Operation Manual

26
ModuLine 2000 • 6 720 811 740 (2014/09)
Storingen verhelpen8
8 Storingen verhelpen
8.1 “Gevoelde” storingen verhelpen
Een “gevoelde” storing kan verschillende oorzaken hebben, die
in de meeste gevallen in enkele eenvoudige stappen kunnen
worden opgelost.
Wanneer u het bijvoorbeeld te koud of te warm heeft, helpt de
volgende tabel u bij het oplossen van deze "gevoelde" storin-
gen.
Commentaar Mogelijke oorzaak Maatregel
Gewenste ka-
mertemperatuur
wordt niet be-
reikt
De thermostaatkra-
nen op de radiato-
ren zijn te laag
ingesteld.
Draai de thermos-
taatkranen verder
open.
Temperaturen te
laag ingesteld.
Stel de gewenste
kamertemperatu-
ren hoger in.
Installatie in zomer-
bedrijf ( ).
Installatie naar win-
terbedrijf omscha-
kelen
( hoofdstuk 4.1,
pagina 9).
Aanvoertempera-
tuurregelaar in de
warmtebron te laag
ingesteld.
Stel de aanvoertem-
peratuurregelaar
hoger in
( handleiding van
de warmtebron).
Luchtinsluiting in de
installatie.
Radiatoren en in-
stallatie ontluchten.
Installatieplaats van
de buitenvoeler on-
gunstig.
Schakel een erkend
installateur of de
servicedienst in.
Opwarmen duurt
te lang
Gedrag van het cv-
circuit verkeerd in-
gesteld.
Schakel een erkend
installateur of de
servicedienst in.
Tabel 23 “Gevoelde” storingen verhelpen
De gewenste ka-
mertemperatuur
wordt ver over-
schreden
Radiatoren worden
te warm.
Thermostaatkranen
in de nevenruimten
meer dicht draaien.
Stel de gewenste
kamertemperatuur
voor Verwarm lager
in.
Installatieplaats
voor de bedienings-
eenheid ongunstig,
bijvoorbeeld buiten-
muur, bij een raam,
tocht, ...
Schakel een erkend
installateur of de
servicedienst in.
Te grote variaties
van de kamer-
temperatuur
Tijdelijke inwerking
van externe warmte
op de ruimte, bij-
voorbeeld door zon-
nestralen,
kamerverlichting,
TV, schouw, enzo-
voort.
Schakel een erkend
installateur of de
servicedienst in.
Temperatuurtoe-
name in plaats
van -afname
Tijd is verkeerd inge-
steld.
Uur ingeven.
Tijdens bedrijfs-
modus Sparen te
hoge kamertem-
peratuur
Grote warmte-op-
slag door het ge-
bouw.
Kies de schakeltijd
voor Sparen op een
eerder tijdstip.
Verkeerde of
geen regeling
Bijvoorbeeld verbin-
ding tussen bedie-
ningseenheid en
warmtebron.
Schakel een erkend
installateur of de
servicedienst in.
Boiler wordt niet
warm
Warmwatertempe-
ratuur
1)
op de
warmtebron te laag
ingesteld.
Stel de watertem-
peratuur
1)
hoger
in.
Klokprogramma
voor verwarming in-
gesteld en warmwa-
tervoorziening in
automatisch bedrijf.
Klokprogramma
voor verwarming of
bedrijfsmodus voor
warmwatervoorzie-
ning veranderen.
De ingestelde sy-
steemconfiguratie
voor de warmwater-
voorziening past
niet bij de installatie.
Schakel een erkend
installateur of de
servicedienst in.
Commentaar Mogelijke oorzaak Maatregel
Tabel 23 “Gevoelde” storingen verhelpen