Gebruikershandleiding voor de Nokia 6267 9201891 Uitgave 2
CONFORMITEITSVERKLARING Hierbij verklaart NOKIA CORPORATION dat dit product RM-210 voldoet aan de essentiële vereisten en overige relevante bepalingen van Richtlijn 1999/5/EG. Een kopie van de conformiteitsverklaring kunt u vinden op de volgende website: http://www.nokia.com/phones/declaration_of_conformity/. 0434 Copyright © 2007 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
DE INHOUD VAN DIT DOCUMENT WORDT ZONDER ENIGE VORM VAN GARANTIE VERSTREKT. TENZIJ VEREIST KRACHTENS HET TOEPASSELIJKE RECHT, WORDT GEEN ENKELE GARANTIE GEGEVEN BETREFFENDE DE NAUWKEURIGHEID, BETROUWBAARHEID OF INHOUD VAN DIT DOCUMENT, HETZIJ UITDRUKKELIJK HETZIJ IMPLICIET, DAARONDER MEDE BEGREPEN MAAR NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE GARANTIES BETREFFENDE DE VERKOOPBAARHEID EN DE GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL.
Inhoudsopgave Voor uw veiligheid ........................... 6 Algemene informatie ....................... 9 Toegangscodes................................................... 9 Dienst voor configuratie-instellingen...... 10 Software-updates.......................................... 10 Content downloaden .................................... 11 Nokia-ondersteuning.................................... 11 1. Aan de slag................................. 11 SIM-kaart en batterij installeren ..............
Beveiliging ....................................................... Beheer van digitale rechten ....................... Telefoonsoftware-updates .......................... Fabrieksinstellingen terugzetten............... 51 52 53 53 10. Operatormenu.......................... 54 11. Galerij....................................... 54 Afbeeldingen afdrukken............................... 54 Geheugenkaart ............................................... 55 12. Media .......................................
Voor uw veiligheid Lees deze eenvoudige richtlijnen. Het niet opvolgen van de richtlijnen kan gevaarlijk of onwettig zijn. Lees de volledige gebruikershandleiding voor meer informatie. SCHAKEL HET APPARAAT ALLEEN IN ALS HET VEILIG IS Schakel het apparaat niet in als het gebruik van mobiele telefoons verboden is of als dit storing of gevaar zou kunnen opleveren. VERKEERSVEILIGHEID HEEFT VOORRANG Houd u aan de lokale wetgeving. Houd terwijl u rijdt uw handen vrij om uw voertuig te besturen.
MAAK BACK-UPS Maak een back-up of een gedrukte kopie van alle belangrijke gegevens die in de telefoon zijn opgeslagen. AANSLUITEN OP ANDERE APPARATEN Wanneer u het apparaat op een ander apparaat aansluit, dient u eerst de handleiding van het desbetreffende apparaat te raadplegen voor uitgebreide veiligheidsinstructies. Sluit geen incompatibele producten aan. ALARMNUMMER KIEZEN Controleer of de telefoonfunctie van het apparaat ingeschakeld en operationeel is.
apparaat weergegeven. Uw apparaat kan ook beschikken over een speciale configuratie, zoals veranderingen in menunamen, menuvolgorde en pictogrammen. Neem voor meer informatie contact op met uw serviceprovider. Dit apparaat ondersteunt WAP 2.0-protocollen (HTTP en SSL) die werken met TCP/IPprotocollen.
Algemene informatie ■ Toegangscodes Beveiligingscode De beveiligingscode (5 tot 10 cijfers) beveiligt de telefoon tegen onbevoegd gebruik. De code is standaard ingesteld op 12345. Raadpleeg Beveiliging op pagina 51 voor informatie over het wijzigen van de code en hoe u de telefoon zo instelt dat de code moet worden ingetoetst.
■ Dienst voor configuratie-instellingen Voor sommige netwerkdiensten, zoals mobiele internetdiensten, MMS, Nokia Xpress-audioberichten en synchronisatie met een externe internetserver, moeten de juiste configuratie-instellingen op de telefoon worden ingesteld. Neem contact op met uw netwerkoperator, serviceprovider, dichtstbijzijnde bevoegde Nokialeverancier of bezoek het supportgedeelte op de website van Nokia op www.nokia.com/support voor meer informatie over beschikbaarheid.
■ Content downloaden U kunt mogelijk nieuwe content (bijvoorbeeld thema's) naar de telefoon downloaden (netwerkdienst). Informeer bij de serviceprovider naar de beschikbaarheid en tarieven van de verschillende diensten. Belangrijk: Maak alleen gebruik van diensten die u vertrouwt en die een adequate beveiliging en bescherming tegen schadelijke software bieden. ■ Nokia-ondersteuning Kijk op www.nokia.
1. Met de achterkant van de telefoon naar u toe gericht, schuift u de achtercover naar beneden om deze van de telefoon te verwijderen. 2. Verwijder de batterij door deze als volgt op te tillen. 3. Plaats de SIM-kaart in de SIM-kaarthouder. Zorg ervoor dat de SIM-kaart op de juiste manier is geplaatst en dat de goudkleurige contactpunten op de kaart omlaag zijn gericht. 4. Plaats de batterij terug. 5. Schuif de achtercover op zijn plaats.
■ Een microSD-kaart plaatsen 1. Maak de microSD-geheugenkaarthouder open zoals in de afbeelding wordt weergegeven. 2. Plaats de kaart in de microSD-kaartsleuf met de goudkleurige contactpunten van de kaart naar boven gericht, en druk op de kaart totdat deze vastklikt. 3. Sluit de geheugenkaarthouder. De geheugenkaart is niet inbegrepen in het verkooppakket. Belangrijk: Verwijder de geheugenkaart niet op het moment dat er een bewerking wordt uitgevoerd waarbij de kaart wordt gebruikt.
1. Sluit de lader aan op een gewone wandcontactdoos. 2. Steek de stekker van de lader in de aansluiting zoals in de afbeelding wordt weergegeven. Voor oudere ladermodellen kan een CA-44adapter worden gebruikt. Als de batterij volledig ontladen is, kan het enkele minuten duren voordat de batterij-indicator op het display wordt weergegeven en u weer met het apparaat kunt bellen. De oplaadtijd is afhankelijk van de gebruikte lader.
■ Telefoonkoord Verwijder de achtercover van de telefoon. Plaats het koord zoals in de afbeelding wordt weergegeven. Plaats de achtercover terug. ■ Antenne Uw apparaat heeft een interne antenne. Opmerking: Zoals voor alle radiozendapparatuur geldt, dient onnodig contact met een antenne te worden vermeden wanneer de antenne in gebruik is. Bijvoorbeeld, vermijdt contact met de antenne gedurende een telefoongesprek.
11 Minidisplay 12 Muziektoets; spoelt het huidige nummer terug (ingedrukt houden) of gaat naar het vorige nummer (toets kortstondig indrukken) 13 Muziektoets afspelen/pauzeren 14 Luidspreker 15 Muziektoets; spoelt het huidige nummer snel vooruit (ingedrukt houden) of gaat naar het volgende nummer (toets kortstondig indrukken) 16 Cameratoets 17 Volume omlaag-toets 18 Volume omhoog/PTT-toets) 19 Cameraflits 20 2-megapixelcamera 21 Hoofdtelefoonaansluiting 22 USB-poort 23 Aansluiting voor de lader 24 Geheugenk
Minidisplay 1 Netwerkmodusindicator 2 Signaalsterkte van het mobiele netwerk 3 Laadstatus van de batterij 4 Indicatoren 5 Naam van het netwerk of het operatorlogo 6 Tijd en datum Hoofddisplay 1 Netwerkmodusindicator 2 Signaalsterkte van het mobiele netwerk 3 Laadstatus van de batterij 4 Indicatoren 5 Naam van het netwerk of het operatorlogo 6 Klok 7 Hoofddisplay 8 Linkerselectietoets; Favoriet of een snelkoppeling naar een andere functie. Zie Linkerselectietoets op pagina 43.
Selecteer Opties > Instell. actief standby > om de modus actief standby te beëindigen. Actief standby > Uit. Voor het organiseren en wijzigen van de modus actief standby activeert u de navigatiemodus en selecteert u Opties > Weergave aanpassen of Instell. actief standby. Indicatoren Er zijn ongelezen berichten. Er zijn berichten die nog niet zijn verzonden, zijn geannuleerd of waarvan de verzending is mislukt. De telefoon heeft een gemiste oproep geregistreerd.
Alle inkomende oproepen worden doorgeschakeld naar een ander nummer. De luidspreker is geactiveerd of de muziekstandaard is op de telefoon aangesloten. Gesprekken zijn beperkt tot een besloten gebruikersgroep. Het tijdelijke profiel is geselecteerd. , , of Er is een hoofdtelefoon, handsfreeeenheid, oortje of muziekstandaard op de telefoon aangesloten. ■ Vluchtmodus U kunt alle functies van de radiofrequentie deactiveren en nog steeds toegang hebben tot de offline spelletjes, agenda en telefoonnummers.
■ Toetsen blokkeren Selecteer Menu of Vrijgeven en druk binnen 1,5 seconde op de toets * om de toetsen te blokkeren of de blokkering op te heffen. Als de toetsenblokkering is geactiveerd, voert u de beveiligingscode in als hierom wordt gevraagd. Als u een oproep wilt beantwoorden terwijl de toetsen zijn geblokkeerd, drukt u op de beltoets of opent u de telefoon. Wanneer u de oproep beëindigt of niet aanneemt, worden de toetsen weer automatisch geblokkeerd.
Zie Zoeken naar een contact op pagina 37 als u wilt zoeken naar een naam of telefoonnummer dat u hebt opgeslagen in Contacten. Druk op de beltoets om het nummer te kiezen. Als u de lijst met gekozen nummers wilt openen, drukt u eenmaal op de beltoets in de standby-modus. Selecteer het gewenste nummer of de gewenste naam en druk op de beltoets om het nummer te kiezen. Snelkeuze U kunt een telefoonnummer toewijzen aan één van de snelkeuzetoetsen: toets 3 t/m 9. Zie Snelkeuze op pagina 40.
■ Een oproep beantwoorden of weigeren U beantwoordt een inkomende oproep door op de beltoets te drukken of de telefoon te openen. Druk op de toets Einde of sluit de telefoon om het gesprek te beëindigen. Druk op de toets Einde of sluit de telefoon om een inkomende oproep te weigeren. Als u een inkomende oproep wilt weigeren terwijl de telefoon is gesloten, houdt u een volumetoets ingedrukt.
Doorverbinden — om een gesprek in de wachtstand door te verbinden met het actieve gesprek en zelf de verbinding te verbreken. Conferentie — om een conferentiegesprek te voeren. Privé-oproep — om tijdens een conferentiegesprek ruggespraak te houden met één van de deelnemers. Waarschuwing: Houd het apparaat niet dicht bij uw oor wanneer de luidspreker wordt gebruikt, aangezien het volume erg luid kan zijn.
Het videogesprek is tot stand gebracht als u twee videobeelden ziet en er geluid uit de luidspreker komt. Als de ontvanger het verzenden van videobeelden heeft uitgeschakeld, ziet u mogelijk alleen een stilstaand beeld of een grijze achtergrondafbeelding. U hoort wel geluid. 3. U beëindigt het gesprek door op de toets Einde te drukken. ■ Een video-oproep beantwoorden of weigeren Als er een video-oproep binnenkomt, wordt de tekst Video-oproep op het display weergegeven. 1.
Als u het delen van video wilt hervatten, selecteert u Doorgaan. De middelste selectietoets verandert in Pauze. Selecteer Stoppen als u het delen van video wilt onderbreken. Video delen beëindigd wordt op beide telefoons weergeven. Informeer bij uw netwerkoperator of serviceprovider naar de beschikbaarheid, kosten en abonnementsmogelijkheden voor deze dienst. 4.
1. U begint met het invoeren van een woord door de cijfertoetsen 2 t/m 9 te gebruiken. Druk eenmaal op een toets voor één letter. Op het display wordt * weergegeven, of de letter als de afzonderlijke letter een woordbetekenis heeft. De ingevoerde letters worden onderstreept weergegeven. 2. Wanneer u het gewenste woord hebt ingevoerd, bevestigt u de invoer met het toevoegen van een spatie en door op 0 te drukken. Als het woord niet correct is, druk dan herhaaldelijk op * en selecteer het woord uit de lijst.
6. Berichten U kunt SMS-, multimedia-, e-mail-, audio- en flitsberichten lezen, invoeren, verzenden en opslaan. Alle berichten worden ingedeeld in mappen. ■ Bericht Een bericht maken Als u een nieuw bericht maakt, is dit standaard een tekstbericht. Dit verandert echter in een multimediabericht wanneer bestanden aan het bericht worden toegevoegd. Tekstbericht (SMS) Met SMS (Short Message Service) kunt u tekstberichten verzenden en ontvangen en tevens berichten met afbeeldingen ontvangen (netwerkdienst).
3. Typ uw bericht in het veld Tekst: in. Als u een tekstsjabloon wilt gebruiken, blader dan naar beneden en selecteer Invoegen. 4. Selecteer Verzenden om het bericht te verzenden of druk op de beltoets. Tekstberichten lezen en beantwoorden 1. Als u het ontvangen bericht wilt bekijken, selecteert u Tonen. Selecteer Uit als u het bericht later wilt bekijken. Als u het bericht later wilt lezen, selecteert u Menu > Berichten > Inbox. 2. Selecteer Beantw. als u een bericht wilt beantwoorden.
Berichten verzenden Auteursrechtbeschermingsmaatregelen kunnen verhinderen dat bepaalde afbeeldingen, muziek (inclusief beltonen) en andere inhoud worden gekopieerd, gewijzigd, overgedragen of doorgestuurd. Selecteer Verzenden om het bericht te verzenden. Het bericht wordt opgeslagen in de map Outbox en het verzenden wordt gestart. Opmerking: Uw apparaat kan aangeven dat uw boodschap naar het nummer van de berichtencentrale dat in uw apparaat is geprogrammeerd is verzonden.
Berichten invoeren Selecteer Menu > Berichten > Bericht maken > Flitsbericht. Voer het telefoonnummer van de ontvanger in en voer dan het bericht in. Berichten ontvangen Een ontvangen flitsbericht kunt u herkennen aan de tekst Bericht: gevolgd door de eerste woorden van het bericht. Selecteer Lezen om het bericht te lezen. Als u nummers en adressen uit het huidige bericht wilt overnemen, selecteert u Opties > Gebruik gegevens.
verwijderen, selecteert u Markeer. Markeer alle berichten die u wilt verwijderen en selecteer Opties > Gemark. verwdrn. ■ Mappen Ontvangen berichten worden opgeslagen in de map Inbox. Berichten die nog niet verzonden zijn, worden opgeslagen in de map Outbox. Als u wilt instellen dat verzonden berichten moeten worden opgeslagen in de map Verzonden items, kunt u in Ver. berichten opsl. in Algemene instellingen op pagina 34 lezen hoe u dat kunt doen.
U kunt de e-mailinstellingen activeren door Menu > Berichten > Berichtinstllngn > E-mailberichten te selecteren. Zie E-mailberichten op pagina 36. E-mailinstelwizard De e-mailinstelwizard wordt automatisch gestart als er geen e-mailinstellingen in de telefoon zijn vastgelegd. Als u de wizard zelf wilt starten, selecteert u Menu > Berichten > Mailbox e-mail > Opties > Mailbox toevoegen > E-mailinstelwizard.
De e-mailtoepassing downloadt eerst de berichtkoppen. 2. Selecteer een e-mailbericht en druk op Openen om het volledige e-mailbericht te downloaden. E-mailberichten lezen en beantwoorden Belangrijk: Wees voorzichtig met het openen van berichten. Objecten in emailberichten kunnen schadelijke software bevatten of anderszins schadelijk zijn voor uw apparaat of pc. 1. Selecteer Menu > Berichten de accountnaam en het gewenste bericht. 2. Als u een e-mailbericht wilt beantwoorden, selecteert u Opties > Beantw..
■ Informatieberichten U kunt berichten over verschillende onderwerpen van uw serviceprovider ontvangen (netwerkdienst). Neem voor meer informatie contact op met uw serviceprovider. Selecteer Menu > Berichten > Infoberichten en daarna één van de beschikbare opties. ■ Dienstopdrachten Vanuit dit submenu maakt en verzendt u serviceaanvragen (USSD-opdrachten) naar de netwerkoperator. Dit kunnen bijvoorbeeld activeringsopdrachten voor netwerkdiensten zijn. Selecteer Menu > Berichten > Dienstopdrachtn.
Favoriete ontvanger — om bij het versturen van berichten gemakkelijk toegankelijke ontvangers of groepen in te stellen. Grafische smileys > Ja — om op tekens gebaseerde smileys te vervangen door grafische smileys. Tekstberichten De tekstberichtinstellingen hebben invloed op de wijze waarop SMS- en e-mailberichten worden verzonden, ontvangen en weergegeven.
Selecteer Menu > Berichten > Bericht-instllngn > Multimediaberichten en daarna één van de volgende opties: Afleveringsrapporten > Ja — om het netwerk te vragen afleveringsrapporten van uw berichten te verzenden (netwerkdienst). MMS-aanmaakmodus — om toestemming te verlenen voor of beperkingen op te leggen op het toevoegen van verschillende soorten multimedia aan berichten. Afb.formaat in MMS — om de afbeeldingsgrootte in multimediaberichten in te stellen.
Nwe e-mailmelding — om in te stellen of een melding moet worden weergegeven wanneer een nieuwe e-mail is ontvangen. E-mailontv. toestaan — om in te stellen of e-mailberichten ook ontvangen kunnen worden in een ander netwerk dan het eigen netwerk of alleen in het eigen netwerk. Antw. mt oorspr. ber. — om in te stellen of het oorspronkelijke bericht in het antwoord opgenomen moet worden Afb.formaat in e-mail — om de afbeeldingsgrootte in e-mailberichten in te stellen.
Het eerste nummer dat u opslaat, wordt automatisch ingesteld als het standaardnummer. Dit nummer wordt aangeduid met een kader rond de nummertype-indicator, bijvoorbeeld . Wanneer u een naam in de lijst met contacten selecteert, bijvoorbeeld om te bellen, wordt automatisch het standaardnummer gekozen, tenzij u een ander nummer selecteert. Zorg ervoor dat het gebruikte geheugen Telefoon of Telefoon en SIM is. Zie Instellingen op pagina39.
■ Contacten verwijderen Als u alle contacten en bijbehorende gegevens uit het telefoongeheugen of het SIM-kaartgeheugen wilt verwijderen, selecteert u Menu > Contacten > Alle cont. verw. > Uit tel.geheugen of Van SIM-kaart. Als u een contact wilt verwijderen, gaat u naar het betreffende contact en selecteert u Opties > Verwijder contact. Als u een nummer, tekstitem of afbeelding wilt verwijderen dat aan het contact is gekoppeld, gaat u naar het betreffende contact en selecteert u Gegevens.
■ Groepen Selecteer Menu > Contacten > Groepen om de in het geheugen opgeslagen namen en nummers in te delen in bellergroepen met verschillende beltonen en afbeeldingen. ■ Snelkeuze Als u een nummer wilt toekennen aan een snelkeuzetoets, selecteert u Menu > Contacten > Snelkeuze en gaat u naar het gewenste snelkeuzenummer. Selecteer Wijs toe als er nog geen nummer aan de toets is toegewezen of Opties > Wijzigen als dit wel het geval is. Selecteer Zoeken en vervolgens het contact dat u wilt toewijzen.
9. Instellingen ■ Profielen De telefoon heeft verschillende instellingsgroepen, ofwel profielen, waarvoor u de telefoongeluiden voor verschillende gebeurtenissen en omgevingen kunt instellen. Selecteer Menu > Instellingen > Profielen, het gewenste profiel en vervolgens één van de volgende opties: Activeer — om het geselecteerde profiel te activeren. Aanpassen — om het profiel aan te passen. Selecteer de instelling die u wilt wijzigen en breng de gewenste wijzigingen aan.
■ Hoofddisplay Selecteer Menu > Instellingen > Hoofddisplay en daarna een van de volgende opties: Achtergrond — om de achtergrondafbeelding in standby-modus aan het display toe te voegen. Actief standby — om de modus actief standby in of uit te schakelen en de modus actief standby in te delen en naar eigen wens aan te passen. Letterkleur bij stdby — om de kleur te selecteren voor de tekst op het display wanneer de standby-modus actief is. Nav.toetspictogr.
Animatie (openen) — om in te stellen dat er een afbeelding verschijnt wanneer u de telefoon opent en sluit. ■ Datum en tijd U kunt de tijd, tijdzone en tijdnotatie wijzigen door Menu > Instellingen > Datum en tijd > Instellingen datum en tijd, Datum- en tijdnotatie, or Datum/tijd aut. aanp. (netwerkdienst) te selecteren.
Navigatietoets Als u andere telefoonfuncties uit een voorgedefinieerde lijst wilt toekennen aan de bladertoets, selecteert u Menu > Instellingen > Snelkoppelingen > Navigatietoets. Actief standby-toets U kunt in de lijst een functie selecteren door Menu > Instellingen > Snelkoppelingen > Act. standby-toets te selecteren. Spraakopdrachten U kunt bellen en telefoonfuncties uitvoeren door spraakopdrachten uit te spreken. Spraakopdrachten zijn taalgevoelig.
Gebruik door Nokia goedgekeurde toebehoren voor dit model als u verzekerd wilt zijn van compatibiliteit met andere apparatuur die Bluetooth-technologie ondersteunt. Informeer bij de fabrikanten van andere apparatuur naar de compatibiliteit met dit apparaat. Op sommige plaatsen gelden beperkingen voor het gebruik van Bluetooth-technologie. Raadpleeg de lokale autoriteiten of serviceprovider voor meer informatie.
geven wanneer u het apparaat voor het eerst afstemt. De telefoon maakt verbinding met het apparaat en u kunt met de overdracht van gegevens beginnen. Packet-gegevensverbinding (GPRS) GPRS is een netwerkdienst waarmee mobiele telefoons gegevens kunnen verzenden en ontvangen via een IP-netwerk (Internet Protocol). Als u instellingen wilt opgeven voor het gebruik van de dienst, selecteert u Menu > Instellingen > Connectiviteit > Packet-gegevens > Packet-gegev.verb.
Gegevensoverdracht met een compatibele pc of een ander compatibel apparaat is ook mogelijk als de telefoon zonder SIM-kaart wordt gebruikt. Lijst met contacten voor overdracht U kunt de gegevens van uw telefoon alleen kopiëren of synchroniseren als de naam en de instellingen van het apparaat zijn opgenomen in de lijst met contacten voor overdracht.
Synchroniseren vanaf een server Als u een externe internetserver wilt gebruiken, moet u zich abonneren op een synchronisatiedienst. Neem contact op met uw serviceprovider voor informatie over en de instellingen voor deze dienst. Het is mogelijk dat u de instellingen ontvangt als configuratiebericht. Zie Dienst voor configuratie-instellingen, op pagina 10 en Configuratie pagina 51.
blokkeringsfuncties zijn ingeschakeld. Zie Oproepen blokkeren in Beveiliging op pagina 51. Opn. met will. toets > Aan — om een inkomende oproep te beantwoorden door kort op een willekeurige toets te drukken, met uitzondering van de aan/uit-toets, de cameratoets, de linker- en rechterselectietoets en de toets Einde. Aut. opn. kiezen > Aan — om maximaal tien pogingen te doen om de verbinding tot stand te brengen na een mislukte oproeppoging. Aut.
selecteert u SIM-taal. Als u de taal voor de spraakgestuurde nummerkeuze wilt instellen, selecteert u Taal sprkherkenning. Zie Uitgebreide spraakgestuurde nummerkeuze op pagina 21 en Spraakopdrachten in Snelkoppelingen op pagina 43. Geheugenstatus — om de hoeveelheid gebruikt en beschikbaar telefoongeheugen weer te geven. Aut. toets.blokk.
■ Configuratie U kunt uw telefoon configureren met instellingen die nodig zijn om bepaalde diensten te kunnen gebruiken. Het is ook mogelijk dat deze instellingen u worden toegestuurd door uw serviceprovider. Zie Dienst voor configuratie-instellingen op pagina 10. Selecteer Menu > Instellingen > Configuratie en daarna één van de volgende opties: Std.configuratie-inst. — om de serviceproviders weer te geven die in de telefoon zijn opgeslagen.
PIN2-codeaanvraag — om in te stellen of de PIN2-code is vereist wanneer een bepaalde telefoonfunctie wordt gebruikt die met de PIN2-code is beveiligd. Bij sommige SIM-kaarten kan het vragen naar de PIN2-code niet worden uitgeschakeld. Oproepen blokkeren — om inkomende en uitgaande oproepen te beperken (netwerkdienst). Hiervoor hebt u het blokkeerwachtwoord nodig. Vaste nummers — als u uitgaande oproepen wilt beperken tot geselecteerde telefoonnummers, als dit door uw SIM-kaart wordt ondersteund.
bestand kunt activeren. De activeringssleutel wordt automatisch naar uw telefoon verzonden wanneer u het bestand downloadt. Als u de rechten van een beschermd bestand wilt bekijken, bladert u naar het bestand en selecteert u Opties > Activeringssleutels. U kunt bijvoorbeeld zien hoe vaak u een videofragment kunt bekijken of hoeveel dagen u nog naar een liedje kunt luisteren.
10. Operatormenu Dit menu biedt toegang tot een portal met diensten die door uw netwerkoperator worden aangeboden. De naam en het pictogram worden bepaald door de netwerkoperator. Neem voor meer informatie contact op met uw netwerkoperator. De operator kan dit menu bijwerken met een dienstbericht. Zie Dienstinbox op pagina 77 voor meer informatie. 11. Galerij In dit menu kunt u afbeeldingen, videoclips, muziekbestanden, thema's, foto's, tonen, opnamen en ontvangen bestanden beheren.
compatibele printer aansluiten. U kunt de afbeelding echter ook met behulp van de Bluetooth-mogelijkheden verzenden naar een printer die ondersteuning biedt voor de Bluetooth-technologie. Zie Connectiviteit op pagina 44. U kunt afbeeldingen afdrukken wanneer deze een JPEG-indeling hebben. De foto’s die u met de camera maakt, worden automatisch in de JPEG-indeling opgeslagen. Selecteer de afbeelding die u wilt afdrukken en selecteer Opties > Afdrukken.
wachtwoord gevraagd. Als u het wachtwoord wilt verwijderen, selecteert u Opties > Wachtwoord verw.. Geheugengebruik controleren Als u het geheugengebruik van verschillende gegevensgroepen en het beschikbare geheugen voor het installeren van nieuwe toepassingen of software op uw geheugenkaart wilt controleren, selecteert u Opties > Gegevens. 12. Media Met de ingebouwde camera met 2 megapixels kunt u foto's maken of live videoclips opnemen. ■ Camera De camera maakt foto’s in .
nemen. Als de maximale afbeeldingsgrootte is ingesteld, worden drie foto's achter elkaar genomen. Bij andere instellingen worden acht foto's genomen. Selecteer Opties > Instellingen >Tijd afbeeldingsvrbld en stel een tijdsduur in om de genomen foto's op het display weer te geven. Wanneer een genomen foto op het display wordt weergegeven, kunt u Terug selecteren om een andere foto te nemen of Verzndn om de foto als multimediabericht te verzenden.
■ Muziekspeler Uw telefoon is voorzien van een muziekspeler waarmee u muziek, opnamen of andere MP3-, MP4- of AAC-, eAAC+- of Windows Media Player-muziekbestanden kunt beluisteren die u naar de telefoon hebt overgebracht met behulp van de toepassing Nokia Audio Manager, dat deel uitmaakt van Nokia PC Suite. Zie Nokia PC Suite op pagina 80. Muziekbestanden die zijn opgeslagen in een map in het telefoongeheugen of op een geheugenkaart, worden automatisch gedetecteerd en aan de standaard tracklijst toegevoegd.
Selecteer om naar het volgende nummer te gaan. Selecteer begin van het vorige nummer te gaan. om naar het Selecteer en houd deze ingedrukt om het huidige nummer terug te spoelen. Selecteer en houd deze ingedrukt om het huidige nummer snel vooruit te spoelen. Laat de toets los op de gewenste positie in het nummer. Opties muziekspeler Selecteer Menu > Media > Muziekspeler > Ga naar Muz.spelerSelecteer Opties en uit onderstaande opties: Tvgn aan afsp.
Radiofrequenties opslaan 1. Selecteer of en houd deze ingedrukt om naar een frequentie te zoeken. U kunt de radiofrequentie wijzigen, in stappen van 0,05 MHz, door kort op of te drukken. 2. Als u de frequentie wilt opslaan in een geheugenlocatie van 1 t/m 9, houdt u de bijbehorende cijfertoets ingedrukt. Als u een frequentie wilt opslaan in een geheugenlocatie van 10 tot en met 20, drukt u kort op 1 of 2 en houdt u de gewenste cijfertoets, 0 t/m 9 ingedrukt. 3. Voer de naam van de radiozender in.
Wanneer een toepassing die gebruik maakt van een GPRS- of HSCSD-verbinding, bezig is met het verzenden of ontvangen van gegevens, kan dit de radio-ontvangst storen. ■ Recorder U kunt stukjes spraak of andere geluiden opnemen en opslaan in de Galerij. Dit kan handig zijn als u een naam en telefoonnummer wilt opnemen om ze later te noteren. De opnamefunctie kan niet worden gebruikt wanneer er een dataoproep of een GPRSverbinding actief is. Recorder 1. Selecteer Menu > Media > Recorder.
13. Organizer ■ Wekker U kunt instellen dat op een bepaald tijdstip een waarschuwingstoon klinkt. Selecteer Menu > Organiser > Wekker. Als u de wekker wilt instellen, selecteert u Wektijd en voert u het gewenste tijdstip in. Als u het alarmtijdstip wilt wijzigen nadat dit is ingesteld, selecteert u Aan. Selecteer Alarm herhalen om in te stellen dat op geselecteerde dagen van de week een alarmtoon moet klinken. Selecteer Alarmtoon: om de alarmtoon te selecteren of een radiozender als alarmtoon in te stellen.
In Instellingen kunt u de datum, de tijd, de tijdzone, de datum- of tijdnotatie, het datumscheidingsteken, de standaardweergave of de eerste dag van de week instellen. Met Notities aut. verwijd. kunt u instellen dat oude notities na een bepaalde tijd automatisch moeten worden verwijderd. Een agendanotitie maken Selecteer Menu > Organiser > Agenda. Ga naar de gewenste datum, selecteer Opties > Notitie maken en vervolgens één van de volgende notitietypen: Vergadering, Oproep, Verjaardag, Memo of Herinnering.
Als er nog geen notities zijn toegevoegd en u wilt een notitie maken, selecteert u Notitie. Als er al notities bestaan, selecteert u Opties > Notitie maken. Schrijf de notitie en selecteer Opslaan. ■ Rekenmachine Met de rekenmachine in uw telefoon kunt u elementaire rekenkundige en trigonometrische functies uitvoeren, het kwadraat, de wortel en de inverse waarde van een getal berekenen, en valuta omrekenen.
■ Stopwatch Met de stopwatch kunt u de tijd, tussentijden of rondetijden opnemen. Gedurende de tijdsopname kunnen de overige functies van de telefoon gewoon worden gebruikt. Druk op de toets Einde als u tijdsopname met de stopwatch in de achtergrond wilt activeren. Als u de stopwatch gebruikt of deze op de achtergrond loopt wanneer u andere functies gebruikt, vergt dit extra batterijcapaciteit en neemt de gebruiksduur van de batterij af.
Voordat u de PTT-dienst kunt gebruiken, moet u de vereiste instellingen voor de dienst definiëren. Zie PTT-instellingen, op pagina 70 en Configuratie-instellingen pagina 71. ■ PTT-kanalen Een PTT-kanaal bestaat uit een groep personen (bijvoorbeeld vrienden of collega's) die deelnemen aan het kanaal nadat ze hiertoe zijn uitgenodigd. Wanneer u een oproep naar een kanaal verzendt, horen alle leden van het kanaal tegelijkertijd de oproep.
Kanaallijst, selecteert u een kanaal en vervolgens Opties > Stuur uitnodiging. U kunt de uitnodiging verzenden als tekstbericht of via infrarood. Als u een permanent kanaal wilt toevoegen, selecteert u Menu > Push to talk > Kanaal toevgn > Opties > Adr. hndm. bewrkn. Voer het Kanaaladres: in dat door uw provider is verstrekt. Een uitnodiging ontvangen 1. Wanneer u een tekstbericht met een uitnodiging voor een kanaal ontvangt, wordt Kanaaluitnodiging ontvangen: weergegeven. 2.
U kunt de aanmeldstatus van uw contacten controleren in Menu > Push to talk > Contactenlijst. De beschikbaarheid van deze dienst is afhankelijk van uw netwerkoperator en is alleen beschikbaar voor geabonneerde contacten. Als u een contact wilt abonneren, selecteert u Opties > Contact abonneren of Gemrk. abonneren als al een of meerdere contacten zijn gemarkeerd. of geeft aan dat de persoon niet beschikbaar of onbekend is.
3. Houd de PTT-toets ingedrukt om te spreken. Laat de PTT-toets los om het antwoord te horen. 4. Druk op de toets Einde om het gesprek te beëindigen. Een PTT-oproep ontvangen Een inkomende PTT-oproep wordt gemeld door een kort geluidssignaal. Informatie zoals de kanaalnaam, het telefoonnummer of de alias (netwerkdienst) van de beller wordt weergegeven. Als u hebt ingesteld dat u eerst een beltoon te horen krijgt bij ontvangst van éénop-één-oproepen, kunt u de oproep accepteren of weigeren.
Reageren op een terugbelverzoek Als u een terugbelverzoek ontvangt, wordt Terugbelverzoek ontvangen weergegeven in de standby-modus. U opent de Terugbelinbox door Bekijk te selecteren. Er wordt een lijst weergegeven met de aliassen van de personen die u een terugbelverzoek hebben toegezonden. Als u een één-op-één-oproep wilt plaatsen, selecteert u het gewenste verzoek en houdt u de PTT-toets ingedrukt. Als u het terugbelverzoek met een terugbelverzoek wilt beantwoorden, selecteert u Opties > Terugbelvrz.
selecteert u Uit. Het is mogelijk dat uw serviceprovider bepaalde diensten aanbiedt die deze instellingen negeren. Als u wilt instellen dat u eerst een beltoon te horen krijgt bij ontvangst van één-op-één-oproepen, selecteert u Melden. Std.functie P2T-toets — om de volgende functies in te stellen voor de PTT-toets: Contactlijst openen of Kanaallijst openen, Cont./groep bellen. Selecteer een contact, een groep of de optie P2T-kanaal bellen en selecteer een kanaal.
15. Toepassingen In dit menu kunt u toepassingen en spelletjes beheren. Deze bestanden worden opgeslagen in het telefoongeheugen of op een aangesloten microSDgeheugenkaart en kunnen in mappen worden ingedeeld. Zie Geheugenkaart op pagina 55 voor meer informatie over het formatteren of vergrendelen en ontgrendelen van de geheugenkaart. ■ Een spelletje starten In uw telefoon zijn enkele spelletjes geïnstalleerd. Selecteer Menu > Toepassingen > Spelletjes. Ga naar het gewenste spelletje en selecteer Openen.
U kunt op verschillende manieren nieuwe Java-toepassingen en spelletjes downloaden: Gebruik het installatieprogramma voor Nokia-toepassingen in PC Suite om de toepassingen naar de telefoon te downloaden of selecteer Menu > Toepassingen > Opties > Downloads > Toep.downloads. De lijst met beschikbare bookmarks wordt weergegeven. Zie Bookmarks op pagina 75. Informeer bij de serviceprovider naar de beschikbaarheid en tarieven van de verschillende diensten.
Met de telefoonbrowser kunt u diensten weergeven die op hun pagina's gebruikmaken van WML (wireless markup language) of XHTML (extensible hypertext markup language). De weergave kan verschillen, afhankelijk van de displaygrootte. Het is mogelijk dat niet alle gegevens op de internetpagina's kunnen worden weergegeven. ■ Browsen instellen U kunt de configuratie-instellingen voor browsen ontvangen in een configuratiebericht van de serviceprovider die de gewenste dienst aanbiedt.
■ Bladeren door pagina's Nadat u verbinding met de dienst hebt gemaakt, kunt u door de pagina's van de dienst bladeren. De werking van de telefoontoetsen kan per dienst verschillen. Volg de instructies op het display van de telefoon. Neem voor meer informatie contact op met uw serviceprovider. Browsen met telefoontoetsen Gebruik de navigatietoets om in elke gewenste richting door de pagina's te browsen. Als u een item wilt selecteren, drukt u op de beltoets of selecteert u Select..
Een bookmark ontvangen Wanneer u een bookmark (verzonden als bookmark) hebt ontvangen, wordt 1 bookmark ontvangen weergegeven. Als u de bookmark wilt bekijken, selecteert u Tonen. ■ Weergave-instellingen Selecteer tijdens het browsen Opties > Overige opties > Weergave-instell.. Als de telefoon in de standby-modus staat, selecteert u Menu > Web > Instellingen > Weergave-inst. en daarna één van de volgende opties: Tekstterugloop — om te selecteren hoe de tekst op het display wordt weergegeven.
Web > Instellingen > Beveiligingsinstell. > Cookies. Selecteer Toestaan om het ontvangen van cookies toe te staan of Weigeren om cookies te weigeren. Scripts via een veilige verbinding U kunt aangeven of u scripts op een beveiligde pagina wilt laten uitvoeren. De telefoon ondersteunt WML-scripts. Als u scripts wilt toestaan, selecteert u tijdens het browsen Opties > Overige opties > Beveiliging > Inst. WMLScript.
Als u wilt instellen dat de telefoon alleen dienstberichten ontvangt van door de serviceprovider goedgekeurde content-auteurs, selecteert u Berichtfilter > Aan. Selecteer Vertrwde kanalen om de lijst met goedgekeurde content-auteurs te bekijken. Als u wilt dat de browser vanuit de standby-modus automatisch wordt geactiveerd wanneer een dienstbericht wordt ontvangen, selecteert u Automat. verbinden > Aan.
verbeterde beveiliging. De aanwezigheid van een certificaat biedt op zichzelf geen enkele bescherming. De beveiliging wordt pas verbeterd als de certificaten correct, authentiek of vertrouwd zijn. Certificaten hebben een beperkte geldigheid. Als wordt aangegeven dat het certificaat is verlopen of dat het nog niet geldig is, terwijl het certificaat geldig zou moeten zijn, controleert u dan of de huidige datum en tijd van het apparaat goed zijn ingesteld.
De tekst past mogelijk niet geheel op het display. Neem daarom eerst de hele tekst door voordat u ondertekent. Selecteer het gewenste gebruikerscertificaat. Voer de ondertekenings-PIN in. Het pictogram voor digitale ondertekening verdwijnt en de dienst geeft mogelijk een bevestiging van uw aankoop weer. 18. Pc-verbinding U kunt e-mailberichten verzenden en ontvangen en verbinding maken met internet terwijl de telefoon via Bluetooth of een gegevenskabel verbonden is met een compatibele pc.
Om de NAP-dienst van de telefoon te gebruiken hoeft u geen software van de PC Suite te installeren. Zie Draadloze Bluetooth-technologie op pagina 44. ■ Toepassingen voor datacommunicatie Raadpleeg de bijbehorende documentatie voor meer informatie over het gebruik van een toepassing voor datacommunicatie. Tijdens een pc-verbinding wordt bellen met de telefoon afgeraden, omdat dit de werking kan verstoren.
metalen strips. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren wanneer u een reservebatterij in uw zak of tas hebt. Kortsluiting van de poolklemmen kan schade veroorzaken aan de batterij of aan het voorwerp waarop deze is aangesloten. De capaciteit en de levensduur van de batterij nemen af wanneer u deze op hete of koude plaatsen bewaart (zoals in een afgesloten auto in de zomer of in winterse omstandigheden). Probeer de batterij altijd te bewaren op een temperatuur tussen 15°C en 25°C (59°F en 77°F).
2. Wanneer u het hologram onder een hoek naar links, rechts, omlaag en omhoog houdt, hoort u op iedere kant respectievelijk 1, 2, 3 en 4 stippen te zien. 3. Kras aan de zijkant van het label om een 20-cijferige code zichtbaar te maken, bijvoorbeeld 12345678919876543210. Draai de batterij zo dat de cijfers rechtop staan. De 20-cijferige code moet worden gelezen te beginnen bij het cijfer op de bovenste rij, gevolgd door de onderste rij. 4.
Behandeling en onderhoud Uw apparaat is een product van toonaangevend ontwerp en vakmanschap en moet met zorg worden behandeld. De volgende tips kunnen u helpen om de garantie te behouden. • Houd het apparaat droog. Neerslag, vochtigheid en allerlei soorten vloeistoffen of vocht kunnen mineralen bevatten die corrosie van elektronische schakelingen veroorzaken. Wordt het apparaat toch nat, verwijder dan de batterij en laat het apparaat volledig opdrogen voordat u de batterij terugplaatst.
Verwijdering Het symbool van de doorgestreepte container op uw product, in de documentatie of op de verpakking wil zeggen dat binnen de Europese Unie alle elektrische en elektronische producten, batterijen en accu’s na gebruik voor gescheiden afvalverzameling moeten worden aangeboden. Bied deze producten niet aan bij het gewone huisvuil.
Aanvullende veiligheidsinformatie ■ Kleine kinderen Uw apparaat en toebehoren kunnen kleine onderdelen bevatten. Houd ze buiten het bereik van kleine kinderen. ■ Gebruiksomgeving Dit apparaat voldoet aan de richtlijnen voor blootstelling aan RF-signalen wanneer het op normale wijze tegen het oor wordt gehouden of wanneer het zich op een afstand van minimaal 1,5 centimeter (5/8 inch) van het lichaam bevindt.
• Houd het toestel bij het oor aan de andere zijde van het lichaam dan de zijde waar het medische apparaat zich bevindt, om de kans op storingen te minimaliseren. • Schakel het draadloze toestel onmiddellijk uit als er reden is om aan te nemen dat er storing plaatsvindt. • Lees en volg de aanwijzingen van de fabrikant van het geïmplanteerde medische apparaat. Raadpleeg uw zorgverlener als u vragen hebt over het gebruik van uw draadloze toestel samen met een geïmplanteerd medisch apparaat.
dergelijke plaatsen een explosie of brand veroorzaken, waardoor er gewonden of zelfs doden kunnen vallen. Schakel het apparaat uit bij benzinestations. Houd u aan de beperkingen voor het gebruik van radioapparatuur in brandstofopslagplaatsen, chemische fabrieken of op plaatsen waar met explosieven wordt gewerkt. Plaatsen met explosiegevaar worden vaak, maar niet altijd, duidelijk aangegeven.
■ Informatie over certificatie (SAR) DIT MOBIELE APPARAAT VOLDOET AAN RICHTLIJNEN VOOR BLOOTSTELLING AAN RADIOGOLVEN. Dit mobiele apparaat is een radiozender en -ontvanger. Het is zo ontworpen dat de grenzen voor blootstelling aan radiogolven die worden aanbevolen door internationale richtlijnen niet worden overschreden.
Index A aansluiting voor de lader 16 accessoires. Zie toebehoren.
E EGPRS 46 e-mailtoepassing 31 equalizer 61 F fabrieksinstellingen 53 flitsberichten 29 FM-radio 59 foto’s 56 foto’s maken 56 G galerij 54 gegevenscommunicatie 81 gegevenskabel 48 gegevensoverdracht 46 geheugen vol 30 geheugenkaart 55 geheugenkaartsleuf 16 GPRS 46 H handsfree. Zie luidspreker.
O offline-modus 20 onderdelen 15 operatormenu 54 oproep beëindigen 20 oproepen beantwoorden 22 instellingen 48 internationaal 20 opties 22 plaatsen 20 snelkeuze 21 spraakgestuurde nummerkeuze 21 weigeren 22 oproepinfo 40 oproepregister. Zie oproepinfo. organizer 62 P packetgegevens 46, 80 PC Suite 80 Pc-verbinding 80 PictBridge 48 PIN-codes 9, 14 plug-en-play-dienst 14 polsband 15 POP3 31 profielen 41 PTT (Push to Talk) 65 PTT. Zie PTT (Push to Talk).
V visitekaartjes 39 volumetoets 16 W wachtfunctie 22 web 73 wekker 62 wireless markup language (WML) 74 X XHTML 74 Z zoomtoets 16