Operation Manual
Apparaatbeheer
4
Network Management Utility 4-3
4 Apparaatbeheer
Met behulp van de in dit hoofdstuk beschreven procedures kunt u apparaten
op het netwerk beheren en configureren. Let er wel op, dat de weergave op
het scherm voor het beheren en configureren van apparaten afhankelijk is
van het desbetreffende soort apparaat. Zie Network Management Utility on-
line help voor meer informatie over de hier beschreven functies.
De volgende bewerking wordt toegelicht met behulp van de Java-modus.
4.1 Het scherm voor Apparaatbeheer weergeven
Procedure
1 Klik op de pijl-omlaag knop boven het vak langs de linkerkant van het
venster, en selecteer vervolgens [Apparaatbeheer] in de lijst die ver-
schijnt. Selecteer in de HTML-modus [Apparaatbeheer] en klik vervol-
gens op de knop [Ga]. Hiermee wordt het menu Apparaatbeheer
weergegeven met een lijst van alle beheerde apparaten.
– Klik op [ ] om de tabelinformatie weer te geven in het CSV for-
maat in een afzonderlijk venster. Deze informatie kan niet naar prin-
ters of bestanden worden gestuurd.
– Klik op de [Filter] knop om de data te filteren in elke kolom van de
Apparatenlijst.
– Klik op de [Beeldinstelling] knop om de kolommen van de Appara-
tenlijst weer te geven of te verbergen.