Operation Manual
Nl-
127
Gebruik afstandsbediening
IntegraRESEARCH/Onkyo producten met de afstandsbediening bedienen
—Vervolg
F
Afspelen [ ]-knop
Deze knop wordt gebruikt om het afspelen van de
CD te starten.
G
Stop [ ]-knop
Deze knop wordt gebruikt om het afspelen van de
CD te stoppen.
H
Random-knop
Deze knop wordt voor de functie random afspelen
gebruikt.
I
Memory-knop
Deze knop wordt gebruikt voor de geheugenfunctie
afspelen, waarmee u een aangepaste afspeellijst met
tracks kunt samenstellen.
De MiniDisc-mode wordt gebruikt om een Onkyo Mini-
Disc-recorder te bedienen, die via RDC-7.1 is aangeslo-
ten op de .
Om de MiniDisc-mode te selecteren,
drukt u op de [Mode]-knop en draait u vervolgens
aan het bladerwiel totdat “MD” op het display ver-
schijnt.
Opmerking:
Als de [Input]-knop en de [Mode]-knop niet zijn ver-
licht, dan wijzigt u de ingangsbron en de mode van de
afstandsbediening tegelijkertijd als u met het bladerwiel
draait (Als u “TAPE2” selecteert als de bovenste regel,
verschijnt “MD” op de onderste regel).
1
On-knop
Deze knop wordt gebruikt om de MiniDisc-recorder
aan of op standby te zetten.
2
Cijfer-/letterknoppen
Deze knoppen worden gebruikt om tracknummers
en tijdstippen in te voeren. Met behulp van deze
tijdstippen kunt u later bepaalde punten in de tijd
terugvinden.
3
Mode-knop
Deze knop wordt samen met het bladerwiel gebruikt
om de afstandsbedieningsmodes te selecteren. Druk
eerst op deze knop en draai dan aan het bladerwiel
totdat “MD” op het display verschijnt.
4
Display-knop
Deze knop wordt gebruikt om informatie over hui-
dige disc of track, inclusief de verstreken tijd, reste-
rende tijd, totale tijd, enz., weer te geven.
5
Vorige/Volgende [ ]/[ ]-knoppen
De knop Vorige [ ] wordt gebruikt om de vorige
track te selecteren. Tijdens het afspelen selecteert
deze knop het begin van de huidige track. De knop
Volgende [ ] wordt gebruikt om de volgende
track te selecteren.
6
FR/FF
[ ]/[ ]-knoppen
De FR [ ]-knop wordt gebruikt om snel terug-
spoelen te starten. De FF [ ]-knop wordt
gebruikt om snel vooruitspoelen te starten.
7
Pauze [ ]-knop
Deze knop wordt gebruikt om het afspelen van de
MiniDisc te pauzeren.
8
Rec [
●
]-knop
Deze knop wordt gebruikt om MiniDisc-opname te
starten.
9
Repeat-knop
Deze knop wordt gebruikt om de functie afspelen
herhalen in te stellen.
0
Uitwerp [ ]-knop
Deze knop wordt gebruikt om de MiniDisc uit te
werpen.
A
LIGHT-knop
Deze knop wordt gebruikt om de verlichte knoppen
van de afstandsbediening in of uit te schakelen.
B
Clear-knop
Deze knop wordt gebruikt om functies te annuleren
en ingevoerde cijfers te wissen.
C
Input-knop
Deze knop wordt gebruikt om de ingangsbron te
selecteren. Druk eerst op deze knop en draai dan
aan het bladerwiel totdat “TAPE2” op het display
verschijnt.
D
VOL -knop
Deze knop wordt gebruikt om het volume van de
RDC-7.1 in te stellen.
E Muting-knop
Deze knop wordt gebruikt om het geluid van de
RDC-7.1 tijdelijk uit te zetten. Deze functie kan
alleen met afstandsbediening worden ingesteld.
F Afspelen [ ]-knop
Deze knop wordt gebruikt om het afspelen van de
MiniDisc te starten.
G Stop [ ]-knop
Deze knop wordt gebruikt om het afspelen van de
MiniDisc te stoppen.
H Random-knop
Deze knop wordt voor de functie random afspelen
gebruikt.
I Memory-knop
Deze knop wordt gebruikt voor de geheugenfunctie
afspelen, waarmee u een aangepaste afspeellijst met
tracks kunt samenstellen.
MiniDisc-mode