Operation Manual

Table Of Contents
CS 193/173/163 6-11
Gegevens ontvangen (G3/IP/I-fax)
6
Afdrukbeperkingen
Als het papier dat werkelijk wordt gebruikt voor het afdrukken, kleiner is dan het papierformaat dat in Stap 1
is vastgesteld, wordt het document verkleind bij de afdruk.
Wanneer [Afzonderlijke Fax pagina's afdrukken] is ingesteld op [UIT], wordt de afdrukrichting automatisch 90
graden gedraaid als de richting van het papier dat werkelijk wordt gebruikt voor de afdruk, niet overeenkomt
met het papier dat in Stap 1 is vastgesteld.
2
Opmerking
Meer details over [Afzonderlijke Fax pagina's afdrukken] vindt u onder "Afzonderlijke Fax pagina's
afdrukken" op pagina 10-26.
Wanneer een document dat papier van verschillende formaten gebruikt, wordt afgedrukt, worden deze
bewerkingen per pagina uitgevoerd.
Als de papierformaten die bepaald zijn in stappen 1 en 2 worden geplaatst in twee of meer papierladen, wordt
een papierlade geselecteerd volgens de instellingen die zijn opgegeven voor [Auto cassette selectie
instellen].
Als papier van een toepasselijk formaat alleen in de handinvoer is geplaatst, wordt het afdrukken uitgevoerd
met papier van de handinvoer. Als de handinvoer echter niet is opgegeven voor "Auto cassetteselectie"
wanneer u [Auto cass. selectie instellen] instelt, wordt het papier niet uitgevoerd van de handinvoer.
2
Opmerking
Raadpleeg de Handleiding – Kopieerbewerkingen voor informatie over de functie [Auto cass. selectie
instellen].
Wanneer [Afzonderlijke Fax pagina's afdrukken] is ingesteld op [AAN], wordt de afdruk niet uitgevoerd op
afzonderlijke pagina's als [TX/RX instelling] in het scherm van de toepassingsfunctie als volgt is ingesteld:
- Een vaste lade wordt opgegeven met [cassette selectie voor RX afdruk].
- [Min. verkleining voor RX afdruk] is ingesteld op "×1,0".
- [Afdrukpapier selectie] is ingesteld op [Vast form.] of [Prioriteit formaat].
- [Duplex afdruk (RX)] is ingesteld op [AAN].
2
Opmerking
Meer informatie over [Cassette selectie voor RX afdruk], [Min. verkleining voor RX afdruk],
[Afdrukpapierselectie] en [Duplex afdruk (RX)], vindt u onder "Faxinstelling – TX/RX instelling" op
pagina 10-23.
Als er geen toepasselijk papier voor de afdruk is voorbereid, verschijnt een bericht met de vraag papier te
plaatsen.
- Wanneer [Afdrukpapier selectie] is ingesteld op [Prioriteit formaat], wordt 8-1/2 e 11, 8-1/2 e 14 of
11 e 17 (A4, B4, of A3) geselecteerd als het optimale papierformaat. Als er geen papier van dit formaat
in de lade is, wordt de standaard papierselectie uitgevoerd voor de afdruk.
- Wanneer [Afdrukpapier selectie] is ingesteld op [Vast form.], wordt 8-1/2 e 11, 8-1/2 e 14 of 11 e 17 (A4,
B4, of A3) geselecteerd als het optimale papierformaat. Als er geen papier van dat formaat in de lade
is geplaatst, verschijnt een bericht tot het papier van het relevante formaat wordt geplaatst.
- Wanneer [cassette selectie voor RX afdruk] is ingesteld op een andere optie dan [Auto pap. selectie],
wordt het papier in de papierlade die is opgegeven voor [cassette selectie voor RX afdruk] (behalve voor
de handinvoer), gebruikt voor het afdrukken. Als de breedte van het papier kleiner is dan de breedte
van het ontvangen document, wordt de afdruk verkleind. Als de opgegeven papierlade leeg is,
verschijnt een bericht tot het papier van het relevante formaat wordt geplaatst.
- Wanneer [Afdrukpapier selectie] is ingesteld op een andere optie dan [Auto selectie] en [cassette
selectie voor RX afdruk] is ingesteld op een andere optie dan [Auto pap. selectie], krijgt de instelling
voor [cassette selectie voor RX afdruk] de prioriteit.