Operation Manual

CS 193/173/163 2-93
Instelitems volgens bewerking
2
Voor externe printermodus met NetWare 4.x Bindery -emulatie
0 Voordat u de bindery-emulatie gebruikt, moet u controleren of deze compatibel is met de NetWare-
server.
1 Meld u bij NetWare aan vanaf een clientcomputer met de beheerdersmachtiging als Bindery.
2 Start Pconsole.
3 Selecteer onder "Available Options" de optie "Quick Setup".
4 Druk op de toets [Enter].
5 Geef de juiste namen op in de velden "Print Server Name", "Printer Name" en "Print Queue Name".
6 Selecteer "Other/Unknown" in het veld "Printer type".
7 Sla de opgegeven instellingen op.
8 Druk op [Esc] om Pconsole af te sluiten.
9 Gebruik de NetWare-serverconsole om PSERVER.NLM te laden.
10 Geef de volgende instellingen op voor "NetWare Setting".
Voor de afdrukservermodus met NetWare 4.x Bindery-emulatie
0 Voordat u de bindery-emulatie gebruikt, moet u controleren of deze compatibel is met de NetWare-
server.
0 Om de printerservermodus te gebruiken, moet het IPX-protocol op de NetWare-server worden geladen.
1 Meld u bij NetWare aan vanaf een clientcomputer met de beheerdersmachtiging als Bindery.
2 Start Pconsole.
3 Selecteer onder "Available Options" de optie "Quick Setup".
4 Druk op de toets [Enter].
5 Geef de juiste namen op in de velden "Print Server Name", "Printer Name" en "Print Queue Name".
6 Selecteer "Other/Unknown" in het veld "Printer type".
7 Sla de opgegeven instellingen op.
8 Druk op [Esc] om Pconsole af te sluiten.
9 Geef de volgende instellingen op voor "NetWare Setting".
Item Definitie Voorafgaande
bevestiging
IPX Setting* Selecteer "ON".
Ethernet Frame Type* Geef het kadertype op dat moet worden gebruikt. Frametype
NetWare Print Mode* Selecteer "NPrinter/Rprinter".
Print Server Name* Geef de naam op van de printerserver zodat deze kan dienst
doen als Nprinter/Rprinter (tot 63 tekens).
De afdrukservernaam die
u in stap 4 hebt geregi-
streerd
Printer Number* Voer het Nprinter/Rprinter-printernummer in.