Operation Manual

Table Of Contents
CS 193/173/163 11-29
Faxstuurprogramma
11
Een aangepast formaat opgeven
Als u een origineel met een aangepast formaat verzendt of als de ontvanger een aangepast papierformaat
gebruikt, kunt u het papierformaat opgeven met de hieronder beschreven procedure.
1 Selecteer in de vervolgkeuzelijst "Origineel formaat" of "Papierformaat" de optie "Aangepast formaat".
Het dialoogvenster Instellingen aangepast formaat wordt weergegeven.
2 Geef de instellingen op voor het volgende:
–Breedte:
definieert de breedte en de lengte voor het aangepaste papierformaat volgens de geselecteerde
maateenheid.
Lengte:
definieert de lengte van het aangepaste papierformaat volgens de geselecteerde maateenheid.
–Eenh.
selecteert de maateenheid die het formaat definieert.
3 Klik op [OK].