Operation Manual

Table Of Contents
CS 193/173/163 10-35
Beheerdersfunctie-instellingen
10
10.4.10 Faxinstelling – PBX-verbind. instelling
1 Geef de verbindingsmethode voor de PBX-lijn op.
Wanneer de PBX-verbindingsmodus is ingeschakeld, moet u een toegangscode voor een buitenlijn
opgeven. Een toegangscode verwijst naar een nummer, zoals "0", dat wordt gebruikt voor het
verbinden met een buitenlijn.
Buitenlijnnummers die hier zijn opgegeven worden gekozen voordat de faxnummers worden
gekozen die in Adresboek of Programma zijn geregistreerd.
2 Druk op [Nee].
3 Voer een toegangscode in via de cijfertoetsen (tussen 0 en 9999).
10.4.11 Faxinstelling – Overzicht instellingen
% Geeft de uitvoermethode voor het rapport op.
Activiteitenrapport
% Geef de uitvoerinstellingen voor het activiteitenrapport op. Wanneer u de uitvoer inschakelt, moet u de
uitvoermethode selecteren.