DIGITALE CAMERA Menugids Deze handleiding geeft een gedetailleerde beschrijving van de menuopties en verschaft informatie over accessoires en het aansluiten van de camera op andere apparaten.
Inhoudsopgave Menugids 10 Standaardinstellingen ..................................................................... 10 D Het weergavemenu: Beelden beheren ................................... 20 Wissen .................................................................................................... 21 Weergavemap..................................................................................... 21 Beeld verbergen .................................................................................
Beeldkwaliteit ...................................................................................... 46 Beeldformaat ....................................................................................... 47 NEF (RAW)-opname ........................................................................... 48 ISO-gevoeligheid instellen.............................................................. 49 Witbalans...............................................................................................
Picture Control instellen.................................................................. 63 Picture Control beheren .................................................................. 63 Actieve D-Lighting............................................................................. 63 Hoge ISO-ruisonderdrukk. .............................................................. 64 Flikkerreductie .................................................................................... 64 Microfoongevoeligheid .......
b: Lichtmeting/belichting....................................................................83 b1: Stapgrootte ISO-gevoeligh...................................................... 83 b2: Stapgrootte inst. belichting .................................................... 83 b3: Stap belichtings-/flitscorr......................................................... 83 b4: Eenv. belichtingscorrectie........................................................ 84 b5: Matrixmeting .........................................
e: Bracketing/flits.................................................................................... 93 e1: Flitssynchronisatiesnelheid ..................................................... 93 e2: Langste sluitertijd bij flits ......................................................... 94 e3: Belichtingscorr. voor flitser...................................................... 94 e4: Autom inst ISO-gevoeligheid M.............................................. 95 e5: Testflits..................................
B Het setup-menu: Camera-instellingen ................................... 124 Geheugenkaart formatteren ....................................................... 125 Taal (Language)................................................................................ 125 Tijdzone en datum .......................................................................... 126 Monitorhelderheid.......................................................................... 127 Kleurbalans monitor....................................
Wi-Fi ..................................................................................................... 147 Bluetooth ........................................................................................... 148 Netwerk .............................................................................................. 148 Uploaden via Eye-Fi........................................................................ 149 Conformiteitsmarkering ...............................................................
Technische opmerkingen 184 Belichtingsprogramma ................................................................. 184 Verbindingen .................................................................................. 185 ViewNX-i installeren ............................................................................... 185 Foto’s naar de computer kopiëren.................................................... 186 Ethernet en draadloze netwerken.....................................................
Menugids Standaardinstellingen De standaardinstellingen voor de opties in de cameramenu’s worden hieronder vermeld. ❚❚ Standaardinstellingen weergavemenu Optie Weergavemap (0 21) Controlebeeld (0 28) Na wissen (0 28) Na serieopname toon (0 29) Automatische beeldrotatie (0 29) Draai portret (0 30) Diashow (0 30) Beeldtype Beeldinterval 10 Menugids Standaard Alle Uit Toon volgende Laatste beeld in serieopname Aan Aan Foto's en films 2 sec.
❚❚ Standaardinstellingen foto-opnamemenu Optie Uitgebreide fotomenubanken (0 36) Opslagmap (0 36) Naam wijzigen Map selecteren op nummer Naamgeving bestanden (0 39) Eerste sleuf selecteren (0 40) Functie tweede sleuf (0 40) Flitserregeling (0 41) Flitserregelingsstand Opties voor draadloos flitsen Regeling secundaire flitser Kies beeldveld (0 45) Beeldkwaliteit (0 46) Beeldformaat (0 47) JPEG/TIFF NEF (RAW) NEF (RAW)-opname (0 48) NEF (RAW)-compressie NEF (RAW)-bitdiepte ISO-gevoeligheid instellen (0 49) IS
Optie Picture Control instellen (0 51) Kleurruimte (0 52) Actieve D-Lighting (0 53) Ruisonderdr. lange tijdopname (0 53) Hoge ISO-ruisonderdrukk. (0 54) Vignetteringscorrectie (0 54) Autom. vertekeningscorrectie (0 55) Flikkerreductie (0 55) Flikkerreductie-instelling Aanduiding voor flikkerreductie Inst. voor autom. bracketing (0 56) Meervoudige belichting (0 56) * Stand voor meerv. belichting Aantal opnamen Beeld-op-beeld HDR (hoog dynam.
❚❚ Standaardinstellingen filmopnamemenu Optie Naamgeving bestanden (0 60) Bestemming (0 60) Kies beeldveld (0 60) Beeldformaat/beeldsnelheid (0 61) Filmkwaliteit (0 61) ISO-gevoeligheid instellen (0 62) ISO-gevoeligheid (stand M) Auto ISO-gevoeligh. (st. M) Maximale gevoeligheid Witbalans (0 63) Fijnafstelling Kies kleurtemperatuur Handmatige voorinstelling Picture Control instellen (0 63) Actieve D-Lighting (0 63) Hoge ISO-ruisonderdrukk.
❚❚ Standaardinstellingen menu Persoonlijke instellingen Optie a1 Selectie AF-C-prioriteit (0 73) a2 Selectie AF-S-prioriteit (0 74) a3 Focus-tracking met Lock-On (0 75) AF-reactie bij geblokk. onderw. Beweging van onderwerp a4 3D-tracking met gezichtsherken. (0 76) a5 Detectiegebied voor 3D-tracking (0 76) a6 Aantal scherpstelpunten (0 76) a7 Opslaan per stand (0 77) a8 AF-activering (0 78) Ontspan. als niet is scherpgest.
Optie b7 Fijnafst. voor opt. belichting (0 85) Matrixmeting Centrumgerichte meting Spotmeting Op hoge lichten gerichte lichtm. c1 AE-vergrend. ontspanknop (0 86) c2 Stand-by-timer (0 86) c3 Zelfontspanner (0 87) Vertraging zelfontspanner Aantal opnamen Interval tussen opnamen c4 Monitor uit (0 87) Weergave Menu's Informatiescherm Controlebeeld Livebeeld d1 Opnamesnelheid CL-stand (0 88) d2 Max. aant. continu-opn.
Optie Flitssynchronisatiesnelheid (0 93) Langste sluitertijd bij flits (0 94) Belichtingscorr.
Optie f4 Functie instelschijven inst. (0 111) Rotatie omkeren Verwissel hoofd/secundair f5 f6 f7 f8 f9 f10 g1 Instellen diafragma Menu's en weergave Door beelden met sec. inst.sch. Multi-selector (0 114) Knop loslaten voor instelsch.
❚❚ Standaardinstellingen setup-menu Optie Tijdzone en datum (0 126) Synchroniseren m. smartapparaat Zomertijd Monitorhelderheid (0 127) Menu's/weergave Livebeeld Kleurbalans monitor (0 128) Informatiescherm (0 130) Beeldsensor reinigen (0 133) Reinigen bij aan-/uitzetten Signaal (0 141) Volume Toonhoogte Aanraakbediening (0 142) Aanraakbediening in-/uitschak. Vegen in schermvull.
Optie Locatiegegevens (0 143) Downloaden van smartapparaat Opties extern GPS-apparaat Stand-by-timer Klok instellen via satelliet Opties draadl. afstandsbed. (WR) (0 144) LED-lamp Verbindingsmethode Fn-knop afstandsb. (WR) toew. (0 145) Vliegtuigmodus (0 145) Verzenden n. smartapp. (autom.
D Het weergavemenu: Beelden beheren Druk op G en selecteer de (weergavemenu)-tab K om het weergavemenu weer te geven. G-knop Optie Wissen Weergavemap Beeld verbergen Weergaveopties Beeld(en) kopiëren Controlebeeld 0 21 21 22 23 24 28 Optie Na wissen Na serieopname toon Automatische beeldrotatie Draai portret Diashow Sel. v. verzending n. smartappar. A Zie ook De standaardinstellingen van het menu staan vermeld op pagina 10.
Wissen G-knop ➜ D weergavemenu Wis meerdere beelden. Optie Q R Selectie Alle Beschrijving Wis geselecteerde foto’s. Wis alle foto’s in de map die momenteel is geselecteerd voor weergave. Als er twee kaarten zijn geplaatst, kunt u de kaart selecteren waarvan foto’s worden gewist. Weergavemap G-knop ➜ D weergavemenu Kies een map voor weergave. Optie (Mapnaam) Alle Huidige Beschrijving Foto’s in alle mappen aangemaakt met de D500 zijn zichtbaar tijdens weergave.
Beeld verbergen G-knop ➜ D weergavemenu Verberg of toon geselecteerde foto’s, zoals hieronder beschreven. Verborgen foto’s zijn alleen zichtbaar in het menu Beeld verbergen en kunnen alleen worden gewist door de geheugenkaart te formatteren. D Beveiligde en verborgen beelden Bij het tonen van een beveiligd beeld wordt tevens de beveiliging van het beeld verwijderd. 1 Kies Selecteren/instellen.
3 Druk op J. Druk op J om de bewerking te voltooien. J -knop Weergaveopties G-knop ➜ D weergavemenu Kies de informatie beschikbaar in het scherm voor weergave van foto-informatie. Druk op 1 of 3 om een optie te markeren, druk vervolgens op 2 om de optie voor het foto-informatiescherm te selecteren. Een L verschijnt naast geselecteerde items; markeer een item en druk op 2 om de selectie ongedaan te maken. Druk op J om naar het weergavemenu terug te keren.
Beeld(en) kopiëren G-knop ➜ D weergavemenu Kopieer foto’s van de ene naar de andere geheugenkaart. Deze optie is alleen beschikbaar wanneer twee geheugenkaarten in de camera zijn geplaatst. Optie Bron selecteren Beeld(en) selecteren Doelmap selecteren Beeld(en) kopiëren? Beschrijving Kies de kaart waarvan foto’s worden gekopieerd. Selecteer te kopiëren foto’s. Selecteer doelmap op overgebleven kaart. Kopieer geselecteerde foto’s naar gespecificeerde bestemming. 1 Kies Bron selecteren.
3 Kies Beeld(en) selecteren. Markeer Beeld(en) selecteren en druk op 2. 4 Selecteer de bronmap. Markeer de map met de beelden die gekopieerd moeten worden en druk op 2. 5 Maak de beginselectie. Voordat verder wordt gegaan met het selecteren of deselecteren van afzonderlijke beelden, kunt u alle beelden of alle beveiligde beelden in de map voor kopiëren markeren door Alle beelden selecteren of Beveiligde beelden select. te kiezen.
7 Kies Doelmap selecteren. Markeer Doelmap selecteren en druk op 2. 8 Selecteer een doelmap. Om een mapnummer in te voeren, kies Map selecteren op nummer, voer het nummer (0 37) in en druk op J. Als de map met het geselecteerde nummer nog niet bestaat, wordt een nieuwe map aangemaakt. Om uit een lijst met bestaande mappen te kiezen, kies Map selecteren in lijst, markeer een map en druk op J. 9 Kopieer de beelden. Markeer Beeld(en) kopiëren? en druk op J.
D Beelden kopiëren Beelden worden niet gekopieerd als er onvoldoende ruimte beschikbaar is op de doelkaart. Zorg ervoor dat de accu volledig opgeladen is alvorens films te kopiëren. Als de doelmap een beeld bevat met dezelfde naam als één van de te kopiëren beelden, wordt er een bevestigingsvenster weergegeven.
Controlebeeld G-knop ➜ D weergavemenu Kies of foto’s direct na de opname automatisch in de monitor worden weergegeven. Als Uit is geselecteerd, kunnen foto’s alleen worden weergegeven door op de K-knop te drukken. Na wissen G-knop ➜ D weergavemenu Kies de foto weergegeven nadat een beeld is gewist. S T U Optie Toon volgende Beschrijving Geef de volgende foto weer. Als de gewiste foto het laatste beeld was, wordt de vorige foto weergegeven. Geef de vorige foto weer.
Na serieopname toon G-knop ➜ D weergavemenu Kies of de foto die onmiddellijk wordt weergegeven nadat een serie opnamen is gemaakt in continue stand, de eerste of de laatste opname in de serie is. Deze optie treedt alleen in werking wanneer Controlebeeld (0 28) uit is. Meest recente opname (serieopname) DSC_0001.jpg DSC_0002.jpg DSC_0003.jpg DSC_0004.jpg DSC_0014.jpg Wordt weergegeven als Eerste beeld in serieopname is geselecteerd DSC_0015.
Draai portret G-knop ➜ D weergavemenu Als Aan is geselecteerd, worden foto’s die “staand” (portretstand) zijn gemaakt met Aan geselecteerd voor Automatische beeldrotatie automatisch gedraaid voor weergave in de monitor. Foto’s gemaakt met Uit geselecteerd voor Automatische beeldrotatie worden “liggend” (landschapstand) weergegeven. Omdat de camera zich al in de juiste richting bevindt tijdens het fotograferen, worden beelden niet automatisch gedraaid tijdens controlebeeld.
Markeer Starten en druk op J om de diashow te starten. De volgende bewerkingen kunnen tijdens de diashow worden uitgevoerd: Functie Druk op Naar vorig/volgend beeld bladeren Wijzig of verberg weergegeven fotoinformatie (alleen foto’s). Extra foto-informatie bekijken Pauzeren J Volume verhogen/ verlagen X/W (M) Terug naar weergavemenu Terug naar weergavestand G Terug naar opnamestand Beschrijving Druk op 4 om naar het vorige beeld terug te keren, op 2 om naar het volgende beeld te gaan.
Sel. v. verzending n. smartappar. G-knop ➜ D weergavemenu Selecteer foto’s voor uploaden naar het smartapparaat. Films kunnen niet worden geselecteerd voor uploaden. Optie Beschrijving Beeld(en) selecteren Markeer foto’s voor uploaden naar het smartapparaat. Alles deselecteren Verwijder de uploadmarkeringen van alle foto’s.
C Het foto-opnamemenu: Opnameopties Druk op G en selecteer de tab C (foto-opnamemenu) om het foto-opnamemenu weer te geven. G-knop Optie Geh.
Geh.bank foto-opnamemenu G-knop ➜ C foto-opnamemenu De opties van het foto-opnamemenu worden opgeslagen in één van de vier geheugenbanken. Met uitzondering van Uitgebreide fotomenubanken, Meervoudige belichting, Intervalopname en aanpassingen aan Picture Controls (snel aanpassen en andere handmatige aanpassingen), hebben instellingen die zijn gewijzigd in één bank geen invloed op de overige banken.
A Geh.bank foto-opnamemenu Het bedieningspaneel en de informatieschermen tonen het huidige geheugenbank foto-opnamemenu. A Zie ook Belichtings- en flitsstanden, sluitertijd en diafragma kunnen aan de geheugenbank foto-opnamemenu’s worden toegevoegd met behulp van de optie Uitgebreide fotomenubanken in het foto-opnamemenu (0 36).
Uitgebreide fotomenubanken G-knop ➜ C foto-opnamemenu Selecteer Aan om belichtings- en flitsstanden, sluitertijd (alleen standen S en M) en diafragma (alleen standen A en M) toe te voegen aan de informatie die is opgenomen in elk van de vier geheugenbank foto-opnamemenu’s, welke kunnen worden opgeroepen wanneer de geheugenbank is geselecteerd. Door Uit te selecteren, worden de van kracht zijnde waarden hersteld voordat Aan werd geselecteerd.
❚❚ Map selecteren op nummer Om mappen op nummer te selecteren of om een nieuwe map te creëren met de huidige mapnaam en een nieuw mapnummer: 1 Kies Map selecteren op nummer. Markeer Map selecteren op nummer en druk op 2. Het dialoogvenster rechts wordt weergegeven met de huidige eerste sleuf onderstreept. 2 Kies een mapnummer. Druk op 4 of 2 om een getal te markeren, druk op 1 of 3 om te wijzigen.
❚❚ Map selecteren in lijst Om uit een lijst met bestaande mappen te kiezen: 1 Kies Map selecteren in lijst. Markeer Map selecteren in lijst en druk op 2. 2 Markeer een map. Druk op 1 of 3 om een map te markeren. 3 Selecteer de gemarkeerde map. Druk op J om de gemarkeerde map te selecteren. De erop volgende foto’s worden in de geselecteerde map opgeslagen. D Map- en bestandsnummers Als de huidige map nummer 999 heeft en 999 foto’s of een foto met het nummer 9.
Naamgeving bestanden G-knop ➜ C foto-opnamemenu Foto’s worden opgeslagen met een bestandsnaam die bestaat uit “DSC_” of, in het geval van afbeeldingen die Adobe RGB kleurruimte gebruiken (0 52), “_DSC”, gevolgd door een getal van vier cijfers en een extensie van drie letters (bijv. “DSC_0001.JPG”). De optie Naamgeving bestanden wordt gebruikt om drie letters te selecteren die het gedeelte “DSC” van de bestandsnaam vervangen.
Eerste sleuf selecteren G-knop ➜ C foto-opnamemenu Kies de eerste sleuf voor opname en weergave. Selecteer XQDkaartsleuf om de kaart in de XQD-kaartsleuf als hoofdkaart aan te wijzen, SD-kaartsleuf om de SD-kaart te kiezen. Functie tweede sleuf G-knop ➜ C foto-opnamemenu Kies de functie van de hoofdkaart en tweede kaart wanneer twee geheugenkaarten in de camera zijn geplaatst.
Flitserregeling G-knop ➜ C foto-opnamemenu Kies de flitserregelingsstand voor optionele flitsers die op de accessoireschoen van de camera zijn gemonteerd en pas de instellingen aan voor fotografie met de flitser los van de camera.
• Handmatig met afstandsprioriteit: Kies de afstand tot het onderwerp; flitssterkte wordt automatisch aangepast. Flitscorrectie is ook beschikbaar. • Handmatig: Kies de flitssterkte handmatig. • Stroboscopisch flitsen: De flitser flitst herhaaldelijk terwijl de sluiter open is, zodat een meervoudig belichtingseffect wordt geproduceerd. Kies het flitsniveau (Sterkte), het aantal keren dat de flitsers flitsen (Aantal) en het aantal keren dat de flitser per seconde flitst (Frequentie, gemeten in Hertz).
❚❚ Opties voor draadloos flitsen Pas instellingen aan voor gelijktijdige draadloze bediening van meerdere secundaire flitsers. Deze optie is alleen beschikbaar wanneer een SB-5000- of SB-500-flitser, of een WR-R10 draadloze afstandsbediening op de camera is bevestigd. Optie Beschrijving De secundaire flitsers worden geregeld met behulp van lageintensiteit flitsen die worden afgegeven door de hoofdflitser.
❚❚ Regeling secundaire flitser Kies uit de volgende opties voor secundaire flitserfotografie. Optie Beschrijving Kies een afzonderlijke flitserregelingsstand en flitssterkte voor elke groep secundaire flitsers. Als Optische AWL of Optische/ Groepsflitsen radio-AWL is geselecteerd voor Opties voor draadloos flitsen (0 43), kunt u het kanaal kiezen dat wordt gebruikt door de hoofdflitser om met secundaire flitsers te communiceren. Kies voor regeling van algehele flitssterkte. Gebruik Opties snelle draadl.
❚❚ Info secundaire flitsers via radio Bekijk de flitsers die momenteel worden geregeld met behulp van radio-AWL wanneer Radio-AWL is geselecteerd voor Opties voor draadloos flitsen. Kies beeldveld G-knop ➜ C foto-opnamemenu Kies beeldveld DX (24×16) of 1,3× (18×12). Optie a Z Beschrijving Foto’s worden vastgelegd bij beeldveld 23,5 × 15,7 mm (DX-formaat). Foto’s worden vastgelegd bij beeldveld 18,0 × 12,0 mm, 1,3× (18×12) waardoor een tele-effect wordt geproduceerd zonder objectieven te verwisselen.
Beeldkwaliteit G-knop ➜ C foto-opnamemenu Kies een bestandsformaat en compressieverhouding (beeldkwaliteit). Optie Bestandstype NEF (RAW) NEF NEF (RAW) + JPEG Fijn★/NEF (RAW) + JPEG Fijn NEF (RAW) + JPEG Normaal★/NEF (RAW) + JPEG Normaal NEF (RAW) + JPEG Basis★/NEF (RAW) + JPEG Basis JPEG Fijn★/ JPEG Fijn JPEG Normaal★/ JPEG Normaal JPEG Basis★/ JPEG Basis TIFF (RGB) 46 Menugids Beschrijving RAW-gegevens van de beeldsensor worden zonder extra bewerking opgeslagen.
A JPEG-compressie Beeldkwaliteitsopties met een sterretje (“★”) gebruiken compressie die is bedoeld om maximale kwaliteit te waarborgen; de grootte van de bestanden verschilt per scène. Opties zonder een sterretje gebruiken een type compressie die is ontworpen om kleinere bestanden te produceren; bestanden hebben ruwweg dezelfde grootte, ongeacht de opgenomen scène. Beeldformaat G-knop ➜ C foto-opnamemenu Kies de grootte, in pixels, van foto’s opgenomen met de camera.
NEF (RAW)-opname G-knop ➜ C foto-opnamemenu Kies een compressietype en bitdiepte voor NEF (RAW)-foto’s. ❚❚ NEF (RAW)-compressie Optie N O Beschrijving NEF-afbeeldingen worden gecomprimeerd met Compressie zonder behulp van een omkeerbaar algoritme, waarbij de verlies bestandsgrootte ongeveer 20–40% wordt verkleind zonder dat dit invloed heeft op de beeldkwaliteit.
ISO-gevoeligheid instellen G-knop ➜ C foto-opnamemenu Pas instellingen voor ISO-gevoeligheid aan voor foto’s. Optie ISO-gevoeligheid Autom inst ISOgevoeligheid Beschrijving Pas ISO-gevoeligheid aan. Selecteer uit waarden tussen ISO 100 en 51200. Instellingen van ongeveer 0,3 tot 1 LW onder ISO 100 en 0,3 tot 5 LW boven ISO 51200 zijn ook beschikbaar voor speciale omstandigheden.
Witbalans G-knop ➜ C foto-opnamemenu Kies een witbalans die bij de lichtbron past. Optie v Automatisch Wit behouden (minder warme kl.) Normaal Kleur warm licht behouden J I Witbalans wordt automatisch aangepast. Gebruik type G-, E- of D-objectieven voor de beste resultaten. Als een optionele flitser flitst, worden resultaten overeenkomstig aangepast. Gloeilamplicht Gebruik bij gloeilampverlichting. Tl-licht Gebruik met: • Natriumdamplampen (te vinden bij sportevenementen).
Picture Control instellen G-knop ➜ C foto-opnamemenu Kies hoe nieuwe foto’s worden verwerkt. Selecteer overeenkomstig het scènetype of uw eigen creatieve wensen. Optie Q Standaard R Neutraal S Levendig T Monochroom o Portret p Landschap q Gelijkmatig Beschrijving Standaardbewerking voor evenwichtige resultaten. Aanbevolen voor de meeste situaties. Minimale bewerking voor natuurlijke resultaten. Kies voor foto’s die later uitgebreid zullen worden bewerkt of geretoucheerd.
Picture Control beheren G-knop ➜ C foto-opnamemenu Eigen Picture Controls creëren. Optie Beschrijving Creëer een nieuwe eigen Picture Control op basis van een Opslaan/ bestaande voorinstelling of eigen Picture Control, of bewerk bewerken bestaande eigen Picture Controls. Naam wijzigen Wijzig de naam van een geselecteerde Picture Control. Wissen Wis een geselecteerde Picture Control.
Actieve D-Lighting G-knop ➜ C foto-opnamemenu Behoud details in hoge lichten en schaduwen, zodat foto’s met een natuurlijk contrast worden gecreëerd. Optie Automatisch Extra hoog Hoog Normaal Laag Uit Beschrijving De camera past automatisch Actieve D-Lighting aan overeenkomstig de opnameomstandigheden. Kies het niveau voor Actieve D-Ligthing. Actieve D-Lighting uit. Ruisonderdr.
Hoge ISO-ruisonderdrukk. G-knop ➜ C foto-opnamemenu Foto’s die bij hoge ISO-gevoeligheden zijn gemaakt, kunnen worden bewerkt om “ruis” te verminderen. Optie Hoog Normaal Laag Uit Beschrijving Verminder ruis (willekeurige heldere pixels), voornamelijk in foto’s gemaakt bij hoge ISO-gevoeligheden. Kies uit Hoog, Normaal en Laag voor de hoeveelheid ruisonderdrukking die wordt uitgevoerd.
Autom. vertekeningscorrectie G-knop ➜ C foto-opnamemenu Selecteer Aan om tonvormige vertekening in foto’s gemaakt met groothoekobjectieven en kussenvormige vervorming in foto’s gemaakt met lange objectieven te verminderen (merk op dat de randen van het zichtbare gedeelte in de zoeker mogelijk uit de definitieve foto worden gesneden en dat de benodigde tijd voor het verwerken van foto’s voordat het opnemen begint kan toenemen).
Inst. voor autom. bracketing G-knop ➜ C foto-opnamemenu Kies de instelling of instellingen met bracketing wanneer automatische bracketing in werking is. Kies AE & flits (j) om zowel belichting als flitssterkte-bracketing uit te voeren, Alleen AE (k) voor enkel bracketing van de belichting, Alleen flits (l) om alleen flitssterkte-bracketing uit te voeren, Witbalansbracketing (m) om witbalansbracketing uit te voeren of ADL-bracketing (y) om bracketing met behulp van Actieve D-Lighting uit te voeren.
HDR (hoog dynam. bereik) G-knop ➜ C foto-opnamemenu Hoog dynamisch bereik (High Dynamic Range (HDR)) wordt gebruikt voor onderwerpen met een hoog contrast en behoudt details in hoge lichten en schaduwen door twee opnamen te combineren die bij verschillende belichtingen zijn vastgelegd. Optie Beschrijving • 0 Aan (reeks): Maak een reeks HDR-foto’s. Selecteer Uit om normaal fotograferen te hervatten. HDR-stand • Aan (één foto): Maak één HDR-foto. • Uit: Sluit af zonder extra HDR-foto’s te maken.
Intervalopname G-knop ➜ C foto-opnamemenu Maak foto’s bij het geselecteerde interval totdat het gespecificeerde aantal opnamen is opgenomen. Selecteer een andere ontspanstand dan zelfontspanner (E) bij het gebruik van de intervaltimer. Optie Beschrijving Start intervalopname na 3 sec. (Nu geselecteerd voor Startopties) of bij een geselecteerde datum en tijd Starten (Startdatum en starttijd kiezen). De opname wordt voortgezet bij het geselecteerde interval tot alle opnamen zijn gemaakt.
1 Het filmopnamemenu: Filmopnameopties Druk op G en selecteer de tab 1 (filmopnamemenu) om het filmopnamemenu weer te geven. G-knop Optie Filmopnamemenu terugzetten Naamgeving bestanden Bestemming Kies beeldveld Beeldformaat/beeldsnelheid Filmkwaliteit ISO-gevoeligheid instellen Witbalans Picture Control instellen 0 60 60 60 60 61 61 62 63 63 0 Optie Picture Control beheren Actieve D-Lighting Hoge ISO-ruisonderdrukk.
Filmopnamemenu terugzetten G-knop ➜ 1 filmopnamemenu Markeer Ja en druk op J om de filmopnamemenu-opties terug te zetten naar haar standaardwaarden (0 13). Naamgeving bestanden G-knop ➜ 1 filmopnamemenu Kies het drieletterige voorvoegsel gebruikt voor benaming van de beeldbestanden waarin films worden opgeslagen. Het standaardvoorvoegsel is “DSC” (0 39). Bestemming G-knop ➜ 1 filmopnamemenu Kies de sleuf waarin films worden opgenomen.
Beeldformaat/beeldsnelheid G-knop ➜ 1 filmopnamemenu Kies het filmbeeldformaat (in pixels) en beeldsnelheid. r s t Optie 1 3840 × 2160 (4K UHD); 30p 2 3840 × 2160 (4K UHD); 25p 2 3840 × 2160 (4K UHD); 24p 2 Maximale bitsnelheid (Mbps) (★ hoge kwaliteit/ normaal) Maximumlengte 144 y/y 1920 × 1080; 60p z/z 1920 × 1080; 50p 1/1 1920 × 1080; 30p 2/2 1920 × 1080; 25p 3/3 1920 × 1080; 24p 4/4 1280 × 720; 60p 5/5 1280 × 720; 50p 48/24 29 min. 59 sec.
ISO-gevoeligheid instellen G-knop ➜ 1 filmopnamemenu Pas de volgende ISOgevoeligheidsinstellingen aan. • ISO-gevoeligheid (stand M): Kies de ISOgevoeligheid voor belichtingsstand M uit waarden tussen ISO 100 en Hi 5. Automatische instelling ISO-gevoeligheid wordt gebruikt in andere belichtingsstanden. • Auto ISO-gevoeligh. (st. M): Selecteer Aan voor automatische instelling ISO-gevoeligheid in belichtingsstand M, Uit om de waarde geselecteerd voor ISO-gevoeligheid (stand M) te gebruiken.
Witbalans G-knop ➜ 1 filmopnamemenu Kies een witbalans voor films (0 50). Selecteer Zelfde als foto-instellingen om de momenteel geselecteerde optie voor foto’s te gebruiken. Picture Control instellen G-knop ➜ 1 filmopnamemenu Kies een Picture Control voor films (0 51). Selecteer Zelfde als foto-instellingen om de momenteel geselecteerde optie voor foto’s te gebruiken. Picture Control beheren G-knop ➜ 1 filmopnamemenu Creëer eigen Picture Controls (0 52).
Hoge ISO-ruisonderdrukk. G-knop ➜ 1 filmopnamemenu Verminder “ruis” (willekeurige heldere pixels), in films opgenomen bij hoge ISO-gevoeligheden (0 54). Flikkerreductie G-knop ➜ 1 filmopnamemenu Verminder flikkeringen en bandvorming bij het maken van opnamen onder tl-verlichting en kwikdamplampen tijdens livebeeld of filmopnamen. Kies Automatisch om de camera automatisch de juiste frequentie te laten kiezen, of zoek handmatig naar de frequentie van het lokale lichtnet.
Microfoongevoeligheid G-knop ➜ 1 filmopnamemenu Schakel de ingebouwde of externe microfoons (0 204) in of uit of pas de microfoongevoeligheid aan. Kies Automatische gevoeligheid om gevoeligheid automatisch aan te passen, Microfoon uit om geluidsopname uit te schakelen; om microfoongevoeligheid handmatig te selecteren, selecteer Handmatige gevoeligheid en kies een gevoeligheid. A Het pictogram 2 2 wordt schermvullend weergegeven en filmweergave als de film zonder geluid werd opgenomen.
Onderdrukking windruis G-knop ➜ 1 filmopnamemenu Selecteer Aan om het laagafvalfilter voor de ingebouwde microfoon in te schakelen (optionele stereomicrofoons worden niet beïnvloed), waardoor ruis geproduceerd door wind die over de microfoon blaast, wordt verminderd (merk op dat ook andere geluiden kunnen worden beïnvloed). Onderdrukking van de windruis voor optionele stereomicrofoons die deze functie ondersteunen kan worden ingeschakeld of uitgeschakeld met behulp van de microfoonbediening.
A Persoonlijke instellingen: Fijnafstelling camera-instellingen Druk op G en selecteer de tab A (menu Persoonlijke instellingen) om het menu Persoonlijke instellingen weer te geven. G-knop Gebruik Persoonlijke instellingen om de camera-instellingen aan individuele voorkeuren aan te passen. Groepen Persoonlijke Hoofdmenu Geheugenbank pers. inst.
De volgende Persoonlijke instellingen zijn beschikbaar: a a1 a2 a3 a4 a5 a6 a7 a8 a9 a10 a11 a12 a13 b b1 b2 b3 b4 b5 b6 b7 Persoonlijke instelling Geheugenbank pers. inst. Autofocus Selectie AF-C-prioriteit Selectie AF-S-prioriteit Focus-tracking met Lock-On 3D-tracking met gezichtsherken. Detectiegebied voor 3D-tracking Aantal scherpstelpunten Opslaan per stand AF-activering Selectie AF-veldst. beperken Autofocusstand beperken Doorloop scherpstelpunt Opties voor scherpstelpunt Handm.
Persoonlijke instelling c c1 c2 c3 c4 d d1 d2 d3 d4 d5 d6 d7 d8 d9 d10 e e1 e2 e3 e4 e5 e6 e7 Timers/AE-vergrendeling AE-vergrend. ontspanknop Stand-by-timer Zelfontspanner Monitor uit Opnemen/weergeven Opnamesnelheid CL-stand Max. aant. continu-opn.
Persoonlijke instelling f f1 f2 f3 f4 f5 f6 f7 f8 f9 f10 g g1 Bediening Aangepaste knoptoewijzing Centrale knop multi-selector Sltertijd en diafragma vergr. Functie instelschijven inst. Multi-selector Knop loslaten voor instelsch. Aanduidingen omkeren Opties voor livebeeldknop Schakelaar D Knoppen MB-D17 toewijzen Film Aangepaste knoptoewijzing * Alleen beschikbaar voor objectieven die dit item ondersteunen.
Geheugenbank pers. inst. G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Persoonlijke instellingen worden opgeslagen in één van de vier geheugenbanken. Wijzigingen aan de instellingen in één geheugenbank zijn niet van invloed op de andere geheugenbanken. Om een combinatie van veelgebruikte instellingen op te slaan, selecteer één van de vier banken en stel de camera in op deze instellingen.
❚❚ Standaardinstellingen herstellen Markeer, om standaardinstellingen te herstellen, een bank in het menu Geheugenbank pers. inst. en druk op O (Q). Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven; markeer Ja en druk op J om de standaardinstellingen voor de geselecteerde geheugenbank te herstellen O (Q)-knop (0 14). A Zie ook De standaardinstellingen van het menu staan vermeld op pagina 14.
a: Autofocus a1: Selectie AF-C-prioriteit G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Wanneer AF-C is geselecteerd voor zoekerfotografie, regelt deze optie of foto’s kunnen worden vastgelegd wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt (ontspanprioriteit) of alleen zodra de camera is scherpgesteld (focusprioriteit). Optie G B E F Beschrijving Bij elke druk op de ontspanknop kunnen foto’s Ontspannen worden gemaakt. Zelfs als de camera niet heeft scherpgesteld, kunnen er foto’s worden gemaakt.
a2: Selectie AF-S-prioriteit G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Wanneer AF-S is geselecteerd voor zoekerfotografie, regelt deze optie of foto’s alleen worden gemaakt wanneer de camera heeft scherpgesteld (scherpstelprioriteit) of telkens wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt (ontspanprioriteit). Optie G F Beschrijving Bij elke druk op de ontspanknop kunnen foto’s worden gemaakt. Er kunnen alleen foto’s worden gemaakt zodra de Scherpstelling scherpstelaanduiding (I) wordt weergegeven.
a3: Focus-tracking met Lock-On G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Deze optie bepaalt hoe autofocus aanpassingen maakt bij veranderingen in de afstand tot het onderwerp wanneer AF-C is geselecteerd tijdens zoekerfotografie. ❚❚ AF-reactie bij geblokk. onderw. Kies hoe snel scherpstelling reageert zodra iets voorbijkomt tussen het onderwerp en de camera. Kies uit waarden tussen 5 (Vertraagd) en 1 (Snel).
a4: 3D-tracking met gezichtsherken. G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Kies of de camera gezichten detecteert en op gezichten scherpstelt zodra 3D-tracking is geselecteerd voor AF-veldstand. a5: Detectiegebied voor 3D-tracking G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen In 3D-tracking volgt de camera onderwerpen die het geselecteerde scherpstelpunt verlaten en selecteert nieuwe scherpstelpunten zoals vereist terwijl de ontspanknop half wordt ingedrukt.
a7: Opslaan per stand G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Kies of afzonderlijke scherpstelpunten worden geselecteerd voor de stand landschap (liggend), de portretstand (staand) met de camera 90° rechtsom gedraaid en voor de portretstand met de camera 90° linksom gedraaid. Selecteer Uit om dezelfde scherpstelpunten en AF-veldstand te gebruiken, ongeacht de cameraoriëntatie.
Kies Scherpstelpunt om afzonderlijke selectie van het scherpstelpunt in te schakelen, of Scherpstelpunt en AF-veldst. om afzonderlijke selectie van zowel het scherpstelpunt als de AF-veldstand in te schakelen.
a9: Selectie AF-veldst. beperken G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Kies de AF-veldstanden die kunnen worden geselecteerd met behulp van de AF-standknop en secundaire instelschijf in zoekerfotografie (livebeeld wordt niet beïnvloed). Markeer de gewenste standen en druk op 2 om te selecteren of de selectie ongedaan te maken. Druk op J om de wijzigingen op te slaan zodra de instellingen zijn voltooid.
a11: Doorloop scherpstelpunt G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Kies of selectie van het scherpstelpunt “doorloopt” van de ene rand van de zoeker naar de andere. Optie Beschrijving De selectie van het scherpstelpunt loopt van boven w q naar beneden en weer naar boven, en van links naar rechts Doorloop en weer naar links.
a12: Opties voor scherpstelpunt G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Kies uit de volgende opties voor scherpstelpuntweergave. Optie Beschrijving Kies Aan om het actieve scherpstelpunt weer te geven in Handmatige handmatige scherpstelstand, Uit om het scherpstelpunt scherpstelstand alleen tijdens scherpstelpuntselectie weer te geven. Hulp bij Kies Aan om zowel het geselecteerde scherpstelpunt als de dynamisch omliggende scherpstelpunten in de stand dynamisch veldveld-AF AF weer te geven.
a13: Handm. scherpstelring in AF-st. G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Dit item wordt alleen weergegeven voor objectieven die dit ondersteunen. Door Inschakelen te selecteren, kan de scherpstelring van het objectief worden gebruikt voor handmatige scherpstelling wanneer de camera zich in autofocusstand bevindt. Houd, na het half indrukken van de ontspanknop om scherp te stellen, de knop half ingedrukt en pas de scherpstelling aan met behulp van de scherpstelring.
b: Lichtmeting/belichting b1: Stapgrootte ISO-gevoeligh. G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Selecteer de stappen gebruikt bij het maken van aanpassingen aan ISO-gevoeligheid. Indien mogelijk wordt de instelling voor de huidige ISO-gevoeligheid behouden wanneer de stapgrootte wordt gewijzigd. Als de huidige instelling voor ISO-gevoeligheid niet beschikbaar is bij de nieuwe stapgrootte, dan wordt ISOgevoeligheid afgerond op de eerstkomende beschikbare instelling. b2: Stapgrootte inst.
b4: Eenv. belichtingscorrectie G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Deze optie regelt of de E-knop nodig is om belichtingscorrectie in te stellen. Indien Aan (automat. herstellen) of Aan is geselecteerd, zal de 0 in het midden van de belichtingsweergave knipperen, zelfs wanneer de belichtingscorrectie is ingesteld op ±0. Optie Beschrijving Belichtingscorrectie wordt ingesteld door aan één van de instelschijven te draaien (zie onderstaande opmerking).
b5: Matrixmeting G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Kies U Gezichtsherkenning aan om gezichtsherkenning in te schakelen bij het vastleggen van portretten met matrixmeting tijdens zoekerfotografie. b6: Centrumgericht meetveld G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Kies de grootte van het gebied waaraan het meeste gewicht wordt toegewezen in centrumgerichte meting. Als een objectief zonder CPU is bevestigd, wordt de grootte van het beeld vastgesteld op 8 mm. b7: Fijnafst. voor opt.
c: Timers/AE-vergrendeling c1: AE-vergrend. ontspanknop G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Kies of de belichting vergrendelt zodra de ontspanknop wordt ingedrukt. Optie O P Beschrijving Het half indrukken van de ontspanknop Aan (half indrukken) vergrendelt de belichting. De belichting vergrendelt alleen terwijl de Aan (serieopname) ontspanknop volledig wordt ingedrukt. Het indrukken van de ontspanknop vergrendelt Uit niet de belichting.
c3: Zelfontspanner G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Kies de lengte van de ontspanknopvertraging, het aantal gemaakte opnamen en het interval tussen opnamen in de zelfontspannerstand. • Vertraging zelfontspanner: Kies de lengte van de ontspanknopvertraging. • Aantal opnamen: Druk op 1 en 3 om het aantal gemaakte opnamen te kiezen telkens wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt. • Interval tussen opnamen: Kies het interval tussen opnamen wanneer het Aantal opnamen meer dan 1 is.
d: Opnemen/weergeven d1: Opnamesnelheid CL-stand G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Kies de maximale beeldsnelheid in stand CL (continu lage snelheid). d2: Max. aant. continu-opn. G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Het maximum aantal opnamen dat achter elkaar kan worden gemaakt in één serieopname in de continue stand kan worden ingesteld op een waarde tussen 1 en 200.
d4: Opties synchroon ontspannen G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Kies of de sluiters op de secundaire camera’s worden gesynchroniseerd met de sluiter op de hoofdcamera bij het gebruik van een optionele draadloze afstandsbediening in gesynchroniseerde ontspanstand. d5: Belichtingsvertragingsstand G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen In situaties waarin de minste camerabeweging foto’s onscherp kan maken, selecteer 1 sec., 2 sec. of 3 sec.
d7: Opeenvolgende nummering G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Wanneer u een foto maakt, geeft de camera het bestand een naam door het laatst gebruikte bestandsnummer met één te verhogen. Deze optie regelt of de bestandsnummering doorgaat vanaf het laatst gebruikte nummer wanneer een nieuwe map wordt gemaakt, de geheugenkaart wordt geformatteerd of een nieuwe geheugenkaart in de camera wordt geplaatst.
D Opeenvolgende nummering Als de huidige map nummer 999 heeft en 999 foto’s of een foto met het nummer 9.999 bevat, wordt de ontspanknop uitgeschakeld en kunnen er geen foto’s meer worden gemaakt (bovendien kan het maken van filmopnamen worden uitgeschakeld als de huidige map nummer 999 heeft en het volgende bestand 992 foto’s of een bestand met het nummer 9.992 of hoger bevat).
A Knopverlichting T-knop Y-knop U-knop I-knop Aanwijzer keuzeknop ontspanstand K-knop G-knop L (Z/Q)-knop X-knop O (Q)-knop W (M)-knop J-knop d10: Optische VR G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Dit item wordt alleen weergegeven voor objectieven die dit ondersteunen. Het selecteren van Aan schakelt vibratiereductie in, welke in werking treedt zodra de ontspanknop half wordt ingedrukt. Selecteer Uit om vibratiereductie uit te schakelen.
e: Bracketing/flits e1: Flitssynchronisatiesnelheid G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Deze optie regelt flitssynchronisatiesnelheid. Optie Beschrijving Automatische snelle FP-synchronisatie wordt gebruikt wanneer een compatibele flitser bevestigd is. Als andere flitsers worden gebruikt, wordt de sluitertijd ingesteld op 1 /250 sec. Wanneer de camera een sluitertijd van 1/250 sec. toont in belichtingsstand P of A, wordt automatische snelle 1/250 sec.
e2: Langste sluitertijd bij flits G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Deze optie bepaalt de langst mogelijke sluitertijd bij synchronisatie op het eerste of tweede gordijn of rode-ogenreductie in de belichtingsstanden automatisch programma en diafragmavoorkeuze (ongeacht de gekozen instelling kunnen sluitertijden op een waarde van maximaal 30 sec.
e4: Autom inst ISO-gevoeligheid M G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Kies de referentie die wordt gebruikt om de belichting in te stellen wanneer een flitser met automatische instelling voor ISOgevoeligheid wordt gebruikt. Optie e Onderwerp en achtergrond f Alleen onderwerp Beschrijving De camera houdt zowel rekening met het hoofdonderwerp als de achtergrondverlichting bij het aanpassen van de ISO-gevoeligheid.
e6: Auto bracketing (stand M) G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Deze optie bepaalt welke instellingen worden beïnvloed wanneer AE & flits of Alleen AE is geselecteerd voor de optie Inst. voor autom. bracketing in het foto-opnamemenu in handmatige belichtingsstand. Optie F G H I Beschrijving De camera varieert sluitertijd (Alleen AE) of sluitertijd en flitssterkte (AE & flits).
f: Bediening f1: Aangepaste knoptoewijzing G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Kies de functies toegewezen aan camerabedieningen, afzonderlijk gebruikt of in combinatie met de instelschijven.
A “Indrukken” en “Indrukken + instelschijven” Bepaalde functies kunnen niet gelijktijdig worden toegewezen aan zowel de functies “indrukken” en “indrukken + commando” voor sommige bedieningen.
0 v x V 8 S Matrixmeting ✔ ✔ — — ✔ — Centrumgerichte meting ✔ ✔ — — ✔ — Spotmeting ✔ ✔ — — ✔ — Op hoge lichten gerichte lichtm. ✔ ✔ — — ✔ — Rasterweergave in zoeker ✔ ✔ — — ✔ — Virtuele horizon in zoeker ✔ ✔ — — ✔ — Selectie synchroon ontspannen ✔ ✔ — — ✔ ✔ MIJN MENU ✔ ✔ ✔ — ✔ — Bovenste optie in MIJN MENU ✔ ✔ ✔ — ✔ — Weergave ✔ ✔ — — ✔ — Score — — ✔ — — — Middelste scherpstelp. select.
De volgende opties zijn beschikbaar: Optie A K Vooringest. scherpstelpunt AF-veldstand q AF-veldstand + AF-ON q Voorbeeld r Flitswaardevergrendeling 100 Menugids Beschrijving Het indrukken van de bedieningsknop selecteert een vooringesteld scherpstelpunt. Om het punt te kiezen, selecteer het en druk op de bediening terwijl op de AF-standknop wordt gedrukt totdat het scherpstelpunt knippert.
B C D E F A h 1 Optie Beschrijving AE/ Scherpstelling en belichting vergrendelen terwijl AF-vergrendeling de bedieningsknop wordt ingedrukt. De belichting vergrendelt terwijl de AE-vergrendeling bedieningsknop wordt ingedrukt. De belichting vergrendelt zodra de bedieningsknop wordt ingedrukt en blijft AE-vergr. (herstel vergrendeld totdat voor een tweede maal op de na ontspan.) bedieningsknop wordt gedrukt, de sluiter wordt ontspannen of de stand-by-timer afloopt.
Optie 4 L M N t b ! Beschrijving Als momenteel een JPEG-optie is geselecteerd voor beeldkwaliteit, wordt “RAW” weergegeven in het bedieningspaneel en wordt een NEF (RAW)-kopie opgenomen bij de eerstvolgende foto gemaakt nadat op de bedieningsknop is gedrukt (de oorspronkelijke beeldinstelling wordt hersteld + NEF (RAW) wanneer u uw vinger van de ontspanknop haalt).
Optie c % 3 K c J K Beschrijving Wanneer een optionele draadloze afstandsbediening is aangesloten, kan de bedieningsknop worden gebruikt om tussen extern ontspannen en hoofdcamera of gesynchroniseerd ontspannen te schakelen.
A Virtuele horizon Het indrukken van een bedieningsknop waaraan Virtuele horizon in zoeker is toegewezen, geeft kantelen- en rollenaanduidingen in de zoeker weer. Druk de bedieningsknop nogmaals in om de aanduidingen uit de weergave te wissen.
❚❚ Indrukken + instelschijven Markeer, om de functies uitgevoerd door de volgende bedieningsknoppen in combinatie met de instelschijven te kiezen, de gewenste optie en druk op de centrale knop van de multiselector: 1 Pv-knop + y w Fn1-knop + y 9 Midden secundaire selector + y n BKT-knop + y Q Filmopnameknop + y * * Kies de functie uitgevoerd door de filmopnameknop in combinatie met de instelschijven wanneer de livebeeldselector naar C wordt gedraaid.
De volgende functies kunnen aan deze bedieningsknoppen worden toegewezen: Optie J $ v w y z n v t $ 2 1 w 9 n Q Kies beeldveld ✔ ✔ ✔ — Sltertijd en diafragma vergr. ✔ ✔ ✔ — ✔ ✔ 1 stap sluitertijd/diafragma ✔ ✔ — — — Nr. object. zonder CPU kiezen ✔ ✔ ✔ — — Actieve D-Lighting ✔ ✔ — — — Belichtingsvertragingsstand ✔ ✔ — — — Geh.
Optie w y z n v t $ 2 Beschrijving Druk op de bedieningsknop en draai aan een instelschijf om een objectiefnummer te kiezen dat is opgegeven met behulp van de optie Objectief zonder CPU (0 132). Druk op de bedieningsknop en draai aan de Actieve instelschijven om Actieve D-Lighting aan te passen D-Lighting (0 53). Druk op de bedieningsknop en draai aan een Belichtingsverinstelschijf om een belichtingsvertragingsstand tragingsstand (0 89) te kiezen. Druk op de bedieningsknop en draai aan een Geh.
❚❚ Secundaire selector Om de functie uitgevoerd door de secundaire selector te kiezen, markeer 7 Secundaire selector en druk op de centrale knop van de multi-selector. De secundaire selector kan worden gebruikt voor scherpstelpuntselectie (x Scherpstelpunt selecteren) of om de functie uitgevoerd door de multi-selector (Y Zelfde als multiselector) te dupliceren.
f2: Centrale knop multi-selector G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Deze optie bepaalt de functie toegewezen aan de centrale knop van de multi-selector tijdens zoekerfotografie, weergave en livebeeld (door op de centrale knop van de multi-selector te drukken, wordt ongeacht het selecteren van deze optie, een film beeldvullend weergegeven als filmweergave wordt gestart).
❚❚ Weergavestand Optie n o p u Functie toegewezen aan centrale knop van multi-selector Schakel tussen schermvullende en Miniatuur aan/uit miniatuurweergave. In zowel schermvullende weergave als Histogrammen miniatuurweergave wordt een histogram weergeven weergegeven terwijl de centrale knop van de multiselector wordt ingedrukt. Schakel tussen schermvullende of miniatuurweergave en zoomweergave. Kies de begininstelling voor zoom uit Lage zoom (50%), Zoom aan/uit 1 : 1 (100%) en Hoge zoom (200%).
f3: Sltertijd en diafragma vergr. G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Het selecteren van Aan voor Sluitertijdvergrendeling vergrendelt sluitertijd bij de waarde die momenteel is geselecteerd in stand S of M. Het selecteren van Aan voor Diafragmavergrendeling vergrendelt diafragma bij de waarde die momenteel is geselecteerd in stand A of M. Sluitertijd- en diafragmavergrendeling zijn niet beschikbaar in stand P. f4: Functie instelschijven inst.
Optie Verwissel hoofd/ secundair Instellen diafragma 112 Menugids Beschrijving • Belichtingsinstelling: Als Uit is geselecteerd, regelt de hoofdinstelschijf sluitertijd en de secundaire instelschijf diafragma. Als Aan is geselecteerd, regelt de hoofdinstelschijf diafragma en de secundaire instelschijf sluitertijd. Als Aan (A-stand) is geselecteerd, wordt de hoofdinstelschijf gebruikt om diafragma alleen in belichtingsstand A in te stellen.
Optie Beschrijving Als Uit is geselecteerd, wordt de multi-selector gebruikt om de foto te kiezen die wordt weergegeven tijdens schermvullende weergave, om miniaturen te markeren en om in menu’s te navigeren. Als Aan of Aan (geen controlebeeld) is geselecteerd, kan de hoofdinstelschijf worden gebruikt om de foto te kiezen die tijdens schermvullende weergave wordt getoond, om de cursor in de miniatuurweergave naar links of naar rechts te verplaatsen en om de menuselectiebalk omhoog of omlaag te verplaatsen.
f5: Multi-selector G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Als Stand-by-timer herstarten is geselecteerd, worden bij het bedienen van de multi-selector wanneer de stand-by-timer afloopt de meters geactiveerd en wordt de stand-by-timer gestart. Als Niets doen is geselecteerd, wordt de timer niet gestart wanneer u op de multi-selector drukt. f6: Knop loslaten voor instelsch.
f7: Aanduidingen omkeren G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Als (W) is geselecteerd, worden de belichtingsaanduidingen in het bedieningspaneel, de zoeker en het informatiescherm weergegeven met negatieve waarden links en positieve waarden rechts. Selecteer (V) om positieve waarden links en negatieve waarden rechts weer te geven.
f10: Knoppen MB-D17 toewijzen G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Deze optie is beschikbaar wanneer een optioneel MB-D17 multifunctionele battery pack is bevestigd. Kies de functies toegewezen aan bedieningen van de MB-D17, afzonderlijk gebruikt of in combinatie met de instelschijven. MB-D17 Fn-knop MB-D17 AF-ON-knop Multi-selector MB-D17 ❚❚ Fn-knop Kies de functie die wordt uitgevoerd door het indrukken van de Fnknop op het battery pack.
❚❚ Fn-knop+ y Kies de functie die wordt uitgevoerd door het indrukken van de Fnknop op het battery pack en draaien aan de instelschijf. Zie de sectie “Indrukken + instelschijven” voor Persoonlijke instelling f1 (Aangepaste knoptoewijzing) op pagina 105 voor meer informatie. J $ v w y z 1 2 3 4 Kies beeldveld Sltertijd en diafragma vergr. 1 stap sluitertijd/diafragma Nr. object. zonder CPU kiezen Actieve D-Lighting n 9 v E w Belichtingsvertragingsstand Geh.
❚❚ Multi-selector De multi-selector op de battery pack kan worden gebruikt voor scherpstelpuntselectie (x Scherpstelpunt selecteren) of om de functie uitgevoerd door de multi-selector van de camera (Y Zelfde als multi-selector op camera te dupliceren; merk op dat u in dit geval Info HF/Weergave EG voor Foto-informatie/ weergave kunt selecteren om de functie van de knoppen om te keren, zodat het indrukken van de selector omhoog of omlaag extra beelden weergeeft en het indrukken van de selector links of recht
g: Film g1: Aangepaste knoptoewijzing G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen Kies de functies toegewezen aan camerabedieningen, individueel gebruikt of in combinatie met de instelschijven, wanneer de livebeeldselector naar 1 wordt gedraaid in livebeeld.
De volgende functies kunnen aan deze bedieningsknoppen worden toegewezen: 0 v x 8 G Motorges. diafragma (openen) ✔ — — — Motorges.
Optie i Belichtingscorrectie + h Belichtingscorrectie – r Indexmarkering s Foto-opnameinfo tonen B AE/ AF-vergrendeling C AE-vergrendeling E AE-vergrendeling (vast) F AF-vergrendeling C Foto's maken Beschrijving Belichtingscorrectie neemt toe terwijl de Pv-knop wordt ingedrukt. Gebruik in combinatie met Persoonlijke instelling g1 (Aangepaste knoptoewijzing) > Fn1-knop > Belichtingscorrectie – voor knopgestuurde diafragma-aanpassing.
Optie 1 Films opnemen Geen Beschrijving Druk de ontspanknop half in om livebeeld te starten. U kunt vervolgens de ontspanknop half indrukken om scherp te stellen (enkel autofocusstand) en druk deze volledig in om de opname te starten of te eindigen. De ontspanknop kan niet voor andere doeleinden worden gebruikt terwijl de livebeeldselector naar 1 is gedraaid. Om filmlivebeeld te beëindigen, druk op de a-knop.
❚❚ Indrukken + instelschijven Markeer, om de functies uitgevoerd door de volgende bedieningsknoppen in combinatie met de instelschijven te kiezen, een optie en druk op de centrale knop van de multi-selector: 1 Pv-knop + y w Fn1-knop + y 9 Midden secundaire selector + y Door op deze bedieningsknoppen te drukken en aan de instelschijf te draaien kunnen de volgende functies worden uitgevoerd: Optie J Kies beeldveld Geen Beschrijving Bij een filmbeeldformaat van 1.920 × 1.
B Het setup-menu: Camera-instellingen Om het setup-menu weer te geven, druk op G en selecteer de tab B (setup-menu).
Optie Ontspannen bij geen kaart Instellingen opslaan/laden 0 154 155 0 Optie 158 158 Alle instellingen terugzetten Firmwareversie * Niet beschikbaar wanneer de accu bijna leeg is. A Zie ook De standaardinstellingen van het menu staan vermeld op pagina 18. Geheugenkaart formatteren G-knop ➜ B setup-menu Om met formatteren te beginnen, kies een geheugenkaartsleuf en selecteer Ja.
Tijdzone en datum G-knop ➜ B setup-menu Wijzig tijdzones, stel de cameraklok in, synchroniseer de klok met de klok op een smartapparaat, kies de weergavevolgorde voor de datum en schakel zomertijd in of uit. Optie Beschrijving Kies een tijdzone. De cameraklok wordt automatisch Tijdzone ingesteld op de tijd in de nieuwe tijdzone. Datum en tijd Stel de cameraklok in.
Monitorhelderheid G-knop ➜ B setup-menu Druk op 1 of 3 om de helderheid van de monitor te kiezen. Kies hogere waarden om de helderheid te verhogen en lagere waarden om de helderheid te verlagen. De helderheid kan afzonderlijk worden aangepast voor: • Menu’s/weergave: Pas de helderheid van de menu-, informatie en weergaveschermen aan. • Livebeeld: Pas de helderheid van het livebeeldscherm aan.
Kleurbalans monitor G-knop ➜ B setup-menu Gebruik de multi-selector zoals hieronder afgebeeld om de kleurbalans van de monitor aan te passen met verwijzing naar een voorbeeldfoto. De voorbeeldfoto is de laatst gemaakte foto of, in weergavestand, de laatst weergegeven foto; om een ander beeld te kiezen, druk op de W (M)-knop en selecteer een beeld uit een miniaturenlijst (om het gemarkeerde beeld schermvullend te bekijken, houd X ingedrukt).
Virtuele horizon G-knop ➜ B setup-menu Geef informatie voor rollen en kantelen weer op basis van de kantelsensor van de camera. Als de camera noch naar links noch naar rechts is gekanteld, kleurt de referentielijn voor rollen groen; als de camera noch naar voren noch naar achteren is gekanteld, kleurt de stip in het midden van de weergave groen. Elke schaalverdeling is gelijk aan 5°.
Informatiescherm G-knop ➜ B setup-menu Als Automatisch (AUTO) is geselecteerd, verandert de kleur van de letters in het informatiescherm automatisch van zwart in wit of van wit in zwart om te zorgen voor voldoende contrast met de achtergrond. Om altijd dezelfde kleur letters te gebruiken, selecteer Handmatig en kies Donker op licht (B; zwarte letters) of Licht op donker (W; witte letters). De helderheid van de monitor wordt automatisch aangepast voor een maximaal contrast met de geselecteerde tekstkleur.
AF-fijnafstelling G-knop ➜ B setup-menu Verfijn de scherpstelling voor maximaal 20 objectieftypen. Gebruik alleen indien vereist; AF-fijnafstelling wordt in de meeste situaties afgeraden en kan hinderen bij normale scherpstelling. Automatische fijnafstelling is beschikbaar in livebeeld.
D Livebeeldfotografie Afstelling wordt niet toegepast op autofocus livebeeldfotografie. A Automatische fijnafstelling Automatische fijnafstelling is beschikbaar in livebeeld.
Beeldsensor reinigen G-knop ➜ B setup-menu Vuil of stof dat de camera binnendringt bij het verwisselen van objectieven of als de bodydop is verwijderd, kan zich aan de beeldsensor hechten en uw foto’s beïnvloeden. De optie Beeldsensor reinigen laat de sensor trillen om stof te verwijderen. Optie Nu reinigen Beschrijving Voer onmiddellijke reiniging van de beeldsensor uit. • 5 Reinigen bij aanzetten: De beeldsensor wordt automatisch gereinigd telkens wanneer de camera wordt ingeschakeld.
Stof-referentiefoto G-knop ➜ B setup-menu Verzamel referentiegegevens voor de optie Stofverwijdering in Capture NX-D (raadpleeg de online helpfunctie van Capture NX-D voor meer informatie). Stofverwijdering kan niet worden gebruikt voor kleine of middelgrote NEF (RAW)-afbeeldingen. Stof-referentiefoto is alleen beschikbaar als er een CPU-objectief op de camera is bevestigd. Een objectief met een brandpuntsafstand van minimaal 50 mm wordt aanbevolen.
2 Kadreer een egaal wit voorwerp in de zoeker. Houd het objectief op circa tien cm afstand van een goed verlicht, egaal wit voorwerp. Kadreer het voorwerp zodanig dat het de zoeker vult en druk vervolgens de ontspanknop half in. In autofocusstand wordt automatisch scherpgesteld op oneindig; in de handmatige scherpstelstand moet de scherpstelling handmatig op oneindig worden ingesteld. 3 Verzamel referentiegegevens voor stofverwijdering.
D Reiniging beeldsensor Referentiegegevens voor stofverwijdering opgenomen vóór uitvoering van beeldsensorreiniging, kunnen niet worden gebruikt voor foto’s gemaakt nadat reiniging van de beeldsensor is uitgevoerd. Selecteer Sensor reinigen en dan starten alleen als de referentiegegevens voor stofverwijdering niet worden gebruikt met bestaande foto’s.
Copyrightinformatie G-knop ➜ B setup-menu Voeg copyrightinformatie toe aan nieuwe foto’s op het moment dat ze worden gemaakt. Copyrightinformatie is opgenomen in de opnamegegevens die worden getoond in het fotoinformatiescherm en kan in ViewNX-i of in Capture NX-D als metadata worden bekeken. De volgende opties zijn beschikbaar: • Fotograaf: Voer de naam van een fotograaf in, zoals beschreven op pagina 39. De naam van de fotograaf kan maximaal 36 tekens bevatten.
IPTC G-knop ➜ B setup-menu IPTC-voorinstellingen kunnen op de camera worden aangemaakt en worden toegevoegd aan nieuwe foto’s, zoals hieronder beschreven. U kunt ook IPTCvoorinstellingen laden die op een geheugenkaart zijn opgeslagen met behulp van Preset Manager-software, gratis te downloaden vanaf: http://downloadcenter.nikonimglib.com/ Zie de online helpfunctie voor instructies over het gebruik van de software.
❚❚ Voorinstellingen toevoegen Markeer Autom. insluiten tijdens opn. en druk op 2 om een voorinstelling aan alle nieuwe foto’s toe te voegen. Een lijst met voorinstellingen wordt weergegeven; markeer een voorinstelling en druk op J (om toevoegen uit te schakelen, selecteer Uit).
A IPTC-informatie IPTC is een standaard die tot stand is gebracht door de International Press Telecommunications Council (IPTC) met als doel het duidelijk maken en vereenvoudigen van de informatie die is vereist wanneer foto’s met verschillende publicaties worden gedeeld. De camera ondersteunt alleen standaard Romeinse alfanumerieke tekens; andere tekens worden niet juist weergegeven, behalve op een computer.
Signaal G-knop ➜ B setup-menu Kies de toonhoogte en het volume van het signaal dat klinkt wanneer de camera scherpstelt met behulp van enkelvoudige servo-AF (AF-S), wanneer scherpstelling vergrendelt tijdens livebeeldfotografie terwijl de ontspantimer aftelt in de zelfontspannerstand, wanneer de ontspanknop nogmaals wordt ingedrukt tijdens fotografie met opgeklapte spiegel, wanneer timelapse-fotografie eindigt of het aanraakscherm wordt gebruikt voor toetsenbordinvoer (0 39).
Aanraakbediening G-knop ➜ B setup-menu Pas de aanraakbedieningsinstellingen voor de monitor aan. ❚❚ Aanraakbediening in-/uitschak. Schakel de aanraakbediening in of uit. ❚❚ Vegen in schermvull. weergave Kies het gebaar dat wordt gebruikt om het volgende beeld in schermvullende weergave weer te geven: een veeg van rechts naar links of een veeg van links naar rechts. HDMI G-knop ➜ B setup-menu Pas instellingen aan voor aansluiting op HDMI-apparaten (0 195).
Locatiegegevens G-knop ➜ B setup-menu Pas de gebruiksinstellingen voor locatiegegevens aan wanneer de camera met een GPS- of smartapparaat is verbonden. Optie Beschrijving Selecteer Ja om locatiegegevens van het smartapparaat te downloaden en ze toe te voegen aan foto’s gemaakt in de Downloaden komende twee uur. Als de camera zowel met een van smartapparaat als een GPS-apparaat is verbonden, worden smartapparaat locatiegegevens van het GPS-apparaat gedownload.
Opties draadl. afstandsbed. (WR) G-knop ➜ B setup-menu Pas instellingen aan voor optionele WR-R10 draadloze afstandsbedieningen en voor optionele radio-gestuurde flitsers die Geavanceerde draadloze flitssturing ondersteunen. ❚❚ LED-lamp Schakel de status-LED’s op een op de camera bevestigde WR-R10 draadloze afstandsbediening in of uit. Zie voor meer informatie de documentatie die is meegeleverd met de draadloze afstandsbediening.
A De WR-R10 draadloze afstandsbediening De WR-R10 verbindt de camera met behulp van een WR-A10-adapter. Controleer of de firmware voor de WR-R10 is bijgewerkt naar de nieuwste versie. Voor informatie over firmware-updates, zie de Nikon-website voor uw regio. Fn-knop afstandsb. (WR) toew. G-knop ➜ B setup-menu Kies de functie uitgevoerd door de Fn-knop op optionele draadloze afstandsbedieningen die zijn uitgerust met een Fn-knop.
Verbinden met smartapparaat G-knop ➜ B setup-menu Pas instellingen aan voor verbinding met smartapparaten. Optie Starten Beschrijving Volg de instructies op het scherm om verbinding te maken met het smartapparaat. Kies een wachtwoord voor smartapparaatverbindingen en schakel Wachtwoordbeveiliging wachtwoordbeveiliging in of uit. Zie pagina 39 voor informatie over het invoeren van wachtwoorden.
Verzenden n. smartapp. (autom.) G-knop ➜ B setup-menu Als Aan is geselecteerd, worden nieuwe foto’s automatisch naar het smartapparaat geüpload (als de camera op dit moment niet is verbonden met het smartapparaat, dan worden de foto’s gemarkeerd voor uploaden en geüpload zodra de eerstvolgende keer een draadloze verbinding tot stand wordt gebracht). Films worden niet geüpload. A Uploadmarkering Niet meer dan 1.000 foto’s kunnen gelijktijdig worden gemarkeerd voor uploaden.
Bluetooth G-knop ➜ B setup-menu Pas instellingen aan voor Bluetooth-verbindingen met smartapparaten. Optie Beschrijving Netwerkverbinding Schakel Bluetooth in of uit. Gekoppelde Bekijk gekoppelde apparaten. apparaten Selecteer Uit om draadloze transmissies op te schorten Verzenden indien wanneer de camera is uitgeschakeld of de stand-by-timer uitgeschakeld afloopt.
Uploaden via Eye-Fi G-knop ➜ B setup-menu Deze optie wordt alleen weergegeven wanneer een Eye-Figeheugenkaart (apart verkrijgbaar bij uw winkelier) in de camera is geplaatst. Kies Inschakelen om foto’s naar een vooraf geselecteerde bestemming te uploaden. Merk op er geen foto’s worden geüpload als de signaalsterkte ontoereikend is. Selecteer, alvorens foto’s te uploaden via Eye-Fi, Uitschakelen voor Vliegtuigmodus (0 145) en Bluetooth > Netwerkverbinding (0 148).
Wanneer een Eye-Fi-kaart is geplaatst, wordt de status aangeduid door een pictogram in het informatiescherm: • j: Uploaden via Eye-Fi uitgeschakeld. • k: Uploaden via Eye-Fi ingeschakeld maar geen foto’s beschikbaar voor uploaden. • l (statisch): Uploaden via Eye-Fi ingeschakeld; bezig met wachten tot uploaden begint. • l (animatie): Uploaden via Eye-Fi ingeschakeld; bezig met uploaden gegevens. • m: Fout — camera kan Eye-Fi-kaart niet bedienen.
MB-D17 batterijen G-knop ➜ B setup-menu Om ervoor te zorgen dat de camera naar verwachting functioneert wanneer het optionele MB-D17 multifunctionele battery pack met AA-batterijen wordt gebruikt, moet de optie geselecteerd in dit menu overeenkomen met het type batterijen dat in het battery pack is geplaatst. U hoeft deze optie niet te wijzigen bij het gebruik van EN-EL15a/EN-EL15- of EN-EL18b/EN-EL18a/EN-EL18-accu’s.
Batterijvolgorde G-knop ➜ B setup-menu Kies of eerst de accu in de camera of de batterijen in het battery pack worden gebruikt wanneer een optioneel MB-D17 multifunctionele battery pack is bevestigd. Merk op dat als de MB-D17 wordt gevoed door een optionele lichtnetadapter en stroomaansluiting, de lichtnetadapter zal worden gebruikt, ongeacht de geselecteerde optie. Een w-pictogram wordt in het bedieningspaneel van de camera weergegeven wanneer de batterijen in de MB-D17 in gebruik zijn.
Batterij-informatie G-knop ➜ B setup-menu Bekijk informatie over de accu die momenteel in de camera is geplaatst. Item Lading Beschrijving Het huidige accuniveau wordt uitgedrukt in percentages. Het aantal malen dat de sluiter werd ontspannen met de huidige accu sinds de accu voor het laatst werd opgeladen. Aantal opn. Merk op dat de camera de sluiter soms ontspant zonder een opname te maken, bijvoorbeeld bij het meten van de witbalansvoorinstelling.
A Het MB-D17 multifunctionele battery pack De weergave voor de MB-D17 wordt rechts getoond. In het geval van EN-EL18b/EN-EL18a/ EN-EL18-accu’s toont de weergave of kalibratie is vereist. Als AA-batterijen worden gebruikt, wordt het batterijniveau aangeduid door een batterijniveaupictogram; andere items worden niet weergegeven.
Instellingen opslaan/laden G-knop ➜ B setup-menu Selecteer Instellingen opslaan om de volgende instellingen op de geheugenkaart of op de geheugenkaart in de eerste kaartsleuf op te slaan als er twee geheugenkaarten zijn geplaatst (indien de geheugenkaart vol is, wordt een fout weergegeven). Gebruik deze optie om instellingen met andere D500-camera’s te delen.
Menu Foto-opname (alle banken) Filmopname 156 Menugids Optie Witbalans (met fijnafstelling en voorinstellingen d-1– d-6) Picture Control instellen (Eigen Picture Controls worden als Standaard opgeslagen) Kleurruimte Actieve D-Lighting Ruisonderdr. lange tijdopname Hoge ISO-ruisonderdrukk. Vignetteringscorrectie Autom. vertekeningscorrectie Flikkerreductie Inst. voor autom.
Menu Optie Persoonlijke instellingen (alle Alle Persoonlijke instellingen geheugenbanken) Taal (Language) Tijdzone en datum (behalve Datum en tijd en Synchroniseren m. smartapparaat) Informatiescherm Objectief zonder CPU Beeldsensor reinigen Beeldcommentaar Copyrightinformatie IPTC Signaal Instellingen Aanraakbediening HDMI Locatiegegevens (behalve de optie gekozen voor Downloaden van smartapparaat) Opties draadl. afstandsbed. (WR) Fn-knop afstandsb. (WR) toew.
Instellingen opgeslagen met behulp van de D500 kunnen worden hersteld door Instellingen laden te selecteren. Merk op dat de optie Instellingen opslaan/laden alleen beschikbaar is wanneer een geheugenkaart in de camera is geplaatst, en dat de optie Instellingen laden alleen beschikbaar is als de kaart opgeslagen instellingen bevat. A Instellingen opslaan Instellingen worden in een bestand opgeslagen waarvan de naam begint met “NCSETUP” en eindigt met twee tekens die verschillen per camera.
N Het retoucheermenu: Geretoucheerde kopieën maken Druk op G en selecteer de tab N (retoucheermenu) om het retoucheermenu weer te geven. G-knop De opties in het retoucheermenu worden gebruikt om bijgesneden of geretoucheerde kopieën van bestaande foto’s te maken. Het retoucheermenu wordt alleen weergegeven wanneer een geheugenkaart met foto’s in de camera is geplaatst.
Geretoucheerde kopieën maken Om een geretoucheerde kopie te creëren: 1 Selecteer een item in het retoucheermenu. Druk op 1 of 3 om een item te markeren, op 2 om te selecteren. 2 Selecteer een foto. Markeer een foto en druk op J. Houd de X-knop ingedrukt om de gemarkeerde foto schermvullend te bekijken. Druk op W (M) en selecteer de gewenste kaart en map om afbeeldingen op andere locaties te bekijken.
3 Selecteer retoucheeropties. Raadpleeg voor meer informatie het deel voor het geselecteerde item. Druk op G om af te sluiten zonder een geretoucheerde kopie te maken. A Monitor uit De monitor schakelt uit en de bewerking wordt geannuleerd als er voor een korte periode geen acties worden uitgevoerd. Alle niet opgeslagen wijzigingen zullen verloren gaan. Kies, om de ingeschakelde tijd van de monitor te verlengen, een langere menuweergavetijd voor Persoonlijke instelling c4 (Monitor uit, 0 87).
NEF (RAW)-verwerking G-knop ➜ N retoucheermenu Maak JPEG-kopieën van NEF (RAW)-foto’s. 1 Selecteer NEF (RAW)-verwerking. Markeer NEF (RAW)-verwerking in het retoucheermenu en druk op 2 om een fotoselectievenster weer te geven waarin alleen NEF (RAW)-afbeeldingen worden weergegeven die met deze camera zijn gemaakt. 2 Selecteer een foto. Gebruik de multi-selector om een foto te markeren (houd de X-knop ingedrukt om de gemarkeerde foto in volledig scherm te bekijken).
3 Kies instellingen voor de JPEG-kopie. Pas de hieronder vermelde instellingen aan. Merk op dat witbalans en vignetteringscorrectie niet beschikbaar zijn voor meervoudige belichting of foto’s die zijn gemaakt met beeld-opbeeld en dat de belichtingscorrectie alleen kan worden ingesteld op waarden tussen –2 en +2 LW. Beeldkwaliteit (0 46) Beeldformaat (0 47) Witbalans (0 50) Belichtingscorrectie Picture Control instellen (0 51) Hoge ISO-ruisonderdrukk.
Bijsnijden G-knop ➜ N retoucheermenu Maak een uitgesneden kopie van de geselecteerde foto. De geselecteerde foto wordt weergegeven met de geselecteerde uitsnede geel weergegeven; maak een uitgesneden kopie zoals beschreven in de volgende tabel. Functie Formaat van uitsnede verkleinen Formaat van uitsnede vergroten Beeldverhouding van uitsnede wijzigen Gebruik W (M) X Draai aan de hoofdinstelschijf om de beeldverhouding te kiezen.
Formaat wijzigen G-knop ➜ N retoucheermenu Maak kleine kopieën van geselecteerde foto’s. 1 Selecteer Formaat wijzigen. Markeer Formaat wijzigen in het retoucheermenu en druk op 2 om het formaat van geselecteerde beelden te wijzigen. 2 Kies een bestemming. Als er twee geheugenkaarten zijn geplaatst, kunt u een bestemming voor de kopieën met gewijzigd formaat kiezen door Kies bestemming te markeren en op 2 te drukken (als er slechts één geheugenkaart is geplaatst, gaat u verder naar Stap 3).
3 Kies een formaat. Markeer Kies formaat en druk op 2. De rechts getoonde opties worden weergegeven; markeer een optie en druk op J. 4 Kies foto’s. Markeer Foto selecteren en druk op 2. Markeer foto’s en druk op de centrale knop van de multi-selector om te selecteren of de selectie ongedaan te maken (houd de X-knop ingedrukt om de gemarkeerde foto schermvullend te bekijken; druk op W/M om foto’s op andere locaties te bekijken). Geselecteerde foto’s worden gemarkeerd door een 8pictogram.
5 Sla de kopieën met gewijzigd formaat op. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven. Markeer Ja en druk op J om de kopieën met gewijzigd formaat op te slaan. A Kopieën met gewijzigd formaat bekijken Zoomweergave is mogelijk niet beschikbaar wanneer kopieën met gewijzigd formaat worden weergegeven.
D-Lighting G-knop ➜ N retoucheermenu D-Lighting maakt schaduwen lichter, waardoor deze functie ideaal is voor donkere foto’s of foto’s die in tegenlicht zijn gemaakt. Voor Druk op 4 of 2 om de hoeveelheid uit te voeren correctie te kiezen. Het effect kan vooraf in het bewerkingsvenster worden bekeken. Druk op J om de geretoucheerde kopie op te slaan.
Rode-ogencorrectie G-knop ➜ N retoucheermenu Deze optie wordt gebruikt om “rode ogen” te corrigeren die worden veroorzaakt door de flitser en is alleen beschikbaar voor foto’s die met de flitser zijn gemaakt. Merk op dat rode-ogencorrectie mogelijk niet altijd de verwachte resultaten oplevert en in zeer uitzonderlijke gevallen wordt toegepast op delen van het beeld waar geen rode ogen voorkomen; controleer het voorbeeld zorgvuldig alvorens verder te gaan.
Vertekeningscorrectie G-knop ➜ N retoucheermenu Maak kopieën met minder perifere vertekening. Selecteer Automatisch om de camera de vertekening automatisch te laten corrigeren en voer daarna fijnafstelling uit met behulp van de multiselector, of selecteer Handmatig om vertekening handmatig te verminderen (merk op dat Automatisch niet beschikbaar is bij foto’s gemaakt met automatische vertekeningscorrectie; zie pagina 55).
Perspectiefcorrectie G-knop ➜ N retoucheermenu Maak kopieën die de perspectiefeffecten vanaf de basis van een hoog object verminderen. Gebruik de multi-selector om het perspectief aan te passen (merk op dat hoe groter de mate van perspectiefcorrectie, hoe meer er van de randen van de foto uitgesneden wordt). De resultaten kunnen vooraf in het bewerkingsvenster worden bekeken. Druk op J om de geretoucheerde kopie op te slaan.
Filtereffecten G-knop ➜ N retoucheermenu Kies uit de volgende kleurfiltereffecten. Druk na het aanpassen van filtereffecten zoals hieronder beschreven, op J om de foto te kopiëren. Optie Skylight Warm filter 172 Menugids Beschrijving Creëert het effect van een skylightfilter, waarbij de foto minder blauw wordt. Het effect kan vooraf in de monitor worden bekeken zoals rechts getoond. Maakt een kopie met het filtereffect van warme tinten, waardoor de kopie een “warme” rode kleurzweem krijgt.
Monochroom G-knop ➜ N retoucheermenu Kopieer foto’s in Zwart-wit, Sepia of Koelblauw (blauw en wit monochroom). Bij het selecteren van Sepia of Koelblauw wordt een voorbeeld van het geselecteerde beeld weergegeven; druk op 1 om kleurverzadiging te verhogen, op 3 om te verlagen. Druk op J om een monochrome kopie te maken.
Beeld-op-beeld G-knop ➜ N retoucheermenu Beeld-op-beeld combineert twee bestaande NEF (RAW)-foto’s om er een enkele foto van te maken die apart van de originelen wordt opgeslagen. De resultaten, die gebaseerd zijn op RAW-gegevens van de beeldsensor van de camera, zijn aanmerkelijk beter dan foto’s gecombineerd in een beeldbewerkingsprogramma.
2 Selecteer het eerste beeld. Gebruik de multi-selector om de eerste foto voor beeld-op-beeld te markeren. Houd de X-knop ingedrukt om de gemarkeerde foto schermvullend te bekijken. Druk op W (M) en selecteer de gewenste kaart en map om afbeeldingen op andere locaties te bekijken. Druk op J om de gemarkeerde foto te selecteren en terug te keren naar de voorbeeldweergave. 3 Selecteer het tweede beeld. Het geselecteerde beeld verschijnt als Beeld 1.
5 Bekijk een voorbeeld van het beeldop-beeld. Om de rechts getoonde compositie als voorbeeld te bekijken, druk op 4 of 2 om de cursor in de kolom Voorbld te plaatsen, druk vervolgens op 1 of 3 om Bld>bld te markeren en druk op J (merk op dat kleuren en helderheid in het voorbeeld kunnen verschillen van het uiteindelijke beeld). Selecteer Opslaan om de over elkaar geplaatste beelden op te slaan zonder een voorbeeld weer te geven.
Film bewerken G-knop ➜ N retoucheermenu Snijd filmopnamen bij om bewerkte filmkopieën te maken of sla de geselecteerde beelden op als JPEG-foto’s. Optie 9 Kies begin-/eindpunt 4 Bewaar geselecteerd beeld Beschrijving Maak een kopie waarvan ongewenste filmopnamen zijn verwijderd. Sla een geselecteerd beeld als een JPEG-foto op. Vergelijken Vergelijk geretoucheerde kopieën met de originele foto’s.
3 Selecteer Vergelijken. Markeer Vergelijken en druk op J. 4 Vergelijk de kopie met het origineel. Opties gebruikt om een Het bronbeeld wordt links kopie te maken weergegeven en de geretoucheerde kopie rechts, waarbij de opties gebruikt om de kopie te maken bovenaan de weergave worden vermeld. Druk op 4 of 2 om tussen het bronbeeld en de geretoucheerde kopie te schakelen. Houd de X-knop ingedrukt om de Bronbeeld gemarkeerde foto schermvullend te Geretoucheerde kopie bekijken.
O Mijn Menu/m Recente Instellingen Om Mijn Menu weer te geven, druk op G en selecteer de tab O (Mijn Menu). G-knop De optie MIJN MENU kan worden gebruikt om een aangepaste lijst met opties uit de menu’s voor weergave, foto-opname, filmopname, Persoonlijke instellingen, setup en retoucheren te maken en te bewerken voor snelle toegang (maximaal 20 opties). Indien gewenst kunnen recente instellingen worden weergegeven in plaats van Mijn menu (0 183).
3 Selecteer een item. Markeer het gewenste menu-item en druk op J. 4 Bepaal de positie van het nieuwe item. Druk op 1 of 3 om het nieuwe item omhoog of omlaag te verplaatsen in Mijn Menu. Druk op J om het nieuwe item toe te voegen. 5 Voeg meer items toe. De momenteel in Mijn Menu weergegeven items worden aangeduid met een vinkje. Items aangeduid met een V-pictogram kunnen niet worden geselecteerd. Herhaal stappen 1–4 als u meer items wilt selecteren.
❚❚ Opties uit Mijn Menu verwijderen 1 Selecteer Opties verwijderen. Markeer, in Mijn Menu (O), Opties verwijderen en druk op 2. 2 Selecteer items. Markeer items en druk op 2 om te selecteren of de selectie ongedaan te maken. Geselecteerde items worden aangeduid met een vinkje. 3 Verwijder de geselecteerde items. Druk op J. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven; druk opnieuw op J om de geselecteerde items te verwijderen.
❚❚ Items in Mijn Menu opnieuw sorteren 1 Selecteer Opties sorteren. Markeer, in Mijn Menu (O), Opties sorteren en druk op 2. 2 Selecteer een item. Markeer het item dat u wilt verplaatsen en druk op J. 3 Positioneer het item. Druk op 1 of 3 om het item omhoog of omlaag te verplaatsen in Mijn Menu en druk op J. Herhaal stappen 2–3 als u meer items wilt selecteren. 4 Keer terug naar Mijn Menu. Druk op de G-knop om naar Mijn Menu terug te keren.
Recente instellingen Om de twintig meest recent gebruikte instellingen weer te geven, selecteer m RECENTE INSTELLINGEN voor O MIJN MENU > Tab kiezen. 1 Selecteer Tab kiezen. Markeer, in Mijn Menu (O), Tab kiezen en druk op 2. 2 Selecteer m RECENTE INSTELLINGEN. Markeer m RECENTE INSTELLINGEN en druk op J. De naam van het menu wijzigt van “MIJN MENU” naar “RECENTE INSTELLINGEN”. Menu-items worden bovenaan het menu recente instellingen toegevoegd zodra ze worden gebruikt.
Technische opmerkingen Lees dit hoofdstuk voor informatie over het belichtingsprogramma van de camera, over verbinding maken met andere apparaten en over compatibele accessoires. Belichtingsprogramma Het belichtingsprogramma voor automatisch programma wordt aangeduid in de volgende grafiek: 12 14 f/1 16 15 f/1.4 1 /3 16 17 18 19 f/5.6 f/8 20 f/2.8 f/1.
Verbindingen ViewNX-i installeren Om foto’s te verfijnen en foto’s te uploaden en bekijken, download de nieuwste versie van het ViewNX-i-installatieprogramma van de volgende website en volg de instructies op het scherm om de installatie te voltooien. Een internetverbinding is vereist. Voor systeemvereisten en andere informatie, zie de Nikon-website voor uw regio. http://downloadcenter.nikonimglib.
Foto’s naar de computer kopiëren Controleer, alvorens door te gaan, of u ViewNX-i hebt geïnstalleerd (0 185). 1 Sluit de USB-kabel aan. Na het uitschakelen van de camera en gecontroleerd te hebben of een geheugenkaart is geplaatst, sluit de meegeleverde USBkabel zoals aangeduid aan en schakel de camera in. D De USB-kabelklem Om te voorkomen dat de kabel wordt ontkoppeld, bevestig de meegeleverde klem zoals aangeduid.
2 Start Nikon Transfer 2-component van ViewNX-i. Als een bericht wordt weergegeven met de melding dat u een programma moet kiezen, selecteer Nikon Transfer 2. D Tijdens overdracht Schakel de camera niet uit en ontkoppel niet de USB-kabel terwijl de overdracht aan de gang is. A Windows 7 Als het volgende venster wordt weergegeven, selecteer Nikon Transfer 2 zoals hieronder beschreven. 1 Onder Afbeeldingen en video’s importeren, klik op Ander programma.
3 Klik op Overspelen starten. Foto’s op de geheugenkaart worden naar de computer gekopieerd. Overspelen starten 4 Beëindig de verbinding. Zodra de overdracht is voltooid, schakel de camera uit en ontkoppel de USB-kabel. A Voor meer informatie Raadpleeg de online helpfunctie voor meer informatie over het gebruik van ViewNX-i.
Ethernet en draadloze netwerken Indien verbonden met de camera via de meegeleverde USB-kabel, kan de optionele WT-7 draadloze zender (0 198) worden gebruikt voor verbinding met computer of ftp-servers via draadloze of ethernetnetwerken.
D Tijdens overdracht Films kunnen niet worden opgenomen en afgespeeld in beeldoverdrachtstand (“beeldoverdrachtstand” is van toepassing wanneer beelden worden overgezet via een ethernet of draadloos netwerk en wanneer foto’s nog moeten worden verzonden). A Films Films kunnen worden geüpload in overdrachtstand als de camera met een ethernet- of draadloos netwerk is verbonden en Automatisch verzenden of Verzend map niet is geselecteerd voor Netwerk > Opties.
Foto’s afdrukken Geselecteerde JPEG-afbeeldingen kunnen worden afgedrukt op een PictBridge-printer die rechtstreeks is aangesloten op de camera. ❚❚ De printer aansluiten Sluit de camera aan met behulp van de meegeleverde USB-kabel. Gebruik geen kracht en probeer de stekkers niet onder een hoek in te steken. Wanneer de camera en printer zijn ingeschakeld, wordt een welkomstscherm weergegeven in de monitor, gevolgd door een PictBrige-weergavescherm.
❚❚ Foto’s één voor één afdrukken 1 Geef de gewenste foto weer. Druk op 4 of 2 om extra foto’s te bekijken. Druk op de X-knop om in te zoomen op het huidige beeld (druk op K om zoom af te sluiten). Om zes foto’s tegelijk te bekijken, druk op de W (M)knop. Gebruik de multi-selector om foto’s te markeren, of druk op de X-knop om de gemarkeerde foto schermvullend weer te geven. Om beelden op andere locaties te bekijken, druk op W (M) wanneer miniaturen worden weergegeven en selecteer de gewenste kaart en map.
3 Start het afdrukken. Selecteer Afdrukken starten en druk op J om het afdrukken te starten. Om te annuleren voordat alle kopieën zijn afgedrukt, druk op J. ❚❚ Meerdere foto’s afdrukken 1 Geef het PictBridge-menu weer. Druk op de G-knop in het PictBridge-weergavescherm. 2 Kies een optie. Markeer een van de volgende opties en druk op 2. • Selectie afdrukken: Selecteer foto’s voor afdrukken.
Foto’s op tv bekijken De optionele High-Definition Multimedia Interface (HDMI)-kabel (0 201) of een type C HDMI-kabel (apart verkrijgbaar bij uw winkelier) kan worden gebruikt om de camera met high-definition video-apparaten te verbinden. Schakel de camera altijd uit alvorens en HDMI-kabel aan te sluiten of te ontkoppelen.
❚❚ HDMI-opties De optie HDMI in het setup-menu (0 124) regelt uitvoerresolutie en andere geavanceerde HDMI-opties. Uitvoerresolutie Kies het formaat voor beelduitvoer naar het HDMI-apparaat. Als Automatisch is geselecteerd, selecteert de camera automatisch het juiste formaat. Geavanceerd Optie Beschrijving Automatisch wordt aanbevolen voor de meeste situaties.
A Televisieweergave Gebruik van een lichtnetadapter en stroomaansluiting (apart verkrijgbaar) wordt aanbevolen voor langdurige weergave. Als de randen van foto’s niet zichtbaar zijn in de televisieweergave, selecteer 95% voor HDMI > Geavanceerd > Uitvoerformaat (0 195). A Diashows De optie Diashow in het weergavemenu kan worden gebruikt voor automatische weergave (0 30).
Overige accessoires Op het moment van schrijven waren de volgende accessoires beschikbaar voor de D500. Voedingsbronnen • Oplaadbare Li-ionbatterij EN-EL15 (0 153): Extra EN-EL15accu’s zijn verkrijgbaar bij lokale winkeliers en servicevertegenwoordigers van Nikon. EN-EL15abatterijen kunnen ook worden gebruikt. • Batterijlader MH-25a: De MH-25a kan worden gebruikt om EN-EL15-accu’s op te laden. MH-25 batterijladers kunnen ook worden gebruikt.
Filters Draadloze zenders (0 189) • Filters bedoeld voor fotografie met special effects kunnen interfereren met autofocus of de elektronische afstandsmeter. • De D500 kan niet worden gebruikt met lineaire polarisatiefilters. Gebruik in plaats daarvan de C-PL of C-PLII circulaire polarisatiefilters. • Gebruik Neutral Color (NC)-filters om het objectief te beschermen.
Draadloze zenders (0 189) • USB-kabelafdichtingen en aansluitingendeksels: Gebruik een UF-7-aansluitingendeksel voor USB-kabels en UF3-RU14 USB-kabelafdichting om onbedoelde loskoppelingen te helpen voorkomen. Bevestig, alvorens de kabel aan te sluiten, de UF-7 aan de camerakant en de UF3-RU14 aan de kant die aansluit op de draadloze zender.
Draadloze afstandsbedieningen (0 144, 145) Accessoires voor zoekeroculair • Draadloze afstandsbediening WR-R10/WR-T10: Wanneer een WR-R10 draadloze afstandsbediening op een tien-pins afstandsbedieningsaansluiting wordt bevestigd met behulp van een WR-A10-adapter, kan de camera draadloos worden bediend met behulp van een WR-T10 draadloze afstandsbediening. De WR-R10 kan ook worden gebruikt om de radiogestuurde flitsers te bedienen.
Accessoires voor zoekeroculair HDMI-kabels (0 194) Software • Oculairadapter DK-18: De DK-18 wordt gebruikt bij het bevestigen van de DG-2-vergroter of DR-3 hoekzoeker op de D500. • Anti-condens zoekeroculair DK-14/Anti-condens zoekeroculair DK-17A: Deze zoekeroculairs voorkomen beeldschaduwen in vochtige of koude omstandigheden. • Fluorine-gecoat zoekeroculair DK-17F: Het beschermglas beschikt over een eenvoudig te reinigen fluorcoating op beide oppervlakken.
Bodydoppen Accessoires voor afstandsbedieningsaansluitingen Bodydop BF-1B/Bodydop BF-1A: De bodydop houdt de spiegel, het zoekerscherm en beeldsensor vrij van stof wanneer een objectief niet op zijn plaats zit. De D500 is uitgerust met en tien-pins afstandsbedieningsaansluiting voor bediening op afstand en automatische fotografie. De aansluiting is voorzien van een kapje dat de contacten beschermt wanneer de aansluiting niet in gebruik is.
Accessoires voor • Adapterkabel MC-25/MC-25A: Tien-pins naar twee-pins afstandsbedieadapterkabel voor verbinding met apparaten met tweeningsaansluiting pins aansluitingen, inclusief de MW-2 radiobedieningsset, MT-2 intervalometer en ML-2 modulite afstandsbedieningsset (lengte 20 cm). • WR-adapter WR-A10: Een adapter gebruikt om WR-R10 draadloze afstandsbedieningen met tien-pins afstandsbedieningsaansluitingen te verbinden.
• Stereomicrofoon ME-1: Sluit de ME-1 op de microfoonaansluiting aan om stereogeluid op te nemen en de kans op het opvangen van apparatuurgeluid te verminderen (zoals de geluiden geproduceerd door het objectief tijdens autofocus). • Draadloze microfoon ME-W1: Gebruik deze draadloze Bluetooth-microfoon voor off-camera opnamen. • UF-8 aansluitingendeksel voor stereokabels met ministekker: Voorkomt onbedoeld ontkoppelen van ministekkerkabels voor optionele ME-1 stereomicrofoons.
Een stroomaansluiting en lichtnetadapter bevestigen Schakel de camera uit alvorens een optionele stroomaansluiting en lichtnetadapter te bevestigen. 1 Maak de camera gereed. Open de deksel van het batterijvak (q) en de stroomaansluiting (w). 2 Plaats de EP-5B stroomaansluiting. Zorg ervoor dat de aansluiting in de getoonde richting wordt geplaatst en gebruik daarbij de aansluiting om de oranje batterijvergrendeling naar één zijde ingedrukt te houden.
4 Sluit de EH-5b lichtnetadapter aan. Sluit het netsnoer van de lichtnetadapter aan op de wisselstroomaansluiting op lichtnetadapter (e) en het netsnoer op de gelijkstroomaansluiting (r). Een P-pictogram wordt in de monitor weergegeven zodra de camera door de lichtnetadapter en stroomaansluiting wordt gevoed.
Deze handleiding mag op geen enkele manier volledig of gedeeltelijk (behalve voor korte citaten in kritische artikelen of besprekingen) worden gereproduceerd zonder de schriftelijke toestemming van NIKON CORPORATION.