NOKIA CORPORATION verklaart op eigen verantwoordelijkheid dat het product RM-1 conform is aan de bepalingen van de volgende Richtlijn van de Raad: 1999/5/EG. 1999/5/EC. Een kopie van de conformiteitsverklaring kunt u vinden op de volgende website: http://www.nokia.com/phones/declaration_of_conformity/. Copyright © 2004-2005 Nokia.
Exportbepalingen Dit apparaat bevat mogelijk onderdelen, technologie of software die onderhevig zijn aan wet- en regelgeving betreffende export van de V.S. en andere landen. Omleiding in strijd met de wetgeving is verboden. FCC/INDUSTRY CANADA-KENNISGEVING Het apparaat kan storingen veroorzaken bij tv's of radio's (bijvoorbeeld wanneer u een telefoon te dichtbij een ontvangend apparaat gebruikt).
Inhoudsopgave VOOR UW VEILIGHEID ..............................8 De telefoon aanpassen ............................11 Profielen - tonen instellen ............................................... 12 Offline, profiel .............................................................. 12 Thema's - het uiterlijk van de telefoon ........................ 13 De telefoon...............................................15 Belangrijke symbolen......................................................... 15 Klok ................
Contactgroepen maken......................................................31 Leden uit een groep verwijderen.............................32 Camera en Galerij.................................... 33 Camera ...................................................................................33 Maken van foto’s .........................................................33 Foto’s nemen in een serie..........................................35 Zelf op de foto - zelfontspanner .............................
Agenda en Taken .....................................66 Agenda - agenda-items maken ...................................... 66 Agendaweergaven....................................................... 67 Een agenda-alarm instellen ..................................... 67 Agenda-instellingen ................................................... 68 Taak - takenlijst................................................................... 68 Web...........................................................
Instellingen van de chatserver.........................................90 Bluetooth-verbinding.........................................................92 Bluetooth-instellingen ...............................................93 Gegevens verzenden via Bluetooth.........................93 Apparaten koppelen ....................................................94 Gegevens ontvangen via Bluetooth........................95 Bluetooth uitschakelen ..............................................
VOOR UW VEILIGHEID Lees deze eenvoudige richtlijnen. Het niet opvolgen van de richtlijnen kan gevaarlijk of onwettig zijn. Lees de volledige gebruikershandleiding voor meer informatie. HET PRODUCT VEILIG INSCHAKELEN Schakel de telefoon niet in als het gebruik van mobiele telefoons verboden is of als dit storing of gevaar zou kunnen opleveren. VERKEERSVEILIGHEID HEEFT VOORRANG Houd u aan de lokale wetgeving. Houd terwijl u rijdt uw handen vrij om uw voertuig te besturen.
AANSLUITEN OP ANDERE TELEFOONS Wanneer u de telefoon op een andere telefoon aansluit, dient u eerst de handleiding bij de telefoon te raadplegen voor uitgebreide veiligheidsinstructies. Sluit geen incompatibele producten aan. ALARMNUMMER KIEZEN Controleer of de telefoonfunctie van de telefoon ingeschakeld en operationeel is. Druk zo vaak als nodig is op om het scherm leeg te maken en terug te keren naar het startscherm. Toets het alarmnummer in en druk op . Geef op waar u zich bevindt.
Dit draadloze apparaat is een 3GPP GSM Release 99-station met ondersteuning voor GPRS en is ontworpen om ook Release 97 GPRS-netwerken te ondersteunen. Er kunnen echter compatibiliteitsproblemen optreden wanneer het apparaat wordt gebruikt in sommige Release 97 GPRS-netwerken. Neem contact op met uw serviceprovider voor meer informatie. Dit apparaat ondersteunt WAP 2.0-protocollen (HTTP en SSL) die werken met TCP/IP-protocollen.
• • • • • • • • • • Opmerking: bij uw serviceprovider/netwerkexploitant wijkt de volgorde van menuitems misschien af, of staan er andere symbolen in het telefoonmenu. Neem contact op met uw serviceprovider/netwerkexploitant of met de klantenservice van Nokia als u hulp nodig hebt bij functies die anders zijn dan in deze handleiding beschreven. Zie Thema's - het uiterlijk van de telefoon op pagina ’13’ als u de achtergrondafbeelding of de screensaver voor de standby-modus wilt wijzigen.
De telefoon aanpassen snelkeuzetoets ingedrukt te houden in de standby-modus) in Uit, selecteert u Instrum.→ Instellingen→ Bellen→ Snelkeuze. • Als u het hoofdmenu opnieuw wilt indelen, kiest u in het hoofdmenu Opties→ Verplaatsen, Verplaats naar map of Nieuwe map. Weinig gebruikte toepassingen kunt u in mappen plaatsen en veelgebruikte toepassingen kunt u van een map naar het hoofdmenu verplaatsen. Profielen - tonen instellen Tip! Wanneer u een toon kiest, wordt er via Beltoondownl.
Waarschuwing: U kunt het profiel Offline alleen gebruiken als het apparaat is ingeschakeld. Schakel het apparaat niet in als het gebruik van mobiele apparaten verboden is of als dit storing of gevaar zou kunnen opleveren. Tip! Zie De telefoon aanpassen, pagina ’11’ voor meer informatie over het wijzigen van de signaaltoon voor de agenda of klok. Als u het profiel Offline wilt verlaten, selecteert u een ander profiel en vervolgens Opties→ Activeren. Druk op Ja.
De telefoon aanpassen 14 • Als u thema’s wilt bewerken, selecteert u een thema en selecteert u vervolgens Opties→ Bewerken om de volgende opties te wijzigen: • Achtergrond - de afbeelding die u wilt weergeven als achtergrondafbeelding in de standby-modus. • Kleurenpalet - de kleuren die worden gebruikt op het scherm. • Screensaver - het type screensaver: datum en tijd of de tekst die u zelf hebt getypt. Zie ook Time-outinstellingen screensaver, pagina ’101’. • Afb.
Belangrijke symbolen - De telefoon wordt gebruikt in een GSM-netwerk. (netwerkdienst) - De telefoon wordt gebruikt in een UMTS-netwerk. Zie Netwerk op pag. ’112’. - U hebt een of meer berichten ontvangen in de map Inbox in Berichten. - De Outbox bevat berichten die nog niet zijn verzonden. Zie pag. ’59’. en - U hebt oproepen gemist. Zie Recente opr. op pag. ’25’. - Dit wordt weergegeven als Beltoontype is ingesteld op Stil en Berichtensignaaltoon, Chatsignaaltoon en Signaaltoon e-mail zijn ingesteld op Uit.
De telefoon Klok Opties in Klok: Alarm instellen, Alarm opn. instellen, Alarm uitschakelen, Instellingen, Help en Afsluiten. Druk op en selecteer Klok. • Kies Opties→ Alarm instellen om een nieuw alarm in te stellen. Voer de alarmtijd in en druk op OK. Als het alarm actief is, wordt het symbool weergegeven. • Als u het alarm wilt uitschakelen, drukt u op Stop. Als het alarm afgaat, kunt u het voor vijf minuten uitschakelen door op een toets te drukken of Snooze te kiezen.
De telefoon Wereldklok Open Klok en druk op om de weergave Wereldklok te openen. In de weergave Wereldklok kunt u de tijd in verschillende steden zien. • Als u steden wilt toevoegen aan de lijst, selecteert u Opties→ Stad toevoegen. Voer de eerste letters van de naam van de stad in. Het zoekveld verschijnt automatisch en de overeenkomende steden worden weergegeven. Selecteer een stad. U kunt maximaal 15 steden toevoegen aan de lijst.
De telefoon Bestandsbeheer - geheugen beheren Symbolen in Bestandsbeheer: - map; - map met een submap. Veel functies van de telefoon gebruiken geheugen voor het opslaan van gegevens. Het gaat bijvoorbeeld om functies als contacten, berichten, afbeeldingen, beltonen, agenda en taken, documenten en gedownloade toepassingen. De hoeveelheid beschikbaar geheugen is afhankelijk van de hoeveelheid gegevens die al in het telefoongeheugen is opgeslagen. U kunt een geheugenkaart gebruiken als extra opslagruimte.
U ontvangt een melding op de telefoon als het telefoongeheugen of het geheugen van de geheugenkaart vol raakt. • Als u telefoongeheugen wilt vrijmaken, kopieert u in Bestandsbeheer gegevens naar een geheugenkaart. Markeer de bestanden die u wilt verplaatsen en selecteer Verplaats naar map. Selecteer vervolgens de geheugenkaart en een map. • Als u gegevens wilt verwijderen om geheugen vrij te maken, gebruikt u de toepassing Bestandsbeheer of gaat u naar de desbetreffende toepassing.
De telefoon Houd alle geheugenkaarten buiten bereik van kleine kinderen. Open de sleuf van de geheugenkaart niet wanneer de telefoon in gebruik is. Als het klepje van de kaart wordt geopend, kan dit schade toebrengen aan het apparaat, de geheugenkaart en de gegevens op de kaart. Opties in Geheugenkaart: Reservekopie, Herst. vanaf kaart, Geh.kaart formatt., Naam geh.kaart, Gegevens geheugen, Help, and Afsluiten. Gebruik alleen compatibele multimediakaarten (MMC-kaarten) met dit apparaat.
Bellen Bellen Een spraakoproep doen 1 Voer in de standby-modus het telefoonnummer, inclusief het netnummer, in. Druk op om een nummer te verwijderen. Voor internationale gesprekken drukt u tweemaal op voor het teken + (duidt de internationale toegangscode aan), kiest u vervolgens het landnummer, het netnummer (eventueel zonder voorloopnul) en het abonneenummer. 2 Druk op om het nummer te bellen. 3 Druk op om het gesprek te beëindigen (of de oproep te annuleren).
Bellen Tip! Met de Nokia Video Call Stand PT-8 kunt u tijdens een video-oproep uw eigen afbeelding en de afbeelding van de beller weergeven op de telefoondisplay. Figuur 4 Een video-oproep doen. Symbolen: - de ontvanger van de video-oproep heeft de verzending van videoclips vanaf zijn of haar apparaat geweigerd. - u hebt de verzending van videoclips vanaf uw telefoon geweigerd.
• Als u een telefoonnummer wilt toewijzen aan een van de snelkeuzetoetsen ( ), drukt u op en selecteert u Instrum.→ Snelkeuze. is gereserveerd voor de voicemailbox. • Zo belt u: Druk in de standby-modus op de snelkeuzetoets en druk op . Een conferentiegesprek voeren (netwerkdienst) 1 Bel de eerste deelnemer. 2 Als u de volgende deelnemer wilt bellen, selecteert u Opties→ Nieuwe oproep. Het eerste gesprek wordt automatisch in de wachtstand geplaatst.
Bellen Tip! Als er een compatibele hoofdtelefoon op de telefoon is aangesloten, kunt u een oproep beantwoorden en beëindigen door op de toets voor de hoofdtelefoon te drukken. • Als u een oproep niet wilt beantwoorden, drukt u op om deze te weigeren. De beller hoort een bezettoon. Als u met de functie Doorschakelen→ Indien bezet oproepen doorschakelt, worden geweigerde oproepen ook doorgeschakeld. Zie Oproepen doorschakelen op pag. ’111’.
Bellen beëindigen. Als u beide oproepen wilt beëindigen, selecteert u Opties→ Alle oproep. beëind.. Opties tijdens een gesprek Veel van de tijdens een gesprek beschikbare opties zijn netwerkdiensten. Via Opties kunt u tijdens een gesprek de volgende functies activeren: Dempen of Dmp oph., Aannemen, Weigeren, Verwisselen, Standby of Oproep activeren, Telefoon insch., Luidspreker insch. of Handsfree insch. (als er een compatibele Bluetooth-hoofdtelefoon is aangesloten), Actieve opr. beëind. of Alle oproep.
Bellen Tip! Als in de standby-modus wordt gemeld dat u oproepen hebt gemist, kiest u Tonen om de gemiste oproepen weer te geven. U kunt terugbellen door naar het nummer of de naam te gaan en op te drukken. Lijsten met recente oproepen wissen - Selecteer in de beginweergave van Recente oproepen Opties→ Wis recente oproep. om alle lijsten met recente oproepen te wissen. Als u een van de lijsten met oproepen wilt wissen, opent u de desbetreffende lijst en selecteert u Opties→ Lijst wissen.
Opmerking: Wanneer u berichten verzendt, is het mogelijk dat het woord Verzonden op het scherm wordt weergegeven. Hiermee wordt aangegeven dat het bericht is verzonden naar het nummer van de berichtencentrale dat in de telefoon is geprogrammeerd. Dit is geen indicatie dat het bericht is ontvangen door de doellocatie. Raadpleeg uw serviceprovider voor meer informatie over berichtdiensten. Tip! Druk op en kies Berichten→ Verzonden om een lijst met verstuurde berichten te bekijken.
Contacten (adresboek) 28 Contacten (adresboek) Opties in de map Contacten: Openen, Bellen, Bericht maken, Nieuw contact, Gesprek openen, Bewerken, Verwijderen, Dupliceren, Toev. aan groep (weergegeven als u een groep hebt gemaakt), Hoort bij groepen (weergegeven als u een groep hebt gemaakt), Markeringen aan/uit, Kopiëren, SIM-contacten, Ga naar webadres, Zenden, Contactinfo, Instellingen, Help en Afsluiten. Opties bij het bewerken van een contactkaart: Thumbnail toevoeg., Thumbnail verwijd.
1 Selecteer een contactpersoon in Contacten en druk op . 2 Selecteer Opties→ Standaardnummers. 3 Selecteer een standaardnummer waaraan u een nummer of adres wilt toevoegen en druk op Toewijz.. 4 Selecteer een nummer of adres die u wilt instellen als standaardnummer en druk op Selecteer. Tip! U kunt contactkaarten toevoegen en bewerken met Nokia Contacts Editor in Nokia PC Suite. Zie de cd-rom in het pakket. Het standaardnummer of -adres wordt onderstreept op de contactkaart.
Contacten (adresboek) Beltonen toevoegen voor contactpersonen Als een persoon of groepslid u belt, wordt de beltoon afgespeeld (als het nummer van de beller wordt meegestuurd met de oproep en uw telefoon dit herkent). Tip! Via snelkeuzetoetsen kunt u snel veelgebruikte nummers bellen. U kunt aan acht telefoonnummers een snelkeuzetoets toewijzen. Zie “Een telefoonnummer bellen met een snelkeuzetoets” op pag. ’23’.
Per contactkaart kunt u maar één spraaklabel instellen. U kunt maximaal 50 telefoonnummers een spraaklabel geven. 1 Open in Contacten de contactkaart waaraan u een spraaklabel wilt toevoegen. 2 Ga naar het nummer waaraan u het spraaklabel wilt toevoegen en selecteer Opties→ Spraaklabel toev.. 3 Druk op Start om een spraaklabel op te nemen. De starttoon klinkt. Spreek de woorden die u voor het spraaknummer wilt gebruiken duidelijk in. Wacht tot het opgenomen spraaklabel wordt afgespeeld en opgeslagen.
Contacten (adresboek) 32 6 Druk op OK om de contactpersonen aan de groep toe te voegen. Als u de naam van een groep wilt wijzigen, selecteert u Opties→ Naam wijzigen. Voer vervolgens de nieuwe naam in en druk op OK. Opties in de weergave Groepenlijst: Openen, Nieuwe groep, Verwijderen, Naam wijzigen, Beltoon, Contactinfo, Instellingen, Help en Afsluiten. Leden uit een groep verwijderen 1 Open in de groepenlijst de groep die u wilt wijzigen.
Camera Met de toepassing Camera kunt u foto's maken en video’s opnemen terwijl u onderweg bent. De afbeeldingen en video’s worden automatisch opgeslagen in de toepassing Galerij. Afbeeldingen worden opgeslagen als JPEG-bestand en videoclips worden opgenomen in de bestandsindeling 3GPP met de bestandsextensie .3gp. U kunt afbeeldingen of video’s ook versturen via een multimediabericht, als e-mailbijlage of via een Bluetooth-verbinding. Tip! Druk in de standbymodus op om de toepassing Camera te starten.
Camera en Galerij Sneltoetsen: Druk op om de nachtmodus in of uit te schakelen. Druk op om de reeksmodus in of uit te schakelen. Druk op om de helderheid aan te passen. Druk op om het contrast aan te passen. 6. Het zelfontspannersymbool geeft de tijd aan totdat de foto wordt genomen. Zie pag. ’35’. 2 Druk op om een foto te maken. Houd de telefoon stil totdat de afbeelding wordt opgeslagen. De afbeelding wordt automatisch opgeslagen in de map Afbeeldingen van Galerij. Zie Galerij op pag. ’37’.
Camera en Galerij Foto’s nemen in een serie Selecteer Opties→ Reeksmodus om de camera zodanig in te stellen dat er een reeks van zes foto’s wordt gemaakt. Wanneer de foto’s zijn genomen, worden deze automatisch opgeslagen in de Galerij en weergegeven in een raster. Zie fig. 6. Zelf op de foto - zelfontspanner Met de zelfontspanner kunt u het nemen van een foto uitstellen, zodat u zelf ook op de foto komt te staan.
Camera en Galerij • Gebruikt geheugen - Hiermee selecteert u de opslaglocatie van de afbeeldingen. Videoclips opnemen Opties vóór het opnemen van een videoclip: Opnemen, Nieuw, Nachtmodus aan / Nachtmodus uit, Dempen / Dempen opheffen, Ga naar Galerij, Aanpassen, Instellingen, Help en Afsluiten. Sneltoetsen: Druk op om de nachtmodus in of uit te schakelen. Druk op om de helderheid aan te passen. Druk op om het contrast aan te passen. 36 1 Druk op Camera in de standby-modus.
Camera en Galerij • Als u de videoclip wilt verzenden via multimedia, Via e-mail of via Bluetooth, drukt u op . Zie het hoofdstuk Berichten, pagina ’47’ en Bluetooth-verbinding, pagina ’92’. Instellingen van de videorecorder aanpassen Selecteer Opties→ Instellingen→ Video en de instelling die u wilt wijzigen: • Lengte - Als u Maximum selecteert, wordt de lengte van de video-opname beperkt tot één uur per clip. Selecteer Kort om videoclips van maximaal 300 kB op te nemen.
Camera en Galerij Tip! Als u de applicatie open wilt houden en muziek op de achtergrond wilt laten spelen, drukt u twee keer op om terug te keren naar de standby-modus. Als u naar de applicatie wilt terugkeren, drukt u op en selecteert u Galerij. • Als u bestanden wilt kopiëren of verplaatsen naar de geheugenkaart of het telefoongeheugen, selecteert u een bestand en vervolgens Opties→ Organiseren→ Kop. naar geh.kaart / Verpl. naar geh.kaart of Kop. naar telef.geh. / Verpl. naar telef.geh..
om Opties tijdens het bekijken van een afbeelding: Zenden, Inst. als achtergr., Roteren, Inzoomen / Uitzoomen, Volledig scherm, Verwijderen, Naam wijzigen, Gegevens bekijken, Toev. aan Favoriet., Help en Afsluiten. Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved. Camera en Galerij • Als u de afbeelding wilt roteren, selecteert u Opties→ Roteren (of drukt u op linksom te roteren en op om rechtsom te roteren).
Media Media Video-editor Als u aangepaste videoclips wilt maken, drukt u op en selecteert u Media→ Vid.-editor. U kunt aangepaste videoclips maken door videoclips te combineren en in te korten en geluidsfragmenten, overgangen en effecten toe te voegen. Overgangen zijn visuele effecten die u kunt toevoegen aan het begin en het einde van de video of tussen de videoclips. Video, geluid en overgangen bewerken 1 Markeer en selecteer een of meer videoclips.
Tip! Als u een videoclip wilt verzenden die groter is dan de maximaal toegestane grootte voor multimediaberichten, kunt u de clip verzenden via Bluetooth. Gegevens verzenden via Bluetooth op pagina ’93’. U kunt de video's ook via Bluetooth of een Tip! Als u een schermfoto wilt maken van een videoclip, selecteert u Opties→ Schermfoto maken in de weergave Afspelen, Voorbeeld bewerken of Knippen. Media • Nieuwe geluidsclip - Hiermee neemt u een nieuw geluidsfragment op de geselecteerde locatie op.
Media geheugenkaartlezer (intern/extern) verzenden naar pc's waarvoor Bluetooth is ingeschakeld. Movie Director Als u muvees wilt maken, drukt u op en selecteert u Media→ Film. muvees zijn korte, bewerkte videoclips die video, muziek en tekst kunnen bevatten. Snelle muvee wordt automatisch gemaakt via de Movie Director nadat u de stijl van de muvee hebt geselecteerd. In Movie Director worden de standaardmuziek en -tekst gebruikt die zijn gekoppeld aan de gekozen stijl.
Media • Door gebr. gedef. - hiermee bepaalt u de lengte van de muvee. Selecteer Opties→ Opslaan. • Als u een voorbeeld van de aangepaste muvee wilt bekijken voordat u deze opslaat, selecteert u Opties→ Afspelen in de weergave muvee bekijken. • Als u een nieuwe aangepaste muvee wilt maken met dezelfde stijlinstellingen, selecteert u Opties→ Opnieuw maken. • Als u een begin- en eindtekst wilt toevoegen aan een aangepaste muvee wanneer u deze maakt, selecteert u Bericht in de weergave muvee maken.
Media Opname-eenheid Druk op en selecteer Media→ Opn.-eenh. om telefoongesprekken en spraakmemo's op te nemen. Wanneer u een telefoongesprek opneemt, horen beide partijen elke vijf seconden een toon. RealPlayer™ Opties in RealPlayer wanneer u een clip hebt geselecteerd: Afspelen, Op volledig scherm/Doorgaan, Drg. op voll. scherm; Stoppen, Dempen/Dempen opheffen, Gegevens clip, Zenden, Instellingen, Help en Afsluiten.
. Druk Media Tip! Als u een videoclip wilt bekijken op het volledige scherm, drukt u op nogmaals hierop om terug te gaan naar de normale schermmodus. Live streaming-inhoud afspelen Als u live streaming-inhoud wilt afspelen, moet u eerst het standaardtoegangspunt configureren. Zie Gegevensverbindingen en toegangspunten op pagina ’103’. Bij veel aanbieders moet u een internettoegangspunt (Internet Access Point of IAP) gebruiken als standaardtoegangspunt.
Media Sneltoetsen tijdens afspelen: Als u vooruit wilt spoelen, houdt u ingedrukt. Als u het mediabestand wilt terugspoelen, houdt u ingedrukt. Als u het geluid wilt dempen, houdt u ingedrukt totdat het symbool wordt weergegeven. Als u het geluid wilt inschakelen, drukt u op totdat het symbool wordt weergegeven. Uitleg: Proxy-servers zijn tussenliggende servers tussen mediaservers en de gebruikers.
Druk op en selecteer Berichten. In Berichten kunt u SMS-berichten, multimediaberichten, e-mailberichten en speciale SMS-berichten met gegevens maken, verzenden, ontvangen, bekijken, bewerken en ordenen. Ook kunt u berichten en gegevens ontvangen via Bluetooth, webdienstberichten en infodienstberichten ontvangen en dienstopdrachten versturen. Opmerking: U kunt deze functies alleen gebruiken als ze worden ondersteund door uw netwerkoperator.
Berichten Opties in Infodienst: Openen, Abonnement /Abonnem. opzeggen, Direct melden / Direct melden verw., Item, Instellingen, Help en Afsluiten. Rapporten - U kunt bij het netwerk een leveringsrapport aanvragen voor SMS-berichten en multimediaberichten die u hebt verzonden (netwerkdienst). Mogelijk kunt u geen leveringsrapport ontvangen voor multimediaberichten die naar een e-mailadres zijn verzonden.
Berichten • De meestgebruikte leestekens zijn beschikbaar onder . Druk op totdat het gewenste leesteken verschijnt. Als u op drukt, verschijnt er een lijst met speciale tekens. Ga met naar het gewenste teken en druk op Selecteer om het te selecteren. • Druk op om een spatie in te voegen. Druk drie keer op om de cursor naar de volgende regel te verplaatsen. • Druk op om te schakelen tussen de tekenmodi Abc, abc en ABC.
Berichten u op OK. Het woord wordt toegevoegd. Als de woordenlijst vol is, vervangt het nieuwe woord het oudste woord in de lijst. 4 Toets het volgende woord in. Tip! Druk twee keer kort op om invoer met woordenlijst in of uit te schakelen. Tips bij het gebruik van tekstinvoer met woordenlijst Tip! De functie voor tekstinvoer met woordenlijst probeert te raden welk veelgebruikt leesteken (.,?!‘) u nodig hebt. De volgorde en beschikbaarheid van leestekens zijn afhankelijk van de taal van de woordenlijst.
Samengestelde woorden intoetsen Typ het eerste deel van een samenstelling en bevestig door op te drukken. Typ het laatste deel van het samengestelde woord. Als u het samengestelde woord wilt voltooien, drukt u op om een spatie toe te voegen. Berichten gekopieerd), Nummer invoegen, Symbool invoegen en Invoertaal: (hiermee wijzigt u de invoertaal voor alle editors op de telefoon).
Berichten Tip! Kies de optie Zenden in een toepassing (indien beschikbaar) om een bericht te maken. Selecteer een bestand (een afbeelding, tekst) dat u aan het bericht wilt toevoegen en selecteer Opties→Zenden. Tip! Ga naar een contactpersoon en druk op om deze te markeren. U kunt meerdere ontvangers tegelijkertijd markeren.
Berichten en een soundclip van maximaal 15 seconden. Als u de instelling wilt wijzigen, selecteert u Opties→ Instellingen→ Multimediabericht→ Grootte afbeelding in de beginweergave van Berichten. Als u Nieuw invoegen→ Geluidsclip selecteert, wordt de toepassing Opnameeenheid geopend en kunt u een nieuw geluidsfragment opnemen. Druk op Selecteer om het nieuwe geluidsfragment automatisch op te slaan en een kopie ervan in het bericht in te voegen.
Berichten Tip! Als u andere bestanden dan geluiden en notities als bijlagen wilt versturen, opent u de bijbehorende toepassing en selecteert u Zenden→ Via e-mail (indien beschikbaar). Symbolen in de Inbox: - ongelezen berichten in de Inbox - ongelezen SMS-bericht, - ongelezen multimediabericht en - gegevens die via Bluetooth zijn ontvangen. De MMS-instellingen handmatig opgeven: 1 Selecteer Instrum.→ Instell.
Berichten Als u de mediaobjecten in een multimediabericht wilt bekijken, opent u het bericht en selecteert u Opties→ Objecten. U kunt een bestand met multimediaobjecten opslaan op de telefoon of naar een ander compatibel apparaat versturen, bijvoorbeeld via Bluetooth. U kunt ook multimediapresentaties ontvangen. U kunt deze presentaties bekijken door Opties→Presentatie afsp. te selecteren.
Berichten • U heeft nieuwe E-mail - geeft het aantal nieuwe e-mailberichten in uw remote mailbox aan. Uitgebreidere meldingen kunnen meer details bevatten. Webdienstberichten ontvangen Webdienstberichten ( ) zijn meldingen (bijvoorbeeld van nieuwsberichten) en kunnen een SMS-bericht of een koppeling bevatten. Informeer bij uw internetaanbieder naar de beschikbaarheid van dergelijke diensten. Mijn mappen Tip! Met de teksten in de map Sjablonen voorkomt u dat u dezelfde tekst steeds opnieuw moet typen.
Berichten • Kies Nee om eerder opgehaalde e-mailberichten offline te bekijken. Als u e-mailberichten offline bekijkt, heeft uw telefoon geen verbinding met de remote mailbox. E-mailberichten ophalen Als u offline bent, kiest u Opties→ Verbinden om verbinding te maken met een remote mailbox. Belangrijk: Objecten in e-mailberichten kunnen virussen bevatten of anderszins schadelijk zijn voor uw apparaat of PC. Open geen bijlagen als u niet weet of de afzender betrouwbaar is.
Berichten Statussymbolen voor e-mail: - nieuw emailbericht (in de offline of online modus) waarvan de inhoud niet is opgehaald naar de telefoon. - nieuw e-mailbericht waarvan de inhoud is opgehaald naar de telefoon. - e-mailbericht is gelezen. - berichtkop is gelezen en de bijbehorende berichtinhoud is verwijderd uit de telefoon. Tip! Als u een e-mailbericht in de remote mailbox naar een map in Mijn mappen wilt kopiëren, selecteert u Opties→ Naar map kopiëren. Selecteer een map in de lijst en druk op OK.
Berichten De verbinding met de mailbox verbreken In de online-modus selecteert u Opties→ Verbind. verbreken om de pakketgegevensverbinding met de remote mailbox te beëindigen. Zie ook Belangrijke symbolen op pag. ’15’. E-mailberichten offline bekijken Wanneer u de Mailbox weer opent en u de e-mailberichten offline wilt bekijken, antwoordt u Nee op de vraag Verbinden met mailbox?. U kunt de eerder opgehaalde emailberichtkoppen en/of berichten lezen.
Berichten Berichten op een SIM-kaart bekijken Voordat u SIM-berichten kunt bekijken, moet u deze naar een map op uw telefoon kopiëren. 1 Kies Opties→ SIM-berichten in de beginweergave van Berichten. 2 Kies Opties→ Markeringen aan/uit→ Markeren of Alle markeren om berichten te markeren. 3 Selecteer Opties→ Kopiëren. Er verschijnt een lijst met mappen. 4 Selecteer een map en druk op OK om het kopiëren te starten. Open de map om de berichten te bekijken.
Berichten • Voorkeursverbinding - U kunt SMS-berichten versturen via het normale GSM-netwerk of via pakketgegevens, als dit door het netwerk wordt ondersteund. Zie Instellingen verbinding op pag. ’103’. • Ant. via zelfde centr. (netwerkdienst) - Kies Ja als het antwoord moet worden verzonden via hetzelfde nummer van de SMS-berichtencentrale. Een nieuwe SMS-berichtencentrale toevoegen 1 Selecteer Berichtencentrales→ Opties→ Nwe berichtencentr..
Berichten • Tip! U kunt de instellingen voor multimedia en e-mail ook via een OTA-bericht van uw serviceprovider ontvangen. Neem contact op met uw serviceprovider voor meer informatie. Zie ook Logo's, beltonen, visitekaartjes, agendaitems en instellingen ontvangen op pag. ’55’. • • • • • hebt geselecteerd, wordt het bericht opgeslagen via de multimediaberichtencentrale. Als u het bericht later wilt ophalen, stelt u deze optie in op Automatisch.
Mailboxinstellingen • Mailboxnaam - Voer een beschrijvende naam in voor de mailbox. • Toegangsp. in gebr. (Te definiëren) - Kies een internettoegangspunt voor de mailbox. Zie Instellingen verbinding op pag. ’103’. • Mijn e-mailadres (Te definiëren) - Voer het e-mailadres in dat u van uw aanbieder hebt gekregen. Antwoorden op uw e-mailberichten worden naar dit adres verzonden. • Server uitg. mail (Te definiëren) - Voer het IP-adres of de hostnaam in van de mailserver die uw e-mail verzendt.
Berichten • Beveiliging (poorten) - Wordt gebruikt met de protocollen POP3, IMAP4 en SMTP om de verbinding met de remote mailbox te beveiligen. • APOP beveil. inloggen (niet beschikbaar als u IMAP4 hebt geselecteerd als Mailboxtype) - Wordt gebruikt met het POP3-protocol om wachtwoorden te coderen bij verzending naar de remote e-mailserver wanneer u verbinding maakt met de mailbox. Gebruikersinst.
Berichten Instellingen voor webdienstberichten Selecteer Berichten→ Opties→ Instellingen→ Dienstbericht. Geef aan of u dienstberichten wilt ontvangen. Ber. downloaden - Kies Automatisch als u de browser automatisch wilt activeren op de telefoon en een netwerkverbinding tot stand wilt brengen om inhoud op te halen wanneer er een dienstbericht op de telefoon wordt weergegeven.
Agenda en Taken 66 Agenda en Taken Tip! Druk op een toets ( ) in een agendaweergave. Een item van het type Vergadering wordt geopend en de ingetoetste tekens worden aan het veld Onderwerp toegevoegd. Tip! Als u terugkerende items bewerkt of verwijdert, kunt u kiezen waarvoor de wijziging geldt: Alle vermeldingen alle vermeldingen van het item worden verwijderd / Alleen dit item - alleen het huidige item wordt verwijderd. Stel bijvoorbeeld dat uw wekelijkse cursus niet doorgaat.
Tip! Kies Opties→ Instellingen om de weergave te wijzigen die wordt getoond wanneer u de agenda opent of om de begindag van de week te wijzigen. In de maandweergave zijn datums met agenda-items gemarkeerd met een driehoekje in de rechterbenedenhoek. In de weekweergave worden memo's en verjaardagen vóór 8 uur geplaatst. • Symbolen in dag- en weekweergave: - Memo en - Verjaardag. Er bestaat geen symbool voor Vergadering. • Kies Opties→ Ga naar datum om naar een bepaalde datum te gaan.
Agenda en Taken Als u een agenda-alarm wilt verwijderen, opent u de notitie waarvoor u een alarm wilt verwijderen en selecteert u Signaal→ Uit. Agenda-instellingen Als u de opties Agenda-alarmtoon, Standaardweergave, Week begint met en Titel weekweergave wilt wijzigen, selecteert u Opties→ Instellingen. Taak - takenlijst Druk op en selecteer Organiser→ Taak om notities te maken en een takenlijst bij te houden.
Web Web Diverse aanbieders verzorgen speciale pagina's voor mobiele apparaten. U gaat naar deze pagina's door op te drukken en Web te selecteren. Op deze pagina's wordt WML (Wireless Markup Language), XHTML (Extensible Hypertext Markup Language) of HTML (Hypertext Markup Language)gebruikt. Informeer bij uw netwerkoperator of aanbieder van webdiensten naar de beschikbaarheid en tarieven van diensten. De aanbieder kan u ook instructies geven voor het gebruik van deze diensten.
Web Opties in de weergave Bookmarks: Openen, Downloaden, Terug naar pagina, Bookmarkbeheer, Markeringen aan/uit, Navigatieopties, Geavanc. opties, Zenden, Bookmark zoeken, Gegevens, Instellingen, Help en Afsluiten. 1 Selecteer Instrum.→ Instell.→ Verbinding→ Toegangspunten en definieer de instellingen voor een toegangspunt. Zie Instellingen verbinding op pag. ’103’. 2 Selecteer Web→ Opties→ Bookmarkbeheer→ Bookm. toev..
Web Bookmarks versturen Ga naar bookmark en selecteer Opties→ Zenden→ Via SMS. Druk op om een bookmark te verzenden. U kunt meerdere bookmarks tegelijk verzenden. Verbinding maken Zodra u de vereiste verbindingsinstellingen hebt opgeslagen, kunt u de pagina’s openen. 1 Selecteer een bookmark of typ het adres in het veld Ga naar ( ). Wanneer u het adres typt, worden de overeenkomende bookmarks weergegeven boven aan het veld Ga naar. Druk op om een overeenkomende bookmark te selecteren.
Web Browsen Tip! Tijdens het browsen opent u de weergave Bookmarks door ingedrukt te houden. U keert terug naar de browserweergave via Opties→ Terug naar pagina. Tip! Gebruik om naar het einde van een pagina te gaan en om naar het begin van een pagina te gaan. 72 Nieuwe koppelingen op een browserpagina zijn blauw onderstreept en bezochte paars. Afbeeldingen die fungeren als koppeling krijgen een blauwe rand.
Web • Als u tijdens het browsen nieuwe webdienstberichten wilt downloaden en bekijken, kiest u Opties→ Geavanc. opties→ Dienstber. lezen (wordt alleen weergegeven als er nieuwe berichten zijn). Zie ook Webdienstberichten ontvangen op pag. ’56’. Opgeslagen pagina's weergeven Als u regelmatig pagina's bezoekt waarvan de inhoud niet vaak verandert, kunt u deze pagina's opslaan om ze offline te bekijken.
Web Kies Annuleer als u het downloaden wilt afbreken. 2 Kies de optie waarmee u het item kunt aanschaffen, bijvoorbeeld: Bestellen. 3 Lees alle informatie nauwkeurig door. Als de online inhoud compatibel is, kunt u het item aanschaffen via uw portefeuillegegevens. 4 Selecteer Portefeuille openen. U wordt gevraagd uw portefeuillecode in te voeren. Zie Een portefeuillecode maken op pag. ’80’. 5 Selecteer de juiste kaartcategorie in uw portefeuille. 6 Selecteer Invullen.
Selecteer Opties→ Instellingen: • Stand. toegangspunt - U wijzigt het standaardtoegangspunt door op te drukken. Er verschijnt dan een lijst met beschikbare toegangspunten. Zie Instellingen verbinding op pag. ’103’. • Toon afbeeldingen - Hiermee bepaalt u of u afbeeldingen wilt laden tijdens het browsen. Als u Nee kiest, kunt u afbeeldingen alsnog laden door tijdens het browsen Opties→ Toon afbeeldingen te kiezen. • Lettergrootte - Hiermee bepaalt u de lettergrootte.
Web 76 • Bevest. zenden DTMF - Geef aan of u het versturen van DTMF-tonen tijdens een telefoongesprek wilt bevestigen. Zie ook ‘DTMF-tonen’ op pag. ’25’. • Portefeuille - Aan Hiermee wordt de portefeuille automatisch geopend wanneer er een compatibele browserpagina is geopend. Zie Portefeuille op pag. ’79’. Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
Organiser Organiser Rekenmachine Als u wilt optellen, aftrekken, vermenigvuldigen, delen en vierkantswortels en percentages berekenen, drukt u op en kiest u Organiser→ Rekenm.. Opmerking: Deze rekenmachine heeft een beperkte nauwkeurigheid en is ontworpen voor eenvoudige berekeningen. Als u een getal in het geheugen wilt opslaan (aangegeven met G), selecteert u Opties→ Geheugen→ Opslaan. Als u een getal wilt ophalen uit het geheugen, selecteert u Opties→ Geheugen→ Oproepen.
Organiser Favorieten - snelkoppelingen toevoegen Standaardsnelkoppelingen: voor Agenda; voor Inbox; voor Notities. Voor het opslaan van snelkoppelingen en koppelingen naar uw favoriete afbeeldingen, notities en bookmarks en dergelijke, drukt u op en kiest u Organiser→ Favorieten. Snelkoppelingen kunnen alleen vanuit de toepassing in kwestie worden toegevoegd, zoals Galerij. Niet alle toepassingen bevatten deze functie. 1 Selecteer een item in een toepassing waaraan u een snelkoppeling wilt toevoegen.
Organiser 2 Ga naar het eerste veld Eenheid en druk op . Selecteer de broneenheid die u wilt omrekenen en druk op OK. Ga naar het volgende veld Eenheid en selecteer de doeleenheid waarnaar u de broneenheid wilt omrekenen. 3 Ga naar het eerste veld Aantal en voer de waarde in die u wilt omrekenen. In het andere veld Aantal wordt automatisch de omgerekende waarde ingevuld. Druk op om een decimaalteken in te voegen en druk op voor de symbolen +, - (voor temperaturen) en E (exponent).
Organiser U kunt de opgeslagen informatie in de portefeuille ophalen wanneer u bladert, zodat u bijvoorbeeld automatisch online formulieren op browserpagina's kunt invullen wanneer de dienst om creditcardgegevens vraagt. De gegevens in de portefeuille zijn gecodeerd en beveiligd met een portefeuillecode die u definieert. Portefeuille wordt na vijf minuten automatisch gesloten. Voer de portefeuillecode in om weer toegang te krijgen tot de inhoud. U kunt deze automatische time-outperiode desgewenst wijzigen.
Organiser • Online acc. krtn - Persoonlijke gebruikersnamen en wachtwoorden voor online diensten. • Adreskaarten - Basiscontactgegevens voor thuis/kantoor. • Gebr.ggvns krtn - Aangepaste persoonlijke voorkeuren voor online diensten. 3 Selecteer Opties→ Nieuwe kaart. Er wordt een leeg formulier geopend. 4 Vul de velden in en druk op Gereed. U kunt kaartgegevens ook rechtstreeks op de telefoon ontvangen van een kaartuitgever of een aanbieder (als deze dienst wordt aangeboden).
Organiser Voorbeeld: Wanneer u de gegevens van de betaalkaart uploadt, hoeft u het kaartnummer en de vervaldatum niet iedere keer in te vullen wanneer u deze nodig hebt (afhankelijk van de inhoud die u bekijkt). U kunt ook uw gebruikersnaam en wachtwoord ophalen die zijn opgeslagen als toegangskaart wanneer u verbinding maakt met een mobiele dienst waarvoor verificatie nodig is. 1 Selecteer de categorie Profn. portef. in het hoofdmenu van de portefeuille en druk op . 2 Selecteer Opties→ Nieuw profiel.
De portefeuille en de portefeuillecode opnieuw instellen Organiser • Automatisch afsluiten - Hiermee wijzigt u de automatische time-outperiode (1-60 minuten). Wanneer de time-outperiode is verstreken, moet u de portefeuillecode opnieuw invoeren om weer toegang te krijgen tot de inhoud. Met deze bewerking wordt alle inhoud uit de portefeuille verwijderd. De inhoud van de portefeuille en de portefeuillecode opnieuw instellen: 1 Voer in de standby-modus *#7370925538# in.
Chat Chat Druk op en selecteer Instrum.→ Chatten. Chat is een netwerkdienst waarmee u kunt praten met andere mensen die instant messaging-diensten gebruiken en waarmee u kunt deelnemen aan discussiefora (chatgroepen) met specifieke onderwerpen. Diverse aanbieders beheren chatservers waarbij u zich kunt aanmelden wanneer u zich hebt geregistreerd bij een chatdienst. Opties in de beginweergave van chat: Openen, Aanmelden/ Afmelden, Instellingen, Help, Afsluiten.
Chat U kunt Annuleer selecteren om offline te blijven. Selecteer Opties→ Aanmelden als u zich later wilt aanmelden bij de chatserver. Wanneer u offline bent, kunt u geen berichten verzenden of ontvangen. 3 Als u zich wilt afmelden, kiest u Opties→ Afmelden. De chatinstellingen aanpassen Selecteer Opties→ Instellingen→ Chatinstellingen. • Schermnaam gebr. (alleen weergegeven als chatgroepen door de server worden ondersteund) - Als u een bijnaam wilt invoeren (maximaal tien tekens), selecteert u Ja.
Chat Aanmelden bij een chatgroep of een chatgroep verlaten • Als u zich wilt aanmelden bij een chatgroep die u hebt opgeslagen, bladert u naar de groep en drukt u op . • Als u zich bij een chatgroep wilt aanmelden die niet in de lijst staat, maar waarvan u de groeps-ID kent, selecteert u Opties→ Aanm. bij nwe groep. Voer de groeps-ID in en druk op . • Als u de chatgroep wilt verlaten, selecteert u Opties→ Chatgroep verlaten.
Chat • Vrijgeven - Hiermee selecteert u de gebruiker die u uit de blokkeerlijst wilt verwijderen. Druk op . Chat opnemen • Als u de berichten die worden uitgewisseld tijdens een gesprek of tijdens uw deelname aan een chatgroep wilt opnemen in een bestand, selecteert u Opties→ Gesprek opnemen, voert u een naam in voor het gespreksbestand en drukt u op . Als u wilt stoppen met opnemen, kiest u Opties→ Opname stoppen. Het bestand met het opgenomen gesprek wordt automatisch opgeslagen in Opgen. chats.
Chat Uitleg: De gebruikers-ID wordt door de aanbieder verstrekt aan abonnees van deze dienst. • Gebr-ID invoeren - Voer de gebruikers-ID in van de gebruiker met wie u een gesprek wilt starten en druk op . Als u een gespreksdeelnemer wilt opslaan als chatcontact, gaat u naar de desbetreffende deelnemer en selecteert u Opties→ Toev. aan chatcont.. Selecteer Opties→Autom. antw. aan als u inkomende berichten automatisch wilt beantwoorden. Voer de tekst in en druk op Gereed.
Chat naast de naam van de contactpersoon. Deze optie is niet beschikbaar als u de optie Beschikb. aut. laden hebt ingesteld op Automatisch in Chatinstellingen. Chatgroepen beheren Ga naar de weergave Chatgroepen om een lijst te bekijken met de chatgroepen die u hebt opgeslagen of waarbij u momenteel bent aangemeld. Ga naar een groep en selecteer Opties→ Groep: • Opslaan - Hiermee slaat u een niet-opgeslagen groep op waarbij u momenteel bent aangemeld.
Chat • Welkomsttekst - Hiermee kunt u tekst toevoegen die de deelnemers zien wanneer ze zich aanmelden bij de groep. • Groepsgrootte - Hiermee definieert u het maximum aantal leden dat aan de groep mag deelnemen. • Zoeken toestaan -. • Bewerkingsrechten - Hiermee definieert u de chatgroepdeelnemers aan wie u beheerdersrechten wilt geven. Deze personen hebben toestemming om anderen uit te nodigen voor deelname aan de chatgroep en om de groepsinstellingen te bewerken.
Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved. Chat • Als u de chatserver wilt wijzigen waarmee u verbinding maakt, selecteert u Standaardserver. • Als u een nieuwe server wilt toevoegen aan uw lijst met chatservers, kiest u Servers→ Opties→ Nieuwe server. Voer de volgende instellingen in: • Servernaam - Voer de naam van de chatserver in. • Toegpnt in gebruik - Selecteer het toegangspunt dat u wilt gebruiken voor de server. • Webadres - Voer de URL van de chatserver in.
Connectiviteit Connectiviteit Bluetooth-verbinding Via een draadloze Bluetooth-verbinding kunt u afbeeldingen, videoclips, muziek- en geluidsfragmenten en notities verzenden of een draadloze verbinding tot stand brengen met compatibele Bluetooth-apparaten, zoals computers. Aangezien Bluetooth-apparaten communiceren via radiogolven, hoeft er geen ‘direct zicht’ te bestaan tussen de telefoon en het andere Bluetooth-apparaat.
• Bluetooth - Aan/Uit • Waarneembrh. tel. - Waarneembaar: uw telefoon kan worden gevonden door andere Bluetooth-apparaten of Verborgen: uw telefoon kan niet worden gevonden door andere apparaten. • Naam van mijn telef. - Geef uw telefoon een Bluetooth-naam. Wanneer u Bluetooth hebt geactiveerd en Waarneembrh. tel. hebt ingesteld op Waarneembaar, is uw telefoon zichtbaar voor andere Bluetooth-apparaten. Gegevens verzenden via Bluetooth Er kan maar één Bluetooth-verbinding tegelijk actief zijn.
Connectiviteit Tip! Als u tekst via Bluetooth (en niet via SMS) wilt verzenden, gaat u naar Notities, typt u de tekst en selecteert u Opties→ Zenden→ Via Bluetooth. Uitleg: Bij een Bluetooth-koppeling vindt er verificatie plaats. De gebruikers van de Bluetooth-apparaten spreken een wachtwoord af en gebruiken dit om hun apparaten aan elkaar te koppelen. Bij apparaten zonder gebruikersinterface wordt het wachtwoord gebruikt dat in de fabriek is ingesteld.
Tip! Als u een korte naam (nickname of alias) wilt opgeven, gaat u naar het apparaat en selecteert u Opties→ Korte naam toewijz. in de weergave voor gekoppelde apparaten. Aan de hand van de naam kunt u apparaten herkennen, bijvoorbeeld wanneer een apparaat om een verbinding vraagt. Connectiviteit • Als u een koppeling wilt annuleren, gaat u naar het apparaat en selecteert u Opties→ Verwijderen. Als u alle koppelingen wilt annuleren, selecteert u Opties→ Alle verwijderen.
Connectiviteit Pc-verbindingen - via Bluetooth of USB U kunt uw telefoon gebruiken met allerlei toepassingen voor pc-connectiviteit en gegevenscommunicatie. Met Nokia PC Suite kunt u bijvoorbeeld contactpersonen, agendaitems en taken synchroniseren tussen de telefoon en een compatibele pc.
Opties in de beginweergave van Verbindingsbeheer wanneer er een of meer verbindingen zijn: Gegevens, Verb. verbreken, Alle verb. verbrek., Help en Afsluiten. Connectiviteit • geopende gegevensverbindingen: gegevensoproepen ( ) en pakketgegevensverbindingen ( ) • de status van elke verbinding • de hoeveelheid gegevens die is geüpload en gedownload voor elke verbinding (wordt alleen weergegeven voor pakketgegevensverbindingen) • de duur van elke verbinding (wordt alleen weergegeven voor gegevensoproepen).
Connectiviteit • Gedeeld (wordt niet weergegeven als de verbinding niet is gedeeld) - Het aantal toepassingen dat dezelfde verbinding gebruikt. Synchroniseren - remote synchronisatie Opties in de beginweergave van Remote synchronisatie: Synchroniseren, Nw synchr.profiel, Synchr. prof. bijw., Verwijderen, Logboek bekijken, Als standaard, Help en Afsluiten. Druk op en selecteer Connect.→ Synchr..
Connectiviteit Gebruikersnaam - Uw gebruikers-id voor de synchronisatieserver. Informeer bij uw aanbieder of systeembeheerder naar de juiste gebruikers-id. Wachtwoord - Geef uw wachtwoord op. Informeer bij uw aanbieder of systeembeheerder naar de juiste waarde. Sync.verz. toestaan - Selecteer Ja als er op de server een synchronisatie kan worden gestart. Sync.verz. accept. - Selecteer Nee als u een melding wilt ontvangen voordat er een synchronisatie wordt gestart via de server.
Instrumenten Instrumenten Instell. Druk op en selecteer Instrum.→ Instellingen om de instellingen te wijzigen. Ga naar een instellingengroep en druk op om deze te openen. Ga naar een instelling die u wilt wijzigen en druk op . Telefooninstellingen Algemeen Displaytaal - Als u de taal van de displayteksten in de telefoon wijzigt, verandert ook de datum- en tijdnotatie en de gebruikte scheidingstekens, bijvoorbeeld in berekeningen.
Instrumenten Fabrieksinstellingen - Hiermee kunt u voor bepaalde instellingen de oorspronkelijke waarden herstellen. Daarvoor hebt u de blokkeringscode nodig. Zie Beveiliging, Telefoon en SIM op pag. ’107’. Wanneer u de fabrieksinstellingen herstelt, kan het aanzetten van de telefoon langer duren. Dit heeft geen effect op documenten en bestanden.
Instrumenten Opr. weig. met SMS - Selecteer Ja als u een SMS-bericht wilt verzenden naar een beller om deze te informeren dat u de oproep niet kunt beantwoorden. Zie Een gesprek beantwoorden of weigeren op pag. ’23’. Berichttekst - Typ een tekst die moet worden verzonden in een SMS-bericht wanneer u een oproep weigert. Afb. in video-oproep - U kunt instellen dat er geen video wordt verzonden wanneer u een video-oproep ontvangt. Selecteer een foto die moet worden weergegeven in plaats van video.
Instrumenten Instellingen verbinding Gegevensverbindingen en toegangspunten Uw telefoon ondersteunt pakketgegevensverbindingen ( ), zoals GPRS bij het GSMnetwerk. Zie ook Belangrijke symbolen op pag. ’15’. Voor een gegevensverbinding hebt u een toegangspunt nodig.
Instrumenten - GSM-netwerk, de pakketgegevensverbinding staat in de wachtstand. (Dit is bijvoorbeeld mogelijk tijdens een spraakoproep.) - UMTS-netwerk, pakketgegevens zijn beschikbaar in het netwerk. - UMTS-netwerk, de pakketgegevensverbinding is actief en gegevens worden overgedragen. - UMTS-netwerk, er zijn meerdere pakketgegevensverbindingen actief. - UMTS-netwerk, de pakketgegevensverbinding staat in de wachtstand.
Gebruikersnaam - Deze kan nodig zijn bij het maken van een dataverbinding en wordt doorgaans door de aanbieder verstrekt. De gebruikersnaam is vaak hoofdlettergevoelig. Opties bij het bewerken van toegangspuntinstellingen : Wijzigen, Geavanc. instell., Help en Afsluiten. Vraag om wachtw. - Als u bij aanmelding op de server telkens een nieuw wachtwoord moet invoeren of als u het wachtwoord niet in de telefoon wilt opslaan, selecteert u Ja.
Instrumenten Packet-ggvnsverb. - Als u Autom. bij signaal selecteert en u zich bevindt in een netwerk dat pakketgegevens ondersteunt, wordt de telefoon automatisch aangemeld bij het pakketgegevensnetwerk. Ook het starten van een actieve pakketgegevensverbinding verloopt sneller (bijvoorbeeld voor het versturen en ontvangen van e-mail). Als u Wanneer nodig selecteert, wordt GPRS alleen gebruikt als u een toepassing of bewerking start waarvoor een pakketgegevensverbinding nodig is.
Instrumenten UPIN-code wordt mogelijk geleverd bij de USIM-kaart. De USIM-kaart is een uitgebreide versie van de SIM-kaart die wordt ondersteund door mobiele UMTS-telefoons. Met de UPIN-code wordt de USIM-kaart beveiligd tegen onbevoegd gebruik. PIN2-code (vier tot acht cijfers) wordt bij sommige SIM-kaarten geleverd en verschaft u toegang tot bepaalde functies op de telefoon. Blokkeringscode (vijf cijfers) kan worden gebruikt om de telefoon te vergrendelen ter voorkoming van onbevoegd gebruik.
Instrumenten aantal minuten op voor de time-out of selecteer Geen als u de automatische blokkering wilt uitzetten. Voer de blokkeringscode in om de telefoon te ontgrendelen. Opmerking: Wanneer de telefoon is vergrendeld, kunt u soms nog wel in het profiel Offline bepaalde alarmnummers kiezen die in het geheugen van de telefoon zijn geprogrammeerd. Blok. als SIM gewijz. - U kunt instellen dat om de blokkeringscode wordt gevraagd als er een onbekende SIM-kaart in de telefoon wordt geplaatst.
Instrumenten Certificaatbeheer Digitale certificaten vormen geen waarborg voor de veiligheid. Ze worden gebruikt om de oorsprong van software te verifiëren. In de beginweergave van Certificaatbeheer ziet u een lijst van de autoriteitscertificaten die op de telefoon zijn opgeslagen. Druk op om een lijst met persoonlijke certificaten weer te geven, indien beschikbaar.
Instrumenten wordt de geldigheid van het certificaat gecontroleerd en kan een van de volgende berichten verschijnen: • Certificaat niet vertrouwd - U hebt nog geen toepassing ingesteld voor het certificaat. Zie Vertrouwensinstellingen wijzigen op pag. ’110’. • Geldigheid certificaat verstreken - De geldigheidsperiode voor het geselecteerde certificaat is verlopen. • Certificaat nog niet geldig - De geldigheidsperiode voor het geselecteerde certificaat is nog niet ingegaan.
1 Als u inkomende oproepen wilt doorschakelen naar de voicemailbox of een ander telefoonnummer, drukt u op en selecteert u Instrum.→ Instellingen→ Doorschakelen. Raadpleeg uw aanbieder voor meer informatie. 2 Selecteer de oproepen die u wilt doorschakelen: Spraakoproepen of Gegevens- en videooproepen. 3 Selecteer de gewenste doorschakelingsoptie. Bijvoorbeeld Indien bezet om spraakoproepen door te schakelen wanneer uw nummer bezet is of wanneer u inkomende oproepen weigert.
Instrumenten Netwerk Nokia 6630 kan automatisch schakelen tussen GSM- en UMTS-netwerken. Het GSM-netwerk wordt in de standby-modus aangegeven met . Het UMTS-netwerk wordt aangegeven met . Uitleg: Roaming-overeenkomst Een overeenkomst tussen meerdere netwerkoperatoren die gebruikers van verschillende netwerken in staat stelt van de diensten van andere operatoren gebruik te maken. Netwerkmodus (wordt alleen weergegeven indien ondersteund door de operator) Selecteer het netwerk dat wordt gebruikt.
Spraakopdrachten Druk op en selecteer Instrum.→ Spraakop.. Met Spraakopdrachten kunt u spraakopdrachten op de telefoon toevoegen, verwijderen en beheren. Spraakopdrachten worden op dezelfde manier opgenomen als spraaklabels. Zie Een spraaklabel aan een telefoonnummer toevoegen op pag. ’31’. Een spraakopdracht toevoegen aan een toepassing Symbolen die in de standby-modus worden weergegeven: - Er is een hoofdtelefoon aangesloten. - Er is een hoorapparaat aangesloten.
Instrumenten Voorbeeld: Als u het installatiebestand hebt ontvangen bij een e-mail, gaat u naar uw mailbox, opent u de e-mail, opent u de weergave Bijlagen, gaat u naar het installatiebestand en drukt u op om de installatie te starten. • J2ME™-toepassingen op basis van Java™-technologie met de extensie .jad of .jar ( ). Download geen PersonalJava™-toepassingen naar de telefoon, want deze kunnen niet worden geïnstalleerd.
Toepassingen en software verwijderen Ga naar een softwarepakket en selecteer Opties→ Verwijderen. Druk ter bevestiging op Ja. Verwijderde software kan alleen opnieuw worden geïnstalleerd als u beschikt over het oorspronkelijke softwarepakket of een volledige reservekopie van de verwijderde software. Tip! U kunt toepassingen ook installeren via Nokia Application Installer in Nokia PC Suite. Zie de cdrom in het pakket. Instrumenten • Het .jar-bestand is vereist voor de installatie van Java-toepassingen.
Instrumenten Als u een softwarepakket verwijdert, kan het zijn dat u documenten die u daarmee hebt gemaakt, niet meer kunt openen. Opmerking: Als een ander softwarepakket afhankelijk is van het verwijderde softwarepakket, kan het zijn dat het andere softwarepakket niet meer werkt. Raadpleeg de documentatie van het geïnstalleerde softwarepakket voor meer informatie. Instellingen van Toepassingen • Software-installatie - Selecteer het type software dat u wilt installeren: Aan, Alleen ondertek. of Uit.
Instrumenten Druk op en selecteer Instrum.→ Act.sleutls om de activeringssleutels voor de digitale rechten te bekijken die zijn opgeslagen in de telefoon. • Geldige sleutels ( ) zijn verbonden met een of meer mediabestanden. • Wanneer de sleutels zijn vervallen ( ), kunt u het mediabestand niet meer gebruiken of is de periode waarin u het bestand mag gebruiken, verstreken. Druk op om de Vervallen activeringssleutels te bekijken.
Instrumenten Voor het kopieerproces voert u de volgende stappen uit: 1 Schakel Bluetooth in op de Nokia 6630 en op de andere telefoon. Zie Bluetoothverbinding op pag. ’92’. 2 Open de toepassing Transfer op de Nokia 6630. Volg de instructies op het scherm. 3 De toepassing Transfer wordt naar de andere telefoon verzonden. 4 Installeer de toepassing Transfer op de andere telefoon. De toepassing wordt automatisch gestart en toegevoegd aan het hoofdmenu. 5 De telefonen moeten worden gekoppeld.
Neem contact op met de aanbieder voor de juiste instellingen. • Servernaam - Voer een naam in voor de configuratieserver. • Server-ID - Voer de unieke ID in om de configuratieserver te identificeren. • Serverwachtwoord - Voer een wachtwoord in om de telefoon te identificeren voor de server. • Toegangspunt - Selecteer een toegangspunt voor het tot stand brengen van een verbinding met de server. • Hostadres - Voer de URL van de server in. • Poort - Voer het poortnummer van de server in.
Informatie over de batterij Informatie over de batterij Opladen en ontladen Het apparaat werkt op een oplaadbare batterij. De volledige capaciteit van een nieuwe batterij wordt pas benut nadat de batterij twee of drie keer volledig is opgeladen en ontladen. De batterij kan honderden keren worden opgeladen en ontladen maar na verloop van tijd treedt slijtage op. Wanneer de gesprekstijd en stand-by-tijd aanmerkelijk korter zijn dan normaal, kunt u beter een nieuwe batterij kopen.
Uw apparaat is een product van toonaangevend ontwerp en vakmanschap en moet met zorg worden behandeld. De tips hieronder kunnen u helpen om de garantie te behouden. • Houd het apparaat droog. Neerslag, vochtigheid en allerlei soorten vloeistoffen of vocht kunnen mineralen bevatten die corrosie van elektronische schakelingen veroorzaken. Wordt het apparaat toch nat, verwijder dan de batterij en laat het apparaat volledig opdrogen voordat u de batterij terugplaatst.
AANVULLENDE VEILIGHEIDSINFORMATIE AANVULLENDE VEILIGHEIDSINFORMATIE Gebruiksomgeving Houd u aan speciale voorschriften die in een bepaald gebied van kracht zijn en schakel het apparaat altijd uit op plaatsen waar het verboden is het apparaat te gebruiken of waar het gebruik ervan storing of gevaar kan veroorzaken. Gebruik het apparaat alleen in de normale posities.
Explosiegevaarlijke omgevingen RF-signalen kunnen van invloed zijn op elektronische systemen in gemotoriseerde voertuigen die verkeerd geïnstalleerd of onvoldoende afgeschermd zijn (bijvoorbeeld elektronische systemen voor brandstofinjectie, elektronische antislip-of antiblokkeer-remsystemen, systemen voor elektronische snelheidsregeling of airbagsystemen). Raadpleeg de fabrikant, of diens vertegenwoordiger, van uw voertuig of van hieraan toegevoegde apparatuur, voor meer informatie.
AANVULLENDE VEILIGHEIDSINFORMATIE 124 Een alarmnummer kiezen: 1 Schakel het apparaat in als dat nog niet is gebeurd. Controleer of de signaalontvangst voldoende is. In sommige netwerken kan een geldige, correct geplaatste SIM- of USIM-kaart noodzakelijk zijn. 2 Druk zo vaak als nodig is op om het scherm leeg te maken en het apparaat gereed te maken voor een oproep. 3 Voer het alarmnummer in voor het gebied waar u zich bevindt. Alarmnummers verschillen per locatie. 4 Druk op de toets .
Dit apparaat voldoet aan de richtlijnen voor blootstelling aan RF-signalen wanneer het op normale wijze tegen het oor wordt gehouden of wanneer het zich op een afstand van minimaal 1,5 cm van het lichaam bevindt. Wanneer het apparaat op het lichaam wordt gedragen in een draagtasje, riemclip of houder, moeten deze hulpmiddelen geen metaal bevatten en moet het product zich op een afstand van minimaal 1,5 cm van het lichaam bevinden.
Index A aanpassing 13 activeringssleutels 116 agenda agenda-alarm uitschakelen 66 alarm 66 items verzenden 66 PC Suite synchroniseren 67 alarm agenda-alarm 66 alarmklok 16 B beltonen ontvangen in een SMS-bericht 55 persoonlijke beltoon toevoegen 30 persoonlijke beltoon verwijderen 30 berichten e-mail 52 multimediabericht 52 SMS 52 bestandsbeheer 18 bestandsindelingen JAD-bestand 115 JAR-bestand 115 RealPlayer 44 SIS-bestand 114 126 Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
e-mail 52 bijlagen bekijken 57 instellingen 62 offline 59 openen 57 ophalen uit mailbox 57 remote mailbox 56 beltoon stoppen 23 geluiden opnemen 44 geluidsfragmenten 37 gesprekken doorverbinden 24 duur 26 gebelde nummers 25 internationaal 21 ontvangen 25 F H duur vermelding logboek 27 E films, muvees aangepaste muvees 42 snelle muvees 42 G galerij 37 gegevensverbindingen details 97 symbolen 15 verbreken 97 geheugen geheugengebruik weergeven 18 wissen van geheugen 26 geheugenkaart 19 geheugenkaartadap
J Java zie toepassingen, Java K O klok opnemen van videoclips 37 oproepen instellingen 101 instellingen voor doorschakelen 111 alarm 16 instellingen 16 snooze 16 kopiëren contactgegevens tussen SIM-kaart en apparaatgeheugen 29 tekst 51 L lijst met oproepen zie logboek logboek filteren 27 inhoud wissen 27 luidspreker 17 activeren 17 uitschakelen 17 M mailbox 56 mediabestanden bestandsindelingen 44 geluid uit 46 terugspoelen 46 vooruitspoelen 46 128 menu herschikken 12 multimediaberichten 52 Copyrig
spraakberichten 21 spraaklabels 30, 113 bellen 31 toevoegen 31, 113 spraaklabels opnemen 31, 113 standby-modus 11 symbolen 15 synchronisatie 98 T tekst knippen 51 tekst plakken 51 thumbnailafbeeldingen op contactkaart 28 tijd instellingen 106 toegangspunten 103 instellingen 104 toepassingen, Java 114 U UPIN-code 107 UPUK-code 107 USB-kabel 96 USIM-kaart zie de uitleg van de term in Aan de slag USSD-opdrachten 48 versturen afbeeldingen 34 verzenden agenda-items 66 contactkaarten, visitekaartjes 29 videocl