Operation Manual
6
Netwerk scan/fax/ Netwerkfaxbewerkingen
6-86 CS193/CS173/CS163
F-code TX
Verzendt gegevens naar de opgegeven gebruikersbox van de ontvanger door het SUB-adres en de Afzender-
ID in te voeren. U kunt de volgende twee types gebruikersboxen opgeven.
- Vertrouwelijke verzendingen
– Verzendt gegevens naar de vertrouwelijke verzendgebruikersbox van de ontvanger. Voer het
gebruikersboxnummer in als SUB-adres en het vertrouwelijke verzendwachtwoord als Afzender-ID.
- Relay verzending
– Verzendt gegevens naar de relay-verzendgebruikersbox wanneer de machine van de ontvanger de
relay-distributiefunctie heeft. Voer het relay-gebruikersboxnummer in als SUB-adres en het relay-
verzendwachtwoord als Afzender-ID.
% Geef het SUB-adres of de verzendings-ID voor de ontvanger op.
!
Detail
De ontvanger moet de functie F-code hebben om een F-code te kunnen gebruiken.
6.11.5 E-mailcodering (E-mail)
Deze parameter verschijnt wanneer "AAN" is geselecteerd voor "S/MIME communicatie-instelling" (in
[E-mailinstel.] in het scherm Netwerkinstellingen in de Beheerdersfunctie).
% Geef op of de e-mail die u wilt verzenden moet worden gecodeerd.
6.11.6 Digitale handtekening toevoegen (E-mail)
Deze parameter verschijnt wanneer "AAN" is geselecteerd voor "S/MIME communicatie-instelling" (in
[E-mailinstel.] in het scherm Netwerkinstellingen in de Beheerdersfunctie).
% Bepaal of er een\~digitale handtekening moet worden toegevoegd aan de e-mailberichten die worden
verzonden.
!
Detail
Deze parameter zal mogelijk niet beschikbaar zijn of kan worden ingesteld op Normaal tekenen,
afhankelijk van de opgegeven S/MIME communicatie-instellingen.