Installation Instructions

31
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden!
6 720 804 119 (2012/06)
Montage en installatie 5
Nefit B.V. • http://www.nefit.nl
B De bovenste beide schroeven voor de binnenunit prak-
tisch geheel in de muur schroeven [1], maar niet vast
aandraaien.
B Binnenunit optillen en op de beide schroeven in de
wand hangen.
Afb. 26 Binnenunit aan de muur monteren
B Leidingen aansluiten [2]. Daarvoor bij iedere aanslui-
ting:
Vezelafdichting plaatsen
Wartelmoeren van de aansluitingen vast aandraaien.
B De bovenste beide bevestigingsschroeven van de bin-
nenunit vast aandraaien [1].
B De twee onderste bevestigingsschroeven [3] vast aan-
draaien.
B Voorste isolatieplaat plaatsen.
B Hybride regelmodule HM10 naar boven klappen, tot de
veerplaat borgt.
B Bevestigingsschroef [4] aandraaien
B Mantel op het toestel schuiven.
B Bevestigingsschroeven van de mantel boven en onder
op de binnenunit aandraaien.
5.5 Buitenunit monteren
Voorwaarden
Voordat kan worden begonnen met het opstellen en de
montage van de buitenunit, moet aan de lokale voorwaar-
den zijn voldaan (Æ hoofdstuk 5.2, vanaf pagina 25).
De benodigde bouwkundige maatregelen werden cor-
rect uitgevoerd en zijn volledig afgerond.
De vereiste minimale afstanden zijn aangehouden
(Æ hoofdstuk 5.2.6).
De condensafvoer is voorbereid (Æ hoofdstuk 5.5.1).
5.5.1 Condensafvoer van de buitenunit voorbe-
reiden
Naast de condensleidingen voor de cv-ketel moeten
maatregelen voor het in de buitenunit ontstane conden-
saat worden genomen.
In tegenstelling tot het cv-ketel condensaat is het conden-
saat uit de buitenunit niet zuurhoudend en kan in kiezel
wegzinken of naar een riool worden geleid. Diameter,
verval en verloop van de condensleiding zodanig kiezen,
dat blokkades of bevriezen wordt voorkomen.
Condensafvoer voorbereiden:
B Als condensleiding een PVC-, hardvinylbuis (VP-32) of
en vinylslang met een minimale doorlaat van 32 mm
gebruiken.
B De leidinglengte zo kort mogelijk kiezen.
B Condensleidingen zo verticaal mogelijk leggen met een
verval van minimaal 45 mm per meter naar de afvoer.
6 720 646 970-99.2ITL
4.
2.
3.
1.
OPMERKING: Materiële schade door
vocht!
Ontsnappend condensaat kan bij bevriezing
een gevaar zijn, wanneer het bijv. op een
voetpad terecht komt.
B Condensaat niet op wegen/paden terecht
laten komen en veilig naar een geschikt
afvoerpunt leiden.
Wij adviseren de leidingen van een weerbes-
tendige isolatie te voorzien.