Operation Manual

Table Of Contents
CS 193/173/163 11-5
Faxstuurprogramma
11
11.1.3 Het systeem instellen
Om het afdruksysteem te kunnen gebruiken, moet het eerst worden ingesteld.
Het instellen bestaat uit het aansluiten van deze machine op een computer en het installeren van het
faxstuurprogramma op de computer die wordt gebruikt.
!
Detail
Deze handleiding beschrijft de instelmethode van de netwerkverbinding alleen voor
Poort9100/IPP/IPPS die door het installatieprogramma zal worden geïnstalleerd en LPR/Poort9100 die
door de wizard Printer toevoegen zal worden geïnstalleerd.
Raadpleeg de handleiding – Afdrukbewerkingen voor installatieprocedures via andere
netwerkverbindingen.
Netwerkverbinding
1 Sluit deze machine aan op een computer.
2 Zorg dat de computer is verbonden met het netwerk.
3 Geef het IP-adres van de machine op om een verbinding te maken met het netwerk.
4 Wijzig de netwerkinstellingen van deze machine op basis van de verbindingsmethode en het protocol.
LPR: LPD-afdruk inschakelen in het scherm LPD instelling.
Poort9100: schakel het RAW poortnummer (9100 standaard) in het scherm TCP/IP-inst.in.
SMB: geef "Afdrukinstelling" op in het scherm SMB-instelling.
IPP/IPPS: schakel IPP-afdruk in het scherm IPP instelling in.
5 Installeer het faxstuurprogramma.
Geef de netwerkpoort op van het faxstuurprogramma op basis van de verbindingsmethode en het
protocol.
Lokale verbinding
1 Sluit deze machine aan op een computer.
2 Installeer het faxstuurprogramma.
!
Detail
Raadpleeg de handleiding – Afdrukbewerkingen voor details over het verbinden van deze machine met
een computer.
Om een update van een bestaand faxstuurprogramma uit te voeren, moet u eerst het bestaande
faxstuurprogramma verwijderen. Raadpleeg "Het faxstuurprogramma verwijderen" op pagina 11-16
voor meer informatie.