Operation Manual
20
Image Authentication Software gebruiken
Terug naar eerste pagina
Verifi catie van authenticiteit 3/6
Beelden in een submap verifi ëren
Wanneer mappen ter verifi catie zijn geselecteerd in de standaardinstellingen, worden beelden in submappen
ook geverifi eerd. Of de beelden in submappen al dan niet worden geverifi eerd, kunt u als volgt instellen: klik
op het menu Tools (Extra) om Options... (Opties...) weer te geven en schakel in het dialoogvenster dat ver-
schijnt het selectievakje voor Search Subfolders (Submappen doorzoeken) wel of niet in.
Beeldmappen met werkbalk of menu selecteren om te verifi ëren
Naast de methode van het slepen en neerzetten van beeldbestanden (of –mappen) is er een methode waarbij
Choose Image Folder (Beeldmap kiezen) op de werkbalk wordt gebruikt en een methode waarbij Choose
Image Folder... (Beeldmap kiezen...) in het menu File (Bestand) wordt gebruikt.
Als u een van de laatste methoden gebruikt, wordt het dialoogvenster Browse for Folder (Zoeken naar map)
weergegeven. Selecteer de map met de beelden die u wilt verifi ëren. Wanneer u deze methoden gebruikt,
kunt u alleen mappen selecteren om deze te verifi ëren (u kunt geen bestanden selecteren).
Verifi eerbare bestandsindelingen
Met Image Authentication Software kunnen drie bestandsindelingen worden geverifi eerd: .JPG, .TIF en .NEF.
Gegevens in een andere bestandsindeling kunnen niet worden geverifi eerd en kunnen niet worden weerge-
geven in het weergavegebied voor de verifi catieresultaten.
Beelden die gelijktijdig in RAW(NEF) en JPEG zijn opgeslagen
Beelden die gelijktijdig in RAW en JPEG zijn opgeslagen, worden als afzonderlijke bestanden behandeld en de
verifi catieresultaten worden ook afzonderlijk weergegeven.
Bestandsnamen
Wijziging van de bestandsnaam is niet van invloed op de authenticiteit.