Installation Instructions
25
ODU Monoblock 5-17 • 6 720 817 806 (2015/08)
Milieubescherming 10
10 Milieubescherming
Milieubescherming is een ondernemingsprincipe van de Bosch-groep.
Kwaliteit van de producten, rendement en milieubescherming zijn voor
ons gelijkwaardige doelstellingen. Wetten en voorschriften op het ge-
bied van de milieubescherming worden strikt aangehouden.
Ter bescherming van het milieu gebruiken wij, rekening houdend met
bedrijfseconomische gezichtspunten, de best mogelijke techniek en ma-
terialen.
Verpakking
De verpakking is voorzien van landspecifieke instructies voor de afval-
verwijdering, die een optimale recycling moeten waarborgen.
Alle verpakkingsmaterialen zijn milieuvriendelijk en herbruikbaar.
Oude apparaten
Oude apparaten bevatten herbruikbare materialen, die als zodanig moe-
ten worden afgevoerd.
De componenten kunnen eenvoudig van elkaar worden gescheiden,
kunststoffen zijn als zodanig gemarkeerd. Daardoor kunnen de afzon-
derlijke componenten gescheiden, hergebruikt, verbrand of op andere
wijze worden afgevoerd.
11 Inspectie
▶ Gebruik alleen originele onderdelen!
▶ Reserve-onderdelen uit de lijst met reserve-onderdelen bestellen.
▶ Vervang verwijderde afdichtingen en O-ringen door nieuwe onderde-
len.
Bij een inspectie moeten de hierna beschreven werkzaamheden worden
uitgevoerd.
Actieve alarmen weergeven
▶ Alarmprotocol controleren.
Functietest
▶ Functietest uitvoeren. ( installatie-instructie van de binnenunit).
Stroomkabel installeren
▶ Controleer de stroomkabel op mechanische beschadiging. Vervang
beschadigde kabels.
Meetwaarden van temperatuursensoren
Voor op de buitenunit aangesloten temperatuursensors en temperatuur-
sensors in de buitenunit (TA4, TC3, TL2, TR1, TR3, TR4, TR5, TR6) gel-
den de meetwaarden uit tab. en 8 – 10.
GEVAAR: Gevaar voor elektrische schokken!
De buitenunit bevat spanningvoerende onderdelen en
de condensatoren moeten na het onderbreken van de
stroomtoevoer ontladen worden.
▶ Verbinding van de installatie met het stroomnet ver-
breken.
▶ Vijf minuten wachten alvorens werkzaamheden aan
de elektrische installatie uit te voeren.
GEVAAR: Gevaar voor het vrijkomen van giftige gassen!
Het koelmiddelcircuit bevat stoffen die bij contact met
lucht of open vuur in giftige gassen kunnen worden om-
gezet. Deze gassen kunnen al in een lage concentratie
leiden tot een ademhalingsstilstand.
▶ Bij lekkages van het koelmiddelcircuit de ruimte di-
rect verlaten en grondig ventileren.
▶ Lekkages binnen het koelmiddelcircuit direct door
een gekwalificeerd technicus laten verhelpen.
OPMERKING: Storingen door beschadiging!
De elektronische expansieventielen zijn erg stootgevoe-
lig.
▶ Het expansieventiel in ieder geval beschermen tegen
slagen en stoten.
OPMERKING: Vervormingen door warmte!
Bij te hoge temperaturen vervormt het isolatiemateriaal
(EPP) in de buitenunit.
▶ Voor soldeerwerkzaamheden zo veel mogelijk isola-
tiemateriaal (EPP) verwijderen.
▶ Bij soldeerwerkzaamheden in de binnenunit het iso-
latiemateriaal met vlamvertragende of vochtige doe-
ken beschermen.
Werkzaamheden aan het koelmiddelcircuit mogen alleen
door daartoe bevoegde vakmensen worden uitgevoerd.
°C
T...
°C
T...
°C
T...
–40 154300 5 11900 50 1696
–35 111700 10 9330 55 1405
–30 81700 15 7370 60 1170
–25 60400 20 5870 65 980
–20 45100 25 4700 70 824
–15 33950 30 3790 75 696
–10 25800 35 3070 80 590
–5 19770 40 2510 85 503
0 15280 45 2055 90 430
Tabel 8 Sensor TA4, TL2, TR4, TR5
°C °C °C °C
– 20 96358 15 15699 50 3605 85 1070
– 15 72510 20 12488 55 2989 90 915
– 10 55054 25 10001 60 2490 – –
– 5 42162 30 8060 65 2084 – –
0 32556 35 6536 70 1753 – –
5 25339 40 5331 75 1480 – –
10 19872 45 4372 80 1256 – –
Tabel 9 Sensor TC3, TR3
°C °C °C °C
– 20 198500 15 31540 50 6899 85 2123
– 15 148600 20 25030 55 5937 90 1816
– 10 112400 25 20000 60 4943 95 1559
– 5 85790 30 16090 65 4137 100 1344
0 66050 35 13030 70 3478 105 1162
5 51220 40 10610 75 2938 110 1009
10 40040 45 8697 80 2492 115 879
Tabel 10 Sensor TR1, TR6










