Installation Instructions
34
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
6 720 804 119 (2012/06)
Montage en installatie5
Nefit B.V. • http://www.nefit.nl
5.6.3 Koudemiddelleidingen installeren
B Voorwaarden waarborgen:
– Tussen de opstellocatie van de binnenunit en de bui-
tenunit is een hoogteverschil toegestaan. De maxi-
male leidinglengte van 30 meter (één richting) moet
echter worden gerespecteerd.
– De koudemiddelleiding mag maximaal 15 bochten
hebben en niet langer zijn dan 30 meter (één
richting).
B Begin met het aansluiten van de koudemiddelleidingen
op de binnenunit (montagebeugel).
B Buig de koudemiddelleidingen voorzichtig, om breken
te voorkomen. Buigradii tussen 100 mm en 150 mm
zijn voldoende.
B Hardsoldeer de verbindingen van de
koudemiddelleiding.
B Leidingen voor vloeibaar en gasvormig koudemiddel
met standaard isolatiemateriaal omwikkelen
(dampdicht isoleren, tot min. 100 °C, dikte
min. 20 mm).
B De uiteinden van de isolatie op de buisverbindingen
met afdichtingsmiddel afdichten, om binnendringen
van water in de isolatie te voorkomen.
5.6.4 Binnenunit aansluiten
B Verwijder de afsluitdoppen en soldeer de koudemid-
delleidingen op de aansluitpunten op de binnenunit.
5.6.5 Buitenunit aansluiten
Koudemiddelleidingen mogen pas op de buitenunit
worden aangesloten, wanneer:
• de koudemiddelleidingen volledig zijn geïnstalleerd,
• de koudemiddelleidingen op de binnenunit zijn aange-
sloten.
B De buitenunit aansluiten na afronding van de
installatiewerkzaamheden aan de koudemiddelleiding,
inclusief het aansluiten op de binnenunit (binnenunit).
B Servicedeksel wegnemen (1 schroef).
B Afsluiters van de buitenunit geheel sluiten.
B Wartelconus (buitendiameter 17 mm) op de leiding
voor vloeibaar koudemiddel plaatsen.
B Wartelconus (buitendiameter 26 mm) op de leiding
voor gasvormig koudemiddel plaatsen.
B Leidingen voor vloeibaar en gasvormig koudemiddel
van een flens voorzien (Æ afb. 29 en tab. 7).
Afb. 29 Koudemiddelleiding van flare flens voorzien
Wanneer koudemiddelleidingen door ruim-
ten lopen, waar personen verblijven, dan
moet het ruimtevolume minimaal 5,7 m³ zijn.
Begas de leidingen tijdens de soldeerwerk-
zaamheden van de verbindingen continu met
zuurstofvrije stikstof (druk iets hoger dan de
luchtdruk). Na afronding van de soldeerwerk-
zaamheden het begassen voortzetten, tot de
temperatuur van de leiding is afgekoeld tot
onder 200 °C.
Begas de leidingen tijdens de soldeerwerk-
zaamheden van de verbindingen continu met
zuurstofvrije stikstof (druk iets hoger dan de
luchtdruk). Na afronding van de soldeerwerk-
zaamheden het begassen voortzetten, tot de
temperatuur van de leiding is afgekoeld tot
onder 200 °C.
De buitenunit is af fabriek met koudemiddel
R410A gevuld voor een leidinglengte (één
richting) tussen 1 en 30 meter.
Leiding
Buitendiameter
[mm]
Flensmaat
Ø A [mm]
Vloeibaar
koudemiddel
6,35 8,9 – 9,1
Koudemiddel
gasvormig
12,7 16,2 – 16,6
Tabel 7 Expandeermaten voor koudemiddelleiding
øA
R0.4~R0.8
90° 0.5°
45° 2°
6 720 646 970-24.2ITL










