Installation Instructions
Installeren
WST 400/500 SCEhp – 6 720 808 040 (2013/06)
8
Afb. 4 Minimale afstandsmaten tot aan de muur (in mm)
[1] Naastgelegen toestel
5.2.2 Boiler opstellen
▶ Boiler opstellen op een vlakke vloer met voldoende draagkracht.
▶ Houd de minimale afstandsmaten tot aan de muur aan.
▶ Lijn de boiler verticaal uit, eventueel metalen strips plaatsen.
Bij de opstelling van de boiler in vochtige ruimten:
▶ Boiler op een sokkel plaatsen.
5.3 hydraulische aansluiting
Om latere schade aan de installatie te voorkomen, gebruikt u installatie-
materiaal, dat bestand is tot 95 °C.
▶ Sluit de aanvoer en retour van de warmtepomp en het zonnesysteem
aan op de betreffende aansluitingen ( afb. 2, pagina 5).
▶ Voer alle aansluitleidingen aan het vat uit als schroefkoppelingen,
eventueel met een afsluitventiel.
▶ Bouw een be- en ontluchtingsventiel in de leiding voor warm water in
voor de afsluiter.
▶ Bouw een aftapkraan in de onderste boileraansluiting.
▶ Monteer de thermische warmwatermenger in de aanvoer van de boi-
ler.
▶ Bouw geen bochten in de aftapleiding in, anders kan de installatie
niet goed gespuid worden.
▶ Monteer de aansluitleidingen zonder mechanische spanningen.
▶ Alle niet gebruikte boileraansluitingen afsluiten.
Afb. 5 Installatie (principeafbeelding)
AW Warmwateruitlaat
EZ Ingang circulatie
EK Ingang koud water
[1] Terugslagklep
[2] Circulatiepomp
[3] Thermische warmwatermenger
[4] Afsluiter met keerklep
[5] Circulatieleiding
[6] Tappunt
[7] Koudwateraanvoerleiding
Overstortventiel (op de montageplaats)
▶ Bouwzijdig een typebeproefd, voor drinkwater toegelaten, over-
stortventiel in de koudwaterleiding inbouwen. Houd de installatie-in-
structie van het overstortventiel aan.
GEVAAR: Brandgevaar door soldeer- en laswerkzaam-
heden!
▶ Voor zover mogelijk, soldeer- en laswerkzaamheden
voor de montage van de warmte-isolatie uitvoeren.
▶ Tref bij soldeer- en laswerkzaamheden de gepaste
veiligheidsmaatregelen, aangezien de warmte-isola-
tie brandbaar is, bijv. warmte-isolatie afdekken.
▶ Controleer na de werkzaamheden of de warmte-iso-
latie onbeschadigd is.
GEVAAR: Gevaar voor de gezondheid door vervuild wa-
ter!
Wanneer de verontreinigingen, die ontstaan tijdens de
montagewerkzaamheden, niet verwijderd worden, kan
het drinkwater vervuild worden.
▶ Installeer de boiler hygiënisch conform de landspeci-
fieke normen en richtlijnen.
▶ Spoel de leidingen en de boiler grondig uit met drink-
water na de installatie.
OPMERKING: Schade door verkeerde aansluitstukken!
▶ Bij drinkwater-cv-installaties met kunststofleidingen
altijd metalen koppelingen gebruiken.
▶ Bij gebruik van een elektrische verwarming (acces-
soire): voer na afronding van de complete boilerin-
stallatie een randaardetest conform IEC/EN 60335
uit (ook metalen aansluitkoppelingen meenemen).
6 720 618 697-11.2O
≥ 400 ≥ 100
≥ 500
1
OPMERKING: Schade aan de warmtepomp!
▶ Spoel voor het aansluiten van de warmtepomp alle
leidingen.
▶ Wij adviseren: bouw een filter in voor de warmte-
pompretour.
GEVAAR: Verbranding door heet water!
Tijdens zonnewerking kan de warmwatertemperatuur
90 °C worden.
▶ Installeer voor de begrenzing van de taptemperatuur
op maximaal 60 °C een thermostatische warmwater-
menger (accessoires).
6 720 618 697-13.1ITL
EK
AW
EZ
EK
MIX
4
3
1
5
6
1
7
2
1
2
3
4
5
6
7
1










