Operation Manual

Table Of Contents
10
Beheerdersfunctie-instellingen
10-28 CS 193/173/163
10.4.9 Faxinstelling – Functieinstelling
Functie AAN/UIT instelling – F-code TX
% Bepaal of de F-code TX-functie al dan niet moet worden gebruikt.
!
Detail
De F-gecodeerde verzendfunctie biedt twee methoden: vertrouwelijke en relay verzending.
Raadpleeg "Vertrouwelijke communicatie (G3)" op pagina 7-5 voor meer informatie over vertrouwelijke
verzending.
Raadpleeg "Relay distributie (G3)" op pagina 7-6 voor meer informatie over relay verzending.
Functie AAN/UIT instelling – Relay RX
% Stel dit in op "AAN" om het verzenden van ontvangen gegevens in te schakelen als een relay
distributiestation naar andere relay stations.
Om de relay distributiefuncties te kunnen gebruiken, is de registratie van een relay gebruikersbox
vereist.
!
Detail
Raadpleeg de handleiding – Mapbewerkingen voor meer informatie over het registreren van relay
gebruikersboxen.