Installation Instructions
14
Montagevoorschrift Zonnecollector SCM2 Montage boven op dak • 2013/03
Voor de montage4
4.7 Benodigde plaats bepalen
4.7.1 Afstand tussen de collectorrijen vastleggen
De minimumafstand tussen de collectorrijen wordt
bepaald door de hellingshoek van de collector.
Baseer u op de waarden in de tabel of bereken
(Planningsdocument) de noodzakelijke afstand.
Afb. 13 Hellingshoek voor horizontale collectoren instellen
63043970.40-1.SD
63043970.40-1.SD
55°
50°
45°
40°
35°
30°
140 mm
25°
60°
3
2
1
1
1
1
AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER
Gebruik bij de horizontale montage voor
de collector-hellingshoek 35° tot 60° het
bovenste gat van de onderste
telescopische rail (afb. 13, pos. 3).
Voor de hellingshoek 25° en 30° moet u
de onderste rail boven 140 mm inkorten
en het onderste gat gebruiken
(afb. 13, pos. 2).
WAARSCHUWING!
LEVENSGEVAAR
door naar beneden vallende collectoren
door verkeerd gebruik.
z Voor de gevelmontage mogen alleen
de posities voor de collector-
hellingshoek 30°, 35°, 40° en 45°
worden gebruikt (afb. 13, pos. 1).
Afb. 14 Weergave schaduw - afstand X
63043970.09-1.SD
63043970.09-1.SD
X
AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER
Let er bij velden met meerdere rijen op,
dat de afstand X (afb. 14) tussen de rijen
ten minste zo groot is, dat de ene rij niet
in de schaduw van de andere staat.
Hellingshoek
collector
Afstand X
Inbouw
verticaal
Inbouw
horizontaal
25° 4,74 m 2,63 m
30° 5,18 m 2,87 m
35° 5,58 m 3,09 m
40° 5,94 m 3,29 m
45° 6,26 m 3,46 m
50° 6,52 m 3,61 m
55° 6,74 m 3,73 m
60° 6,90 m 3,82 m
Tab. 3 Afstand X wordt bepaald door de hellingshoek en
de minimale zonnestand (17°)