Installation Instructions

19
SCM3 • 6 720 806 154 (2013/03)
Montage van de collectoren 9
8.2 Profielrails monteren
Verbindt de profielrails zo ver mogelijk boven in het sleufgat van de
dakhaak met schroef M8.
Draai de schroef vast, wanneer de profielrails is uitgelijnd.
Afb. 43
8.3 Profielrails uitrichten
Positioneer de profielrails horizontaal en met de opgegeven afstand.
Gebruik een waterpas.
Positioneer de bovenste en onderste profielrails aan de zijkant in lijn
t.o.v. elkaar.
Controleer de haaksheid. Meet de diagonaal of plaats bijv. een panlat
[1] aan de uiteinden van de profielrails.
Schroeven M8 vastdraaien.
Afb. 44 Waarde tussen haakjes geldt voor collectortype horizontaal (ma-
ten in mm)
8.4 Beveiliging tegen afglijden monteren.
Gebruik de beide inwendige sleufgaten [1] voor de montage van de bei-
de afglijbeveiligingen.
Schuif de afglijbeveiliging over de profielrails en laat deze in het sleuf-
gat borgen [2].
Afb. 45
9 Montage van de collectoren
9.1 Collectormontage op de begane grond voorbereiden
Houd de instructies uit hoofdstuk 5.2 (pagina 10) aan betreffende
de opstelling van de collectoren.
Als voorbeeld wordt hierna de aanvoer en retour aan de rechter collec-
torzijde getoond en de eerste collector rechts gemonteerd.
Voor de aansluitende collectormontage is het van be-
lang, dat de profielrails exact zijn gepositioneerd.
6720640298.42-1.ST6720640298.42-1.ST
90°90°
6720803995.29-1.ST6720803995.29-1.ST
90°90°
1610-1800 (610-805)1610-1800 (610-805)
1
GEVAAR: Voor valpartijen!
Montage op het dak uitvoeren met minimaal 2 perso-
nen.
WAARSCHUWING: Gevaar voor lichamelijk letsel door
vallende collectoren!
Beveilig de collectoren tijdens het transport en de
montage tegen vallen.
Controleer na voltooiing van de montage of de monta-
geset en de collectoren goed zijn bevestigd.
Ook de verbindingsset (accessoires) voor twee collec-
torrijen kan op de grond worden voorgemonteerd
( hoofdstuk 10.3, pagina 25).
1 1
2
6720640298.44-1.ST