Operation Manual

32
SYMPTOOM: De loopband ligt niet in het midden
van de voetrails.
BELANGRIJK: De loopband kan beschadigd raken
wanneer de band tegen de voetrails schuurt.
a. Verwijder als eerste de sleutel en TREK DE
STROOMKABEL UIT. Gebruik de inbussleutel om
de linker schroef van de spanrol een halve slag
met de klok mee te draaien als de loopband naar
links verschoven is. Draai de linker schroef van
de spanrol een halve slag tegen de klok in als
de loopband naar rechts verschoven is. Zorg
ervoor dat de band niet te strak staat. Steek dan
de stroomkabel in, steek de sleutel in en laat de
loopband een paar minuten draaien. Herhaal deze
procedure tot de band goed in het midden ligt.
SYMPTOOM: De band slipt wanneer er op gelopen
wordt
a. Verwijder als eerste de sleutel en TREK DE
STROOMKABEL UIT. Draai beide bijstelschroeven
van de spanrol met de inbussleutel een kwartslag
met de klok mee. Als de band goed vastligt moet u
elke rand van de band 5 tot 7 cm van het loopvlak
kunnen optillen. Zorg ervoor dat de band in het
midden blijft liggen. Steek dan de stroomkabel in.
Steek de sleutel in en loop een paar minuten voor-
zichtig op de loopband. Herhaal deze procedure tot
de band goed vastligt.
SYMPTOOM: Er lopen lijnen over de display van
het bedieningspaneel
a. Zie DE INSTELLINGEN op bladzijde 27 als er lijnen
in de display van het bedieningspaneel verschijnen
en stel het contrastniveau van de display bij.
a
a
Voetrails