Operation Manual

141
r
Automatische witbalans wordt aanbevolen voor de meeste
lichtbronnen.
Als het gewenste resultaat niet kan worden bereikt
met automatische witbalans, kiest u een optie uit de
bovenstaande lijst of gebruikt u de vooringestelde witbalans.
U kiest de witbalans door de knop WB ingedrukt te houden en aan
de hoofdinstelschijf te draaien totdat de gewenste instelling wordt
weergegeven in het achterste LCD-venster.
A Het menu Witbalans
U kunt de witbalans ook aanpassen via de optie [Witbalans] in het
opnamemenu (p. 290).
A I (TL-licht)
Als u I (TL-licht) selecteert met de knop WB en de hoofdinstelschijf, wordt
het type verlichting ingesteld dat is geselecteerd voor de optie [TL-licht]
in het witbalansmenu (p. 290).
N Flitslicht 5.400
*
Voor gebruik met een optionele
flitser.
G Bewolkt 6.000
*
Voor onderwerpen bij daglicht onder
een bewolkte hemel.
M Schaduw 8.000
*
Voor onderwerpen bij daglicht in de
schaduw.
K Kies kleurtemperatuur
2.500–
10.000
Kies de kleurtemperatuur uit een lijst
met waarden (p. 147).
L Handmatige preset
Gebruik een voorwerp, lichtbron of
bestaande foto als referentie voor de
witbalans (p. 148).
* Alle waarden zijn benaderingen.
Fijnafstelling ingesteld op 0.
Optie
Kleurtemp.
(K) Beschrijving
WB knop
Hoofdinstelschijf
Achterste
LCD-venster