Operation Manual

NL
45
De witbalans instellen
Het menselijke oog past zich aan veranderingen in lichtsterkte aan, zodat witte objecten nog steeds wit zijn
wanneer het licht verandert. Bij camera’s wordt de kleur van het onderwerp beïnvloed door de kleur van het licht
eromheen. Deze kleuraanpassing wordt “witbalansaanpassing” genoemd. Met deze instelling kunt u de witbalans
instellen wanneer u foto’s neemt met een bepaalde belichting.
1. Draai de modusknop naar een van deze modi: [ M ] handmatige modus,
[ Av ] diafragmavoorkeuzemodus, [ Tv ] sluitertijdvoorkeuzemodus of [ P ]
programmamodus.
2. Zet de camera aan.
3. Druk op de knop Menu [ ].
4. Selecteer “Witbalans” met de knop / en druk op de knop .
5. Verander de instelling met de knop / en druk nogmaals op de knop
om te bevestigen.
6. Als u het modusmenu wilt afsluiten, drukt u weer op de menuknop [ ].
7. Kadreer de foto.
8. Druk op de sluiterknop.
[Auto]: past de witbalans automatisch aan.
[ Daglicht ]: voor buitenopnamen op een heldere dag.
[ Bewolkt ]: voor opnamen met bewolkte luchten, schaduwen, schemering of avondlucht.
[ Zonsondergang ]: voor het fotograferen van zonsondergangen
[ Gloeilamp ]: voor opnamen die zijn gemaakt bij gloeilamplicht.
[ TL-licht ]: voor opnamen die zijn gemaakt bij tl-licht.