de
Pure Audio of Directe luistermodus geselecteerd is.
Opmerking
• Wanneer Digital Processing Crossover Network wordt gebruikt,
is deze instelling niet beschikbaar.
Geluidsprogramma bewerken
■ Geluidsprogramma
` Stereobron 1, Stereobron 2, Stereobron 3,
Multikanaalsbron 1, Multikanaalsbron 2,
Multikanaalsbron 3
Wanneer verschillende inhoudstypes worden afgespeeld op
dezelfde bron, of bij het luisteren naar één enkel type op
verschillende bronnen, kunt u de instellingen die het best
passen voor elke inhoud in “Geluidsprogramma” vooraf
registreren. De geregistreerde instellingen kunnen dan
worden opgeroepen en gewijzigd in één set. Gebruik
“Geluidsprogramma bewerken” om een combinatie van
instellingen te registreren en te wijzigen.
Tip
• Om de geregistreerde instellingen te selecteren, zie
“Geluidsprogramma” (➔ pagina 55).
■ Luistermode
U kunt een standaard luistermodus toewijzen die
automatisch zal worden geselecteerd wanneer u het
geluidsprogramma selecteert.
De optie “Laatst geldig” betekent dat de laatst
geselecteerde luistermodus gebruikt zal worden.
De optie “Directe decodering” betekent dat rechtstreekse
decodering luistermodus (Dolby Digital, DTS, enz.) is
geselecteerd.
■ Subwoofer
` Nee, Ja
U kunt kiezen om de subwoofer al dan niet met het
geluidsprogramma te gebruiken.
■ Music Optimizer
*1
` Uit, Aan
Zie “Music Optimizer” (➔ pagina 57).
■ Equalizer
*1
` Uit
` Handmatig:
De handmatige instelling wordt in
“Equalizerinstellingen” (➔ pagina 67) toegepast.
■ Audyssey
*1
` Uit, Movie, Music
Zie “Audyssey” (➔ pagina 56).
■ Dynamic EQ
*1*2
` Uit, Aan
Zie “Dynamic EQ” (➔ pagina 56).
■ Dynamic Volume
*1*2
` Uit, Laag, Medium, Hoog
Zie “Dynamic Volume” (➔ pagina 56).
■ Dolbyvolume
*1
` Uit, Aan
Zie “Dolbyvolume” (➔ pagina 56).
Opmerking
•“Luistermode” is alleen beschikbaar wanneer het ingangssignaal
overeenkomst met de instelling van “Geluidsprogramma”.
• U kunt de instelling “Subwoofer” niet selecteren als u “Nee”
instelt in de “Luidsprekerconfiguratie”.
•“Music Optimizer” is alleen beschikbaar wanneer
“Stereobron 1”, “Stereobron 2” of “Stereobron 3” is
geselecteerd.
• Wanneer “Audyssey Snelle start” gebruikt is om te meten, kan
de “Audyssey” instelling niet worden geselecteerd.
*1
Deze instelling kan niet worden geselecteerd indien de
“Luistermode” instelling op “Pure Audio” of “Direct” staat.
*2
Om deze instelling in te schakelen moet u eerst de
ruimtecorrectie en luidsprekerinstelling uitvoeren.










