Gebruikshandleiding

24
Specificaties
Belichting
Lichtmetingsysteem DDL-lichtmeting met behulp van beeldsensor
Lichtmetingsstand
•
Matrixmeting
•
Centrumgerichte meting: Gegeven gewicht
van 75% voor een cirkel van 12 mm in het
midden van het beeld; weging kan ook op
basis van het gemiddelde van het gehele
beeld
•
Spotmeting: Meet een cirkel van 4 mm
(ongeveer 1,5% van het beeld) gecentreerd op
het geselecteerde scherpstelpunt
•
Op hoge lichten gerichte lichtmeting
Bereik
–3–+17 LW
* Cijfers zijn voor ISO 100 en f/2.0 objectief bij
20 °C
Stand
•
b
: Automatisch, P: automatisch programma
met flexibel programma, S:
sluitertijdvoorkeuze, A: diafragmavoorkeuze,
M: handmatig
•
U1, U2 en U3: standen gebruikersinstellingen
Belichtingscorrectie
–5–+5 LW (kies uit stapgroottes van
1
/
3
en
1
/
2
LW) beschikbaar in standen P, S, A en M
Belichtingsvergren-
deling
Lichtwaarde vergrendeld bij gedetecteerde
waarde
ISO-gevoeligheid
(aanbevolen
belichtingsindex)
ISO 100–51200 (kies uit stapgroottes van
1
/
3
en
1
/
2
LW); kan ook worden ingesteld op ca. 0,3, 0,5,
0,7 of 1 LW (ISO 50 equivalent) onder ISO 100 of
tot ca. 0,3, 0,5, 0,7 of 1 LW (ISO 102400
equivalent) boven ISO 51200; automatische
instelling ISO-gevoeligheid beschikbaar
Actieve D-Lighting
Automatisch, Extra hoog, Hoog, Normaal, Laag
en Uit