Inhoudsopgave Inhoudsopgave Snelle taakindex DIGITALE CAMERA 1. De camera gereedmaken en opeenvolgende handelingen 2. Basisfuncties 3. Vaak gebruikte opties en aanpassing Instructiehandleiding 4. Beelden printen 5. Camera aansluiten op een computer 6. Overige informatie 7. Batterij en laadapparaat 8. Info over het kaartje 9. Verwisselbare lenzen 10. Informatie 11. Systeemschema 12. VEILIGHEIDSMAATREGELEN Index Bedankt voor uw aankoop van een Olympus digitale camera.
Deze mededeling heeft betrekking op de meegeleverde flitser en is vooral bedoeld voor gebruikers in Noord-Amerika. Information for Your Safety IMPORTANT SAFETY INSTRUCTIONS When using your photographic equipment, basic safety precautions should always be followed, including the following: • Read and understand all instructions before using. • Close supervision is necessary when any flash is used by or near children. Do not leave flash unattended while in use.
Inhoudsopgave Snelle taakindex 6 Namen van onderdelen ................8 Het uitpakken van de doos ........10 De batterij opladen en plaatsen.................................. 11 Kaartjes plaatsen en verwijderen ............................12 Een lens op de camera bevestigen...................................13 De flitser bevestigen ..................14 Camera inschakelen...................15 Datum en tijd instellen ...............16 Stand ...........................................
Vaak gebruikte opties en aanpassing 46 Inhoudsopgave Live control gebruiken ...............46 Camerabewegingen beperken (beeldstabilisator) .....................47 Verwerkingsopties (beeldeffecten)..........................48 Effecten toevoegen aan een film .....................................49 Kleur aanpassen (witbalans) ....50 De beeldverhouding instellen ...51 Kwaliteit van de opname (beeldkwaliteit)..........................52 Uitgangsvermogen van de flits aanpassen (regelen van de flitssterkte) ..
Accessoirepoortmenu ...............88 OLYMPUS PENPAL gebruiken ..................................88 A OLYMPUS PENPAL Share ...90 B OLYMPUS PENPAL Album ...90 C Electronic Viewfinder ...........90 Beelden printen 91 Printreservering (DPOF) ............91 Een printorder aanmaken .........91 Alle of geselecteerde foto's uit het printorder verwijderen .........92 Direct printen (PictBridge).........92 Eenvoudig printen.....................93 Printen volgens de specificatie van de klant ......................
Snelle taakindex Stand Snelle taakindex Foto's maken met automatische instellingen Eenvoudige fotografie met speciale effecten iAUTO (A) 17 Kunstfilter (ART) 28 Een breedte-hoogteverhouding kiezen Breedte-hoogteverhouding 51 Instellingen snel aanpassen aan het motief Motiefprogramma (SCN) 29 Eenvoudig professioneel fotograferen Live Guide 31 Belichtingscorrectie 32 Live Guide Diafragmavoorkeuze Live Guide 31 25 31 Sluitertijdvoorkeuze 26 Witbalans Witbalans met één knop Beeldeffect Kuns
Ingesteld effect controleren voor u een foto maakt Gradation (Picture Mode) Histogram/ Belichtingscorrectie Regeling van licht- en schaduwpartijen Helderheid van monitor aanpassen Live View Boost Preview-functie Test Picture Fotograferen met doelbewuste compositie Displayed Grid (G/Info Settings) 85 Inzoomen op foto's om de scherpstelling te controleren Autoq (Rec View) 70 mode2 (q Close Up Mode) 74 Zelfportretten Zelfontspanner 35 Repeterende opnamen Repeterende opnamen 35 Gebruiksduur van
1 De camera gereedmaken en opeenvolgende handelingen Namen van onderdelen 1 1 2 7 De camera gereedmaken en opeenvolgende handelingen 3 8 4 9 5 4 0 6 a f e c d Functieknop .................................Blz. 17 Ontspanknop .........................Blz. 18, 23 ON/OFF knop .............................Blz. 15 Oogje voor de riem ......................Blz. 10 Markering voor lenskoppeling ......Blz.
5 6 78 1 2 3 a b Knop F (omhoog) / F (belichtingscorrectie) (Blz. 32) Knop H (links) / P (AF-kader) (Blz. 35) Knop I (rechts) / # (flitser) (Blz. 33) Q-knop (Blz. 46, 58) Subregelaar* (j) (Blz. 20) Draaien om een optie te kiezen. G (omlaag) / jY (repeterende opnamen / zelfontspanner) (Blz. 35) D (wissen) knop ..........................Blz. 21 q (weergave) knop ..............Blz. 20, 39 Accessoirepoort .....................Blz. 71, 88 Monitor ...................................Blz.
Het uitpakken van de doos Bij de camera worden de volgende onderdelen meegeleverd. Als er een onderdeel ontbreekt of beschadigd is, neemt u contact op met de dealer waarbij u de camera hebt gekocht.
De batterij opladen en plaatsen 1 De batterij opladen. Indicator voor laadtoestand Indicator voor laadtoestand BCS-5 Bezig met opladen Licht oranje op 1 Lithium-ionbatterij Off Knippert oranje (Oplaadtijd: tot circa 3 uur 30 minuten) 1 Stopcontact Lithiumionlaadapparaat 2 Lichtnetkabeltje # Let op • Koppel het laadapparaat los wanneer de batterij volledig is opgeladen. 2 De batterij plaatsen.
Kaartjes plaatsen en verwijderen 1 1 Het kaartje plaatsen. • Schuif het kaartje zover in de kaartsleuf totdat het op zijn plaats vastklikt. g “Info over het kaartje“ (Blz. 105) # Let op De camera gereedmaken en opeenvolgende handelingen • Schakel de camera uit voor u het kaartje plaatst of verwijdert. 2 Het klepje van het batterij-/kaartcompartiment sluiten. • Sluit het klepje en schuif de vergrendelknop van het batterij-/ kaartcompartiment in de richting van de pijl.
Een lens op de camera bevestigen 1 Bevestig een lens op de camera. 1 1 1 2 Achterkap van de lens • Houd de rode koppelingsmarkering op de lens tegenover de rode markering op de camera en steek de lens in het camerahuis. • Draai de lens in de richting van de pijl tot u een klik hoort. # Let op • Controleer of de camera uitgeschakeld is. • Druk de lensontgrendelknop niet in. • Raak geen inwendige onderdelen van de camera aan. 2 Verwijder het lenskapje.
De flitser bevestigen 1 Verwijder de contactafdekking van de flitser en bevestig de flitser op de camera. • Schuif de flitser volledig in tot deze tegen de achterzijde van de schoen komt en goed op zijn plaats zit. 1 De camera gereedmaken en opeenvolgende handelingen 14 NL ONTGRENDEL-schakelaar 1 2 2 Om de flitser te gebruiken, klapt u de flitserkop omhoog. • Klap de flitserkop neer wanneer u de flitser niet gebruikt.
Camera inschakelen 1 Druk op de knop ON/OFF om de camera in te schakelen. • Wanneer de camera ingeschakeld wordt, licht de blauwe aan/uit-aanduiding op en wordt het scherm ingeschakeld. • Om de camera uit te schakelen, drukt u nogmaals op de knop ON/OFF. ON/OFF-knop 1 Batterijniveau 7 (groen): de camera is klaar om opnames te maken. Wordt weergegeven gedurende ongeveer 10 seconden nadat de camera werd ingeschakeld. 8 (groen): batterij bijna leeg 9 (knippert rood): laad de batterij op.
Datum en tijd instellen Informatie over datum en tijd worden samen met de beelden opgeslagen op het kaartje. De bestandsnaam is ook inbegrepen bij de informatie over datum en tijd. Zorg ervoor dat u de juiste datum en tijd instelt voor u de camera gebruikt. 1 De camera gereedmaken en opeenvolgende handelingen 16 NL 1 Geef de menu's weer. • Druk op de MENU-knop om de menu's weer te geven.
Stand De stand Fotograferen instellen Gebruik de functieknop om de stand Fotograferen te selecteren. Pictogram van de stand Indicator M U regelt het diafragma en de sluitertijd. U kunt foto's maken met lange sluitertijden bij vuurwerk of in andere situaties met weinig licht. ART SCN n Selecteer een kunstfilter. Selecteer een scène volgens het onderwerp. Maak films met behulp van sluitertijd- en diafragma-effecten en speciale filmeffecten.
2 Kadreer de opname. • Let op dat uw vingers of de camerariem niet in de weg zitten van de lens. 1 De camera gereedmaken en opeenvolgende handelingen Horizontale stand 3 Verticale stand Stel scherp. • Geef het onderwerp in het midden van de monitor weer en druk zacht op de ontspanknop tot in de eerste positie (druk de ontspanknop half in). Het AF-bevestigingsteken (( of n) wordt weergegeven en een groen kader (AF-kader) verschijnt op de scherpstellingslocatie.
Films opnemen U kunt films opnemen in eender welke fotografeerstand. Probeer eerst opnames te maken in de stand Volautomatisch. Stel de functieknop in op A. 2 Druk op de knop R om de opname te starten. 3 Druk nogmaals op de knop R om de opname te stoppen. 1 R-knop 00:02:18 Weergegeven tijdens de opname Opnametijd # Let op • Bij het fotograferen met de lens ingesteld op telelens, kan het onderwerp vervormd worden. In die gevallen moet u een statief gebruiken.
Foto's en films bekijken 1 1 Druk op de knop q. • Uw meest recente foto of film wordt weergegeven. • Draai aan de subregelaar om de gewenste foto of film te selecteren. q-knop De camera gereedmaken en opeenvolgende handelingen L N 100-0020 2012.10.01 12:30 Pendelknop / subregelaar Geeft het volgende beeld weer Geeft het vorige beeld weer WB AUTO P 100-0004 HD 2012.10.01 12:30 4 Film Indexweergave / kalenderweergave • Om meerdere beelden weer te geven, drukt u op G tijdens enkelbeeldweergave.
Films bekijken • Selecteer een film en druk op de knop Q om het weergavemenu weer te geven. Selecteer [Movie Play] en druk op de knop Q om het afspelen te starten. Druk op MENU om het afspelen van de film te onderbreken. Movie Movie Play m Erase Back Set 1 Volume 00:00:02/00:00:14 Beelden selecteren Selecteer het beeld. U kunt ook meerdere beelden selecteren om ze te beveiligen of te verwijderen. Druk op de knop R om een beeld te selecteren; een pictogram v verschijnt op het beeld.
2 Basisfuncties Basisopnamefuncties Monitorbeeld tijdens opname 1 234567 2 B A Basisfuncties z y x w FP RC BKT a bc 45 mm R FPS S-IS j S-AF ISO 400 -3.0 4:3 LN v u t 1 2 3 4 5 6 7 8 9 0 a b c d e f g h i j k -3 AEL P +7 rq p o Schrijfaanduiding .........................Blz. 12 Super FP-flitser s ...................Blz. 109 RC-flitsstand ..............................Blz. 109 Auto bracketing ............................Blz. 62 Meervoudige belichting a .........Blz.
Het informatiedisplay omschakelen U kunt de informatie die tijdens de opname op de monitor verschijnt, wijzigen via de INFO-knop. INFO ISO-A ISO-A 200 200 250 F5.6 0.0 01:02:03 38 Informatiedisplay aan 250 F5.6 0.0 01:02:03 38 Histogramweergave INFO 2 INFO Basisfuncties Alleen beeld Histogramweergave Een histogram weergeven waarop de verdeling van de helderheid in het beeld wordt getoond.
De fotografeerstanden gebruiken “Richten en fotograferen“ (stand P) In de stand P past de camera automatisch de sluitertijd en het diafragma aan op basis van de helderheid van het onderwerp. Stel de functieknop in op P. 2 ISO-A 200 Basisfuncties LN FullHD F Stand Fotograferen P 250 F5.6 0.0 01:02:03 38 Sluitertijd Diafragmawaarde • De sluitertijd en het diafragma die door de camera werden geselecteerd, worden weergegeven.
Het diafragma instellen (diafragmavoorkeuzestand A) In de stand A stelt u het diafragma in en past de camera automatisch de sluitertijd aan voor een optimale belichting. Draai de functieknop naar A. • Nadat u op de knop F (F) hebt gedrukt, gebruikt u FG om het diafragma in te stellen. • Een groter diafragma (lager F-nummer) vermindert de scherptediepte (het gebied voor of achter het scherpstelpunt waarop is scherpgesteld), waardoor de achtergrond waziger wordt weergegeven.
De sluitertijd instellen (sluitertijdvoorkeuzestand S) In de stand S stelt u de sluitertijd in en past de camera automatisch het diafragma aan voor een optimale belichting. Draai de functieknop naar S. 2 • Nadat u op de knop F (F) hebt gedrukt, gebruikt u FG om de sluitertijd in te stellen. • Een korte sluitertijd kan een snelle actie “bevriezen“ zonder bewegingsonscherpte. Door een langere sluitertijd wordt een opgenomen snelle actie onscherp.
Kiezen wanneer de belichting wordt beëindigd (bulb-/tijdfotografie) Gebruik deze functie voor nachtlandschappen en vuurwerk. De sluitertijden van [BULB] en [LIVE TIME] zijn beschikbaar in de modus M. Bulbfotografie (BULB): De sluiter blijft open terwijl de ontspanknop wordt ingedrukt. De belichting eindigt wanneer de ontspanknop wordt losgelaten. Tijdfotografie (TIME): De belichting begint wanneer de ontspanknop helemaal wordt ingedrukt.
Kunstfilters gebruiken 1 Draai de functieknop naar ART. • Een menu met kunstfilters wordt weergegeven. Selecteer een filter met FG. • Druk op Q of druk de ontspanknop half in om het gemarkeerde item te selecteren en het kunstfiltermenu te verlaten.
Opnemen met een motiefprogramma 1 Draai de functieknop naar SCN. • Een motiefmenu wordt weergegeven. Selecteer een scène met FG. • Druk op Q of druk de ontspanknop half in om het gemarkeerde item te selecteren en het motiefmenu te verlaten. 1 Portrait Soorten motiefprogramma's 2 Portrait e-Portrait Landscape Landscape+Portrait Sport Night Scene Night+Portrait Children High Key Low Key DIS Mode Macro r Q R T s ( g f w m T Nature Macro Candle Sunset Documents Panorama (Blz.
Panorama's fotograferen Als u de bijgeleverde computersoftware hebt geïnstalleerd, kunt u de software gebruiken om beelden samen te voegen tot een panorama. g “Camera aansluiten op een computer“ (Blz. 95) 1 Draai de functieknop naar SCN. 2 3 4 Selecteer [Panorama] en druk op Q. 2 Basisfuncties Kies een panrichting met FGHI. Maak een foto en gebruik hierbij de hulplijnen om de foto te kadreren. • De scherpstelling, belichting en andere instellingen worden vergrendeld op de waardes van de eerste opname.
Opnameopties gebruiken Livegidsen gebruiken Livegidsen zijn beschikbaar in de stand iAUTO (A). Terwijl iAUTO in een volautomatische stand staat, kunt u met behulp van livegidsen diverse geavanceerde fototechnieken oproepen. Gidsitem Niveaubalk / selectie Clear & Vivid Change Color Saturation 0 Flat & Muted 1 2 Stel de functieknop in op A. 3 Gebruik FG om het niveau te kiezen. 4 Maak een opname.
De belichting regelen (belichtingscorrectie) Druk op de knop F (F) en gebruik HI om de belichtingscorrectie aan te passen. Kies positieve (“+“) waarden om beelden helderder te maken en negatieve (“–“) waarden om beelden donkerder te maken. De belichting kan worden aangepast tussen ±3.0 EV. 2 Negatief (–) Geen compensatie (0) Basisfuncties # Let op • Belichtingscorrectie is niet mogelijk in de standen A, M of SCN.
Een flitser gebruiken (flitserfotografie) De flitser kan handmatig naar wens worden ingesteld. De flitser kan in heel wat verschillende opnameomstandigheden worden gebruikt. 1 Bevestig de flitser en klap de flitserkop omhoog. • g “De flitser bevestigen“ (Blz. 14) 2 Druk op de knop # (I) om de opties weer te geven. Selecteer met HI een flitserfunctie en druk op Q. • De beschikbare opties en de volgorde waarin deze worden weergegeven, variëren naargelang de fotografeerstand.
Beschikbare flitsstanden in de diverse fotografeerstanden Stand SuperFotobedieningsgraferen paneel 2 Basisfuncties P/A #AUTO Autoflitsen ! Autoflitsen (rode ogen onderdrukken) # Invulflitsen $ ! SLOW #SLOW # SLOW2 S/M Flitsmoment Voorwaarden om Grens van de flitser te laten sluitertijd flitsen Ontsteekt automatisch in 1/30 sec. – het donker en bij 1/250 sec.* 1e tegenlicht sluitergordijn Ontsteekt altijd 30 sec. – 1/250 sec.
Een scherpstelkader selecteren (AF-kader) Kies welke van de 35 AF-kaders worden gebruikt om automatisch scherp te stellen. 1 2 Druk op de knop P (H) om het AF-kader weer te geven. Gebruik FGHI om de weergave van één kader te selecteren en positioneer het AF-kader. • De stand “Alle doelen“ wordt hersteld wanneer u de cursor van het scherm weg verplaatst. • U kunt kiezen uit de volgende 4 doeltypes. Druk op de knop INFO en gebruik FG.
2 o Enkelbeeldopnamen Telkens als u de ontspanknop indrukt, maakt de camera één foto (in de stand Fotograferen). T Repeterend H Zolang de ontspanknop helemaal wordt ingedrukt, worden foto's genomen aan een snelheid van 8 frames per seconde (fps). S Sequential L Zolang de ontspanknop helemaal wordt ingedrukt, worden foto's genomen aan een snelheid van 3,5 frames per seconde (fps). Zelfontspanner Y12s 12 sec.
1 Druk op de knop U om het zoomkader weer te geven. • Wanneer de camera werd scherpgesteld met automatisch scherpstellen net voor de knop werd ingedrukt, wordt het zoomkader weergegeven in de huidige scherpstelpositie. • Positioneer het zoomkader met FGHI. • Druk op de knop INFO en gebruik FG om de zoomverhouding te selecteren. 5× 7× 10× Vergelijking tussen AF- en zoomkaders 2 Druk nogmaals op de knop U om in te zoomen op het zoomkader. 3 Druk de ontspanknop half in om de autofocus te starten.
Basisweergavefuncties Monitorbeeld tijdens weergave Vereenvoudigde weergave 1 2 3 Volledige weergave 456 d e gh f ×10 ×10 250 P +2.0 2 F5.6 45mm +1.0 WB AUTO A+4 ISO 400 G+4 Adobe Basisfuncties Natural 4608×3456 3D c 4:3 L N 100-0015 2012.10.01 12:30 SD ba 0 15 7 8 3D 2012.10.01 12:30 9 1/8 L N 100-0015 SD t 1 Batterijcontrole .............................Blz. 15 2 Eye-Fi-upload klaar......................Blz. 79 3 Printreservering Aantal prints ..............................
Enkelbeeldweergave Druk op de knop q om foto's schermvullend weer te geven. Druk de ontspanknop half in om naar de opnamestand terug te keren. Indexweergave / kalenderweergave G Q G 2012.10 Sun 30 L N 100-0020 2012.10.01 12:30 2012.10.01 12:30 20 U 1 Tue Wed Thu 4 Fri Sat 2 3 8 9 10 11 12 13 15 16 17 18 19 5 20 21 22 23 24 25 26 27 6 28 29 30 31 1 2 3 25 beelden U Kalenderweergave Indexweergave Weergavezoom (gezoomd weergeven) U L N 100-0020 2012.10.
Weergaveopties gebruiken Druk tijdens de weergave op Q om een eenvoudig optiemenu weer te geven dat tijdens de afspeelmodus kan worden gebruikt. JPEG JPEG Edit R Rotate m < 2 Back Set Basisfuncties Stilstaand beeld Filmbeeld JPEG Edit, RAW Data Edit g Blz. 66, 67 D — Image Overlay g Blz. 68 D — Movie Play — D 0 (Beveiligen) D D R (Audio-opname) D — Draaien D — m (Diashow) D D Erase D D Bewerkingen uitvoeren op een filmbeeld (Movie Play) Het afspelen pauzeren of hervatten.
Beelden beveiligen U kunt beelden beveiligen tegen toevallige verwijdering. Roep een beeld op dat u wilt beveiligen en druk op Q om het weergavemenu op te roepen. Selecteer [0] en druk op Q, druk daarna op F om het beeld te beveiligen. Beveiligde beelden zijn aangegeven met het pictogram 0 (beveiligen). Druk op G om de beveiliging op te heffen. U kunt ook meerdere geselecteerde beelden beveiligen. g “Beelden selecteren“ (Blz. 21) 0 (beveiligen) pictogram 4:3 L N 100-0020 2012.10.
Diashow Hierbij worden de beelden die op het kaartje zijn opgeslagen, één voor één weergegeven. 1 JPEG Druk op Q tijdens het afspelen en selecteer m. JPEG Edit R Rotate m < Back 2 2 Set Pas de instellingen aan. Start Basisfuncties De diashow starten. Beelden worden in volgorde weergegeven, te starten bij het huidige beeld. BGM BGM (4 types) instellen of BGM instellen op [Off]. Effect* Kies het overgangseffect tussen de beelden. Slide Stel het type diashow in dat u wilt uitvoeren.
Het aanraakscherm gebruiken U kunt het aanraakscherm gebruiken tijdens weergave of wanneer u foto's op de monitor kadreert. U kunt het aanraakscherm ook gebruiken om instellingen aan te passen in de livegidsen en op het superbedieningspaneel. Livegidsen Tabblad Het aanraakscherm kan samen met de livegidsen worden gebruikt. g “Livegidsen gebruiken“ (Blz. 31) 1 2 Raak het tabblad aan en beweeg uw vinger naar links om de livegidsen weer te geven. ISO-A • Tik om items te selecteren.
2 Gebruik de schuifbalk om de grootte van het doelkader te kiezen, en tik vervolgens op E om in te zoomen op het onderwerp van het doelkader. • Gebruik uw vinger om in het display te schuiven wanneer de foto is ingezoomd. • Tik [1x] om de zoomweergave te annuleren. 2 1x Weergavestand Gebruik het aanraakscherm om beelden te doorlopen of in en uit te zoomen.
Instellingen aanpassen De instellingen kunnen aangepast worden op het superbedieningspaneel. g “Het superbedieningspaneel gebruikenl“ (Blz. 84) 1 Geef het superbedieningspaneel weer. Recommended ISO • Druk op Q om de cursor weer te geven. ISO AUTO WB AUTO NORM AUTO S-IS P Tik op het gewenste item. AEL / AFL 250 F5.6 36 2 WB • Het item wordt gemarkeerd. NORM AUTO i 4:3 S-IS Normal 250 F5.6 +2.0 3 AEL / AFL 01:02:03 1023 Draai aan de regelaar om een optie te kiezen.
3 Vaak gebruikte opties en aanpassing Live control gebruiken Live control kan worden gebruikt om instellingen aan te passen in de standen P, A, S, M en n. Wanneer u live control gebruikt, kunt u de effecten van verschillende instellingen bekijken op de monitor. S-IS j WB WB AUTO AUTO 3 Functies 4:3 LF Vaak gebruikte opties en aanpassing WB Auto P HD AUTO AUTO Instellingen WB Beschikbare instellingen Beeldstabilisator ................................Blz. 47 Beeldeffecten........................
Camerabewegingen beperken (beeldstabilisator) U kunt de camerabeweging beperken die zich kan voordoen als u foto's maakt wanneer er weinig licht is of wanneer u fotografeert bij een hoge vergroting. 1 Geef live control weer en selecteer de beeldstabilisator met FG. S-IS j WB AUTO 4:3 LF Focal Length Auto P 2 OFF S-IS S-IS HD S-IS 50 mm Selecteer een optie met HI en druk op Q. Film IS Off Beeldstabilisator is uitgeschakeld. S-IS1 Auto Beeldstabilisator is ingeschakeld.
Verwerkingsopties (beeldeffecten) Selecteer een beeldeffect en voer individuele aanpassingen uit voor contrast, scherpte en andere parameters. Wijzigingen aan elk beeldeffect worden afzonderlijk opgeslagen. 1 Geef live control weer en selecteer [Picture Mode]. S-IS j WB AUTO 4:3 LF Natural P 3 2 h i j j 4 HD j 5 M C Selecteer een optie met FG en druk op Q. Vaak gebruikte opties en aanpassing i-Enhance Voor indrukwekkende resultaten in overeenstemming met het motief.
Effecten toevoegen aan een film U kunt films opnemen die gebruik maken van de beschikbare effecten in de stand Fotograferen. Stel de regelaar in op n om de instellingen te activeren. 1 Nadat u de stand n heeft geselecteerd, geeft u live control (Blz. 49) weer en gebruikt u FG om de opnamestand te markeren. M•IS 2 j WB AUTO S-AF P Program Auto n 2 P A S FullHD F M Selecteer een stand met HI en druk op Q. P S M U regelt het diafragma en de sluitertijd.
Kleur aanpassen (witbalans) De witbalans (WB) zorgt ervoor dat witte objecten in beelden opgenomen door de camera er ook wit uitzien. In de meeste omstandigheden is [AUTO] geschikt, maar u kunt ook andere waarden selecteren op basis van de lichtbron wanneer u met [AUTO] niet de gewenste resultaten bereikt of u een bepaalde kleurtoon wilt oproepen in uw beelden. 1 2 3 Geef live control weer en selecteer de witbalans met FG. Selecteer een optie met HI en druk op Q.
Witbalans met één knop Meet de witbalans door een blad papier of een ander wit object te kadreren bij de belichting die u zult gebruiken voor de uiteindelijke foto. Dit is handig als u een onderwerp niet alleen bij natuurlijk licht fotografeert, maar ook bij andere lichtbronnen met verschillende kleurtemperaturen. 1 2 Selecteer [P] of [Q] (witbalans met één kop 1 of 2) en druk op de knop INFO. 3 Selecteer [Yes] en druk op Q. Maak een foto van een stuk kleurloos papier (wit of grijs).
Kwaliteit van de opname (beeldkwaliteit) Selecteer een beeldkwaliteit voor foto's en films volgens het vooropgestelde doel, bijvoorbeeld herwerken op een computer of weergeven op het web. 1 2 Geef live control weer en gebruik FG om een beeldkwaliteit te kiezen voor foto's of films. S-IS j WB AUTO Selecteer een optie met HI en druk op Q.
Beeldkwaliteiten (videobeelden) Beeldkwaliteit Full HD Fine Full HD Normal HD Fine HD Normal Aantal pixels 1920×1080 1920×1080 1280×720 1280×720 HD 1280×720 SD 640×480 Bestandsformaat Applicatie MPEG-4 AVC/ H.264*1 Weergeven op tv's en andere apparaten Motion JPEG*2 Voor weergave of bewerking op een computer • Afhankelijk van het type van het gebruikte kaartje kan de opname eindigen voor de maximale lengte is bereikt. *1 Individuele films kunnen maximaal 29 minuten lang zijn.
Kiezen hoe de camera de helderheid meet (meting) U kunt kiezen hoe de camera de helderheid van het onderwerp meet. 1 Geef live control weer en selecteer de meting met FG. 2 Selecteer een optie met HI en druk op Q.
Een scherpstelstand selecteren (AF-stand) Selecteer een scherpstelmethode (scherpstelstand). U kunt afzonderlijke scherpstelmethodes kiezen voor de stand Fotograferen en de stand n. 1 Geef live control weer en selecteer de AF-stand met FG. 2 Selecteer een optie met HI en druk op Q. • De geselecteerde AF-stand wordt weergegeven op de monitor.
ISO-gevoeligheid Door de ISO-gevoeligheid te verhogen, treedt er meer ruis (korrel) op in het beeld maar kunt u foto's nemen bij weinig ligt. De aanbevolen instelling in de meeste situaties is [AUTO]. Deze instelling start bij ISO 200 – een waarde voor een evenwichtige verhouding tussen ruis en dynamisch bereik – en past vervolgens de ISO-gevoeligheid aan afhankelijk van de opnameomstandigheden. 1 2 3 Geef live control weer en selecteer de ISO-gevoeligheid met FG. Selecteer een optie met HI en druk op Q.
5 Druk de ontspanknop helemaal in om een opname te maken. # Let op • Gezichtsprioriteit wordt alleen toegepast op de eerste opname van elke reeks repeterende opnamen. • Afhankelijk van het onderwerp en de instelling van de kunstfilter is het mogelijk dat de camera het gezicht niet correct detecteert. • Bij een instelling [p (Digitale ESP-meting)] wordt bij de meting prioriteit gegeven aan gezichten. $ Opmerkingen • Gezichtsprioriteit is ook beschikbaar in [MF].
De menu's gebruiken De menu's omvatten opname- en weergaveopties die niet worden weergegeven door live control en laten u toe de camera-instellingen aan te passen voor een vlotter gebruik. W Voorafgaande en basisopnameopties X Geavanceerde opnameopties q Weergave- en herwerkingsopties c De camera-instellingen aanpassen (Blz. 71) 3 # Opties van het accessoirepoortmenu voor apparaten die gebruikt worden op een accessoirepoort, zoals EVF en OLYMPUS PENPAL (Blz.
Fotografeermenu 1/ Fotografeermenu 2 Shooting Menu 1 1 2 Card Setup Reset/Myset Picture Mode D Image Aspect Digital Tele-converter Back W Card Setup (Blz. 59) Reset/Myset (Blz. 59) Beeldeffect (Blz. 60) K (Blz. 62) Beeldverhouding (Blz. 51) Digitale teleconverter (Blz. 65) j 4:3 On Set X j/Y (Station/zelfontspanner) (Blz. 62) Beeldstabilisator (Blz. 47) Bracketing (Blz. 62) Meervoudige belichting (Blz. 64) # RC-flitsstand (Blz.
Myset opslaan Voorgeselecteerde instellingen herstellen voor de stand P, A, S of M. De fotografeerstand wijzigt niet. Tot vier reeksen voorgeselecteerde instellingen kunnen worden opgeslagen. 3 1 2 3 Pas de instellingen aan om ze op te slaan. 4 Selecteer [Set] en druk op Q. Selecteer [Reset/Myset] in W Fotografeermenu 1. Selecteer de gewenste bestemming ([Myset1]–[Myset4]) en druk op I. • [Set] verschijnt naast de bestemmingen ([Myset1]–[Myset4]) waarin reeds instellingen zijn opgeslagen.
i-a J K Contrast D D D D Scherpte De beeldscherpte D D D D Verzadiging De kleurdiepte van het beeld D D k D Gradatie De tint aanpassen (gradatie). D D D D D k k D k k D D k k D D Auto Deelt het beeld op in kleinere gebieden en bepaalt voor elke gebied afzonderlijk de helderheid. Dit werkt goed bij beelden waarin gebieden met een hoog contrast voorkomen zodat de lichte partijen te helder, en de donkere partijen te donker zouden worden.
Beeldkwaliteit (K) Selecteer een beeldkwaliteit. U kunt een afzonderlijke beeldkwaliteit selecteren voor foto's en films. Dit is hetzelfde als het item [K] in [Live Control]. • U kunt de combinatie van resolutie en compressiefactor van de JPEG veranderen, alsook de pixelaantallen voor [X] en [W]. [K Set], [Pixel Count] g “De custom-menu’s gebruiken“ (Blz. 71) De zelfontspanner instellen (j/Y) 3 U kunt kiezen voor de optie repeterende opnamen of voor de optie zelfontspanner.
AE BKT (AE bracketing) De camera wijzigt de belichting bij iedere opname. De mate van wijziging kan worden geselecteerd uit 0.3 EV, 0.7 EV of 1.0 EV. Bij enkelbeeldopnamen wordt er één opname gemaakt telkens wanneer de ontspanknop helemaal wordt ingedrukt, maar bij repeterende opnamen blijft de camera opnamen maken in deze volgorde terwijl de ontspanknop helemaal is ingedrukt: geen wijziging, negatief, positief.
ISO BKT (ISO-bracketing) De camera wijzigt de gevoeligheid bij drie verschillende opnames, terwijl de sluitertijd en het diafragma ongewijzigd blijven. De mate van wijziging kan worden geselecteerd uit 0.3 EV, 0.7 EV of 1.0 EV.
3 Maak foto's. • a wordt groen weergegeven wanneer de opname start. • Druk op D om de laatste opname te verwijderen. • De vorige opname wordt boven het beeld geplaatst dat u door de lens ziet als referentie voor het kadreren van de volgende opname. % Tips • 3 of meer beelden overlappen: Selecteer RAW voor [K] en gebruik de optie [Overlay] om de opname met meervoudige belichting te herhalen. • Voor meer informatie over het overlappen van RAW-beelden: g [Edit] (Blz.
Weergavemenu Playback Menu 1 2 m R Edit < Reset Protect Connection to Smartphone Back Set m (Blz. 42) R (Blz. 66) Bewerken (Blz. 66) 3 Geroteerde beelden weergeven (R) Vaak gebruikte opties en aanpassing Wanneer deze functie ingesteld is op [On], worden foto's die werden gemaakt met de camera in portretoriëntatie, automatisch geroteerd en weergegeven in portretoriëntatie. Foto's bewerken Een gemaakte foto kunt u bewerken en opslaan als een nieuwe foto.
Kies uit de volgende opties: [Shadow Adj]: Maakt de schaduwpartijen lichter. [Redeye Fix]: Voor het corrigeren van rode ogen op flitsopnamen. [P]: Gebruik de subregelaar om de grootte van de uitsnede te kiezen en FGHI om de uitsnede te positioneren. O JPEG Edit Set 5 Zodra de instellingen volledig zijn, drukt u op Q. 6 Selecteer [Yes] en druk op Q. • De instellingen worden toegepast op het beeld. • Het bewerkte beeld wordt opgeslagen op de kaart.
Beeldoverlapping U kunt tot 3 RAW-beelden die met de camera werden gemaakt, op elkaar plaatsen en als een afzonderlijk beeld opslaan. Het beeld wordt opgeslagen met de beeldkwaliteit die ingesteld is op het ogenblik waarop het beeld wordt opgeslagen. (Als [RAW] geselecteerd is, wordt de kopie opgeslagen in het formaat [YN+RAW].) 3 1 2 3 4 Selecteer [Edit] in het q Weergavemenu en druk op Q. Gebruik FG om [Image Overlay] te selecteren en druk op Q.
De optie Smartphoneaansluiting gebruiken (Aansluiting met smartphone) Gebruik een in de handel verkrijgbare FlashAir-kaart om beelden rechtstreeks te bekijken op een smartphone of pc met wifiverbinding of om beelden over te zetten tussen de camera en een smartphone of pc met wifiverbinding. FlashAir-kaarten die werden ingesteld voor een andere camera of een ander apparaat, moeten voor gebruik geformatteerd worden. g “Info over het kaartje“ (Blz. 105) Software voor smartphones is beschikbaar.
Setup-menu Gebruik het Setup-menu om de basisfuncties van de camera in te stellen. Setup Menu 1 X W 2 Rec View c/# Menu Display Firmware Back Optie 3 Vaak gebruikte opties en aanpassing 70 NL Beschrijving --.--.-- --:-English j±0 k±0 5sec Set g X(Datum/tijd Hiermee stelt u de klok van de camera in. instellen) 16 W (Taal voor de monitor wijzigen) Voor de schermteksten en de foutmeldingen kunt u naast het Engels ook andere talen kiezen.
De custom-menu's gebruiken De camera-instellingen kunnen worden aangepast met de custom- en accessoiremenu's. Het c custom-menu wordt gebruikt om de camera-instellingen fijn af te stemmen. Het # accessoirepoortmenu wordt gebruikt om de instellingen voor apparaten op de accessoirepoort aan te passen. Voor u de custom-/accessoirepoortmenu's gebruikt De custom- en accessoirepoortmenu's zijn alleen beschikbaar wanneer de overeenkomstige optie is geselecteerd voor het item [c/# Menu Display] in het setup-menu.
Custom-menu R AF/MF MENU Optie AF Mode Full-time AF 3 AEL/AFL Reset Lens Vaak gebruikte opties en aanpassing BULB/TIME Focusing Focus Ring MF Assist P Set Home AF Illuminat. I Face Priority c Beschrijving g Kies de AF-stand. Dit is identiek aan de instelling van de live control. U kunt afzonderlijke scherpstelmethodes instellen voor de stand Fotograferen en de stand n. Als [On] is geselecteerd, blijft de camera scherpstellen, ook als de ontspanknop niet half wordt ingedrukt.
Optie Dial Direction dLock Mode Dial Function Beschrijving j L fps j H fps j + IS Off Lens I.S. Priority KControl Settings T Als u [On] selecteert, kan de sluiter ontspannen worden, zelfs als de camera niet scherpgesteld is. Deze optie kan afzonderlijk worden ingesteld voor de modi S-AF (P. 55) en C-AF (P. 55). — Kies de snelheid waarmee beelden worden doorgespoeld voor [S] en [T]. De waarden zijn de maximale waarden bij benadering.
MENU U Disp/8/PC Optie Displayed Grid Picture Mode Settings Histogram Settings Mode Guide 3 Vaak gebruikte opties en aanpassing 74 NL Live View Boost Frame Rate Art LV Mode Flicker reduction LV Close Up Mode c Beschrijving Geef een compositieraster weer op de monitor. Geef enkel het geselecteerde beeldeffect weer wanneer een beeldeffect is geselecteerd. [Highlight]: Kies de onderste limiet voor de weergave van lichte partijen. [Shadow]: Kies de bovenste limiet voor de weergave van schaduwpartijen.
V Exp/p/ISO Optie EV Step Noise Reduct. ISO ISO Step ISO-Auto Set ISO-Auto Metering AEL Metering BULB/TIME Timer Live BULB Live TIME Anti-Shock z c Beschrijving Kies de omvang van de stappen die worden gebruikt bij het selecteren van de sluitertijd, het diafragma, de belichtingscorrectie en andere belichtingsparameters. Hiermee reduceert u de ruis die optreedt bij erg lange sluitertijden. [Auto]: Ruisonderdrukking wordt alleen uitgevoerd bij lange sluitertijden.
W #Custom Optie Beschrijving Kies de sluitertijd die wordt gebruikt als de flits afgaat. # Slow Limit Kies de langste sluitertijd die beschikbaar is als er een flits wordt gebruikt. In de stand [On] wordt deze waarde opgeteld bij de waarde van de belichtingscorrectie en wordt de flitssterkteregeling geactiveerd. X K/Color/WB Beschrijving 32, 53 X g Vaak gebruikte opties en aanpassing D Set 2) Druk op Q.
MENU X K/Color/WB Optie All > W Keep Warm Color #+WB Color Space Beschrijving RAW+JPEG Erase File Name Edit Filename Priority Set dpi Settings — — Pas de witbalans aan voor gebruik met een flitser. — Hiermee kunt u selecteren hoe kleuren door de monitor of printer worden weergegeven. — MENU c Beschrijving Als u [On] selecteert, wordt het huidige beeld onmiddellijk verwijderd als u op de D-knop drukt in de afspeelweergave.
MENU Y Record/Erase Optie Copyright Settings* 3 c Beschrijving g Voeg de naam van de fotograaf en de eigenaar van het auteursrecht toe aan nieuwe foto's. De naam kan tot 63 tekens lang zijn. [Copyright Info.]: Selecteer [On] om de naam van de fotograaf en de eigenaar van het auteursrecht op te nemen in de Exif-gegevens van nieuwe foto's. [Artist Name]: Voer de naam van de fotograaf in. [Copyright Name]: Voer de naam in van de eigenaar van het auteursrecht.
b K Utility c MENU Optie 8 Warning Level Touch Screen Settings Eye-Fi* b Beschrijving g Kies het batterijniveau waarop de waarschuwing 8 wordt weergegeven. Activeer het aanraakscherm. Kies [Off] om het aanraakscherm uit te schakelen. Schakel het uploaden in of uit wanneer een Eye-Fi-kaartje wordt gebruikt. 15 — — * Gebruik overeenkomstig de lokale voorschriften.
F Pas de belichtingscorrectie aan. ISO Pas de ISO-gevoeligheid aan. WB Pas de witbalans aan. AEL/AFL AE-vergrendeling of AF-vergrendeling. De functie verandert volgens de [AEL/AFL]-instelling. Wanneer AEL geselecteerd is, drukt u eenmaal op de knop om de belichting te vergrendelen en [u] weer te geven op de monitor. Druk nogmaals op de knop om de vergrendeling te annuleren. R REC Druk op de knop om een film op te nemen.
Camerabeelden weergeven op een televisie Gebruik de bijgeleverde AV-kabel om opgenomen beelden op uw televisie weer te geven. Sluit de camera aan op een HD tv met een HDMI-kabel (verkrijgbaar in de handel) om beelden van hoge kwaliteit op een televisiescherm te bekijken. Multiconnector AV-kabel (meegeleverd) (Sluit de kabel aan op de video-ingang (geel) en de audio-ingang (wit) van de televisie.) HDMI-microconnector (type D) Type A 1 Gebruik de kabel om de camera op de tv aan te sluiten.
De afstandsbediening van de tv gebruiken De camera kan worden bediend met een afstandsbediening van een tv wanneer deze is aangesloten op een tv die HDMI-controle ondersteunt. 1 2 3 3 Vaak gebruikte opties en aanpassing 82 NL Selecteer [HDMI] op het tabblad U van het c Custom-menu. Selecteer [HDMI Control] en kies [On]. Bedien de camera met de afstandsbediening van de tv. • U kunt de camera bedienen door de bedieningsaanwijzingen te volgen die worden weergegeven op de tv.
Bedieningspaneelweergaven kiezen (KControl Settings) Stel de in fotografeerstand weergegeven optie-instelbedieningen in. Q Change Color Saturation A Livegids INFO Q S-IS j ISO AUTO 4:3 AUTO LF WB Auto P P WB INFO ART/SCN Kunstfiltermenu 1 Pop Art 1 1 WB AUTO NORM Off 4:3 mall Super Fine +RAW 250 F5.
Het superbedieningspaneel gebruiken Het volgende monitorbeeld dat de opnamestatussen en de bijbehorende opties omvat, kreeg als naam het superbedieningspaneel. Gebruik de pendelknop of het aanraakscherp om de instellingen in te voeren. ISO AUTO 2 3 4 7 WB AUTO 8 NORM AUTO 5 mall Super Fine +RAW Off 9 AEL / AFL 0 4:3 S-IS P 3 6 Recommended ISO 1 250 F5.6 +2.
Informatieschermen toevoegen (G/Info Settings) Schermen met opnamegegevens Gebruik [LV-Info] om de volgende schermen met opnamegegevens toe te voegen. De toegevoegde schermen worden weergegeven door tijdens de opname herhaaldelijk de knop INFO in te drukken. U kunt ook kiezen om schermen met standaardinstellingen niet weer te geven. ISO-A ISO-A 200 200 LN LN FullHD FullHD F P 250 F5.6 01:02:03 0.0 38 Weergaveraster ([w]) F P 250 F5.6 01:02:03 0.
Gebruik [G Settings] om het aantal beelden dat wordt weergegeven op de monitor bij indexweergave te veranderen. Q G G G 2012.10 Sun 2012.10.01 12:30 20 L N 100-0020 2012.10.01 12:30 20 2012.10.01 12:30 Tue Wed Thu Fri Sat 1 2 3 4 5 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 6 28 29 30 31 1 2 3 20 U Enkelbeeldweergave Mon 30 U 4 beelden 2012.10.
Multi Echo Druk op G om filmeffecten toe te passen. Druk nogmaals op G om de filmeffecten te annuleren. One Shot Echo Het effect wordt toegevoegd telkens op I wordt gedrukt. Art Fade Druk op de knop Fn end draai vervolgens aan de subregelaar om het beeldeffect te selecteren. Druk op Q of wacht gedurende 4 seconden tot het effect is toegepast. Filmteleconverter Druk op de knop U om het zoomkader weer te geven. 2 Druk nogmaals op de knop U.
Accessoirepoortmenu OLYMPUS PENPAL gebruiken De optionele OLYMPUS PENPAL kan worden gebruikt om foto's te uploaden naar of te ontvangen van Bluetooth-apparaten of andere camera's die aangesloten zijn op een OLYMPUS PENPAL. Ga naar de OLYMPUS-website voor meer informatie over Bluetooth-apparaten. 3 Beelden verzenden Wijzig het formaat en verzend JPEG-beelden naar een ander apparaat. Voor u beelden verzendt, dient u na te gaan of het ontvangend apparaat ingesteld is om gegevens te ontvangen.
Het adresboek bewerken De OLYMPUS PENPAL kan hostinformatie opslaan U kunt namen toewijzen aan hosts of hostinformatie verwijderen. 1 Accessory Port A Selecteer [OLYMPUS PENPAL Share] in het tabblad A van # Accessoirepoortmenu (Blz. 90) Please Wait Address Book My OLYMPUS PENPAL Picture Send Size • Druk op I en selecteer [Address Book]. 2 Selecteer [Address List] en druk op Q. 3 Selecteer de host die u wilt bewerken en druk op Q. • De naam van de bestaande hosts wordt weergegeven.
A OLYMPUS PENPAL Share Optie Please Wait Address Book My OLYMPUS PENPAL Picture Send Size 3 MENU Vaak gebruikte opties en aanpassing Ontvang beelden en voeg hosts toe aan het adresboek. [Address List]: Bekijk de hosts die in het adresboek zijn opgeslagen. [New Pairing]: Voeg een host toe aan het adresboek. [Search Timer]: Kies hoelang de camera naar een host zoekt. Geef informatie weer voor uw OLYMPUS PENPAL, zoals de naam, het adres en ondersteunde diensten.
4 Beelden printen Printreservering (DPOF) U kunt digitale “printorders“ opslaan op het geheugenkaartje die aangeven welke foto's moeten worden afgedrukt en in welke oplage. U kunt dan de foto's printen in een printshop die DPOF ondersteunt of u kunt de foto's zelf printen door de camera rechtstreeks op een DPOF-printer aan te sluiten. Om een printorder aan te maken is een geheugenkaartje vereist. Een printorder aanmaken 1 2 Druk op Q tijdens het afspelen en selecteer [<].
Alle of geselecteerde foto's uit het printorder verwijderen U kunt alle printreserveringsgegevens annuleren of alleen de gegevens voor geselecteerde foto's. 4 1 2 Druk op Q tijdens het afspelen en selecteer [<]. 3 Druk op HI om beelden te selecteren die u uit het printorder wilt verwijderen. 4 Selecteer de gewenste datumweergave en druk op Q. 5 Selecteer [Set] en druk op Q. Selecteer [<] en druk op Q. • Om alle foto's uit het printorder te verwijderen, selecteert u [Reset] en drukt u op Q.
Eenvoudig printen Gebruik de camera om de foto die u wilt printen weer te geven voor u de printer via het USB-kabeltje aansluit. 1 Selecteer met HI de te printen foto's om deze op de camera weer te geven. 2 Druk op I. • Het instelmenu voor het selecteren van de foto verschijnt als het printen is voltooid. Om een andere foto te printen, selecteert u met HI de gewenste foto en drukt u op Q.
De beelden die u wilt printen selecteren Selecteer de beelden die u wilt printen De geselecteerde foto's kunnen later worden geprint (reservering van een enkel beeld) of het beeld dat u geopend hebt kan rechtstreeks worden geprint. Print (f) Single Print (t) 4 More (u) 123-3456 2012.10.01 12:30 Select Single Print 15 Print More Print de foto die nu wordt weergegeven. Als er een foto met een [Single Print]-reservering bestaat, zal alleen deze gereserveerde foto worden geprint.
5 Camera aansluiten op een computer Camera aansluiten op een computer Windows 1 Plaats de bijgeleverde cd in het CD-ROM-station. Windows XP • Er verschijnt een “Setup“-dialoogvenster. Windows Vista/Windows 7 • Er verschijnt een Autorun-dialoogvenster. Klik op “OLYMPUS Setup“ om het “Setup“-dialoogvenster weer te geven. 5 # Let op 2 Ga te werk volgens de aanwijzingen op het computerscherm.
3 Registreer uw Olympus-product. 4 Installeer OLYMPUS Viewer 2. • Klik op de knop “Registration“ en volg de instructies op het scherm. • Controleer de systeemvereisten voor u met de installatie begint. • Klik op de knop “OLYMPUS Viewer 2“ en volg de instructies op het scherm om de software te installeren.
Foto's naar een computer kopiëren zonder OLYMPUS Viewer 2 Uw camera voldoet aan de normen voor USB Mass Storage Class. U kunt beelden overbrengen naar een computer door de camera met het meegeleverde USB-kabeltje op een computer aan te sluiten. De volgende besturingssystemen ondersteunen de USB-aansluiting: Windows: Macintosh: Windows XP Home Edition/ Windows XP Professional/ Windows Vista/Windows 7 Mac OS X v10.3 of een latere versie 1 Schakel de camera uit en sluit deze aan op de computer.
6 Overige informatie Fotografeertips en -informatie De camera schakelt niet in, zelfs niet als batterijen zijn geplaatst De batterij is niet volledig opgeladen • Laad de batterij op met het laadapparaat. De batterijen werken tijdelijk niet vanwege een te lage temperatuur. • De batterijprestaties dalen bij lage temperaturen. Verwijder de batterij en warm deze op door hem een tijdje in uw zak te houden. Er wordt geen opname gemaakt als de ontspanknop wordt ingedrukt.
Ruisonderdrukking is geactiveerd • Met name bij nachtelijke opnamen gebruikt u lange sluitertijden en kan in de opnamen beeldruis verschijnen. De camera activeert de ruisonderdrukking na het fotograferen met lange sluitertijden. Tijdens dit proces niet fotograferen. U kunt [Noise Reduct.] op [Off] zetten. g “De custom-menu’s gebruiken“ (Blz. 71) Het aantal AF-kaders is gereduceerd.
Foutcodes Aanduiding op monitor Mogelijke oorzaak U hebt geen kaartje in de camera geplaatst of het kaartje wordt niet herkend. No Card Er is een probleem met het kaartje. Card Error Write Protect 6 Overige informatie Card Full Opslaan op dit kaartje is niet toegestaan. Clean Card Format Picture Error Plaats het kaartje opnieuw in de camera. Blijft het probleem bestaan, dan moet u het kaartje formatteren. Als het kaartje niet geformatteerd kan worden, kan dit niet gebruikt worden.
Aanduiding op monitor Mogelijke oorzaak Oplossing Schakel de camera uit en wacht tot de interne temperatuur gedaald is. m De interne temperatuur van Interne de camera is toegenomen cameratemperatuur ten gevolge van repeterende is te hoog. Wacht opnamen. even totdat de camera is afgekoeld, voordat u deze gebruikt. Wacht even totdat de camera automatisch wordt uitgeschakeld. Laat de interne temperatuur van de camera afkoelen, voordat u de camera weer in gebruik neemt. De batterij is uitgeput.
Reinigen en opbergen van de camera Reinigen van de camera Schakel de camera uit en verwijder de batterij alvorens de camera te reinigen. Camerahuis: • Wrijf deze voorzichtig schoon met een zachte doek. Is de camera erg vuil, dan dompelt u de doek in een mild sopje en wringt de doek goed uit. Wrijf de camera met de vochtige doek goed af en droog hem vervolgens met een droge doek. Heeft u de camera op het strand gebruikt, dan wrijft u hem schoon met een met schoon water bevochtigde en goed uitgewrongen doek.
Pixel Mapping – Controleren van de beeldbewerkingsfuncties Met de functie Pixel Mapping kan de camera het beeldopneemelement en de beeldbewerkingfuncties controleren en bijstellen. Als u de monitor heeft gebruikt of continu foto's gemaakt heeft, wacht dan minstens één minuut voordat u de functie pixel mapping gebruikt om er zeker van te zijn dat de functie correct werkt. 1 Selecteer [Pixel Mapping] op het tabblad b van het c custom-menu (Blz. 78). 2 Druk op I en druk vervolgens op Q.
7 Batterij en laadapparaat Batterij en laadapparaat 7 Batterij en laadapparaat 104 NL • Gebruik één enkele Olympus lithium-ionbatterij. Gebruik alleen originele oplaadbare batterijen van OLYMPUS. • Het verbruik van de camera varieert aanzienlijk, afhankelijk van het gebruik en andere omstandigheden. • Aangezien de volgende functies veel energie verbruiken, zelfs zonder fotograferen, zal de batterij snel leeg zijn.
8 Info over het kaartje Toepasbare geheugenkaartjes In deze handleiding worden alle opslagapparaten “kaartjes“ genoemd. De volgende soorten SD-geheugenkaartjes (in de handel verkrijgbaar) kunnen met deze camera worden gebruikt: SD, SDHC, SDXC en Eye-Fi. Kijk voor de meest actuele informatie op de Olympus-website. Schrijfbeveiligingsschakelaar van SD-kaartje Het SD-kaartje is voorzien van een schrijfbeveiligingsschakelaar.
9 Verwisselbare lenzen Kies een lens volgens het motief en uw creatieve bedoeling. Gebruik lenzen die uitsluitend bedoeld zijn voor het Micro Four Thirds-systeem en voorzien zijn van het label M. ZUIKO DIGITAL of het rechts weergegeven symbool. Met een adapter kunt u ook Four Thirds- en OM-lenzen gebruiken. # Let op • Bij het bevestigen of verwijderen van het de beschermkap of de lens kunt u de lensvatting het beste naar beneden laten wijzen.
Draai de zoomring voor een krachtige zoom. Hoe ver u draait bepaalt de zoomsnelheid. E-ZOOM (elektrische zoom) M-ZOOM (handmatige zoom) Draai de zoomring om in- en uit te zoomen. MACRO (macrofotografie) Om foto's te maken van onderwerpen op een afstand van 0,2 tot 0,5 m, drukt u op de knop MACRO en schuift u de zoomring vooruit. Zoom is niet beschikbaar. • De rol van de L-Fn-knop kan worden geselecteerd in het custom-menu van de camera.
10 Informatie Beeldkwaliteit en bestandsgrootte / het aantal foto's dat kan worden opgeslagen De in de tabel aangegeven bestandsgrootte geldt bij benadering voor bestanden met een breedte-hoogteverhouding van 4:3.
Een externe flitser gebruiken die werd ontworpen voor gebruik met deze camera Bij deze camera kunt u een van de afzonderlijk verkochte externe flitsers gebruiken om een flitser te verkrijgen die aangepast is aan uw wensen. De externe flitsers communiceren met de camera, zodat u de flitserfuncties van de camera kunt uitbreiden met andere flitserfuncties zoals TTL-AUTO en Super FP. Monteer een voor deze camera geschikte externe flitser op de flitsschoen van de camera.
3 Pas de instellingen voor elke groep aan in het superbedieningspaneel. Flitssterkte Groep • Selecteer de flitserfunctie en pas de flitssterkte afzonderlijk aan voor elke groep. Voor MANUAL selecteert u de flitssterkte. Pas de instelling aan voor de flitser van de camera. 4 Normale flitser / Super FP-flitser • Selecteer Normaal flitsen of Super FP-flitsen. A Mode TTL M Off TTL P +5.0 1/8 – +3.0 250 F5.6 Ch LO 1 0.
Menulijst *1: Kan worden toegevoegd aan [Myset]. *2: Standaard kan worden hersteld door [Full] voor [Reset] te selecteren. *3: Standaard kan worden hersteld door [Basic] voor [Reset] te selecteren.
d Setup-menu Tabblad d Functie Standaard ― ― j ±0, k ±0, Vivid 0,5 sec. c Menu Display Off c/# Menu Display # Menu Display Off Firmware ― X W* i Rec View *1 D *2 D D *3 g D D 16 70 70 70 70 D 70 * Instellingen verschillen afhankelijk van het land waar de camera is gekocht. c Custom-menu Tabblad c Functie AF Mode Still Picture Film Full-time AF AEL/AFL Reset Lens BULB/TIME Focusing Focus Ring MF Assist 10 Informatie P Set Home AF Illuminat.
Tabblad c Functie T Release/j Rls Priority S Rls Priority C j L fps j H fps j + IS Off Lens I.S. Priority U Disp/8/PC HDMI Out HDMI HDMI Control Video Out iAUTO KControl P/A/S/M Settings ART SCN q Close Up Mode Backlit LCD Sleep 8 USB Mode V Exp/p/ISO EV Step Noise Reduct.
Tabblad c 10 Functie W # Custom # X-Sync. # Slow Limit w+F X K/Color/WB K Set Xiddle Pixel Count Wmall Shading Comp. WB All Set All > All Reset Informatie W Keep Warm Color #+WB Color Space Y Record/Erase Quick Erase RAW+JPEG Erase File Name Edit Filename Priority Set dpi Settings Copyright Info.
# Accessoirepoortmenu Tabblad # Functie A OLYMPUS PENPAL Share Please Wait Address List Address Search Timer Book New Pairing My OLYMPUS PENPAL Picture Send Size B OLYMPUS PENPAL Album Copy All Reset Protect Album Mem. Usage Album Mem. Setup Picture Copy Size C Electronic Viewfinder EVF Adjust Standaard *1 *2 *3 — — 30 sec.
Technische gegevens Camera Producttype Producttype Lens Lensvatting Equivalente brandpuntsafstand op een kleinbeeldcamera Beeldopneemelement Producttype Totaal aantal pixels Aantal effectieve pixels Schermgrootte Breedte-hoogteverhouding Live view (live bekijken) Sensor Gezichtsveld Monitor Producttype Totaal aantal pixels 10 Sluiter Producttype Sluiter Autofocus Producttype Autofocuspunten Selectie van scherpstelpunt Belichtingsregeling Lichtmeetsysteem Lichtmeetbereik Informatie Fotofuncties ISO-gevo
Flits Flitsregeling TTL-AUTO (TTL-voorflitsfunctie) / MANUAL Synchronisatiesnelheid 1/250 sec. of trager Externe connector Multiconnector (USB-connector, AV-connector) / HDMI-microconnector (type D) / accessoirepoort Stroomvoorziening Batterij Li-ionbatterij ×1 Afmetingen / gewicht Afmetingen 110,5 mm (B) × 63,7 mm (H) × 38,2 mm (D) (exclusief uitstekende delen) Gewicht Ca.
11 Systeemschema Stroomvoorziening Zoeker BLS-5 BCS-5 Li-ionbatterij Li-ionbatterijlader VF-1 VF-2/VF-3 Optische zoeker Elektronische zoeker Bediening op afstand RM-UC1 Afstandsbedieningskabel USB-kabel/ Verbindingskabel AV-kabel/ HDMI-kabel Cameragreep Hoes/riem MCG-1/MCG-2/ MCG-3PR Schouderriem Cameratas 11 Systeemschema Onderwater systeem Geheugenkaart*4 Apparaten op accessoirepoort Onderwatertas SD/SDHC/ SDXC/ Eye-Fi OLYMPUS PENPAL PP-1*3 SEMA-1 Communicatie-eenheid Microfoonse
: E-PL5 compatibele producten : In de handel verkrijgbare producten Kijk voor de meest actuele informatie op de Olympus-website. Lens Voorzetlens*2 M.ZUIKO DIGITAL ED 12-50 mm f3.5-6.3 EZ M.ZUIKO DIGITAL ED 12 mm f2.0 M.ZUIKO DIGITAL 17 mm f2.8 M.ZUIKO DIGITAL 45 mm f1.8 M.ZUIKO DIGITAL ED 75 mm f1.8 M.ZUIKO DIGITAL ED 60 mm f2.8 Macro M.ZUIKO DIGITAL 14-42 mm f3.5-5.6 II R M.ZUIKO DIGITAL ED 9-18 mm f4.0-5.6 M.ZUIKO DIGITAL ED 14-150 mm f4.0-5.6 M.ZUIKO DIGITAL ED 40-150 mm f4.0-5.6 R M.
Belangrijkste accessoires Four Thirds-lensadapter (MMF–2/MMF–3) De camera heeft een MMF-2 Four Thirds-lensadapter nodig om Four Thirds-lenzen te bevestigen. Bepaalde functies, zoals automatisch scherpstellen, zijn mogelijk niet beschikbaar. Afstandsbedieningskabel (RM–UC1) Wordt gebruikt wanneer een zeer licht beweging van de camera tot onscherpe foto's kan leiden, bijvoorbeeld bij macro- of tijdopnamen. De afstandsbedieningskabel wordt aangesloten op de USB-connector van de camera.
12 VEILIGHEIDSMAATREGELEN VEILIGHEIDSMAATREGELEN LET OP GEVAAR VOOR ELEKTRISCHE SCHOK NIET OPENEN LET OP: OM HET GEVAAR VOOR EEN ELEKTRISCHE SCHOK TE VOORKOMEN, MAG DE BEHUIZING (OF ACHTERKANT) NIET VERWIJDERD WORDEN. IN DE CAMERA BEVINDEN ZICH GEEN ONDERDELEN WAARAAN U ONDERHOUD KUNT VERRICHTEN. LAAT DAT OVER AAN ERKENDE SERVICETECHNICI VAN OLYMPUS.
• Per ongeluk ontsteken van de flitser terwijl ze in de flitser kijken of vlak voor de ogen van andere kinderen. • Per ongeluk letsel oplopen door bewegende delen van de camera. • Kijk met de camera niet recht in de zon of in het licht van sterke lichtbronnen. • Gebruik en berg de camera niet op in stoffige of vochtige ruimten. • Dek de flitser, op het moment dat die ontsteekt, niet af met uw hand.
• Denkt u de camera langere tijd achtereen niet te gebruiken, haal de batterijen er dan uit. • Deze camera gebruikt een door Olympus voorgeschreven lithium-ionbatterij. Gebruik geen ander type batterij. Lees de handleiding voor de batterij zorgvuldig door voor een veilig en juist gebruik. • Er kan een storing in het contact optreden als de polen van de batterij nat of vettig zijn. Droog de batterij voor gebruik goed met een droge doek.
Lens • Niet onderdompelen in water of nat laten worden. • Niet laten vallen of geweld op de lens uitoefenen. • Houd het beweegbare deel van de lens niet vast. • Raak het lensoppervlak niet direct aan. • Raak de contactpunten niet direct aan. • Niet blootstellen aan abrupte temperatuurwijzigingen.
Voor klanten in Noord- en Zuid-Amerika Voor klanten in de VS Verklaring van conformiteit Modelnummer : E-PL5 Handelsnaam : OLYMPUS Verantwoordelijke partij : Adres : 3500 Corporate Parkway, P. O. Box 610, Center Valley, PA 18034-0610, VS Telefoonnummer : 484-896-5000 Getest op naleving van FCC-normen VOOR GEBRUIK THUIS OF OP KANTOOR Dit apparaat voldoet aan Part 15 van de FCC rules. Bediening is afhankelijk van de volgende twee voorwaarden: (1) Dit apparaat mag geen hinderlijke storingen veroorzaken.
12 VEILIGHEIDSMAATREGELEN 126 NL MET UITZONDERING VAN DE HIERBOVEN VERMELDE BEPERKTE GARANTIE GEEFT OLYMPUS GEEN ENKELE ANDERE GARANTIE OF WAARBORG MET BETREKKING TOT DE PRODUCTEN, ZOWEL DIRECT ALS INDIRECT, EXPLICIET OF IMPLICIET, OF TEN GEVOLGE VAN EEN OF ANDERE WET, VOORSCHRIFT, COMMERCIEEL GEBRUIK OF ANDERSZINS, INCLUSIEF MAAR NIET BEPERKT TOT ELKE GARANTIE INZAKE GESCHIKTHEID, DUURZAAMHEID, ONTWERP, WERKING OF TOESTAND VAN DE PRODUCTEN (OF DELEN ERVAN) OF DE VERKOOPBAARHEID VAN DE PRODUCTEN OF HUN GES
WAAR STUURT U HET PRODUCT VOOR SERVICE NAARTOE Zie “WERELDWIJDE GARANTIE“ voor het servicecentrum in uw buurt. INTERNATIONALE GARANTIESERVICE In het kader van deze garantie is een internationale garantieservice beschikbaar. Voor klanten in Europa Het waarmerk “CE“ garandeert dat dit product voldoet aan de richtlijnen van de EU (Europese Unie) wat betreft veiligheid, gezondheid, milieu-aspecten en bescherming van de gebruiker. Apparaten met het waarmerk “CE“ zijn bedoeld voor de Europese markt.
3 4 (i) Indien de garantieverklaring op een of andere wijze gewijzigd wordt met betrekking tot het jaar, de maand en de datum van aankoop, de naam van de klant, de naam van de dealer, en het serienummer. (j) Indien geen bewijs van aankoop bij deze garantieverklaring gevoegd wordt. Deze garantie is uitsluitend op het product van toepassing; de garantie is niet van toepassing op ieder ander toebehoren, zoals de behuizing, de camerariem, het lenskapje en de batterijen.
Index Symbolen # RC-flitsstand .................................109 W (taalkeuze).................................70 c/# Menu Display .......................70, 71 P Set Home .....................................72 I Face Priority .............................56, 72 dLock ................................................73 j H fps..............................................73 j L fps ..............................................73 j + IS Off ..........................................73 G/Info Settings ...
Exposure Shift .....................................78 Eye-Fi ..................................................79 F File Name ............................................77 Film R ............................................57, 78 Filmteleconverter .................................87 Firmware..............................................70 Flicker reduction ..................................74 Focus Ring ..........................................72 Full-time AF .........................................
T Touch Screen Settings.........................79 U USB Mode ...........................................74 V Video Out.............................................73 W WB .................................................50, 76 Wissen selectie....................................
http://www.olympus.com/ OLYMPUS EUROPA HOLDING GMBH Vestiging: Consumer Product Division Wendenstrasse 14 – 18, 20097 Hamburg, Duitsland Tel.: +49 40 – 23 77 3-0/Fax: +49 40 – 23 07 61 Afleveradres goederen: Modul H, Willi-Bleicher Str. 36, 52353 Düren, Duitsland Brieven: Postfach 10 49 08, 20034 Hamburg, Duitsland Europese Technische klantendienst: Bezoek ook onze homepage http://www.olympus-europa.