NOKIA CORPORATION verklaart op eigen verantwoordelijkheid dat het product RM-36 conform is aan de bepalingen van de volgende Richtlijn van de Raad: 1999/5/EC. Een kopie van de conformiteitsverklaring kunt u vinden op de volgende website: http:/ /www.nokia.com/phones/declaration_of_conformity/.
INFORMATIE OVER AANVULLENDE TOEPASSINGEN VOOR UW NOKIA 6680 In het pakket vindt u een multimediakaart van het type Reduced-Size Dual Voltage (RS-MMC), die aanvullende toepassingen van Nokia en van derden bevat. De inhoud van de RS-MMC en de beschikbaarheid van toepassingen en diensten kunnen verschillen per land, leverancier en/of netwerkoperator. De toepassingen en meer informatie over het gebruik van de toepassingen op www.nokia.com/ support zijn slechts in een aantal talen beschikbaar.
Inhoudsopgave Inhoudsopgave Voor uw veiligheid.....................................9 De telefoon aanpassen ............................12 Tonen instellen..................................................................... 13 Het profiel Offline ....................................................... 13 Inhoud van een andere telefoon overdragen.............. 14 Het uiterlijk van de telefoon wijzigen........................... 15 Actief standby................................................................
Camera en Galerij ................................... 37 Camera ...................................................................................37 Foto’s maken .................................................................38 Foto’s nemen in een serie..........................................39 Zelf op de foto — zelfontspanner............................39 De flits.............................................................................40 Kleur en belichting aanpassen...............................
Inhoudsopgave E-mailberichten ophalen........................................... 60 E-mailberichten automatisch ophalen.................. 61 E-mailberichten verwijderen.................................... 62 De verbinding met de mailbox verbreken............. 62 Outbox — berichten die nog niet zijn verzonden...................................................................... 63 Berichten op een SIM-kaart bekijken ........................... 63 Berichtinstellingen..........................................
Chatten (instant messaging) ................. 85 Chatinstellingen ontvangen .............................................85 Verbinding maken met een chatserver..........................85 Chatinstellingen aanpassen..............................................86 Chatgroepen en -gebruikers zoeken ..............................86 Aanmelden bij een chatgroep of een chatgroep verlaten..............................................................86 Chatten.........................................................
Inhoudsopgave Datum en tijd .............................................................106 Beveiliging...................................................................106 Oproepen doorschakelen.........................................109 Oproepblokk. (netwerkdienst)................................110 Netwerk........................................................................110 Instellingen toebehoren ..........................................111 Spraakopdrachten....................................
Voor uw veiligheid Lees deze eenvoudige richtlijnen. Het niet opvolgen van de richtlijnen kan gevaarlijk of onwettig zijn. Lees de volledige gebruikershandleiding voor meer informatie. HET PRODUCT VEILIG INSCHAKELEN Schakel de telefoon niet in als het gebruik van mobiele telefoons verboden is of als dit storing of gevaar zou kunnen opleveren. VERKEERSVEILIGHEID HEEFT VOORRANG Houd u aan de lokale wetgeving. Houd terwijl u rijdt uw handen vrij om uw voertuig te besturen.
MAAK BACK-UPS Maak een back-up of een gedrukte kopie van alle belangrijke gegevens. AANSLUITEN OP ANDERE TELEFOONS Wanneer u de telefoon op een andere telefoon aansluit, dient u eerst de handleiding bij de telefoon te raadplegen voor uitgebreide veiligheidsinstructies. Sluit geen incompatibele producten aan. ALARMNUMMER KIEZEN Controleer of de telefoonfunctie van de telefoon ingeschakeld en operationeel is. Druk zo vaak als nodig is op om het scherm leeg te maken en terug te keren naar het startscherm.
Het kan zijn dat uw serviceprovider heeft verzocht om bepaalde functies uit te schakelen of niet te activeren in uw apparaat. In dat geval worden deze functies niet in het menu van uw apparaat weergegeven. Neem contact op met uw serviceprovider voor meer informatie. Dit draadloze apparaat is een 3GPP GSM Release 99station met ondersteuning voor GPRS en is ontworpen om ook Release 97 GPRS-netwerken te ondersteunen.
De telefoon aanpassen 12 De telefoon aanpassen Opmerking: Bij uw serviceprovider/ netwerkoperator wijkt de volgorde van menu-items misschien af of bevat het telefoonmenu andere symbolen. Neem contact op met uw serviceprovider of netwerkoperator of met de klantenservice van Nokia als u hulp nodig hebt bij functies die anders zijn dan in deze handleiding wordt beschreven. • Zie ‘Het uiterlijk van de telefoon wijzigen’ op pagina 15.
Tonen instellen u een toon kiest. Druk op een toets om het geluid te stoppen. Als u een nieuw profiel wilt maken, selecteert u Opties > Nieuw maken. Het profiel Offline Als u de beltonen, berichtensignaaltonen en andere tonen voor verschillende gebeurtenissen, situaties of bellergroepen wilt instellen en aanpassen, drukt u op en selecteert u Instrum. > Profielen. Het geselecteerde profiel wordt weergegeven boven aan de display in de standby-modus.
De telefoon aanpassen Waarschuwing: U kunt het profiel Offline alleen gebruiken als het apparaat is ingeschakeld. Schakel het apparaat niet in als het gebruik van mobiele apparaten verboden is of als dit storing of gevaar zou kunnen opleveren. Als u het profiel Offline wilt verlaten, selecteert u een ander profiel en vervolgens Opties > Activeren > Ja. Via de telefoon wordt de draadloze overdracht opnieuw ingeschakeld (mits het signaal sterk genoeg is).
Het uiterlijk van de telefoon wijzigen Als u het uiterlijk van de telefoondisplay wilt wijzigen, zoals de achtergrondafbeelding, het kleurenpalet en de symbolen, drukt u op en selecteert u Instrum. > Thema's. Het actieve thema wordt aangegeven met . In Thema's kunt u elementen van andere thema’s groeperen of afbeeldingen selecteren in de toepassing Galerij om thema’s verder aan te passen. Thema's die zijn opgeslagen op de geheugenkaart, worden aangegeven met .
De telefoon aanpassen Actief standby Via de standby-display hebt u snelle toegang tot de toepassingen die u vaak gebruikt. Druk op , selecteer Instrum. > Instell. > Telefoon > Standby-modus > Actief standby en druk op om de actieve standby-modus in- of uit te schakelen. Boven aan de actieve standby-display worden de standaardtoepassingen weergegeven met daaronder agenda-items en taken. Ga naar een toepassing of item en druk op .
Klok Beschikbare opties in Klok: Alarm instellen, Alarm opn. instellen, Alarm uitschakelen, Instellingen, Help en Afsluiten. Druk op en selecteer Klok. Selecteer Opties > Alarm instellen om een nieuw alarm in te stellen. Voer de alarmtijd in en selecteer OK. Als het alarm actief is, wordt in de standby-modus het symbool weergegeven. Als u het alarm wilt uitschakelen, selecteert u Stop. Als het alarm afgaat, kunt u het voor vijf minuten uitschakelen door op een toets te drukken of Snooze te selecteren.
De telefoon ‘Wereldklok’ op pag. 18. Wanneer de zomertijd actief is, wordt het symbool weergegeven in de beginweergave van de klok. Wereldklok Open Klok en druk op om de weergave Wereldklok te openen. In de weergave Wereldklok kunt u de tijd in verschillende steden zien. Als u steden aan de lijst wilt toevoegen, selecteert u Opties > Stad toevoegen. Voer de eerste letters van de naam van de stad in. Het zoekveld verschijnt automatisch en de overeenkomende steden worden weergegeven. Selecteer een stad.
Als u wilt bladeren in bestanden en mappen in het telefoongeheugen of op een geheugenkaart (indien ingevoegd), drukt u op en selecteert u Instrum. > Best.beh. De weergave van het telefoongeheugen ( wordt geopend. Druk op om de weergave van de geheugenkaart te openen ( ). ) Als u bestanden wilt verplaatsen of kopiëren naar een map, drukt u tegelijk op en om een bestand te markeren en selecteert u Opties > Verplaats naar map of Kopiëren naar map. Symbolen in Best.beh.
De telefoon Als u gegevens wilt verwijderen om geheugen vrij te maken, gebruikt u Best.beh. of gaat u naar de desbetreffende toepassing. U kunt bijvoorbeeld de volgende items verwijderen: • Berichten in de mappen Inbox, Ontwerpen en Verzonden in Berichten. • Opgehaalde emailberichten in het telefoongeheugen. • Opgeslagen webpagina's. • Opgeslagen afbeeldingen, video's of geluidsbestanden. • Contactgegevens. • Agenda-notities. • Gedownloade toepassingen. Zie ook ‘Toepassingsbeheer’ op pag. 112.
Handige snelkoppelingen Een geheugenkaart formatteren Voordat u een foto neemt: • Druk op om de nachtmodus in of uit te schakelen. • Druk op om de reeksmodus in of uit te schakelen. • Druk op om de helderheid aan te passen. • Druk op om het contrast aan te passen. Wanneer een geheugenkaart wordt geformatteerd, gaan alle gegevens op de kaart definitief verloren. Tip! Als u de naam van een geheugenkaart wilt wijzigen, selecteert u Opties > Naam geh.kaart. Sommige geheugenkaarten zijn voorgeformatteerd.
De telefoon Een video opnemen Voordat u een videoclip opneemt: • Druk op om de nachtmodus in of uit te schakelen. • Druk op om de helderheid aan te passen. • Druk op om het contrast aan te passen. Nadat u een videoclip hebt opgenomen: • Druk op om de videoclip Via multimedia, Via e-mail of Via Bluetooth te verzenden. Zie ‘Berichten’ op pag. 51 en ‘Bluetooth-verbinding’ op pag. 92 voor meer informatie. • Druk op om de videoclip te verwijderen. • Druk op om een nieuwe videoclip op te nemen.
Toetsenblokvergrendeling • Houd ingedrukt om te schakelen tussen geopende toepassingen. Als er onvoldoende geheugen is, kan het zijn dat toepassingen automatisch worden gesloten. Voordat een toepassing wordt gesloten, worden nietopgeslagen gegevens opgeslagen. • Als u het profiel wilt wijzigen, drukt u op en selecteert u een profiel. Houd ingedrukt om te schakelen tussen de profielen Algemeen en Stil. Als u twee telefoonlijnen hebt, schakelt u met deze actie tussen de twee lijnen.
Bellen Bellen Spraakoproep Tip! Druk op om het volume tijdens een gesprek harder te zetten of op om het volume zachter te zetten. 1 Voer in de standby-modus het telefoonnummer, inclusief het netnummer, in. Druk op om een nummer te verwijderen. Voor internationale gesprekken drukt u tweemaal op voor het teken + (duidt de internationale toegangscode aan), kiest u vervolgens het landnummer, het netnummer (eventueel zonder voorloopnul) en het abonneenummer. 2 Druk op om het nummer te bellen.
Als u een video-oproep wilt doen, moet u over een USIMkaart beschikken en zich binnen het dekkingsgebied van een UMTS-netwerk bevinden. Informeer bij de netwerkoperator of serviceprovider naar de beschikbaarheid van video-oproepdiensten. Videooproepen kunnen alleen worden uitgevoerd tussen twee partijen. U kunt de video-oproep doen naar een compatibele mobiele telefoon of een ISDN-client. U kunt geen video-oproepen doen wanneer er een andere spraak, video- of gegevensoproep actief is.
Bellen Selecteer Inschakelen/Uitschakelen: Video verzenden, Audio verzenden of Audio & video vrzndn als u een videoclip wilt weergeven of alleen een geluidsfragment wilt afspelen. Selecteer Inzoomen of Uitzoomen om in en uit te zoomen op uw eigen afbeelding. Het zoomsymbool verschijnt boven in de display. 3 Druk op om de video-oproep te beëindigen. Bellen met een snelkeuzetoets Als u een telefoonnummer wilt toewijzen aan een van de snelkeuzetoetsen ( — ), drukt u op en selecteert u Instrum. > Snelkeuze.
Tip! Als er een compatibele hoofdtelefoon is aangesloten op de telefoon, kunt u een oproep beantwoorden en beëindigen door op de toets voor de hoofdtelefoon te drukken. Als u een oproep niet wilt beantwoorden, drukt u op om deze te weigeren. De beller hoort een bezettoon. Als u met de functie Doorschakelen > Indien bezet oproepen doorschakelt, worden geweigerde oproepen ook doorgeschakeld. Zie ‘Oproepen doorschakelen’ op pag. 109.
Bellen Druk op om de oproep in de wachtrij te beantwoorden. Het eerste gesprek wordt dan in de wachtstand geplaatst. Als u tussen de twee gesprekken wilt schakelen, kiest u Verwiss. Selecteer Opties > Doorverbinden om het actieve gesprek en het gesprek in de wachtstand met elkaar te verbinden en zelf de verbinding te verbreken. Druk op om het actieve gesprek te beëindigen. Als u beide oproepen wilt beëindigen, selecteert u Opties > Alle oproep. beëind.
Recente opr. Als u de telefoonnummers wilt bijhouden van gemiste en ontvangen oproepen en de gekozen nummers, drukt u op en selecteert u Connect. > Logboek > Recente opr. Gemiste en ontvangen oproepen worden alleen geregistreerd als het netwerk deze functies ondersteunt, de telefoon aan staat en zich binnen het bereik van de netwerkdienst bevindt. Tip! Als in de standby-modus wordt gemeld dat u oproepen hebt gemist, selecteert u Tonen om de gemiste oproepen weer te geven.
Bellen Alle communicatiegebeurtenissen controleren Symbolen in Logboek: Inkomend Uitgaand Gemiste communicatiegebeurtenissen Als u alle geregistreerde spraak- en video-oproepen, SMS-berichten of gegevensverbindingen wilt controleren, drukt u op , selecteert u Connect. > Logboek en drukt u op om het algemene logboek te openen. U kunt per oproep de afzender of ontvanger, het telefoonnummer, de serviceprovider of het toegangspunt bekijken.
Bellen Pakketgegevensteller en timer voor verbinding: Om te bekijken hoeveel gegevens, gemeten in kilobytes, zijn overgebracht en hoelang een pakketgegevensverbinding heeft geduurd, gaat u naar een inkomende of uitgaande gebeurtenis die wordt aangegeven met Pack. en selecteert u Opties > Gegevens bekijken. Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
Contacten (adresboek) Contacten (adresboek) Druk op en selecteer Contacten. In Contacten kunt u een persoonlijke beltoon, spraaklabel of thumbnailafbeelding aan een contactkaart toevoegen. Ook kunt u contactgroepen maken, zodat u een SMS of e-mail kunt versturen naar meerdere ontvangers tegelijk. U kunt ontvangen contactgegevens (visitekaartjes) opslaan in Contacten. Zie ‘Gegevens en instellingen’ op pag. 59. Contactgegevens kunnen alleen worden verzonden naar of ontvangen van compatibele apparaten.
Het standaardgegeven wordt onderstreept op de contactkaart. Contactgegevens kopiëren Tip! Als u contactgegevens wilt verzenden, selecteert u de kaart die u wilt verzenden. Selecteer Opties > Zenden > Via SMS, Via multimedia of Via Bluetooth. Zie ‘Berichten’ op pag. 51 en ‘Gegevens verzenden via een Bluetooth-verbinding’ op pag. 93. • Als u namen en nummers van een SIM-kaart naar de telefoon wilt kopiëren, drukt u op en selecteert u Contacten > Opties > SIM-contacten > SIMtelefoonboek.
Contacten (adresboek) Beltonen toevoegen voor contactpersonen Als een persoon of groepslid u belt, wordt de beltoon voor die persoon afgespeeld indien het nummer van de beller wordt meegestuurd met de oproep en dit door uw telefoon wordt herkend. Tip! Via snelkeuzetoetsen kunt u snel veelgebruikte nummers bellen. U kunt aan acht telefoonnummers een snelkeuzetoets toewijzen. Zie ‘Bellen met een snelkeuzetoets’ op pag. 26.
toevoegen en selecteer Opties > Spraaklabel toev. Tip! Als u een lijst met gedefinieerde spraaklabels wilt weergeven, selecteert u Contacten > Opties > Contactinfo > Spraaklabels. 3 Selecteer Start om een spraaklabel op te nemen. De starttoon klinkt. Spreek de woorden die u voor het spraaklabel wilt gebruiken duidelijk in. Wacht tot het opgenomen spraaklabel wordt afgespeeld en opgeslagen. Naast het nummer op de contactkaart wordt het symbool weergegeven. Dit betekent dat er een spraaklabel is toegevoegd.
Contacten (adresboek) Leden uit een groep verwijderen 36 Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved. 1 Open in de groepenlijst de groep die u wilt wijzigen. 2 Ga naar de gewenste contactpersoon en selecteer Opties > Verwijder uit groep. 3 Selecteer Ja om de contactpersoon uit de groep te verwijderen. Tip! Als u wilt controleren tot welke groep een contactpersoon behoort, gaat u naar die contactpersoon en selecteert u Opties > Hoort bij groepen.
Camera De Nokia 6680 is voorzien van twee camera’s: een camera op de achterzijde voor opnamen met een hoge resolutie en een camera op de voorzijde voor opnamen met een lagere resolutie. Beide camera’s kunnen worden gebruikt voor het nemen van foto’s en video’s. Open de lensbescherming op de achterzijde van de telefoon om deze camera te activeren, of druk in de standby-modus op om de camera op de voorzijde te activeren. (Als de lensbescherming al is geopend, wordt de camera op de achterzijde geactiveerd.
Camera en Galerij Foto’s maken Druk op of om te schakelen tussen de weergave Afbeelding en Video. Open de weergave Afbeelding. Beschikbare opties voor het maken van een foto: Vastleggen, Nieuw, Flits (alleen voor camera op achterzijde), Camera voor/Camera achter, Nachtmodus aan/Nachtmodus uit, Reeksmodus/ Normale modus, Zelfontspanner, Ga naar Galerij, Aanpassen, Instellingen, Help en Afsluiten.
Houd rekening met het volgende wanneer u de foto hebt gemaakt: • Druk op als u de foto niet wilt behouden. • Druk op om terug te gaan naar de zoeker en een nieuwe foto te maken. • Als u de afbeelding wilt verzenden via Bluetooth, via e-mail of via multimedia, drukt u op . Zie ‘Berichten’ op pag. 51 en ‘Bluetooth-verbinding’ op pag. 92 voor meer informatie. • Als u in de standby-modus de foto als achtergrondafbeelding wilt instellen, selecteert u Opties > Inst. als achtergr.
Camera en Galerij Wanneer de timer is geactiveerd, knippert het zelfontspannersymbool ( ) en hoort u een geluidssignaal. De foto wordt genomen wanneer de geselecteerde vertraging is verstreken. De flits De camera op de achterzijde heeft een LED-flits voor situaties met weinig licht. Beschikbare flitsmodi: Aan, Uit en Automatisch. Selecteer Opties > Flits > Aan als u de flits wilt gebruiken.
Video’s opnemen Druk op of om te schakelen tussen de weergave Afbeelding en Video. Open de weergave Video. Beschikbare opties voor het opnemen van een video: Opnemen, Nieuw, Camera voor/Camera achter, Nachtmodus aan/Nachtmodus uit, Dempen/Dempen opheffen, Ga naar Galerij, Aanpassen, Instellingen, Help en Afsluiten. Symbolen voor de videorecorder: • De symbolen voor het telefoongeheugen ( ) en de geheugenkaart ( ) geven aan waar de video wordt opgeslagen (1).
Camera en Galerij (alleen voor de camera aan de achterzijde) of Kleurtoon (alleen voor de camera aan de achterzijde). Zie ‘Kleur en belichting aanpassen’ op pag. 40. Druk op om de opname te starten. Het opnamesymbool wordt weergegeven. Als u de camera op de achterzijde gberuikt om een video op te nemen, knippert de LED-flits om aan te geven dat er een opname wordt gemaakt. Dit heeft geen effect op de belichting van de video. U kunt de opname op elk gewenst moment onderbreken door op te drukken.
Galerij Druk op en selecteer Galerij om uw afbeeldingen, geluidsfragmenten, afspeellijsten, videoclips, rambestanden en koppelingen naar streaming-media op te slaan en in te delen. Selecteer Afbeeldingen , Videoclips , Opnamen , Geluidsfragn , Koppelingen of Alle bestanden en druk op om deze map te openen. U kunt mappen openen, maken en hierin bladeren. Daarnaast kunt u items markeren, ze kopiëren en naar mappen verplaatsen.
Camera en Galerij e-mailbijlage of via een Bluetooth-verbinding. Als u een ontvangen afbeelding in de toepassing Galerij wilt bekijken, moet u deze opslaan in het telefoongeheugen of op een geheugenkaart. Open de map Afbeeldingen in Galerij om de afbeeldingsviewer te starten. Selecteer een afbeelding en druk op om deze te bekijken. Beschikbare opties voor het bekijken van een afbeelding: Zenden, Inst. als achtergr.
Video-editor Als u aangepaste videoclips wilt maken, drukt u op en selecteert u Beeldbew. > Vid.-editor. U kunt aangepaste videoclips maken door videoclips te combineren en in te korten en geluidsfragmenten, overgangen en effecten toe te voegen. Overgangen zijn visuele effecten die u kunt toevoegen aan het begin en het einde van de video of tussen de videoclips. Video, geluid en overgangen bewerken 1 Markeer en selecteer een of meer videoclips. 2 Selecteer Opties > Bewerken.
Beeldbew. 46 • Voeg kleureffect toe — Hiermee voegt u een kleureffect toe aan de videoclip. • Vertraagd afspelen — Hiermee vertraagt u de snelheid van de videoclip. • Geluid dempen/Geluid vrijgeven — Hiermee dempt u het oorspronkelijke geluid van de videoclip of geeft u het vrij. • Verwijderen — Hiermee verwijdert u de videoclip uit de video. • Dupliceren — Hiermee maakt u een kopie van de geselecteerde videoclip.
om Tel.geheugen of Geheugenkrt te selecteren. U kunt via Bldbeheer ook zien hoeveel mappen of afbeeldingen de geselecteerde map bevat. 2 Open een map waarin u de afbeeldingen wilt bekijken. Druk op en om tussen de afbeeldingen en mappen te schakelen. Druk op om een afbeelding te bekijken. Druk tegelijkertijd op en om afbeeldingen te markeren voor een beeldshow. Er wordt een vinkje weergegeven naast de geselecteerde afbeelding. Selecteer Opties > Beeldshow.
Beeldbew. gedefinieerde indeling. Als u deze indeling wilt wijzigen, gebruikt u de linker- en rechterbladertoets om door de beschikbare indelingen voor de geselecteerde printer te bladeren. Als u meerdere afbeeldingen hebt geselecteerd die niet op één pagina passen, bladert u naar boven of beneden om de aanvullende pagina’s te bekijken. Beschikbare opties in het afdrukvoorbeeld: Afdrukken, Instellingen, Help en Afsluiten.
Tip! Als u een videoclip wilt bekijken op het volledige scherm, drukt u op . Druk nogmaals hierop om terug te gaan naar de normale schermmodus. Symbolen in RealPlayer: Herhalen Willekeurige volgorde Herhalen en willekeurige volgorde Luidspreker uit Sneltoetsen tijdens het afspelen: Als u vooruit wilt spoelen, houdt u ingedrukt. Als u het mediabestand wilt terugspoelen, houdt u ingedrukt. Om het geluid te dempen, drukt u op en houdt u deze knop ingedrukt totdat het symbool wordt weergegeven.
Beeldbew. Video — Hiermee stelt u in dat in RealPlayer videoclips automatisch worden herhaald wanneer ze zijn afgelopen. Audio-instellingen — Hiermee geeft u aan of het afspelen van speellijsten moet worden herhaald of dat geluidsfragmenten in een speellijst in willekeurige volgorde moeten worden afgespeeld.
Druk op en selecteer Berichten. In Berichten kunt u SMS-berichten, multimediaberichten, e-mailberichten en speciale SMS-berichten met gegevens maken, verzenden, ontvangen, bekijken, bewerken en ordenen. Ook kunt u berichten en gegevens ontvangen via een Bluetoothverbinding, webdienstberichten en infodienstberichten ontvangen en dienstopdrachten versturen.
Berichten multimediaberichten die u hebt verzonden (netwerkdienst). Mogelijk kunt u geen leveringsrapport ontvangen voor multimediaberichten die naar een emailadres zijn verzonden. Tip! Wanneer een van de standaardmappen is geopend, kunt u naar een andere map door op te drukken.
Tekstinvoer met woordenlijst — Woordenboek Voor elke letter is één toetsaanslag voldoende. Tekstinvoer met woordenlijst is gebaseerd op een ingebouwde woordenlijst die u zelf kunt uitbreiden. Als de woordenlijst vol is, vervangt het nieuwe woord het oudste woord in de lijst. 1 U schakelt tekstinvoer met woordenlijst in door op te drukken en Woordenboek open te selecteren. Deze wijze van tekstinvoer wordt dan ingeschakeld voor alle editors in de telefoon.
Berichten Tip! Druk twee keer kort op woordenlijst in of uit te schakelen. om invoer met Tips bij het gebruik van tekstinvoer met woordenlijst Druk op , selecteer Woordenboek en druk op een van de volgende opties te selecteren: Druk op om één teken te wissen. Houd om meerdere tekens te wissen. Mogelijkheden — Hiermee geeft u een lijst met woorden weer die met uw toetsaanslagen overeenkomen. ingedrukt Druk op om over te schakelen naar de tekenmodus Abc, abc of ABC.
Tekstinvoer met woordenlijst uitschakelen Druk op en selecteer Woordenboek > Uit om tekstinvoer met woordenlijst uit te schakelen voor alle editors in de telefoon. Tekst naar het klembord kopiëren 1 Houd ingedrukt om letters en woorden te selecteren. Druk tegelijkertijd op of . Alle tekst die u zo selecteert, wordt gemarkeerd. 2 Houd ingedrukt en druk op Kopiëren om de tekst naar het klembord te kopiëren.
Berichten 2 3 4 5 6 56 Multimediabericht — Hiermee kunt u een multimediabericht (MMS) verzenden. E-mail — Hiermee kunt u een e-mailbericht verzenden. Als u nog geen e-mailaccount hebt ingesteld, wordt u gevraagd om dit te doen. Tip! Ga naar een contactpersoon en druk op om deze te markeren. U kunt meerdere ontvangers tegelijk markeren. Druk op om ontvangers of groepen te selecteren in Contacten, of voer het telefoonnummer of e-mailadres van de ontvanger in.
Opmerking: E-mailberichten worden vóór verzending automatisch in de map Outbox geplaatst. Als het verzenden mislukt, blijft het bericht in Outbox staan met de status Mislukt. Tip! Als u een multimediabericht verzendt naar een e-mailadres of naar een apparaat dat grote afbeeldingen kan ontvangen, kunt u grote afbeeldingen gebruiken.
Berichten Voordat u e-mailberichten kunt verzenden, ontvangen, ophalen, beantwoorden en doorsturen, moet u het volgende doen: • Een internettoegangspunt configureren. Zie ‘Instellingen verbinding’ op pag. 103. • E-mailinstellingen definiëren. Zie ‘E-mail’ op pag. 66. U moet een afzonderlijke e-mailaccount hebben. Volg de instructies van de aanbieder van uw externe mailbox en van de internetaanbieder.
Gegevens en instellingen Met uw telefoon kunt u allerlei SMS-berichten ontvangen die gegevens ( ) bevatten. Deze berichten worden ook wel OTA-berichten (Over-The-Air) genoemd. Configuratiebericht — In een configuratiebericht kunt u dienstnummers voor SMS-berichten, voicemailboxnummers, instellingen voor internettoegangspunten, inlogscriptinstellingen voor toegangspunten of e-mailinstellingen van de netwerkexploitant, serviceprovider of de afdeling voor bedrijfsinformatiebeheer ontvangen.
Berichten Mijn mappen In Mijn mappen kunt u berichten in mappen onderbrengen, nieuwe mappen maken, de naam van mappen wijzigen en mappen verwijderen. Tip! Met de teksten in de map voor sjablonen voorkomt u dat u dezelfde tekst steeds opnieuw moet typen. Mailbox Als u Mailbox selecteert en u nog geen e-mailaccount hebt ingesteld, wordt u gevraagd dit te doen. Zie ‘E-mail’ op pag. 66. Als u een nieuwe mailbox maakt, wordt Mailbox vervangen door de naam van de mailbox in de beginweergave van Berichten.
1 Als u verbinding hebt met een externe mailbox, selecteert u Opties > E-mail ophalen Nieuw — Hiermee haalt u alle nieuwe e-mailberichten op. Geselecteerd — Hiermee haalt u alleen de gemarkeerde e-mailberichten op. Alle — Hiermee haalt u alle berichten op uit de mailbox. Selecteert Annuleer om het ophalen van berichten te stoppen. 2 Nadat u de e-mailberichten hebt opgehaald, kunt u deze online bekijken. U kunt echter ook Opties > Verbind.
Berichten E-mailberichten verwijderen Als u de e-mailinhoud wilt verwijderen uit de telefoon, maar deze inhoud nog wel in de externe mailbox wilt bewaren, selecteert u Opties > Verwijderen > Alleen telefoon. In de telefoon worden dezelfde e-mailberichtkoppen weergegeven als in de externe mailbox. De berichtkop blijft dus zichtbaar in uw telefoon nadat u de berichtinhoud hebt gewist.
Outbox — berichten die nog niet zijn verzonden De map Outbox is een tijdelijke opslagplaats voor voltooide berichten die nog niet zijn verzonden. Status van de berichten in Outbox: Bezig met verzenden — Er wordt verbinding gemaakt en het bericht wordt verzonden. Wacht/In wachtrij — Het bericht wordt verzonden zodra eerdere berichten van hetzelfde type zijn verzonden. Opnieuw zenden om (tijd) — Na een time-outperiode wordt opnieuw geprobeerd het bericht te verzenden.
Berichten Berichtencentrales — Hiermee opent u een lijst met alle SMS-berichtencentrales die zijn gedefinieerd. Ber.centrale in gebr. — Hiermee selecteert u de berichtencentrale voor het bezorgen van SMS-berichten. Rapport ontvangen (netwerkdienst) — Hiermee kunt u bij het netwerk een leveringsrapport aanvragen voor uw berichten. Als de instelling Nee is, wordt alleen de status Verzonden weergegeven in het logboek. Zie ‘Logboek’ op pag. 29.
Toeg.punt in gebruik (Te definiëren) — Selecteert het toegangspunt voor de voorkeursverbinding voor de multimediaberichtencentrale. Ontvngst eigen ntwrk — Selecteer of u de ontvangst van de MMS-berichten in het eigen netwerk wilt instellen op Automatisch, Ophalen uitstellen of Uit. Als u Ophalen uitstellen selecteert, wordt het bericht opgeslagen door de multimediaberichtencentrale. Als u het bericht later wilt ophalen, stelt u deze optie in op Automatisch.
Berichten E-mail Selecteer Berichten > Opties > Instellingen > E-mail, of selecteer in de beginweergave van Mailbox Opties > E-mailinstellingen en een van de volgende opties: Mailbox in gebruik — Selecteer de mailbox die u wilt gebruiken voor het verzenden van e-mail. Mailboxen — Hiermee opent u een lijst met gedefinieerde mailboxen. Als er geen mailboxen zijn gedefinieerd, wordt u gevraagd dit alsnog te doen.
APOP beveil. inloggen (niet beschikbaar als u IMAP4 hebt geselecteerd als Mailboxtype) — Deze optie wordt gebruikt met het POP3-protocol om wachtwoorden te coderen bij verzending naar de externe e-mailserver wanneer u verbinding maakt met de mailbox. Gebruikersinst.: E-mails ophalen (niet weergegeven als het e-mailprotocol is ingesteld op POP3) — Definieer hoeveel nieuwe e-mailberichten worden opgehaald in de mailbox.
Berichten Infodienst Informeer bij uw serviceprovider naar de beschikbare items en itemnummers en selecteer Berichten > Opties > Instellingen > Infodienst om de instellingen te wijzigen. Taal — Als u Alle kiest, kunt u infodienstberichten ontvangen in alle ondersteunde talen. Als u Geselecteerd kiest, kunt u zelf bepalen in welke talen u infodienstberichten wilt ontvangen. Als u de gewenste taal niet kunt vinden, kiest u Overige.
Tip! Druk op een willekeurige toets ( — ) in een agendaweergave. Een item van het type Vergadering wordt geopend en de ingevoerde tekens worden aan het veld Onderwerp toegevoegd. Agenda-items maken 1 Druk op , selecteer Agenda > Opties > Nieuw item en kies vervolgens een itemtype: Vergadering — Hiermee maakt u een afspraak op een specifieke datum en tijd. Memo — Hiermee maakt u een algemeen item voor een bepaalde dag.
Agenda Agendaweergaven 1 Open een item waarvoor u een signaal wilt instellen en Tip! Selecteer Opties > Instellingen om de weergave te wijzigen die wordt getoond wanneer u de agenda opent, of om de begindag van de week te wijzigen. In de maandweergave zijn datums met agenda-items gemarkeerd met een driehoekje in de rechterbenedenhoek. In de weekweergave worden memo's en verjaardagen vóór 8 uur geplaatst. Symbolen in de dag- en weekweergave: Memo Verjaardag Er bestaat geen symbool voor Vergadering.
Diverse aanbieders verzorgen speciale pagina's voor mobiele apparaten. U gaat naar deze pagina's door op te drukken en Web te selecteren. Op deze pagina's wordt WML (Wireless Markup Language), XHTML (Extensible Hypertext Markup Language) of HTML (Hypertext Markup Language) gebruikt. Informeer bij uw netwerkoperator of aanbieder van webdiensten naar de beschikbaarheid en tarieven van diensten. De aanbieder kan u ook instructies geven voor het gebruik van deze diensten.
Web De weergave Bookmarks Uitleg: Een bookmark omvat een internetadres (verplicht), een titel, een toegangspunt en, als de webpagina dat vereist, een gebruiksnaam en wachtwoord. De opties in de weergave Bookmarks zijn: Openen, Downloaden, Terug naar pagina, Bookmarkbeheer, Markeringen aan/uit, Navigatieopties, Geavanc. opties, Zenden, Bookmark zoeken, Gegevens, Instellingen, Help en Afsluiten.
Zodra u de vereiste verbindingsinstellingen hebt opgeslagen, kunt u de pagina’s openen. 1 Selecteer een bookmark of typ het adres in het veld ( ). Wanneer u het adres typt, worden de overeenkomende bookmarks boven het veld weergegeven. Druk op om een overeenkomende bookmark te selecteren. Beschikbare opties tijdens het browsen (afhankelijk van de pagina die u bekijkt): Openen, Accepteren, Bestand verwijdern, Openen in viewer, Portefeuille openen, Dienstopties, Bookmarks, Opsl.
Web Door Opties > Navigatieopties > Opnieuw laden te kiezen, kunt u de actuele inhoud van de server ophalen. Als u een bookmark wilt opslaan, selecteert u Opties > Opsl. als bookmark. Tip! Tijdens het browsen opent u de weergave Bookmarks door ingedrukt te houden. U keert terug naar de browserweergave via Opties > Terug naar pagina. Als u tijdens het browsen een pagina wilt opslaan, selecteert u Opties > Geavanc. opties > Pagina opslaan.
Beschikbare opties in de weergave Opgeslagen pagina’s: Openen, Terug naar pagina, Opnieuw laden, Opgesl. pagina's, Markeringen aan/uit, Navigatieopties, Geavanc. opties, Gegevens, Instellingen, Help en Afsluiten. gedownloade foto kan bijvoorbeeld worden opgeslagen in Galerij. Belangrijk: Installeer alleen toepassingen van bronnen die voldoende beveiliging bieden tegen schadelijke software.
Web Opmerking: Vanwege copyrightbescherming kan het voorkomen dat bepaalde afbeeldingen, beltonen en andere items niet kunnen worden gekopieerd, gewijzigd, overgebracht of doorgestuurd. Verbinding verbreken Selecteer Opties > Geavanc. opties > Verbind. verbreken om de verbinding te verbreken en de browserpagina off line te bekijken of Opties > Afsluiten om de verbinding te verbreken en de browser te sluiten. Webinstellingen Selecteer Opties > Instellingen en wijzig het volgende: Stand.
Web Pagina openen selecteert in de weergave Bookmarks of als u aan het browsen bent. Volume — Selecteer het volume als u in de browser geluiden wilt afspelen die zijn opgenomen in webpagina's. Weergave — Als u de pagina-indeling zo nauwkeurig mogelijk wilt weergeven in de modus Kleine weergave, selecteert u Op kwaliteit. Als u geen externe trapsgewijze opmaakmodellen wilt downloaden, selecteert u Op snelheid. Cookies — Hiermee schakelt u het ontvangen en verzenden van cookies in of uit.
Kantoor Kantoor Rekenmachine Als u wilt optellen, aftrekken, vermenigvuldigen, delen en vierkantswortels en percentages berekenen, drukt u op en selecteert u Kantoor > Rekenm.. Opmerking: Deze rekenmachine heeft een beperkte nauwkeurigheid en is ontworpen voor eenvoudige berekeningen. Als u een getal in het geheugen wilt opslaan (aangegeven met G), selecteert u Opties > Geheugen > Opslaan. Als u een getal wilt ophalen uit het geheugen, selecteert u Opties > Geheugen > Oproepen.
Basisvaluta en wisselkoersen instellen Tip! De omrekening wordt omgedraaid als u een waarde invoert in het tweede veld Aantal. Het omrekenresultaat wordt dan weergegeven in het eerste veld Aantal. Voordat u valuta's kunt omrekenen, moet u een basisvaluta kiezen en wisselkoersen toevoegen. De koers van de basisvaluta is altijd 1. De basisvaluta bepaalt de wisselkoers van de andere valuta's. 1 Selecteer Omreken. > Opties > Wisselkoersen. Er wordt een lijst met valuta's geopend.
Kantoor Notities Druk op en selecteer Kantoor > Notities om notities te maken. U kunt notities naar andere compatibele apparaten verzenden en ontvangen platte-tekstbestanden (TXT-indeling) opslaan in Notities. Opname-eenheid Druk op en selecteer Kantoor > Opn.-eenh. om telefoongesprekken en spraakmemo's op te nemen. Tijdens het opnemen van een telefoongesprek horen beide partijen elke vijf seconden een toon. 80 Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
Favorieten — snelkoppelingen toevoegen Standaardsnelkoppelingen: voor Agenda voor Inbox voor Notities Voor het opslaan van snelkoppelingen en koppelingen naar uw favoriete afbeeldingen, notities, bookmarks en dergelijke, drukt u op en selecteert u Persoonlijk > Favorieten. Snelkoppelingen worden alleen toegevoegd vanuit de afzonderlijke toepassingen, zoals Galerij. Niet alle toepassingen bevatten deze functie. 1 Selecteer een item in een toepassing waaraan u een snelkoppeling wilt toevoegen.
Persoonlijk De gegevens in Portefeuill. zijn gecodeerd en beveiligd met een portefeuillecode die u zelf definieert. Portefeuill. wordt na vijf minuten automatisch gesloten. Voer de portefeuillecode in om weer toegang te krijgen tot de inhoud. U kunt deze automatische time-outperiode desgewenst wijzigen. Zie ‘Portefeuille-instellingen’ op pag. 84. Beschikbare opties in de beginweergave Portefeuill.: Openen, Instellingen, Help en Afsluiten. Een portefeuillecode maken Elke keer dat u Portefeuill.
U kunt de velden in de kaart openen, bewerken of verwijderen. Wijzigingen worden opgeslagen wanneer u de portefeuilletoepassing afsluit. Persoonlijke notities maken Via persoonlijke notities kunt u vertrouwelijke gegevens, zoals een bankrekeningnummer, opslaan. U kunt de gegevens via de browser openen in een persoonlijke notitie. U kunt de notitie ook verzenden als bericht. 1 Selecteer de categorie Persnl notities in het hoofdmenu van Portefeuill. en druk op . 2 Selecteer Opties > Nieuwe notitie.
Persoonlijk Ticketgegevens bekijken U kunt meldingen ontvangen van tickets die u online via de browser hebt gekocht. Ontvangen meldingen worden in de portefeuille opgeslagen. Ga als volgt te werk om de meldingen te bekijken: 1 Selecteer de categorie Tickets in het hoofdmenu van Portefeuill. en druk op . 2 Selecteer Opties > Bekijken. De velden in de melding kunnen niet worden gewijzigd. Portefeuille-instellingen Selecteer Opties > Instellingen in het hoofdmenu van Portefeuill.
Druk op en selecteer Connect. > Chatten. Chatten is een netwerkdienst waarmee u kunt praten met andere mensen die instant messaging-diensten gebruiken en waarmee u kunt deelnemen aan discussiefora (chatgroepen) met specifieke onderwerpen. Diverse aanbieders beheren chatservers waarbij u zich kunt aanmelden wanneer u zich hebt geregistreerd bij een chatdienst. Beschikbare opties in de beginweergave Chatten: Openen, Aanmelden/ Afmelden, Instellingen, Help en Afsluiten.
Chatten (instant messaging) Chatinstellingen aanpassen Selecteer Opties > Instellingen > Chatinstellingen: Schermnaam gebr. (wordt alleen weergegeven als chatgroepen door de server worden ondersteund) — Als u een bijnaam wilt invoeren (maximaal tien tekens), selecteert u Ja. Chataanwezigheid — Als u wilt toestaan dat anderen kunnen zien of u online bent, selecteert u Actief voor allen. Bericht toestaan van — Als u berichten wilt toestaan van iedereen, selecteert u Alle. Uitn.
Toev. aan blok.lijst — Hiermee blokkeert u berichten van de deelnemer die momenteel is geselecteerd. Wanneer u deelneemt aan een chatgroep, kunt u de berichten bekijken die in de groep worden uitgewisseld en kunt u uw eigen berichten verzenden. ID handm. toevoegen — Hiermee voert u de gebruikers-ID van de deelnemer in. Voer de ID in en druk op . Beschikbare chatopties: Verzenden, Privéber. verz., Beantwoorden, Doorsturen, Smiley invoegen, Uitnod. verzenden, Chatgroep verlaten, Toev. aan uitsl.
Chatten (instant messaging) Gesprekken bekijken en starten Ga naar de weergave Gesprekken voor een lijst met de afzonderlijke deelnemers met wie u een gesprek voert. Als u een gesprek wilt bekijken, gaat u naar een deelnemer en drukt u op . Beschikbare opties voor het bekijken van een gesprek: Verzenden, Toev. aan chatcont., Smiley invoegen, Doorsturen, Gesprek opnemen/Opname stoppen, Blokkeeropties, Gesprek beëindigen, Help en Afsluiten.
Selecteer Opties > Nieuw chatcontact > Handmatig opgeven om een nieuwe contactpersoon te maken. Vul de velden Bijnaam en Gebruikers-ID in en druk op Gereed. Als u een contactpersoon wilt verplaatsen van een lijst op de server naar de opgehaalde lijst, selecteert u Opties > Nieuw chatcontact > Uit andere lijst. Als u de lijst met chatcontacten wilt wijzigen, selecteert u Opties > Contactlijst wijzigen.
Chatten (instant messaging) Een chatgroep beheren Privégespr. toestaan — Hiermee staat u privé-gesprekken tussen bepaalde geselecteerde deelnemers toe. Een nieuwe chatgroep maken Groeps-ID — De groeps-ID wordt automatisch gemaakt en kan niet worden gewijzigd. Selecteer Chatgroepen > Opties > Nwe groep maken. Voer de instellingen voor de groep in. U kunt de instellingen voor een chatgroep bewerken als u beschikt over beheerdersrechten voor de groep.
Chatten (instant messaging) Als u een nieuwe server wilt toevoegen aan de lijst met chatservers, selecteert u Servers > Opties > Nieuwe server. Voer de volgende instellingen in: Servernaam — Voer de naam van de chatserver in. Toegpnt in gebruik — Selecteer het toegangspunt dat u wilt gebruiken voor de server. Webadres — Voer de URL van de chatserver in. Gebruikers-ID — Voer uw gebruikers-ID in. Wachtwoord — Voer uw aanmeldingswachtwoord in. Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
Connectiviteit Connectiviteit Bluetooth-verbinding Via een draadloze Bluetooth-verbinding kunt u afbeeldingen, videoclips, muziek- en geluidsfragmenten en notities verzenden of een draadloze verbinding tot stand brengen met compatibele apparaten met Bluetooth-technologie, zoals computers. Aangezien apparaten met Bluetooth-technologie communiceren via radiogolven, hoeft er geen ‘direct zicht’ te bestaan tussen de telefoon en het andere apparaat.
Gegevens verzenden via een Bluetooth-verbinding Er kan maar één Bluetooth-verbinding tegelijk actief zijn. 1 Open de toepassing waarin het item is opgeslagen dat u wilt verzenden. Als u bijvoorbeeld een afbeelding wilt verzenden naar een ander compatibel apparaat, opent u Galerij. 2 Selecteer het item, bijvoorbeeld een afbeelding, en selecteer Opties > Zenden > Via Bluetooth. Tip! Het kan zijn dat bij het zoeken naar apparaten van sommige apparaten alleen het unieke adres wordt weergeven (apparaatadres).
Connectiviteit dit om hun apparaten aan elkaar te koppelen. Bij apparaten zonder gebruikersinterface wordt het wachtwoord gebruikt dat in de fabriek is ingesteld. gekoppelde apparaten. Aan de hand van de naam kunt u apparaten herkennen, bijvoorbeeld wanneer een apparaat om een verbinding vraagt. Als de verbinding tot stand is gebracht, verschijnt het bericht Gegevens worden verzonden. In de map Verzonden in Berichten worden geen berichten bewaard die via een Bluetooth-verbinding zijn verstuurd.
Niet geautoriseerd — Verbindingsverzoeken van dit apparaat moeten altijd afzonderlijk worden geaccepteerd. Gegevens ontvangen via een Bluetooth-verbinding Als u gegevens ontvangt via een Bluetooth-verbinding, hoort u een geluidssignaal en wordt u gevraagd of u het bericht wilt ontvangen. Als u bevestigend antwoordt, verschijnt en wordt het item in de map Inbox in Berichten geplaatst. Berichten die via een Bluetoothverbinding zijn ontvangen, worden aangegeven met . Zie ‘Inbox — berichten ontvangen’ op pag.
Connectiviteit gegevenskabel. Raadpleeg de sectie over modemopties in de gebruikershandleiding voor Nokia PC Suite op de cdrom voor gedetailleerde installatie-instructies. Verbindingsbeheer Er kunnen meerdere gegevensverbindingen tegelijkertijd actief zijn wanneer u de telefoon gebruikt in GSM- en UMTS-netwerken. Druk op en selecteer Connect. > Verb.beh. om de status van meerdere gegevensverbindingen en de details over het aantal verzonden en ontvangen gegevens te bekijken en verbindingen te verbreken.
Snelheid — De huidige snelheid van het verzenden en ontvangen van gegevens in kilobytes per seconde. Naam — De naam van het gebruikte toegangspunt. Inbellen — Het gebruikte inbelnummer. Gedeeld (wordt niet weergegeven als de verbinding niet is gedeeld) — Het aantal toepassingen dat dezelfde verbinding gebruikt. Externe synchronisatie Druk op en selecteer Connect. > Synchr. Met Synchr.
Connectiviteit 98 Wachtwoord — Voer uw wachtwoord in. Informeer bij uw serviceprovider of systeembeheerder naar de juiste waarde. Sync.verz. toestaan — Selecteer Ja als er op de server een synchronisatie kan worden gestart. Sync.verz. accept. — Selecteer Nee als u een melding wilt ontvangen voordat een synchronisatie wordt gestart via de server.
Als u verbinding wilt maken met een server en de configuratie-instellingen voor de telefoon wilt ontvangen, selecteert u Configuratie starten. Als u het ontvangen van configuratie-instellingen van een serviceprovider wilt toestaan of weigeren, selecteert u Conf. inschakelen of Conf. uitschakelen. Gebruikersnaam en Wachtwoord — Voer uw gebruikersnaam en wachtwoord in. Config. toestaan — Als u configuratie-instellingen wilt ontvangen van de server, selecteert u Ja. Autom.
Instrum. Instrum. Instell. Druk op en selecteer Instrum. > Instell. om de instellingen te wijzigen. Ga naar een instellingengroep en druk op om deze te openen. Ga naar de instelling die u wilt wijzigen en druk op . Telefooninstellingen Algemeen Displaytaal — Als u de taal van de displayteksten in de telefoon wijzigt, verandert ook de datum- en tijdnotatie en de gebruikte scheidingstekens, bijvoorbeeld in berekeningen.
Weergave Actief standby — Hiermee kunt u in de standby-modus sneltoetsen gebruiken voor toepassingen. Zie ‘Actief standby’ op pag. 16. Helderheid — Hiermee stelt u de helderheid van de display in (lichter of donkerder). De helderheid van de display wordt automatisch aangepast aan de omgeving. Linkerselectietoets — Als u een snelkoppeling wilt toewijzen aan de linkerselectietoets ( ) in de standbymodus, selecteert u een toepassing in de lijst.
Instrum. oproep binnenkomt terwijl u een gesprek voert. Selecteer Activeren als u de functie Oproep in wachtrij wilt activeren, Annuleer als u deze functie wilt uitschakelen of Controleer status als u wilt nagaan of de functie actief is. Opr. weig. met SMS — Selecteer Ja als u een SMSbericht wilt verzenden naar een beller om deze te informeren dat u de oproep niet kunt beantwoorden. Zie ‘Een oproep beantwoorden of weigeren’ op pag. 26.
Gegevensverbindingen en toegangspunten Uw telefoon ondersteunt pakketgegevensverbindingen ( ), zoals GPRS bij het GSM-netwerk. Uitleg: Bij GPRS (General Packet Radio Service) worden pakketgegevens in korte pulsen verstuurd via het mobiele netwerk. Voor een gegevensverbinding hebt u een toegangspunt nodig.
Instrum. UMTS-netwerk, er zijn meerdere pakketgegevensverbindingen actief. Instellingen voor het toegangspunt ontvangen U kunt de instellingen voor een toegangspunt ontvangen in een SMS-bericht van een serviceprovider, of de telefoon bevat vooraf ingestelde instellingen voor het toegangspunt. Zie ‘Gegevens en instellingen’ op pag. 59. Als u een nieuw toegangspunt wilt maken, selecteert u Instrum. > Instellingen > Verbinding > Toegangspunten.
Verificatie — Selecteer Normaal of Beveiligd. Homepage — Voer het webadres of het adres van de multimediaberichtencentrale in, al naar gelang de gegevens die u instelt. Selecteer Opties > Geavanc. instell. om de volgende instellingen te wijzigen: Netwerktype — Selecteer het gewenste internetprotocoltype: IPv4-instellingen of IPv6-instellingen. IP-adres telefoon — Voer het IP-adres van de telefoon in. Naamservers — Voer in Primaire naamserver: het IP-adres van de primaire DNS-server in. Voer in Secund.
Instrum. Datum en tijd Zie ‘Klokinstellingen’ op pag. 17. Zie ook de taalinstellingen in ‘Algemeen’ op pag. 100. Beveiliging Telefoon en SIM PIN-code vragen — Als deze optie actief is, moet u bij inschakeling van de telefoon altijd eerst de PIN-code opgeven. Het kan zijn dat u deze optie bij sommige SIMkaarten niet kunt uitschakelen. Zie ‘Uitleg van PIN- en blokkeringscodes’ op pag. 107. PIN-code, PIN2-code en Blokkeringscode — U kunt de blokkeringscode, de PIN-code en de PIN2-code wijzigen.
Beschikbare opties in de weergave Vaste nummers: Openen, Bellen, Vaste nrs. activeren/Vaste nrs. deact., Nieuw contact, Bewerken, Verwijderen, Toev. aan Contact., Toev. uit Contacten, Zoeken, Markeringen aan/uit, Help en Afsluiten. Opmerking: Wanneer beveiligingsfuncties zijn ingeschakeld waarmee de mogelijke oproepen worden beperkt, zoals Oproepblokk., CUG en Vaste nummers, kunt u soms nog wel geprogrammeerde officiële alarmnummers kiezen.
Instrum. PIN- of PIN2-code te wijzigen. Als de codes niet bij de SIM-kaart zijn geleverd, neemt u contact op met de netwerkexploitant van uw SIM-kaart. UPUK-code — Deze code (acht cijfers) is vereist voor het wijzigen van een geblokkeerde UPIN-code. Als deze codes niet bij de SIM-kaart is geleverd, neemt u contact op met de netwerkexploitant van uw USIM-kaart. Portefeuillecode — Deze code is vereist is als u gebruik wilt maken van de portefeuillediensten. Zie ‘Portefeuille’ op pag. 81.
U kunt alleen van de identiteit van een server op aan als de handtekening en de geldigheidsduur van het desbetreffende servercertificaat zijn gecontroleerd. Als de identiteit van de server niet authentiek is of als u niet over het juiste beveiligingscertificaat beschikt, wordt een melding weergegeven op de telefoondisplay. Als u de gegevens van een certificaat wilt controleren, gaat u naar het certificaat en selecteert u Opties > Certificaatgegevens.
Instrum. 2 Selecteer de oproepen die u wilt doorschakelen: Spraakoproepen of Gegevensen video-oproepen. 3 Selecteer de gewenste doorschakelingsoptie. Selecteer bijvoorbeeld Indien bezet om spraakoproepen door te schakelen wanneer uw nummer bezet is of wanneer u inkomende oproepen weigert. 4 Schakel de doorschakelingsoptie in (Activeren) of uit (Annuleer) of controleer of de optie is ingeschakeld (Controleer status). Er kunnen meerdere doorschakelingsopties tegelijk actief zijn.
Uitleg: Een roaming-overeenkomst is een overeenkomst tussen meerdere serviceproviders die gebruikers van verschillende netwerken in staat stelt van de diensten van andere serviceproviders gebruik te maken. Weergave info dienst — Selecteer Aan als u wilt dat wordt aangegeven wanneer de telefoon gebruikmaakt van een mobiel netwerk op basis van de MCN-technologie (Micro Cellular Network) en als u de ontvangst van relevante informatie wilt activeren.
Instrum. 1 Selecteer de toepassing waaraan u een spraakopdracht wilt toevoegen. Als u een nieuwe toepassing aan de lijst wilt toevoegen, selecteert u Opties > Nieuwe toepassing. 2 Selecteer Opties > Spraakopdr. toev. Zie ‘Een spraaklabel toevoegen’ op pag. 34. Toepassingsbeheer Druk op en selecteer Instrum. > Beheer. U kunt twee soorten toepassingen en software op de telefoon installeren: • J2ME™-toepassingen op basis van Java™-technologie met de extensie JAD of JAR ( ).
Tip! U kunt toepassingen ook installeren via Nokia Application Installer in Nokia PC Suite. Zie de cd-rom die bij de telefoon is geleverd. Het JAR-bestand is vereist voor de installatie van Javatoepassingen. Als dit bestand ontbreekt, kunt u worden gevraagd het te downloaden. Als er geen toegangspunt is opgegeven voor de toepassing, moet u dat alsnog selecteren. Het kan zijn dat u een gebruikersnaam en wachtwoord moet opgeven om het JAR-bestand van de server te kunnen downloaden.
Instrum. Toepassingen en software verwijderen Ga naar een softwarepakket en selecteer Opties > Verwijderen. Druk ter bevestiging op Ja. Verwijderde software kan alleen opnieuw worden geïnstalleerd als u beschikt over het oorspronkelijke softwarepakket of een volledige back-up van de verwijderde software. Als u een softwarepakket verwijdert, kan het zijn dat u documenten die u daarmee hebt gemaakt, niet meer kunt openen.
Instrum. • Als u meer gebruikstijd wilt kopen of de gebruiksperiode voor een mediabestand wilt verlengen, selecteert u een activeringssleutel en kiest u Opties > Inhoud activeren. Activeringssleutels kunnen niet worden bijgewerkt als u de ontvangst van webdienstberichten hebt uitgeschakeld. Zie ‘Webdienstberichten’ op pag. 67. • Als u wilt bekijken welke sleutels momenteel niet worden gebruikt (Niet gebr.), drukt u twee keer op .
Problemen oplossen Problemen oplossen Vraag en antwoord Bluetooth-connectiviteit V: Waarom wordt het apparaat van mijn vriend niet gevonden? V: De tekst Bericht wordt opgehaald wordt kort weergegeven. Wat is er aan de hand? A: Controleer of Bluetooth op beide apparaten is geactiveerd. De afstand tussen beide apparaten mag niet groter zijn dan tien meter en er mogen zich geen muren of andere obstakels tussen de apparaten bevinden. Controleer of het andere apparaat niet in de verborgen modus staat.
Berichten V: Waarom kan ik geen contactpersoon selecteren? A: De contactkaart bevat geen telefoonnummer of emailadres. Voeg de ontbrekende gegevens toe aan de contactkaart in Contacten. Camera Logboek V: Waarom lijkt het logboek leeg? A: Mogelijk is er een filter actief en zijn er geen communicatiegebeurtenissen die aan de filtercriteria voldoen. Als u alle gebeurtenissen wilt weergeven, selecteert u Connect. > Logboek > Opties > Filter > Volledige communic.
Problemen oplossen V: Wat is mijn wachtwoord voor de blokkeringscode, PIN- of PUK-code? Geheugen vol A: De standaardblokkeringscode is 12345. Neem contact op met uw leverancier als u de blokkeringscode niet meer weet. Als u de PIN- of PUK-code niet (meer) weet of als u deze code(s) niet hebt ontvangen, neemt u contact op met de aanbieder van de netwerkdienst.
Opladen en ontladen Het apparaat werkt op een oplaadbare batterij. De volledige capaciteit van een nieuwe batterij wordt pas benut nadat de batterij twee of drie keer volledig is opgeladen en ontladen. De batterij kan honderden keren worden opgeladen en ontladen maar na verloop van tijd treedt slijtage op. Wanneer de gesprekstijd en standby-tijd aanmerkelijk korter zijn dan normaal, kunt u beter een nieuwe batterij kopen.
Informatie over de batterij 120 Richtlijnen voor het controleren van de echtheid van Nokiabatterijen Gebruik altijd originele Nokia-batterijen, in verband met uw veiligheid. Verzeker u ervan dat u een originele Nokia-batterij koopt door de batterij bij een officiële Nokia-dealer te kopen, te kijken of het Nokia Original Enhancements-logo op de verpakking staat en het hologramlabel volgens de onderstaande stappen te inspecteren.
Informatie over de batterij 4 Controleer of de 20-cijferige code geldig is door de instructies op www.nokia.com/batterycheck te volgen. Als u een tekstbericht wilt maken, toetst u de 20-cijferige code in (bijvoorbeeld 12345678919876543210) en stuurt u het bericht naar +44 7786 200276. Er worden nationale en internationale operatorkosten berekend. U ontvangt een bericht dat aangeeft of de code is geverifieerd.
Onderhoud 122 Onderhoud Uw apparaat is een product van toonaangevend ontwerp en vakmanschap en moet met zorg worden behandeld. De tips hieronder kunnen u helpen om de garantie te behouden. • Houd het apparaat droog. Neerslag, vochtigheid en allerlei soorten vloeistoffen of vocht kunnen mineralen bevatten die corrosie van elektronische schakelingen veroorzaken. Wordt het apparaat toch nat, verwijder dan de batterij en laat het apparaat volledig opdrogen voordat u de batterij terugplaatst.
Gebruiksomgeving Houd u aan speciale voorschriften die in een bepaald gebied van kracht zijn en schakel het apparaat altijd uit op plaatsen waar het verboden is het apparaat te gebruiken of waar het gebruik ervan storing of gevaar kan veroorzaken. Gebruik het apparaat alleen in de normale posities. Gebruik alleen toebehoren die door Nokia zijn goedgekeurd voor gebruik met dit apparaat, teneinde te voldoen aan de richtlijnen voor blootstelling aan radiofrequentiesignalen.
Aanvullende veiligheidsinformatie Voertuigen RF-signalen kunnen van invloed zijn op elektronische systemen in gemotoriseerde voertuigen die verkeerd geïnstalleerd of onvoldoende zijn afgeschermd, bijvoorbeeld elektronische systemen voor brandstofinjectie, elektronische antislip- of antiblokkeer-remsystemen, systemen voor elektronische snelheidsregeling of airbagsystemen. Raadpleeg de fabrikant, of diens vertegenwoordiger, van uw voertuig of van hieraan toegevoegde apparatuur, voor meer informatie.
Een alarmnummer kiezen: 1 Schakel het apparaat in als dat nog niet is gebeurd. Controleer of de signaalontvangst voldoende is. In sommige netwerken kan een geldige, correct geplaatste SIM- of USIM-kaart noodzakelijk zijn. 2 Druk zo vaak als nodig is op om het scherm leeg te maken en het apparaat gereed te maken voor een oproep. 3 Voer het alarmnummer in voor het gebied waar u zich bevindt. Alarmnummers verschillen per locatie. 4 Druk op de toets .
Aanvullende veiligheidsinformatie geldt dat hoe dichter u zich bij een zendmast bevindt, hoe minder energie het apparaat gebruikt. De hoogste SAR-waarde die dit apparaat heeft bereikt tijdens tests voor gebruik naast het oor is 0,69 W/kg. Dit apparaat voldoet aan de richtlijnen voor blootstelling aan RF-signalen wanneer het op normale wijze tegen het oor wordt gehouden of wanneer het zich op een afstand van minimaal 1,5 cm van het lichaam bevindt.
Index A activeringssleutels 114 agenda agendasignaal uitschakelen 69 PC Suite synchroniseren 70 signaal 69 alarm alarmklok 17 automatisch zoeken 58 B beltonen ontvangen in een SMS-bericht 59 persoonlijke beltoon toevoegen 34 persoonlijke beltoon verwijderen 34 berichten automatisch zoeken 58 e-mail 56 multimediabericht 56 SMS 55 bestandsbeheer 18 bestandsindelingen JAD-bestand 112 JAR-bestand 112, 113 Real Player 48 SIS-bestand 112 beveiligingscode Zie blokkeringscode blokkeringscode 107 Bluetooth apparaa
datum instellingen 106 dienstopdrachten 52 digital rights management, DRM zie activeringssleutels DNS, Domain Name Service, uitleg van term 105 duur vermelding logboek 30 geheugen geheugen wissen 29 geheugengebruik weergeven 19 Geheugen wissen Logboekgegevens 117 geheugenkaart 20 geluid uit 49 geluiden beltoon stoppen 27 geluiden opnemen 80 geluidsfragmenten 43 E H copyrightbescherming zie activeringssleutels D e-mail 56 automatisch ophalen 61 bijlagen bekijken 61 externe mailbox 60 instellingen 66 of
UPUK-code 108 instellingen hoofdtelefoon 111 instellingen hoorapparaat 111 Internettoegangspunten (IAP) Zie toegangspunten IP-adres, uitleg van term 105 J Java zie toepassingen, Java K klok alarm 17 instellingen 17 snooze 17 kopiëren contactgegevens tussen SIM-kaart en apparaatgeheugen 33 tekst 55 L lijst met oproepen Zie logboek logboek filteren 30 inhoud wissen 30 luidspreker 18 activeren 18 uitschakelen 18 M mailbox 60 automatisch ophalen 61 mediabestanden bestandsindelingen 48 geluid uit 49 terugspo
signalen agendasignalen 69 SIM-kaart berichten 63 namen en nummers 33 namen en nummers kopiëren naar telefoon 33 SIS-bestand 112 SMS 55 SMS-berichtencentrale 64 nieuwe toevoegen 64 snelkeuze 26 sneltoetsen camera 38 internetverbinding 71 snooze agendasignaal 69 alarmklok 17 software een bestand overbrengen naar het apparaat 112 spraakberichten 24 spraaklabels 34, 111 bellen 35 toevoegen 34, 111 spraaklabels opnemen 34, 111 standby-modus 12 synchronisatie 97 130 Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.