Operation Manual
5
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
Stroomsnoeren
Aardings-
klemmen
Aardings-klemmen
Aardings-
klem
Contact-
jumper
Afstands-
isolators
Inkomende
antennedraad
Aardingsdraad
Aardings-
draad
Antenneontlading
seenheid
Naar buitenantenne-
aansluiting of loopband
Mast
Huisaansluiting
sapparatuur
Aardingselectrodesystee
m voor de stroomaanslui-
ting (b.v. Metalen water-
buis binnenshuis)
Huisaansluiting
Optionele Antenne-aardingselektrode die 2,44 m in
de grond wordt geleid (Als dat vereist is volgens de
plaatselijke voorschriften).
31. Wanneer de loopband of de televisie wordt
gerepareerd of een onderhoudsbeurt krijgt
vraag dan de technicus de veiligheidsproce-
dure uit te voeren om er zeker van te zijn dat
het apparaat goed werkt.
• Gebruik een No. 10 AWG (5.3 mm
2
) kop-
eren, een No. 8 AWG (8.4 mm
2
) aluminium,
een No. 17 AWG (1.0 mm
2
) stalen of
bronzen draad, voorzien van een laagje
koper, of een forsere draad dan een
geaarde draad.
• Bevestig de antenneaansluiting en geaarde
draaden aan het huis door gebruik te
maken van isolatoren die een tussenruimte
hebben van 1.22 tot 1.83 m.
• Maak de antenne met een electrisch ontlad-
ingssysteem zo dicht mogelijk aan de an-
tenneaansluiting vast waar deze het huis
binnengaat.
• Gebruik een doorverbindingsdraad van
minstens No. 6 AWG (13.3 mm
2
) van koper,
of van een gelijkwaardig materiaal wanneer
een op zichzelf staande geaarde antenne
electrode wordt gebruikt. Raadpleeg de
plaatselijke regelingen en voorschriften.
Aandacht voor de kabeltelevisie monteur:
Raadpleeg de plaatselijke regelingen en
voorschriften voor de benodigde aardleiding.