Gebruikershandleiding voor de Nokia 6610i 9230883 Uitgave 2
CONFORMITEITSVERKLARING NOKIA CORPORATION verklaart op eigen verantwoordelijkheid dat het product RM-37 conform is aan de bepalingen van de volgende Richtlijn van de Raad: 1999/5/EG. Een kopie van de conformiteitsverklaring kunt u vinden op de volgende website: http://www.nokia.com/phones/declaration_of_conformity/. De doorgekruiste container wil zeggen dat het product binnen de Europese gemeenschap voor gescheiden afvalverzameling moet worden aangeboden aan het einde van de levenscyclus.
Nokia voert een beleid dat gericht is op continue ontwikkeling. Nokia behoudt zich het recht voor zonder voorafgaande kennisgeving wijzigingen en verbeteringen aan te brengen in de producten die in dit document worden beschreven. In geen geval is Nokia aansprakelijk voor enig verlies van gegevens of inkomsten of voor enige bijzondere, incidentele, onrechtstreekse of indirecte schade. De inhoud van dit document wordt zonder enige vorm van garantie verstrekt.
Inhoudsopgave VOOR UW VEILIGHEID ........................................................................................12 Algemene informatie ..........................................................................................17 Toegangscodes ...........................................................................................................................................17 Beveiligingscode (5 tot 10 cijfers)....................................................................................
Inhoudsopgave 2. Aan de slag ......................................................................................................29 De SIM-kaart en de batterij installeren ..............................................................................................29 De batterij opladen ...................................................................................................................................32 De telefoon in- en uitschakelen.......................................................
E-mailberichten intoetsen en verzenden.....................................................................................57 Een SMS-bericht of e-mailbericht lezen en beantwoorden...................................................58 De mappen Inbox en Verzonden items.........................................................................................60 Distributielijsten..................................................................................................................................
Inhoudsopgave Het standaardnummer wijzigen .....................................................................................................81 Een afbeelding toevoegen aan een naam of nummer in de lijst met contacten .............81 Zoeken naar een naam in de lijst met contacten .........................................................................82 Een naam, nummer, tekstaantekening of afbeelding wijzigen.................................................82 Namen, nummers en afbeeldingen wissen ....
Identificatie verzenden .....................................................................................................................93 Lijn uitgaande oproepen...................................................................................................................93 Telefooninstellingen ..............................................................................................................................94 Taal ........................................................................
Inhoudsopgave Instellingen voor de camera............................................................................................................. 107 Galerij (menu 8) ...................................................................................................................................... 107 Organiser (menu 9) ................................................................................................................................ 111 Alarmklok.......................................
Portefeuille............................................................................................................................................ 126 Gegevens van persoonlijke kaarten opslaan en wijzigen ..................................................... 126 Persoonlijke notities........................................................................................................................ 127 Instellingen voor de portefeuille ...............................................................
Inhoudsopgave Bookmarks............................................................................................................................................. 142 Een bookmark ontvangen.............................................................................................................. 143 Downloaden.......................................................................................................................................... 143 Dienstinbox.........................................
VOOR UW VEILIGHEID Lees deze eenvoudige richtlijnen. Het niet opvolgen van de richtlijnen kan gevaarlijk of onwettig zijn. Lees de volledige gebruikershandleiding voor meer informatie. SCHAKEL HET APPARAAT ALLEEN IN ALS HET VEILIG IS Schakel de telefoon niet in als het gebruik van mobiele telefoons verboden is of als dit storing of gevaar zou kunnen opleveren. VERKEERSVEILIGHEID HEEFT VOORRANG Houd u aan de lokale wetgeving. Houd terwijl u rijdt uw handen vrij om uw voertuig te besturen.
VOOR UW VEILIGHEID SCHAKEL HET APPARAAT UIT IN DE BUURT VAN EXPLOSIEVEN Houd u aan alle mogelijke beperkende maatregelen. Gebruik de telefoon niet waar explosieven worden gebruikt. GEBRUIK HET APPARAAT VERSTANDIG Gebruik het apparaat alleen in de normale positie zoals in de productdocumentatie wordt uitgelegd. Raak de antenne niet onnodig aan. DESKUNDIG ONDERHOUD Dit product mag alleen door deskundigen worden geïnstalleerd of gerepareerd.
ALARMNUMMER KIEZEN Controleer of de telefoon ingeschakeld en operationeel is. Druk zo vaak als nodig is op om het scherm leeg te maken en terug te keren naar het startscherm. Toets het alarmnummer in en druk op . Geef op waar u zich bevindt. Beëindig het gesprek pas wanneer u daarvoor toestemming hebt gekregen. ■ INFORMATIE OVER HET APPARAAT Het draadloze apparaat dat in deze handleiding wordt beschreven, is goedgekeurd voor gebruik in het EGSM 900-, GSM 1800- en GSM1900-netwerk.
VOOR UW VEILIGHEID netwerkdiensten negatief kunnen beïnvloeden. Zo bieden sommige netwerken geen ondersteuning voor bepaalde taalafhankelijke tekens en diensten. Het kan zijn dat uw serviceprovider verzocht heeft om bepaalde functies uit te schakelen of niet te activeren in uw apparaat. In dat geval worden deze functies niet in het menu van uw apparaat weergegeven. Neem contact op met uw serviceprovider voor meer informatie.
Waarschuwing: Gebruik alleen batterijen, laders en toebehoren die door Nokia zijn goedgekeurd voor gebruik met dit model. Het gebruik van alle andere types kan de goedkeuring of garantie doen vervallen en kan gevaarlijk zijn. Vraag uw leverancier naar de beschikbaarheid van goedgekeurde accessoires. Trek altijd aan de stekker en niet aan het snoer als u toebehoren losmaakt. Uw apparaat en toebehoren kunnen kleine onderdelen bevatten. Houd ze buiten het bereik van kleine kinderen.
Algemene informatie Algemene informatie ■ Toegangscodes Beveiligingscode (5 tot 10 cijfers) De beveiligingscode helpt de telefoon te beveiligen tegen onbevoegd gebruik. De code is standaard ingesteld op 12345. Wijzig de code en houd de nieuwe code geheim. Bewaar de code op een veilige plaats uit de buurt van de telefoon. Zie Beveiligingsinstellingen op pagina 101 voor informatie over het wijzigen van de code en het instellen van de telefoon om de code te vragen.
• De ondertekenings-PIN is nodig voor de digitale handtekening. Zie Digitale handtekening op pagina 148. De ondertekenings-PIN wordt bij de SIM-kaart geleverd als de SIM-kaart voorzien is van een beveiligingsmodule. Als u drie keer na elkaar een onjuiste PIN-code hebt ingetoetst, wordt SIM geblokkeerd of PIN-code geblokkeerd weergegeven en wordt u gevraagd de PUKcode in te toetsen. De PUK-code en PUK2-code (8 cijfers) De PUK-code (Personal Unblocking Key) is nodig om een geblokkeerde PIN-code te wijzigen.
Overzicht van de functies van de telefoon Overzicht van de functies van de telefoon De Nokia 6610i biedt een groot aantal functies die handig zijn in het dagelijks gebruik, zoals een agenda, klok, alarmklok, camera, radio en vele andere. ■ Camera De telefoon heeft een ingebouwde camera die u kunt gebruiken om foto's te maken. U kunt een foto verzenden via de multimediaberichtendienst (MMS), zie Multimediaberichten op pagina 63, zie Camera (menu 7) op pagina 105.
■ Polyfoon geluid (MIDI) Polyfoon geluid bestaat uit verschillende geluidscomponenten die tegelijkertijd worden afgespeeld. De telefoon is uitgerust met geluidscomponenten van meer dan 40 instrumenten, maar kan slechts een aantal instrumenten tegelijkertijd afspelen. De polyfone geluiden kunnen bijvoorbeeld worden gebruikt in beltonen en waarschuwingssignalen. De ondersteunde indeling is SP-MIDI (Scalable Polyphonic MIDI).
Overzicht van de functies van de telefoon zijn MMS en SMS (Short Message Service), bladersessies, downloaden van Javatoepassingen en pc-inbeldiensten (bijvoorbeeld internet en e-mail). De telefoon ondersteunt drie gelijktijdige GPRS-verbindingen. U kunt bijvoorbeeld multimediaberichten ontvangen en tegelijkertijd een pc-inbelverbinding of een bladersessie actief hebben.
1. De telefoon ■ Toetsen en aansluitingen 1. Aan/uit-toets Hiermee schakelt u de telefoon in en uit. Als de toetsen zijn geblokkeerd, wordt het display van de telefoon ongeveer 15 seconden verlicht als u op de aan/uit-toets drukt. 2. Volumetoetsen Hiermee kunt u het volume van het luistergedeelte en de luidspreker aanpassen, of het volume van de hoofdtelefoon als deze op de telefoon is aangesloten. 3.
De telefoon de agenda, of de cursor verplaatsen tijdens het intoetsen van tekst. 4. Selectietoetsen 2 De functie van deze toetsen is afhankelijk van de tekst die boven de toetsen wordt weergegeven. Zie Standby-modus op pagina 24. 5. Met kunt u een telefoonnummer kiezen en een oproep beantwoorden. Vanuit de standby-modus kunt u met deze toets de laatstgekozen nummers weergeven. 6. Met 7. beëindigt u een actief gesprek. Hiermee sluit u elke functie af. - kunt u cijfers en letters invoeren.
4. Cameralens op de achterkant van de telefoon. ■ Standby-modus Wanneer de telefoon gereed is voor gebruik en geen tekens zijn ingevoerd, bevindt de telefoon zich in de standby-modus. 1. Toont het operatorlogo of de naam van het netwerk om aan te geven welk cellulair netwerk op dit moment wordt gebruikt. 2. Toont de signaalsterkte van het cellulaire netwerk op uw huidige positie. Hoe hoger de balk, des te sterker het signaal. 3. Toont de capaciteit van de batterij.
De telefoon snelkoppeling in te stellen. U kunt deze functies ook activeren als u het menu Favorieten selecteert. Zie Favorieten (menu 15) op pagina 149. Screensaver De screensaver wordt automatisch geactiveerd in de standby-modus als gedurende bepaalde tijd geen telefoonfunctie wordt gebruikt. Zie Screensaver op pagina 98. Druk op een willekeurige toets om de screensaver uit te schakelen.
Berichtensignaaltoon is ingesteld op Uit. Zie Tooninstellingen op pagina 98. De wekker is ingesteld op Aan. Zie Alarmklok op pagina 111. De timerfunctie is actief. Zie Timerfunctie op pagina 123. De stopwatch wordt uitgevoerd in de achtergrond. Zie Stopwatch op pagina 124. Wanneer de GPRS-verbindingsmodus Altijd online is geselecteerd en als de GPRS-dienst beschikbaar is, wordt het pictogram linksboven in het display weergegeven. Zie GPRS-verbinding op pagina 134.
De telefoon of Als u over twee telefoonlijnen beschikt, geeft dit pictogram de geselecteerde telefoonlijn aan. Zie Lijn uitgaande oproepen op pagina 93. De luidspreker is geactiveerd (zie Opties tijdens een gesprek op pagina 40) Gesprekken zijn beperkt tot een besloten gebruikersgroep. Zie Beveiligingsinstellingen op pagina 101. Het tijdelijke profiel is geselecteerd. Zie Profielen (menu 4) op pagina 87.
U kunt de stereo hoofdtelefoon HDS-3 dragen zoals aangegeven in de afbeelding. ■ Het draagkoordje bevestigen Rijg het draagkoordje op de aangegeven manier (zie afbeelding) door het daarvoor bestemde oog en bevestig het koordje stevig. Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
Aan de slag 2. Aan de slag ■ De SIM-kaart en de batterij installeren Houd alle SIM-kaarten buiten bereik van kleine kinderen. Raadpleeg de leverancier van uw SIM-kaart voor informatie over het gebruik van SIM-diensten. Dit kan de serviceprovider, netwerkoperator of een andere leverancier zijn. De SIM-kaart en de contactpunten van de kaart kunnen gemakkelijk door krassen of buigen worden beschadigd. Wees daarom voorzichtig wanneer u de kaart vastpakt, plaatst of verwijdert.
2. Verwijder de batterij door deze bij de uitsparing uit de telefoon te tillen (3). 3. U maakt de SIM-kaarthouder los door de kaarthouder naar achteren te schuiven (4) en te openen (5). 4. Plaats de SIM-kaart in de SIM-kaarthouder (6). Zorg ervoor dat de SIM-kaart juist is geplaatst en dat de goudkleurige contactpunten naar beneden zijn gericht. Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
Aan de slag 5. Sluit de SIM-kaarthouder (7) en schuif deze naar voren totdat deze vastklikt (8). 6. Plaats de batterij terug (9). 7. Plaats de cover voor de achterkant terug: Plaats eerst de bovenzijde van de cover boven de daarvoor bestemde uitsparing boven aan de telefoon (10). Schuif de cover tegen de vergrendelingen aan beide zijden van de telefoon en klik de cover vast (11). Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
■ De batterij opladen 1. Steek de stekker van de lader in de aansluiting op de onderkant van de telefoon. 2. Sluit de lader aan op een gewone wandcontactdoos. Als de telefoon is ingeschakeld, wordt de tekst Batterij wordt opgeladen kort weergegeven. Als de batterij helemaal leeg is, kan het enkele minuten duren voordat de batterij-indicator wordt weergegeven of voordat u kunt bellen. U kunt de telefoon tijdens het opladen gewoon gebruiken. De oplaadtijd is afhankelijk van de gebruikte lader en batterij.
Aan de slag ■ De telefoon in- en uitschakelen Houd de aan/uit-toets ingedrukt. Neem contact op met de netwerkoperator of serviceprovider als de tekst SIM plaatsen wordt weergegeven ook al is de SIMkaart juist geplaatst, of als SIM-kaart niet ondersteund wordt weergegeven. De telefoon ondersteunt geen 5-volts SIMkaarten en de kaart moet wellicht worden verwisseld. • Als de PIN-code wordt gevraagd, toetst u de PIN-code (weergegeven als ****) in en drukt u op OK.
Opmerking: Zoals voor alle andere radiozendapparatuur geldt, dient onnodig contact met de antenne te worden vermeden als het apparaat is ingeschakeld. Het aanraken van de antenne kan een nadelige invloed hebben op de gesprekskwaliteit en kan ervoor zorgen dat het apparaat meer stroom verbruikt dan noodzakelijk is. U kunt de prestaties van de antenne en de levensduur van de batterij optimaliseren door het antennegebied niet aan te raken wanneer u het apparaat gebruikt.
Aan de slag • De toetsen blokkeren Druk vanuit de standby-modus op Menu en druk vervolgens binnen anderhalve seconde op . • De toetsen vrijgeven Druk op Vrijgeven en vervolgens binnen anderhalve seconde op . Als u een oproep wilt beantwoorden terwijl de toetsen zijn geblokkeerd, drukt u op . Tijdens een gesprek kan de telefoon op de normale wijze worden gebruikt. Wanneer u het gesprek wilt beëindigen of weigeren, worden de toetsen automatisch geblokkeerd.
■ De covers verwisselen Opmerking: Schakel het apparaat altijd uit en zorg ervoor dat het apparaat niet met een lader of een ander apparaat is verbonden als u de cover wilt verwijderen. Raak de elektronische onderdelen niet aan terwijl u de covers verwisselt. Bevestig altijd de covers voordat u het apparaat opbergt of gebruikt. 1. Verwijder de cover voor de achterkant. Zie stap 1 bij De SIM-kaart en de batterij installeren op pagina 29. 2.
Aan de slag 4. Plaats de cover voor de voorzijde terug door de palletjes onder aan de cover in de bijbehorende uitsparingen in de telefoon te plaatsen (3) en het palletje boven aan de cover voorzichtig door de uitsparing bovenop de telefoon te drukken (4). Druk de cover vast. 5. Plaats de cover voor de achterkant terug. Zie stap 7 De SIM-kaart en de batterij installeren op pagina 29. Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
3. Algemene functies ■ Opbellen 1. Toets het netnummer en telefoonnummer in. Als u een onjuist teken intoetst, drukt u op Wis om het teken te verwijderen. Voor internationale gesprekken drukt u tweemaal op voor het internationale prefix (het +-teken vervangt de internationale toegangscode) en toetst u de landcode, het netnummer (laat zo nodig de eerste 0 weg) en het telefoonnummer in. 2. Druk op om het nummer te bellen. 3. Druk op om het gesprek te beëindigen of het kiezen te onderbreken.
en Algemene functies Uw voicemailbox bellen • Houd ingedrukt in de standby-modus, of druk op . Als het nummer van uw voicemailbox wordt gevraagd, toetst u dit in en drukt u op OK. Zie ook Spraakberichten op pagina 70. Snelkeuzetoetsen Om de snelkeuzetoetsen te kunnen gebruiken, programmeert u een telefoonnummer onder een van de snelkeuzetoetsen, van tot en met Zie Snelkeuze op pagina 85.
Tip: Als de functie Doorschakelen indien in gesprek is ingeschakeld om gesprekken door te schakelen, bijvoorbeeld naar uw voicemail, worden ook geweigerde gesprekken doorgeschakeld. Zie Doorschakelen op pagina 91. Wanneer iemand u belt, geeft de telefoon de naam weer van de beller, evenals diens telefoonnummer of de tekst Privé-nummer dan wel Oproep.
Algemene functies Druk op Opties tijdens een gesprek voor onder meer de volgende mogelijkheden: • Microfoon uit of Microfoon aan, Beëindigen, Alles afsluiten, Contacten, Menu en Standby of Uit standby, Nieuwe oproep, Apart, Opnemen en Weigeren. • Met Conferentie kunt u een conferentiegesprek voeren waaraan maximaal zes personen kunnen deelnemen. Tijdens het gesprek kunt u een nieuwe deelnemer bellen (Nieuwe oproep). Het eerste gesprek wordt in de wachtstand geplaatst.
gebruikt. U kunt de luidspreker in- of uitschakelen door respectievelijk Luidspreker/Telefoon te selecteren, of op Luidspr./Telefoon te drukken. De luidspreker wordt automatisch uitgeschakeld wanneer u de oproep beëindigt of wanneer u de handsfree-eenheid of de hoofdtelefoon op de telefoon aansluit. Als u een compatibele handsfree-eenheid of de hoofdtelefoon op de telefoon hebt aangesloten, wordt de optie Telefoon respectievelijk vervangen door Handsfree of door Hoofdtelefoon in de lijst met opties.
Tekst intoetsen 4. Tekst intoetsen U kunt op twee verschillende manieren tekst intoetsen, bijvoorbeeld wanneer u berichten wilt verzenden: via de methode voor gewone tekstinvoer en via de methode voor tekstinvoer met woordenlijst. Tijdens het intoetsen van tekst wordt de modus voor tekstinvoer met woordenlijst aangegeven met en de modus voor normale tekstinvoer met linksboven in het display. De modus voor de lettergrootte wordt aangeduid met , of naast de aanduiding voor de modus voor tekstinvoer.
■ Tekstinvoer met woordenlijst U kunt letters met één druk op een toets invoeren. Deze tekstinvoer is gebaseerd op een ingebouwde woordenlijst, waaraan u nieuwe woorden kunt toevoegen. 1. Gebruik de toetsen tot en met om een woord in te toetsen. Druk eenmaal op een toets voor één letter. Het woord verandert na elke toetsaanslag.
Tekst intoetsen 3. Start met het intoetsen van het volgende woord. Samengestelde woorden intoetsen Toets het eerste deel van het woord in en bevestig de invoer door op te drukken. Toets het laatste deel van het woord in en bevestig de invoer. ■ Gewone tekstinvoer Druk herhaaldelijk op een cijfertoets ( tot en met ) totdat het gewenste teken verschijnt. Op de toetsen staan niet alle tekens afgebeeld die onder een toets beschikbaar zijn.
■ Tips voor het intoetsen van tekst Mogelijk zijn ook de volgende opties voor tekstinvoer beschikbaar: • Druk op om een spatie in te voegen. • Druk op de bladertoets , , of om de cursor respectievelijk naar links, rechts, omlaag of omhoog te verplaatsen. • Als u een teken links van de cursor wilt verwijderen, drukt u op Wis. Houd Wis ingedrukt om de tekens sneller te verwijderen.
Tekst intoetsen Tijdens het intoetsen van tekstberichten zijn de volgende opties beschikbaar: • Als u een telefoonnummer wilt intoetsen terwijl de lettermodus is geactiveerd, drukt u op Opties en selecteert u Nummer invoegen. Toets het telefoonnummer in of haal dit op uit Contacten en druk op OK. • Als u een naam uit Contacten wilt invoegen, drukt u op Opties en selecteert u Contact invoegen.
5. De menu’s gebruiken De telefoon biedt een uitgebreid scala aan functies, die gegroepeerd zijn in menu's. Bij de meeste functies is een korte Help-tekst beschikbaar. Als u de Helptekst wilt bekijken, gaat u naar de gewenste menufunctie en wacht u 15 seconden. Als u de Help-tekst wilt sluiten, drukt u op Terug. Zie Automatische Help-tekst op pagina 96. ■ Een menufunctie activeren Door te bladeren 1. Druk op Menu om het hoofdmenu te openen. 2.
De menu’s gebruiken 6. Druk op Terug om terug te keren naar het vorige menuniveau en druk op Uit om het hoofdmenu af te sluiten. Via het indexnummer De menu’s, submenu’s en opties zijn genummerd en sommige kunnen worden geactiveerd via het indexnummer. Druk op Menu om het hoofdmenu te openen. Toets binnen twee seconden het indexnummer in van de menufunctie die u wilt activeren. Voor de functies in menu 1 drukt u op Menu en toetst u en in. Toets vervolgens de overige cijfers van het gewenste indexnummer in.
■ Overzicht van de menufuncties 1. Berichten 1. Tekstberichten 2. Multimediaber. 3. Chatten 4. Spraakberichten 5. Informatieber. 6. Berichtinstellingen 7. Dienstopdrachten 2. Oproep-info 1. Gemiste oproepen 2. Ontvangen oproepen 3. Laatst gekozen nummers 4. Laatste oproepen verwijderen 5. Gespreksduur tonen 6. Gesprekskosten 7. GPRS-gegevensteller 8. GPRS-verbindingstimer 3. Contacten 1. Zoeken 2. Contact toev. 3. Verwijderen 4. Kopiëren Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
De menu’s gebruiken 5. Instellingen 6. Snelkeuze 7. Infonummers1 8. Dienstnummers 1 9. Eigen nummers2 10.Bellersgroepen2 4. Profielen 1. Normaal 2. Stil 3. Vergadering 4. Buiten 5. Semafoon 5. Instellingen 1. Favorieten 2. Instellingen tijd en datum 3. Oproepinstellingen 4. Telefooninstellingen 5. Weergave-instellingen 6. Tooninstellingen 1. Weergegeven indien ondersteund door de SIM-kaart. Neem contact op met uw netwerkoperator of serviceprovider voor informatie over de beschikbaarheid. 2.
7. Toebehoreninstellingen1 8. Beveiligingsinstellingen 9. Fabrieksinstellingen terugzetten 6. Radio 7. Camera 1. Standaardfoto 2. Portretfoto 3. Nachtmodus 4. Zelfontspanner 5. Instellingen 8. Galerij 1. Mappen bekijken 2. Map toevoegen 3. Map verwijderen 4. Map hernoemen 5. Galerijdownloads 9. Organiser 1. Alarmklok 2. Agenda 3. Taken 1. Dit menu wordt alleen weergegeven als de telefoon is aangesloten of aangesloten geweest op een van de compatibele toebehoren die voor de telefoon beschikbaar zijn.
De menu’s gebruiken 10. Spelletjes 1. Selecteer spel 2. Spel.downloads 3. Geheugen 4. Instellingen 11. Toepassingen 1. Toepassing select. 2. Toep.downloads 3. Geheugen 12. Extra's 1. Rekenmachine 2. Timerfunctie 3. Stopwatch 4. Portefeuille 5. Gegevens bijw. 13. Connectiviteit 1. Infrarood 2. GPRS 14. Diensten 1. Home 2. Bookmarks 3. Download links 4. Dienstinbox Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
5. Instellingen 6. Ga naar adres 7. Cache wissen 15. Favorieten 16. SIM-diensten1 1. Alleen weergegeven als dit door de SIM-kaart wordt ondersteund. De naam en inhoud zijn afhankelijk van de SIM-kaart. Copyright © 2005 Nokia. All rights reserved.
Menufuncties 6. Menufuncties ■ Berichten (menu 1) U kunt tekstberichten, multimediaberichten en e-mailberichten lezen, intoetsen, verzenden en opslaan. Alle berichten worden ingedeeld in mappen. Voordat u een tekstbericht, afbeeldingbericht of e-mailbericht kunt verzenden, moet u het nummer van het berichtencentrum opslaan (zie Berichtinstellingen op pagina 71). Belangrijk: Objecten in e-mailberichten of multimediaberichten kunnen virussen bevatten of anderszins schadelijk zijn voor uw apparaat of PC.
U kunt ook berichten met tekst en afbeeldingen verzenden en ontvangen. Met uw apparaat kunnen tekstberichten worden verzonden die langer zijn dan 160 tekens. Als een bericht langer is dan 160 tekens, wordt het als een reeks van twee of meer berichten verzonden. Het aantal beschikbare tekens en het nummer van het huidige gedeelte van een bericht uit meerdere delen wordt rechtsboven in het scherm weergegeven, bijvoorbeeld 120/2. Het gebruik van speciale (Unicode-)tekens zoals ë, â, á en ì kost meer ruimte.
Menufuncties Druk op OK om het bericht te verzenden. Opties voor het verzenden van berichten Nadat u een bericht hebt ingetoetst, drukt u op Opties en selecteert u Verzendopties. • Als u een bericht naar verschillende ontvangers wilt zenden, selecteert u Meer kopieën. Wanneer u het bericht aan alle gewenste ontvangers hebt verzonden, drukt u op OK. • Als u het bericht wilt verzenden via een distributielijst, selecteert u Distributielijst.
2. Toets het e-mailadres van de ontvanger in of haal dit op uit Contacten en druk op OK. 3. Desgewenst kunt u een onderwerp voor het e-mailbericht intoetsen. Druk vervolgens op OK. 4. Toets het e-mailbericht in. Zie Tekst intoetsen op pagina 43. Het totaal aantal tekens dat u kunt intoetsen, wordt rechtsboven in het display weergegeven. Het e-mailadres en de onderwerpregel zijn in het aantal tekens inbegrepen. Zie ook Een tekstsjabloon invoegen in een gewoon bericht of e-mailbericht op pagina 62.
Menufuncties 1. Druk op Tonen om het bericht te lezen of op Uit als u het bericht later wilt bekijken. Het bericht later lezen: Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Berichten, Tekstberichten en Inbox. 2. Als u meerdere berichten hebt ontvangen, selecteert u het bericht dat u wilt lezen. Een ongelezen bericht wordt voorafgegaan door . 3. Druk tijdens het lezen van het bericht op Opties. U hebt verschillende mogelijkheden.
4. Selecteer Antwoorden om het bericht te beantwoorden. Selecteer Origineel bericht om het originele bericht in het antwoord op te nemen, selecteer een standaardantwoord of selecteer Leeg scherm. Als u een e-mail beantwoordt, moet u eerst het e-mailadres en onderwerp bevestigen of wijzigen. Toets vervolgens het antwoord in. 5. Druk op Opties, selecteer Verzenden en druk op OK om het bericht naar het weergegeven nummer te zenden.
Menufuncties Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Berichten, Tekstberichten en Distributielijsten. De namen van de beschikbare distributielijsten worden weergegeven. • Als u geen lijsten hebt opgeslagen, drukt u op Toevoeg. om een lijst te maken. • Toets de naam voor de lijst in en druk op OK. Druk op Opties en selecteer Lijst bekijken. Druk op Toevoeg. en selecteer een contactpersoon in de lijst met contacten in het telefoongeheugen.
• Lijst bekijken om de lijst te bekijken met de geadresseerden waaraan het laatste bericht niet kon worden verzonden. • Lijst verwijderen om de lijst Niet afgeleverd te verwijderen. • Bericht bekijken om het bericht dat niet kon worden verzonden, te bekijken. Sjablonen De telefoon bevat tekstsjablonen (aangeduid met (aangeduid met ). ) en afbeeldingsjablonen U kunt de lijst met sjablonen openen door op Menu te drukken en achtereenvolgens Berichten, Tekstberichten en Sjablonen te selecteren.
Menufuncties De mappen Archief en Mijn mappen U kunt uw berichten indelen door berichten naar de map Archief te verplaatsen of door nieuwe mappen voor uw berichten toe te voegen. Druk tijdens het lezen van een bericht op Opties. Selecteer Verplaatsen, ga naar de map waarin u het bericht wilt plaatsen en druk op Select.. Als u een map wilt toevoegen of verwijderen, drukt u op Menu en selecteert u achtereenvolgens Berichten, Tekstberichten en Mijn mappen.
De manier waarop een multimediabericht wordt weergegeven, kan verschillen, afhankelijk van het ontvangende apparaat. De volgende indelingen voor multimediaberichten worden ondersteund: • Afbeelding: JPEG, GIF, PNG en BMP. • Geluid: Scalable Polyphonic MIDI (SP-MIDI) en monofone beltonen. De telefoon ondersteunt niet noodzakelijkerwijs alle variaties van de voorgaande bestandsindelingen.
Menufuncties Als u een afbeelding of geluidsclip wilt invoegen, drukt u op Opties en selecteert u respectievelijk Afb. invoegen of Geluid invoegen. De lijst met beschikbare mappen in de Galerij wordt weergegeven. Open de betreffende map, ga naar de gewenste afbeelding of geluidsclip, druk op Opties en selecteer Invoegen. Het pictogram of in de kop van het bericht geeft aan dat een afbeelding of geluidsclip is bijgesloten.
hervatten. Als dit niet lukt, blijft het bericht in de map Outbox en kunt u het later opnieuw proberen. De berichten die u hebt verzonden, worden opgeslagen in de map Verzonden items als de optie Verz. berichten opslaan is ingesteld op Ja. Zie Instellingen voor multimediaberichten op pagina 73. Het wil niet zeggen dat het bericht op de bestemming is aangekomen.
Menufuncties • Bericht verwijder. om een opgeslagen bericht te wissen. • Antwoorden of Allen antwoorden om het bericht te beantwoorden. Zie Multimediaberichten intoetsen en verzenden op pagina 64 voor informatie over het verzenden van het antwoord. • Doorst. naar nr, Drst. naar e-mail of Meer kopieën om het bericht door te sturen. • Bewerken om een bericht te wijzigen. U kunt alleen berichten wijzigen die u zelf hebt geschreven. Zie Multimediaberichten intoetsen en verzenden op pagina 64.
Multimediaberichten die u later wilt verzenden, kunt u opslaan in de map Opgeslagen items van het submenu Multimediaber.. Verzonden multimediaberichten worden opgeslagen in de map Verzonden items van het submenu Multimediaber. als Verz. berichten opslaan is ingesteld op Ja. Zie Instellingen voor multimediaberichten op pagina 73. Multimediaberichtengeheugen vol Als een nieuw multimediabericht is binnengekomen terwijl het berichtengeheugen vol is, knippert de indicator en wordt Multimediageh.
Menufuncties Als u multimediaberichten wilt verwijderen, drukt u op Menu en selecteert u achtereenvolgens Berichten, Multimediaber. en Berichten verwijd.. 2. Als u alle berichten uit een map wilt verwijderen, gaat u naar de gewenste map en drukt u op OK. Als de map ongelezen berichten bevat, wordt gevraagd of u deze berichten ook wilt verwijderen. Chatten Met deze snelle toepassing voor tekstberichten kunt u tekstboodschappen uitwisselen met anderen (netwerkdienst).
5. Het antwoord van de andere persoon wordt boven uw oorspronkelijke bericht weergegeven. Als u het bericht wilt beantwoorden, drukt u op OK en herhaalt u stap 3 en 4. 6. Als u de chatsessie wilt beëindigen, drukt u op OK, selecteert u Opties en drukt u op Beëindigen. Als u de laatste berichten uit de huidige chatsessie wilt weergeven, drukt u op Opties en selecteert u Chat-archief. Verzonden berichten worden aangeduid met "<" en uw chatbenaming.
Menufuncties • Nummer voicemailbox om het voicemailnummer in te toetsen, te zoeken of te wijzigen en druk op OK om het op te slaan. Als dit door het netwerk wordt ondersteund, geeft de indicator aan dat nieuwe voicemailberichten zijn ontvangen. Druk op Luister om het voicemailnummer te bellen. Informatieberichten Met de netwerkdienst voor informatieberichten kunt u berichten over verschillende onderwerpen ontvangen van de serviceprovider.
• Selecteer Berichten verzenden als om het berichttype Tekst, E-mail, Semafoonoproep of Fax te selecteren. • Selecteer Geldigheid van berichten om op te geven hoe lang het netwerk moet proberen om uw bericht af te leveren. • Selecteer voor het berichttype Tekst de optie Standaard nr. ontvanger om een standaardnummer op te slaan waarnaar berichten voor dit berichtprofiel moeten worden verzonden. Selecteer voor het berichttype E-mail de optie E-mailserver om het nummer van de e-mailserver op te slaan.
Menufuncties mappen Inbox en Verzonden items automatisch door nieuwe berichten moeten worden overschreven. Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Berichten, Berichtinstellingen, Tekstberichten en Overschrijven in Inbox of Overschrijven in Verz. items.. Selecteer Toegestaan om in te stellen dat de oude tekstberichten in de map Inbox of de map Verzonden items moeten worden vervangen.
wordt niet weergegeven als de optie Ontvangst multimedia toestaan is ingesteld op Nee. • Instellingen verbinding. Definieer verbindingsinstellingen voor het ophalen van multimediaberichten. Activeer de set waarin u de verbindingsinstellingen wilt opslaan en wijzig de actieve instellingen. Selecteer de instellingen één voor één en toets alle vereiste instellingen in. Neem contact op met de netwerkoperator of serviceprovider voor de instellingen. • Naam set instellingen.
Menufuncties • Advertenties toestaan. U kunt opgeven of u advertenties wilt ontvangen of weigeren. Deze instelling wordt niet weergegeven als de optie Ontvangst multimedia toestaan is ingesteld op Nee. Verbindingsinstellingen voor multimedia ontvangen als OTA-bericht U kunt de verbindingsinstellingen voor multimedia ontvangen als OTA-bericht van de netwerkoperator of serviceprovider. Neem contact op met uw netwerkoperator voor meer informatie.
Gemiste en ontvangen oproepen worden alleen geregistreerd als het netwerk deze functies ondersteunt, de telefoon ingeschakeld is en zich binnen het servicegebied van het netwerk bevindt. Wanneer u op Opties drukt in het menu Gemiste oproepen, Ontvangen oproepen en Laatst gekozen nummers, kunt u de datum en tijd van het gesprek weergeven, het telefoonnummer wijzigen of uit de lijst verwijderen, het nummer opslaan in Contacten, of een bericht naar het nummer zenden.
Menufuncties • Laatste oproepen verwijderen, als u de lijsten met laatste oproepen wilt wissen. Geef aan of u alle telefoonnummers uit de lijst met laatste oproepen wilt verwijderen, of alleen de nummers van gemiste oproepen, ontvangen oproepen of gekozen nummers. U kunt deze actie niet ongedaan maken. Gesprekstellers en kostentellers Opmerking: De uiteindelijke rekening van de serviceprovider voor oproepen en diensten kan variëren, afhankelijk van de netwerkfuncties, afrondingen, belastingen, enzovoort.
Selecteer Kostenlimiet om de kosten van uw gesprekken te beperken tot een bepaald aantal kosteneenheden of valuta-eenheden. Voor het instellen van de kosteninstellingen is de PIN2-code vereist. Opmerking: Als er geen kosteneenheden of valuta-eenheden meer resteren, kunt u soms nog wel bellen naar het geprogrammeerde alarmnummer. • GPRS-gegevensteller.
Menufuncties • De telefoon ondersteunt SIM-kaarten waarop maximaal 250 namen en telefoonnummers kunnen worden opgeslagen. Namen en nummers die in het geheugen van de SIM-kaart zijn opgeslagen, worden aangeduid met . Instellingen selecteren voor de lijst met contacten Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Contacten en Instellingen. Selecteer • Actief geheugen om het geheugen te selecteren dat u voor de lijst met contacten wilt gebruiken.
3. Toets het telefoonnummer in en druk op OK. Zie Opbellen op pagina 38 voor het intoetsen van nummers. 4. Wanneer de naam en het nummer zijn opgeslagen, drukt u op OK. Tip: Snel opslaan: toets het telefoonnummer in vanuit de standby-modus. Druk op Opties en selecteer Opslaan. Toets de naam in, druk op OK en nogmaals op OK.
of een van de volgende teksttypen: 4 Notitie. E-mail, Algemeen, Webadres, Menufuncties 5. Selecteer een van de volgende nummertypen: Thuis, Kantoor 3 Fax, Mobiel, Postadres Als u het nummer- of teksttype wilt wijzigen, selecteert u Type wijzigen in de lijst met opties. 6. Toets het nummer of de tekst in en druk op OK om de gegevens op te slaan. 7. Druk op Terug en vervolgens op Uit om terug te keren naar de standby-modus.
Zoeken naar een naam in de lijst met contacten 1. Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Contacten en Zoeken. 2. U kunt de eerste tekens van de naam waarnaar u zoekt, intoetsen in het zoekvenster. Druk op en om te bladeren door de namen in de lijst. Druk op en om de cursor te verplaatsen in het zoekvenster. 3. Ga naar de gewenste naam en druk op Gegev.. Blader om de details voor de geselecteerde naam te zien.
Menufuncties Namen, nummers en afbeeldingen wissen Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Contacten en Verwijderen. Als u een naam en nummer verwijdert, wordt ook de bijbehorende afbeelding verwijderd. • Als u namen en nummers één voor één wilt wissen, selecteert u Eén voor één en gaat u naar de gewenste naam en het gewenste nummer. Druk op Verwijder en druk vervolgens op OK om te bevestigen.
1. Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Contacten en Kopiëren. 2. Selecteer de kopieerrichting, Van telefoon naar SIM-kaart of Van SIM-kaart naar telefoon. 3. Selecteer Eén voor één, Alles kopiëren of Standaard nrs.. • Als u Eén voor één hebt geselecteerd, gaat u naar de naam die u wilt kopiëren en drukt u op Kopiëren. Standaard nrs. wordt weergegeven als u van de telefoon naar de SIM-kaart kopieert. Alleen de standaardnummers worden gekopieerd. 4. Kies Origin. behouden of Origin. verpl.
Menufuncties Wanneer u een visitekaartje hebt ontvangen via infrarood of als OTA-bericht, drukt u op Tonen. Druk op Opslaan om het visitekaartje in het geheugen van de telefoon op te slaan. Als u het visitekaartje wilt negeren, drukt u op Uit en vervolgens op OK. Een visitekaartje zenden U kunt een visitekaartje via infrarood of als OTA-bericht verzenden naar een compatibele telefoon of ander compatibel apparaat dat de vCard-norm ondersteunt. 1.
wijzigen of verwijderen. Als de functie Snelkeuze is uitgeschakeld, wordt gevraagd of u deze wilt activeren. Druk op Ja om de functie te activeren. Zie Snelkeuze op pagina 92. Zie Snelkeuzetoetsen op pagina 39 voor meer informatie over het bellen met behulp van snelkeuzetoetsen. Infonummers en dienstnummers De serviceprovider heeft mogelijk informatienummers of dienstnummers op de SIM-kaart opgenomen. Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Contacten en Infonummers of Dienstnummers.
Menufuncties geselecteerde afbeelding in het display moet worden weergeven wanneer u wordt gebeld door een telefoonnummer uit de groep (zie onder). Zie Waarschuwen bij onder Tooninstellingen op pagina 98 als u de telefoon zodanig wilt instellen dat deze alleen overgaat wanneer oproepen worden ontvangen van telefoonnummers die behoren tot een geselecteerde bellergroep. Druk op Menu, selecteer achtereenvolgens Contacten en Bellersgroepen en selecteer de gewenste bellergroep.
hebt aangepast, hoeft u een profiel alleen maar te activeren als u dit wilt gebruiken. De volgende profielen zijn beschikbaar: Normaal, Stil, Vergadering, Buiten en Semafoon. Druk op Menu en selecteer Profielen. Ga naar een profiel en druk op Select.. • Selecteer Activeren om het geselecteerde profiel te activeren. • Als u het profiel wilt instellen om een bepaalde tijd (maximaal 24 uur) actief te zijn, selecteert u Tijdelijk en stelt u de gewenste eindtijd in.
Menufuncties het menu Favorieten te openen. Zie Favorieten (menu 15) op pagina 149 en Standby-modus op pagina 24. Als u een naam voor de rechterselectietoets wilt selecteren en de functies voor de persoonlijke lijst met snelkoppelingen wilt toevoegen, drukt u op Menu en selecteert u Instellingen en Favorieten. • Als u de naam wilt selecteren die voor de rechterselectietoets wordt weergegeven in de standby-modus, selecteert u Rechter selectietoets.
Selecteer Klok afbeelden (of Klok verbergen) om de tijd rechtsboven in het display weer te geven (of te verbergen) wanneer de telefoon zich in de standby-modus bevindt. Selecteer Tijd instellen om de juiste tijd in te stellen en Tijdnotatie om de 12-uurs of 24-uurs tijdnotatie in te stellen. De klok heeft onder meer ook betrekking op de functies Berichten, Oproep-info, Alarmklok, tijdelijke Profielen, Agenda en de screensaver.
Menufuncties Het automatisch bijwerken van de datum en tijd heeft geen invloed op de tijd die u hebt ingesteld voor de alarmklok, agenda of notities. Deze behouden de lokale tijd. Door het bijwerken van de datum en tijd kunnen ingestelde alarmtijdstippen verlopen. Neem contact op met uw netwerkoperator voor meer informatie over de beschikbaarheid van deze functie. Oproepinstellingen Doorschakelen Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Instellingen, Oproepinstellingen en Doorschakelen (netwerkdienst).
Zie Standby-modus op pagina 24 als u de doorschakelpictogrammen wilt weergeven in de standby-modus. Opnemen via elke toets Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Instellingen, Oproepinstellingen en Opnemen met willekeurige toets. Als u Aan selecteert, kunt u een inkomende oproep beantwoorden door kort op een willekeurige toets te drukken, met uitzondering van , de selectietoetsen ( en ) en .
Menufuncties Samenvatting na oproep Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Instellingen, Oproepinstellingen en Samenvatting na oproep. Als u Aan selecteert, worden na elk gesprek kort de duur en de kosten van het gesprek (bij benadering) weergegeven (netwerkdienst). Identificatie verzenden Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Instellingen, Oproepinstellingen en Identificatie verzenden. Als u Ja selecteert, wordt uw telefoonnummer weergegeven voor degene naar wie u belt (netwerkdienst).
Telefooninstellingen Taal Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Instellingen, Telefooninstellingen en Taal. Selecteer de gewenste taal voor schermteksten. Als Automatisch is geselecteerd, wordt automatisch de taal geselecteerd op basis van de informatie op de SIM-kaart. Geheugenstatus Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Instellingen, Telefooninstellingen en Geheugenstatus.
Menufuncties Zie ook Toetsen blokkeren op pagina 34. Celinformatie Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Instellingen, Telefooninstellingen en Celinformatie. Selecteer Aan om de telefoon zodanig in te stellen dat wordt aangegeven wanneer de telefoon in een cellulair netwerk wordt gebruikt dat op MCN-technologie (Micro Cellular Network) is gebaseerd. Welkomsttekst Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Instellingen, Telefooninstellingen en Welkomsttekst.
Automatische Help-tekst Als u de Help-tekst wilt weergeven of verbergen, drukt u op Menu en selecteert u achtereenvolgens Instellingen, Telefooninstellingen en Automatische Help-tekst. Zie ook De menu’s gebruiken op pagina 48. Starttoon Als u een starttoon wilt afspelen wanneer de telefoon wordt ingeschakeld, drukt u op Menu en selecteert u achtereenvolgens Instellingen, Telefooninstellingen en Starttoon.
Menufuncties • U kunt de achtergrond in- of uitschakelen door respectievelijk Aan/Uit te selecteren. De achtergrondafbeelding wordt niet weergegeven als de screensaver wordt geactiveerd. Kleurenschema's U kunt de kleur voor elementen in het display, zoals indicatoren, signaleringen en de batterijbalk, wijzigen. Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Instellingen, Weergave-instellingen en Kleurenschema's. Selecteer het gewenste kleurenschema.
Screensaver De screensaver in de vorm van een digitale klok wordt gebruikt om energie te besparen in de standby-modus. De screensaver wordt geactiveerd als de telefoonfuncties gedurende bepaalde tijd niet zijn gebruikt. Druk op een willekeurige toets om de screensaver uit te schakelen. De screensaver wordt ook uitgeschakeld als de telefoon zich buiten het bereik van het netwerk bevindt. Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Instellingen, Weergave-instellingen en Timeout screensaver.
Menufuncties Selecteer Oproepsignaal om aan te geven hoe u wilt worden gewaarschuwd wanneer een spraakoproep binnenkomt. U kunt de volgende opties kiezen: Bellen, Oplopend, 1 x bellen, 1 x piepen en Stil. Selecteer Type beltoon voor inkomende spraakberichten. Als u in de Galerij opgeslagen beltonen wilt selecteren, selecteert u Galerij openen in de lijst met beltonen. Selecteer Beltoonvolume en Trilsignaal voor inkomende spraakoproepen en berichten.
Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Instellingen en Toebehoreninstellingen. U kunt Hoofdtelefoon, Handsfree, Hoorapparaat, Teksttelefoon, Muziekstand of Lader selecteren, al naar gelang de toebehoren die zijn aangesloten of aangesloten geweest. Afhankelijk van de toebehoren, kunt u de volgende opties selecteren: • Standaard profiel om het profiel te selecteren dat automatisch moet worden geactiveerd wanneer u het geselecteerde toebehoren aansluit.
Menufuncties Beveiligingsinstellingen Wanneer beveiligingsfuncties zijn ingeschakeld waarmee de mogelijke oproepen worden beperkt (zoals het blokkeren van oproepen, gesloten gebruikersgroepen en vaste nummers), kunt u soms nog wel het geprogrammeerde alarmnummer kiezen. Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Instellingen en Beveiligingsinstellingen. Selecteer • PIN-code vragen als u de telefoon wilt instellen om naar de PIN-code te vragen wanneer de telefoon wordt ingeschakeld.
• Beveiligingsniveau. Selecteer Telefoon als de beveiligingscode gevraagd moet worden zodra een nieuwe SIM-kaart in de telefoon wordt geplaatst. Selecteer Geheugen als de beveiligingscode gevraagd moet worden als het geheugen van de SIM-kaart is geselecteerd en u het gebruikte geheugen wilt wijzigen (zie Instellingen selecteren voor de lijst met contacten op pagina 79). Zie Contactgegevens kopiëren op pagina 83 als u van het ene naar het andere geheugen wilt kopiëren.
Menufuncties Waarschuwing: Luister naar muziek op een gematigd geluidsvolume. Voortdurende blootstelling aan een hoog geluidsvolume kan uw gehoor beschadigen. 1. Druk op Menu en selecteer Radio om de radio in te schakelen. In het display wordt het volgende weergegeven: • De locatie en de naam van de radiozender als u deze hebt opgeslagen. • De frequentie van de radiozender. 2.
Tip: U kunt snel een zendkanaal opslaan op locatie 1 tot en met 9 door de desbetreffende cijfertoets ingedrukt te houden, de naam van de zender in te toetsen en op OK te drukken. De radio gebruiken Als de radio aanstaat, drukt u op Opties en selecteert u • Uitschakelen om de radio uit te zetten. • Kanaal opslaan om de gevonden radiozender op te slaan (zie Een radiozender instellen hierboven). U kunt maximaal 20 radiozenders opslaan. • Autom. afstem..
Menufuncties Tip: Als u snel de optie Kies frequentie wilt selecteren, drukt u op vanuit het menu Radio. • Kanaal verwijd.. Als u een opgeslagen zender wilt verwijderen, gaat u naar de zender en drukt u achtereenvolgens op Verwijder en OK. • Naam wijzigen. Toets een nieuwe naam voor de opgeslagen zender in en druk op OK. • Luidspreker(of Hoofdtelefoon) om via de luidspreker (of de hoofdtelefoon) naar de radio te luisteren. Laat de hoofdtelefoon aangesloten op de telefoon.
Als er onvoldoende geheugen vrij is om een nieuwe foto te maken, moet u geheugen vrijmaken door oudere foto's of andere bestanden in de galerij te wissen. De camera maakt gebruik van het gedeeld geheugen (zie Gedeeld geheugen op pagina 15). De Nokia 6610i ondersteunt een beeldresolutie van 352 x 288 pixels. De beeldresolutie kan in deze documentatie anders worden weergegeven. Foto's maken 1.
Menufuncties Tip: U kunt de zelfontspanner van de camera voor één foto tegelijk instellen. Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Camera, Zelfontspanner en Standaardfoto, Portretfoto of Nachtmodus. Druk op Starten. Na de timeout wordt de foto genomen en wordt deze opgeslagen in het menu Galerij. Terwijl de zelfontspanner actief is, hoort u een pieptoon. Instellingen voor de camera Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Camera en Instellingen.
De galerij maakt gebruik van het gedeeld geheugen (zie Gedeeld geheugen op pagina 15). 1. Druk op Menu en selecteer Galerij. De lijst met opties wordt weergegeven. 2. Selecteer Mappen bekijken om de lijst met mappen te openen. Andere beschikbare opties zijn: • Map toevoegen om een nieuwe map toe te voegen. Toets een naam in voor de map en druk op OK. • Map verwijderen om de map die wilt verwijderen te selecteren. Oorspronkelijke mappen kunt u niet verwijderen.
Menufuncties Informeer bij de netwerkoperator en/of serviceprovider naar de beschikbaarheid en tarieven van de verschillende diensten. Download alleen content van bronnen die u vertrouwt. 3. Open de gewenste map om de lijst met bestanden in de map weer te geven. De mappen Foto's, Grafisch en Tonen zijn de oorspronkelijke mappen van de telefoon. Druk op Opties voor de volgende mogelijkheden: • Openen om het geselecteerde bestand te openen. • Verwijderen om het geselecteerde bestand te verwijderen.
• Afbeelding bew. om tekst, een kader of illustraties aan de geselecteerde afbeelding toe te voegen. 4. Open het gewenste bestand. Druk op Opties voor de volgende mogelijkheden: • Spelen (Pauze) om een geluidsbestand of afbeeldingbestand in het bericht te beluisteren of bekijken. • Zoom om de afbeelding in het bericht te vergroten. • Audio onderdruk. (Audio vrijgeven) om het geluidsbestand uit te schakelen (of in te schakelen). • Contrast instellen om het contrastniveau van de afbeelding in te stellen.
Menufuncties Sommige afbeeldingen, beltonen en andere content zijn beschermd door auteursrecht en mogen niet worden gekopieerd, gewijzigd, overgebracht of doorgestuurd. ■ Organiser (menu 9) Alarmklok Voor de wekker wordt de tijdsnotatie gebruikt die is ingesteld voor de klok. De alarmklok werkt ook als de telefoon is uitgeschakeld, mits de batterij voldoende is opgeladen. Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Organiser en Alarmklok.
Als het alarmtijdstip is aangebroken Er klinkt een alarmsignaal, de tekst Alarm! knippert en het alarmtijdstip wordt in het display weergegeven. Druk op Stop om het alarm te stoppen. Als u het alarmsignaal een minuut lang laat klinken of op Snooze drukt, wordt het alarmsignaal ongeveer tien minuten onderbroken en vervolgens hervat. Als u de radio als alarm hebt geselecteerd, wordt niet de optie Snooze weergegeven, maar wordt gevraagd of u de radio al dan niet wilt uitschakelen.
Menufuncties Blader naar de gewenste dag. De huidige dag is gemarkeerd met een kader. Als voor de betreffende dag notities zijn ingesteld, wordt de dag vetgedrukt weergegeven. U kunt de notities voor de dag bekijken door op Opties te drukken en Toon dagnotitie te selecteren. • Als u een map wilt verwijderen, gaat u naar de gewenste map, drukt u op Opties en selecteert u Bekijken. In de notitieweergave kunt u de details van de geselecteerde notitie bekijken. U kunt door de notitie bladeren.
• Vergadering - toets de notitie in (of druk op Opties en zoek de naam op in de lijst met contacten). Druk op Opties en selecteer Opslaan. Toets vervolgens de locatie voor de vergadering in, druk op Opties en selecteer Opslaan. Toets de begintijd voor de vergadering in en druk op OK. Toets ook de eindtijd voor de vergadering in en druk op OK. Als u een waarschuwingstoon voor de notitie wilt instellen, selecteert u Met geluid of Stil (geen waarschuwingstoon) en stelt u de tijd voor het signaal in.
Menufuncties • Herinnering - toets het onderwerp voor de herinnering in, druk op Opties en selecteer Opslaan. Als u een waarschuwingstoon voor de notitie wilt instellen, selecteert u Alarm aan en stelt u de tijd voor het signaal in. Als een waarschuwingstoon is ingesteld, wordt de indicator wanneer u de notities weergeeft. weergegeven Notitiemelding Er klinkt een piepsignaal en de notitie wordt weergegeven.
notitie hebt ingevoerd, worden geen tekens meer geaccepteerd. Druk op Opties en selecteer Opslaan. Selecteer de prioriteit van de notitie: Hoog, Gemiddeld of Laag. De deadline wordt automatisch ingesteld zonder alarmsignaal voor de notitie. Als u de deadline wilt wijzigen, opent u de notitie en selecteert u de optie voor de deadline. Woordenboek (zie Tekstinvoer met woordenlijst in- en uitschakelen op pagina 43).
Menufuncties Als u een set hebt geselecteerd, wordt een lijst met de spelletjes in de set weergegeven. Als u één spelletje wilt starten, gaat u naar het gewenste spelletje, drukt u op Opties en selecteert u Openen. U kunt ook op drukken. Sommige spelletjes verbruiken veel batterijvermogen; mogelijk moet u de telefoon op de lader aansluiten.
Zie ook Een toepassing downloaden op pagina 120 als u meer spelletjes wilt downloaden. Wanneer u een spelletje downloadt, wordt het mogelijk opgeslagen in het menu Toepassingen in plaats van het menu Spelletjes. Belangrijk: Installeer alleen toepassingen van bronnen die voldoende beveiliging bieden tegen schadelijke software.
Menufuncties ■ Toepassingen (menu 11) Een toepassing starten 1. Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Toepassingen en Toepassing select.. 2. Ga naar een toepassing of set toepassingen (de naam is afhankelijk van de toepassing). 3. Druk op Opties en selecteer Openen of druk op hebt geselecteerd, wordt deze gestart. . Als u één toepassing Als u een set hebt geselecteerd, wordt een lijst met de toepassingen in de set weergegeven.
• Webtoegang: hiermee kunt u netwerktoegang voor de toepassing beperken. Selecteer Eerst vragen om in te stellen dat de toepassing eerst toestemming moet vragen voordat verbinding wordt gemaakt met het netwerk, of selecteer Toegestaan / Niet toegestaan om de verbinding toe te staan of niet toe te staan. • Versiecontrole: hiermee kunt u controleren of een nieuwe versie van de toepassing beschikbaar is om via de diensten te downloaden (netwerkdienst).
Menufuncties Selecteer de juiste bookmark om verbinding te maken met de gewenste pagina. Als de verbinding niet tot stand komt, hebt u mogelijk geen toegang tot de pagina via de dienst waarvan u de verbindingsinstellingen gebruikt. In dat geval opent u het menu Diensten en activeert u een andere set dienstinstellingen. Zie Verbinding maken met een dienst op pagina 138. Probeer opnieuw verbinding te maken met de pagina.
Toepassingen maken gebruik van het gedeeld geheugen (zie Gedeeld geheugen op pagina 15). ■ Extra's (menu 12) Rekenmachine Met de rekenmachine in uw telefoon kunt u optellen, aftrekken, vermenigvuldigen, delen, het kwadraat en de wortel berekenen, en valuta omzetten. Opmerking: Deze rekenmachine heeft een beperkte nauwkeurigheid en is ontworpen voor eenvoudige berekeningen. 1. Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Extra's en Rekenmachine. 2.
Menufuncties Valuta's omrekenen 1. Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Extra's en Rekenmachine. 2. Als u de wisselkoers wilt opslaan, drukt u op Opties en selecteert u Wisselkoers. Selecteer een van de twee opties die worden weergegeven. Toets de wisselkoers in (druk op voor een decimaalteken) en druk op OK. De wisselkoers blijft in het geheugen aanwezig totdat u een andere koers intoetst. 3.
toets wordt ingedrukt, stopt het signaal automatisch binnen 30 seconden. Als u de waarschuwingstoon wilt uitschakelen en de tekst wilt wissen, drukt u op OK. Stopwatch Met de stopwatch kunt u de tijd opnemen en tussentijden en rondetijden opnemen. Tijdens de tijdsopname kunnen de overige functies van telefoon gewoon worden gebruikt. Druk op als u de tijdsopname met de stopwatch op de achtergrond wilt activeren.
Menufuncties Opslaan om de tijd op te slaan. Toets een naam in voor de opgenomen tijd en druk op OK. Als geen naam wordt ingetoetst, wordt de totale tijd als naam genomen. Opnieuw instellen om de teller op 0 te zetten zonder de tijd op te slaan. Rondetijden Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Extra's, Stopwatch en Rondetijden. Druk op Starten om de tijdsopname te starten en druk op Ronde om een rondetijd op te nemen. Druk op Stop om de opname van de rondetijd te stoppen.
Portefeuille In de Portefeuille kunt u persoonlijke gegevens, bijvoorbeeld creditcardgegevens, opslaan die u nodig hebt om via de telefoon aankopen te doen (als dit door de serviceprovider wordt ondersteund). U kunt de portefeuille openen via het menu Portefeuille of via de browser (zieOpties tijdens het browsen op pagina 140). Wanneer u de portefeuille de eerste keer probeert te openen, moet u een eigen portefeuillecode maken.
Menufuncties • Kaartgegevens om gegevens zoals de naam van de kaarthouder, het kaarttype en de geldigheidsdatum in te toetsen. • Geg. gebruiker om de gebruikersnaam en het wachtwoord voor toegang tot sites op te slaan. • Adresgegevens om uw adresgegevens op te slaan. • Factuurgegevens om uw adresgegevens op te slaan als het factuuradres afwijkt van uw eigen adres, bijvoorbeeld bij bedrijfskaarten.
Bewerken gebruiken om de notitie te wijzigen en Verzend als tekst om de notitie te kopiëren als tekstbericht. Met Kop. naar agenda kopieert u de notitie als memo naar de agenda. Met Gebruik gegev. kunt u nummers, e-mailadressen en webadressen uit een notitie ophalen. Instellingen voor de portefeuille Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Extra's, Portefeuille en Instellingen. Selecteer • Codeverzoek om het verzoek om de portefeuillecode in of uit te schakelen.
Menufuncties 3. Selecteer de kaart waarmee u wilt betalen. Vul het gegevensformulier dat u van de serviceprovider krijgt, in door de creditkaartgegevens uit de portefeuille over te nemen. Als u alle velden automatisch wilt invullen, selecteert u Vul elk veld in. Deze optie wordt alleen weergegeven als de dienst de Electronic Commerce Modeling Language-norm ondersteunt. U kunt het formulier ook invullen door de geselecteerde gegevensvelden één voor één te selecteren.
Synchroniseren vanaf de telefoon met een externe server Voordat u met uw compatibele telefoon een synchronisatiesessie kunt starten, moet u mogelijk eerst: • Een abonnement nemen op een synchronisatiedienst. Informeer bij uw netwerkoperator of serviceprovider naar de beschikbaarheid van en de instellingen voor de synchronisatiedienst. • De synchronisatie-instellingen ophalen bij netwerkoperator of serviceprovider.
Menufuncties 3. Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Extra's, Gegevens bijw. en Gegevens bijw.. 4. De gemarkeerde gegevens in de actieve set worden gesynchroniseerd na uw bevestiging. Als de lijst met contacten en de agenda vol zijn, kan het synchroniseren bij een eerste synchronisatiesessie of na een onderbroken synchronisatiesessie maximaal 30 minuten duren.
Selecteer Act. internet-bijw. instell. bewerken. Selecteer de instellingen één voor één en toets alle vereiste instellingen in. • Naam set instellingen. Toets de naam voor de set in en druk op OK. • Overal bij te werken gegevens. Markeer de gegevens die u wilt synchroniseren (Contacten en/of Agenda) en druk op OK. • Adressen database. Selecteer de Database contacten en/of Database agenda die u wilt wijzigen. Toets de naam van de database in en druk op OK. • Gebruikersnaam.
Menufuncties ontvangen van een compatibele telefoon of een compatibel gegevensapparaat (bijvoorbeeld een computer). Richt de IR(infrarood)-straal niet op andermans ogen en vermijd dat deze storen met andere IR-apparaten. Dit apparaat is een Klasse 1 laserproduct. Gegevens verzenden en ontvangen via infrarood • Zorg ervoor dat de infraroodpoorten van het verzendende en het ontvangende apparaat op elkaar gericht zijn en dat er zich geen obstakels tussen deze apparaten bevinden.
GPRS GPRS-verbinding GPRS is een netwerkdienst. U kunt instellen dat de telefoon automatisch moet worden geregistreerd bij een GPRS-netwerk wanneer u het toestel inschakelt. Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Connectiviteit, GPRS, GPRSverbinding en Altijd online. Wanneer u een toepassing start die gebruikmaakt van GPRS, wordt een verbinding tussen de telefoon en het netwerk tot stand gebracht, waarna gegevens kunnen worden overgedragen.
Menufuncties GPRS-inbelinstellingen U kunt de telefoon via een infrarood- of kabelverbinding aansluiten op een compatibele pc en de telefoon gebruiken als modem om GPRS-verbinding via de pc in te schakelen (netwerkdienst). Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Connectiviteit, GPRS en GPRSmodeminstellingen. Selecteer Actief toegangspunt en activeer het gewenste toegangspunt. Selecteer Actieve toegangspunt bewerken om de instellingen voor het toegangspunt te wijzigen.
Informeer bij de netwerkoperator en/of serviceprovider waarvan u een dienst wilt gebruiken naar de beschikbaarheid en tarieven van deze dienst. Serviceproviders verstrekken u ook de instructies voor het gebruik van hun diensten. Met de veelzijdige browser van de telefoon kunt u diensten weergeven die op hun pagina's gebruikmaken van WML (Wireless Mark-Up Language) of xHTML (extensible HyperText Markup Language).
Menufuncties de instellingen ook beschikbaar op de website van de netwerkoperator of serviceprovider. Als OTA-bericht ontvangen dienstinstellingen opslaan Als u de dienstinstellingen als OTA-bericht ontvangt, wordt de tekst Dienstinstellingen ontvangen weergegeven. • Als u de ontvangen instellingen wilt opslaan, drukt u op Opties en selecteert u Opslaan.
3. Ga naar de verbindingsset die u wilt activeren en druk op Activeren. U moet de verbindingsset activeren waarin u de dienstinstellingen wilt opslaan. Een verbindingsset is een verzameling instellingen die nodig zijn om verbinding te maken met een bepaalde dienst. 4. Selecteer Actieve dienstinst. bewerken. Selecteer de instellingen één voor één en toets alle vereiste instellingen in op basis van de richtlijnen die u van de netwerkoperator of serviceprovider hebt ontvangen.
Menufuncties Druk op Menu, selecteer achtereenvolgens Diensten en Bookmarks en selecteer een bookmark. Als de bookmark niet werkt met de huidige dienstinstellingen, activeert u een andere set dienstinstellingen en probeert u het nogmaals. • Toets het adres van de dienst in: Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Diensten en Ga naar adres. Toets het adres van de dienst in en druk op OK. Het prefix http:// wordt automatisch vóór het adres toegevoegd. Dit hoeft u dus niet in te toetsen.
• Als u een gemarkeerd item wilt selecteren, drukt u op . • Als u letters en cijfers wilt intoetsen, drukt u op de toetsen op om speciale tekens in te toetsen. - . Druk Opties tijdens het browsen Druk op Opties voor de volgende mogelijkheden. Mogelijk biedt uw serviceprovider nog andere opties. Selecteer • Home om terug te keren naar de homepage. • Bookmark toev. om de pagina op te slaan als bookmark. • Bookmarks. Zie Bookmarks op pagina 142.
Menufuncties De verbinding met een dienst verbreken Als u het browsen wilt stoppen en de verbinding wilt beëindigen, drukt u op Opties en selecteert u Afsluiten. Als Browser afsluiten? wordt weergegeven, drukt u op Ja. U kunt ook op drukken. Als GSM-gegevens de geselecteerde gegevensdrager is, drukt u tweemaal op . De verbinding met de dienst wordt verbroken. Weergave-instellingen van de browser 1. Druk tijdens het browsen op Opties en selecteer achtereenvolgens Overige opties en Weergave-instell.
Cookies Een cookie bestaat uit gegevens die een site opslaat in het cachegeheugen in de telefoon. Deze gegevens kunnen bijvoorbeeld uw gebruikersgegevens of browservoorkeuren zijn. Cookies blijven opgeslagen totdat u het cachegeheugen leegmaakt (zie Het cachegeheugen op pagina 145). 1.
Menufuncties 3. Selecteer Ga naar om verbinding te maken met de WAP-pagina die aan de bookmark gekoppeld is. U kunt ook de naam en het adres van de geselecteerde bookmark weergeven, de geselecteerde bookmark wijzigen of verwijderen, de bookmark naar een andere telefoon zenden als bookmark of als OTA-bericht, en een nieuwe bookmark maken. In het apparaat zijn mogelijk een aantal bookmarks voorgeïnstalleerd voor sites die niet met Nokia verbonden zijn.
Dienstinbox De telefoon kan dienstberichten ontvangen die door de serviceprovider worden gezonden. Dienstberichten zijn berichtgevingen, bijvoorbeeld in de vorm van nieuwskoppen. Deze kunnen een tekstbericht of het adres van een dienst bevatten. U kunt de Dienstinbox openen vanuit de standby-modus wanneer u een dienstbericht hebt ontvangen door op Tonen te drukken. • Als u op Uit drukt, wordt het bericht verplaatst naar de Dienstinbox.
Menufuncties • Selecteer Automatisch verbinden. Als u de telefoon hebt ingesteld op het ontvangen van dienstberichten en vervolgens Automatisch verbinden aan selecteert, wordt de browser automatisch geactiveerd wanneer een dienstbericht is ontvangen. Als u Automatisch verbinden uit selecteert, wordt de browser alleen geactiveerd als u Ophalen selecteert wanneer een dienstbericht is ontvangen. Het cachegeheugen De opgevraagde gegevens of diensten worden opgeslagen in de cache van de telefoon.
Beveiligingsmodule De beveiligingsmodule alsmede persoonlijke en publieke sleutels voor het werken met de certificaten. De beveiligingsmodule biedt beveiligingsdiensten voor toepassingen waarvoor een browserverbinding nodig is en biedt de mogelijkheid een digitale handtekening te gebruiken. De certificaten worden in de beveiligingsmodule opgeslagen door de serviceprovider. Druk op Menu en selecteer achtereenvolgens Diensten, Instellingen, Beveiligingsinstellingen en Instell. beveiligingsmodule.
Menufuncties • Een servercertificaat wordt gebruikt om de beveiliging van de verbinding tussen de telefoon en de gateway te vergroten. De telefoon ontvangt het servercertificaat van de serviceprovider voordat de verbinding tot stand wordt gebracht. De geldigheid van het certificaat wordt vervolgens gecontroleerd aan de hand van de autorisatiecertificaten die in de telefoon zijn opgeslagen. Servercertificaten worden niet opgeslagen.
Belangrijk: Verwittigt u ervan dat, zelfs als het gebruik van certificaten de risico's van externe verbindingen en de installatie van software aanzienlijk beperkt, de certificaten wel op de juiste wijze gebruikt moeten worden om te kunnen profiteren van een verbeterde beveiliging. De aanwezigheid van een certificaat biedt op zichzelf geen enkele beveiliging; de beveiliging wordt pas verbeterd als de certificaten correct, authentiek of vertrouwd zijn. Certificaten hebben een beperkte levensduur.
Menufuncties Opmerking: Als het pictogram voor digitale ondertekening niet wordt weergegeven, wilt dit zeggen dat er een beveiligingsprobleem is en dat u geen persoonlijke gegevens, zoals een ondertekenings-PIN, moet invoeren. Voordat u de tekst ondertekent, leest u eerst alle informatie. Vervolgens selecteert u Tekenen. Opmerking: De tekst past mogelijk niet geheel in het display. Blader eerst door de hele tekst voordat u ondertekent. Selecteer het gewenste gebruikerscertificaat.
■ SIM-diensten (menu 16) Naast de functies die in de telefoon zelf beschikbaar zijn, kan uw SIM-kaart extra diensten bieden die u kunt activeren via menu 16. Menu 16 wordt uitsluitend weergegeven als dit door de SIM-kaart wordt ondersteund. De naam en de inhoud van het menu zijn volledig afhankelijk van de beschikbare diensten. U kunt de telefoon zodanig instellen dat de bevestigingsberichten worden weergegeven die tussen uw telefoon en het netwerk worden uitgewisseld bij gebruik van de SIM-kaartdiensten.
Pc-verbinding 7. Pc-verbinding U kunt e-mailberichten verzenden en ontvangen en verbinding maken met het Internet terwijl de telefoon via infrarood of een gegevenskabel is aangesloten op een compatibele pc. U kunt de telefoon gebruiken met verschillende toepassingen voor pc-connectiviteit en gegevenscommunicatie. Met PC Suite kunt u bijvoorbeeld tekstberichten verzenden, lijsten met contactpersonen synchroniseren en agenda- en takenlijstnotities uitwisselen tussen de telefoon en de compatibele pc.
• Nokia Content Copier om een reservekopie van de persoonlijke gegevens in de telefoon te maken en te herstellen tussen de telefoon en een pc. U kunt ook content uitwisselen tussen verschillende Nokia-telefoons. • Nokia Phone Editor om tekstberichten te verzenden en om instellingen van de lijst met contacten en berichtinstellingen op de telefoon te wijzigen. • Nokia Phone Browser om de inhoud van de map Galerij van de telefoon op een compatibele pc weer te geven.
Pc-verbinding GPRS, HSCSD en CSD U kunt de gegevensdiensten GPRS (General Packet Radio Service), HSCSD (High Speed Circuit Switched Data) en CSD (Circuit Switched Data, GSM-gegevens) voor de telefoon gebruiken. Neem contact op met uw netwerkoperator of serviceprovider voor de beschikbaarheid van en het abonneren op gegevensdiensten. Het gebruik van de HSCSD-dienst belast de batterij van de telefoon zwaarder dan gewone spraak- of gegevensoproepen.
8. Informatie over de batterij ■ Opladen en ontladen Het apparaat werkt op een oplaadbare batterij. De volledige capaciteit van een nieuwe batterij wordt pas benut nadat de batterij twee of drie keer volledig is opgeladen en ontladen. De batterij kan honderden keren worden opgeladen en ontladen maar na verloop van tijd treedt slijtage op. Wanneer de gesprekstijd en stand-by-tijd aanmerkelijk korter zijn dan normaal, kunt u beter een nieuwe batterij kopen.
Informatie over de batterij tas hebt. Kortsluiting van de poolklemmen kan schade veroorzaken aan de batterij of aan het voorwerp waarop deze is aangesloten. De capaciteit en de levensduur van batterijen nemen af wanneer u deze op hete of koude plaatsen bewaart (zoals in een afgesloten auto in de zomer of in winterse omstandigheden). Probeer ervoor te zorgen dat de omgevingstemperatuur van de batterij tussen de 15°C en 25°C ligt.
VERZORGING EN ONDERHOUD Uw apparaat is een product van toonaangevend ontwerp en vakmanschap en moet met zorg worden behandeld. De tips hieronder kunnen u helpen om de garantie te behouden. • Houd het apparaat droog. Neerslag, vochtigheid en allerlei soorten vloeistoffen of vocht kunnen mineralen bevatten die corrosie van elektronische schakelingen veroorzaken. Wordt het apparaat toch nat, verwijder dan de batterij en laat het apparaat volledig opdrogen voordat u de batterij terugplaatst.
VERZORGING EN ONDERHOUD • Maak de lenzen (zoals de cameralens, nabijheidsensor en lichtsensor) schoon met een zachte, schone, droge doek. • Gebruik alleen de meegeleverde of een goedgekeurde vervangingsantenne. Nietgoedgekeurde antennes, aanpassingen of toebehoren kunnen het apparaat beschadigen en kunnen in strijd zijn met de regelgeving met betrekking tot radioapparaten. Alle bovenstaande tips gelden voor het apparaat, de batterij, de lader en andere toebehoren.
AANVULLENDE VEILIGHEIDSINFORMATIE ■ Gebruiksomgeving Houd u aan speciale voorschriften die in een bepaald gebied van kracht zijn en schakel het apparaat altijd uit op plaatsen waar het verboden is het apparaat te gebruiken of waar het gebruik ervan storing of gevaar kan veroorzaken. Gebruik het apparaat alleen in de normale posities. Gebruik alleen toebehoren die door Nokia zijn goedgekeurd voor gebruik met dit apparaat, teneinde te voldoen aan de richtlijnen voor blootstelling aan radiofrequentiesignalen.
AANVULLENDE VEILIGHEIDSINFORMATIE Pacemakers Fabrikanten van pacemakers adviseren dat er minimaal 15,3 cm afstand moet worden gehouden tussen een draadloze telefoon en een pacemaker om mogelijke storing van de pacemaker te voorkomen. Deze aanbevelingen komen overeen met het onafhankelijke onderzoek en de aanbevelingen van Wireless Technology Research.
Het apparaat mag alleen door bevoegd personeel worden onderhouden of in een auto worden gemonteerd. Ondeskundige installatie of reparatie kan gevaar opleveren en de garantie die eventueel van toepassing is op het apparaat doen vervallen. Controleer regelmatig of de draadloze apparatuur in uw auto nog steeds goed is bevestigd en naar behoren functioneert.
AANVULLENDE VEILIGHEIDSINFORMATIE ■ Alarmnummer kiezen Belangrijk: Draadloze telefoons zoals dit apparaat, maken gebruik van radiosignalen, draadloze netwerken, kabelnetwerken en door de gebruiker geprogrammeerde functies. Hierdoor kunnen verbindingen niet onder alle omstandigheden worden gegarandeerd. U moet nooit alleen vertrouwen op een draadloze telefoon voor het tot stand brengen van essentiële communicatie, bijvoorbeeld bij medische noodgevallen. Een alarmnummer kiezen: 1.
■ Informatie over certificatie (SAR) DIT APPARAAT VOLDOET AAN DE INTERNATIONALE RICHTLIJNEN VOOR BLOOTSTELLING AAN RADIOGOLVEN. Dit mobiele apparaat is een radiozender en -ontvanger. Het apparaat is zo ontwikkeld en geproduceerd dat deze voldoet aan de emmissiebeperkingen voor radiofrequentiesignalen (RF-signalen) die worden aanbevolen door internationale richtlijnen (ICNIRP).
AANVULLENDE VEILIGHEIDSINFORMATIE Dit apparaat voldoet aan de richtlijnen voor blootstelling aan RF-signalen wanneer het op normale wijze tegen het oor wordt gehouden of wanneer het zich op een afstand van minimaal 2,2 cm van het lichaam bevindt. Wanneer het apparaat op het lichaam wordt gedragen in een draagtasje, riemclip of houder, moeten deze hulpmiddelen geen metaal bevatten en moet het product zich op een afstand van minimaal 2,2 cm van het lichaam bevinden.