Operation Manual
NL
29
Het LCD-scherm gebruiken
U gebruikt het LCD-scherm om foto’s te kadreren, om gemaakte foto’s/videoclips te bekijken of
om menu-instellingen aan te passen. De moduspictogrammen, tekst en getallen die op het
LCD-scherm worden weergegeven, hangen af van de huidige
instellingen.
1. Zet de camera aan met de AAN/UIT-schakelaar.
2. Stel de modusknop in op de gewenste stand (Handmatig, Auto,
Macro, Portret, Landschap, Nacht of Sport).
3. Kadreer de foto op het LCD-scherm.
4. Druk op de sluiterknop.
De LED knippert groen terwijl de camera de genomen foto
verwerkt.
OPMERKING
• Druk in de opnamemodus eenmaal op de knop OK om de OSD (schermweergave) aan of uit te zetten. Druk
tweemaal om het LCD-scherm aan of uit te zetten. Druk nogmaals op OK om terug te keren naar de vorige modus.
• Het LCD-scherm wordt donkerder bij helder zonlicht of fel licht. Dit is geen defect.
• Als u het LCD-scherm gedurende lange tijd gebruikt, kunt u minder foto’s maken. Als u wilt dat de batterijen langer
meegaan, zodat u meer foto’s kunt nemen, wordt aanbevolen het LCD-scherm uit te schakelen en in plaats daarvan de
zoeker te gebruiken.
• Gebruik altijd het LCD-scherm voor MACRO-opnamen.
• In de filmmodus [
] kan het LCD-scherm niet worden uitgeschakeld.