Operation Manual

Nl-62
Beeldscherminstelmenu’s van de DVD-receiver—Vervolg
PAL Output Setting
Met dit onderdeel kunt u opgeven hoe de DVD-receiver
de videosignalen uitvoert wanneer NTSC-formaat DVD-
Video discs of Video-CD’s worden afgespeeld.
Auto (standaardinstelling):
Gebruik deze optie als de TV zowel PAL als NTSC
ondersteunt. De DVD-receiver zet het videoformaat niet
om. Wanneer u een PAL-disc afspeelt, zal de video-uit-
voer in het PAL-formaat zijn. Wanneer u een NTSC-disc
afspeelt, is de video-uitvoer in het NTSC-formaat.
NTSC:
Gebruik deze optie als de TV geen PAL-weergave
ondersteunt of als het beeld vervormd is bij het afspelen
van PAL-discs. De DVD-receiver zet PAL-formaat vide-
osignalen om in een NTSC-compatibel formaat.
PAL:
Kies deze optie als de TV NTSC-weergave niet onder-
steunt, of als het beeld vervormd is als u een NTSC-disc
afspeelt. De DVD-receiver zet video in NTSC-formaat
om in een PAL-compatibel videoformaat dat bekend
staat onder.
Opmerking:
Wanneer u per ongeluk de onjuiste instelling selecteert
en het beeld kwijtraakt, drukt u enkele keren op
[STANDBY/ON] op het voorpaneel terwijl u de knop
Volgende [ ] op het voorpaneel ingedrukt houdt, om
weer beeld te krijgen.
SCART Output Setting
(alleen Europees model)
Met deze instelling kunt u het videoformaat dat moet
worden gebruikt voor de SCART aansluiting (AV CON-
NECTOR) kiezen RGB, en composiet-video. Raadpleeg
voordat u deze instelling verandert eerst de gebruiksaan-
wijzing van de TV om te zien of de SCART ingang ervan
videosignalen van deze formaten kan invoeren.
Composite (standaardinstelling):
Composiet-video biedt standaard beeldkwaliteit.
RGB:
Dit videoformaat biedt de hoogste beeldkwaliteit.
Opmerkingen:
Als u een videoformaat kiest dat niet door de TV
wordt ondersteund, kan het instelmenu op het beeld-
scherm uitgaan. Als dat gebeurt, schakelt u de appara-
tuur uit, sluit u de DVD-receiver aan op de TV met
behulp van een composiet-videokabel, en verandert u
deze instelling.
Wanneer “RGB” is gekozen, zal er niets via de com-
ponentvideo-uitgang en HDMI uitgang worden uitge-
voerd.
Digital/HDMI Audio Out
Met deze instelling kunt u de digitale HDMI-uitvoer
configureren.
All (standaardinstelling):
Dolby Digital- en DTS-signalen worden ongewijzigd
uitgevoerd. Als de TV of versterker niet geschikt is voor
hoge bemonsteringsfrequenties, zet u de “Linear PCM
Out” Out instelling op “Down Sample On” (zie onder).
PCM:
Dolby Digital- en DTS-signalen worden gedownmixed
tot 2 kanalen en uitgevoerd als PCM. Als de TV of ver-
sterker niet geschikt is voor Dolby Digital en DTS, kiest
u deze optie. Een audiosignaal uit luidsprekers die op de
DVD-receiver zijn aangesloten, wordt ook veranderd in
PCM.
Opmerking:
MPEG wordt uitgevoerd als PCM ongeacht de hier
gemaakte instelling.
Linear PCM Out
Met dit onderdeel kunt u instellen of de DVD-receiver-
digitale audio met een hoge bemonsteringsfrequentie
(bijv. 88,2 kHz of 96 kHz) ongewijzigd uitvoert of down-
samplet naar 48 kHz of lager.
Wanneer de TV die u op de HDMI-uitgang van de DVD-
receiver aansluit, digitale audio van 96 kHz ondersteunt,
selecteert u “Down Sample Off”. Selecteer anders
“Down Sample On”.
Down Sample On:
Op bronnen van 48 kHz of meer wordt downsampling
uitgevoerd, tot 48 of 44,1 kHz.
Down Sample Off (standaardinstelling):
Bronnen worden ongewijzigd uitgevoerd.
Opmerkingen:
Het is mogelijk dat sommige DVD-Video discs met
kopieerbeveiliging alleen digitale audio met een
bemonsteringsfrequentie van 96 kHz gebruiken voor
D/A-omzetting naar de analoge audio-uitgangen.
Op sommige discs is zelfs als u “Down Sample Off”
selecteert, downsampling op het digitale geluid uitge-
voerd, en in sommige gevallen wordt het geluid moge-
lijk niet weergegeven via de HDMI-uitgang van de
DVD-receiver.
Het menu Audio