Voor de installateur Installatie-instructie CM400 6 720 616 688 (07/2008) NL 7 746 800 090-00.
Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 1.1 1.2 2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.4.1 2.4.2 2.4.3 2.4.4 2.5 2.5.1 2.5.2 2.5.3 2.5.4 2.5.5 2.5.6 2.5.7 2.5.8 2.6 3 3.1 3.1.1 3.1.2 3.1.3 3.2 3.2.1 3.2.2 3.2.3 3.2.4 3.2.5 3.2.6 3.2.7 3.
Veiligheidsaanwijzingen en toelichting van de symbolen 1 Veiligheidsaanwijzingen en toelichting van de symbolen 1.1 Voor uw veiligheid V Neem de gebruiksaanwijzing in acht voor een juiste werking. V Monteer en neem het cv-toestel en andere accessoires in gebruik overeenkomstig de bijbehorende handleidingen. V Laat het toebehoren door een erkende installateur monteren. V Gebruik dit toebehoren uitsluitend in combinatie met de genoemde regelaars en cv-toestellen.
2 Specificatie CM400-module 2 Specificatie CM400-module 2.1 Gebruik volgens de voorschriften De CM400-modules dienen voor het regelen van cascadesystemen. Een cascadesysteem is een verwarmingssysteem waarbij meerdere kleine cv-toestellen parallel worden geschakeld om een groter cv-vermogen te realiseren. Zie daarvoor ook het aansluitschema op pagina 19. De CM400-modules zijn uitsluitend geschikt voor het aansturen van cv-toestellen met een branderautomaat UBA 3 of hoger. 2.
Specificatie CM400-module 2.4.2 Meetwaarde systeemaanvoervoeler °C 20 25 30 35 40 45 50 55 Ω 12490 10000 8057 6531 5327 4369 3603 2986 °C 60 65 70 75 80 85 90 95 Ω 2488 2083 1752 1481 1258 1072 917 788 2 2.4.4 Kenmerken van de elektrische aansluiting Pos.
2 2.5 Specificatie CM400-module Systeemintegratie van de CM400 2.5.1 Regeling bij CM400-cascadesystemen De CM400-module stuurt de cv-toestellen aan volgens een door een regelaar berekende warmtebehoefte. Hiervoor is het dus noodzakelijk, dat de CM400-module altijd in combinatie met een regelaar (Æ afbeelding 13, klemmen H, I of J) geïnstalleerd wordt. Afhankelijk van de toegepaste regelaar zijn er vier systeemvarianten mogelijk (Æ tab. 5).
Specificatie CM400-module 2.5.4 Principe van de cascaderegeling Bij een cv-warmtevraag door de regelaar (tab. 5, systeemvariant 1, 2 en 3) wordt eerst één cv-toestel gestart en indien nodig wordt de capaciteit tot het max. nominale vermogen verhoogd. Pas dan wordt een volgend cv-toestel gestart. Als er te veel warmte wordt geproduceerd, worden de cvtoestellen zonder wachttijd één voor één tot het min. nominale vermogen verlaagd of uitgeschakeld, totdat de warmtevraag en warmteproductie overeenkomen.
2 Specificatie CM400-module 1 Regelaar op de CM400 (CM400-master) Type 4 modulerende weersafhanke- ModuLine 400 lijke regelaar met 2-draads BUS-aansturing Max. aan te sluiten cv-toestellen met een branderautomaat UBA 3 of hoger Max. aantal CM400 Overzicht van de systeemvarianten Symbool van de regelaar Systeemvarianten 2.5.7 16 Noodzakelijke toebehoren met aansluiting op de CM400 (Æ afbeelding 13) – buitentemperatuursensor – Optioneel: een Verdelermodule WM10.
Specificatie CM400-module Systeemvariant 1: modulerende weersafhankelijke regelaar 2-draads BUS-aansturing Als fabrikant van de modernste verwarmingstechniek hechten wij grote waarde aan de ontwikkeling en productie van zuinige en schone cv-toestellen. Om dat te garanderen zijn onze cv-toestellen uitgerust met een modulerende brander. Voor een optimaal gebruik van deze brandereigenschap moeten regelaars met de 2-draads Bus-aansturing worden gebruikt.
2 2.6 Specificatie CM400-module Overzicht van het hoofdstuk Aanhangsel 18 19 20 21 22 23 24 25 Symbool Functie CM400 nr. 1 (master) CM400 nr. 2 (slave) CM400 nr. 3 (slave) CM400 nr. 4 (slave) cv-toestel open verdeler Gemeenschappelijke buitentemperatuursensor (in de leveringsomvang Verdelermodule WM10 opgenomen c.q. als afzonderlijke toebehoren verkrijgbaar) cv-pomp verdeeldoos overige gebruikers van de bus van de regelaar (bijv.
Installatie 3 Installatie 3.1 Montage Gevaar: Gevaar voor stroomschok! V Onderbreek voorafgaand aan het elektrisch aansluiten de voedingsspanning naar de cv-toestellen en naar alle andere BUS-deelnemers. 3.1.1 Wandmontage Æ afbeelding 2 tot 5 vanaf pagina 17. V Bepaal overeenkomstig de maten van de CM400module de plaats voor bevestiging aan de wand. V Draai twee schroeven onder aan de CM400-module los, trek het deksel naar voren en verwijder het deksel naar boven.
3 Installatie V Bij verlenging van de bedrading van de voeler moeten de volgende draaddiameters worden gebruikt: Lengte van de kabel < 20 m 20 - 30 m Min. doorsnede 0,75 mm2 1,00 mm2 Tabel 10 Verlenging van de voelerkabel I.v.m. de spatwaterbescherming (IP): kabel zo leggen, dat de kabelmantel ten minste 20 mm in de kabeldoorvoer steekt (Æ afbeelding 8 op pagina 18). Voorzichtig: Gevaar voor ompolen. Functiestoring door omgepoolde aansluiting op de 0 - 10 V-aansluiting. 3.2.
Inbedrijfstelling en buiten bedrijf stellen 4 Inbedrijfstelling en buiten bedrijf stellen 4.1 Configuratie Bij de configuratie wordt het regelgedrag van de CM400module (CM400-master) aan de specifieke cv-installatie aangepast. De configuratie van de CM400-module start automatisch: – bij de eerste inbedrijfstelling van een CM400-module, – bij het opnieuw in bedrijf stellen na een reset van de configuratie (Æ hoofdstuk 4.3). De configuratie duurt ten minste 5 minuten.
5 5 Bedrijfs- en storingsmeldingen Bedrijfs- en storingsmeldingen Er zijn vier mogelijkheden voor het weergeven van de bedrijfstoestand of een storing: – via het display van het cv-toestel; – via een storingsmelding op afstand – via de regelaar ModuLine 400 – via de LED’s op de CM400 5.1 Display EF Bedrijfs- en storingsmeldingen via het display van het cv-toestel 8Y Via het display van het cv-toestel kunnen de bedrijfs- en storingsmeldingen van ieder cv-toestel worden afgelezen.
Bedrijfs- en storingsmeldingen LED Nr. 1 Uit 5 Aan Functie Kleur Diagnose Oplossing Diagnose Netspanning groen Storing: geen netspanning aanwezig. Controleer de voeding. Bedrijf: normale werking. Knippert Oplossing Diagnose Oplossing – Vervang CM400module. 2 3 CV-pomp groen rood Schakelcontact voor storingsmelding op afstand 230 VAC Bedrijf: pomp uit Bedrijf: pomp aan. – Storing: de cvpomp draait niet, alhoewel de LED brandt, omdat de zekering voor uitgang pomp defect is.
6 5.5 Milieubescherming Zekering voor de aansluiting van de cv-pomp vervangen. V Onderbreek de stroomvoorziening. V Open behuizing van de CM400-module (CM400-master) (Æ afbeelding 3 op pagina 17). V Vervang zekering (1) door een van hetzelfde type (2,5 AT, keramisch, met zand gevuld) (Æ afbeelding 9 op pagina 18). Op het deksel in de CM400-module is een reservezekering (2) aanwezig. V Sluit behuizing van de CM400-module (CM400-master) (Æ afbeelding 3 op pagina 17).
Aanhangsel Aanhangsel 2. 1 1 ,5 7 746 800 090-01.1O 3. 3x 1. 4x 4. 3 4. 2 7 746 800 090-04.1O 4 6 mm 6 mm 3,5 mmmm 3,5...5 6 mm 6 mm 3,5 mmmm 3,5...5 4 37 142 165 1 62 62 58 235 7 746 800 090-05.1O 7 746 800 090-02.1O 5 7 746 800 090-03.1O 2 7 746 800 090-06.1O 3 Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Installatie-instructie • CM400 • (07/2008) 6 Nefit B.V.
Aanhangsel 90 75 2. 60 45 30 15 1. 7 746 800 090-12.1O 3. 0 0 2 4 6 8 10 7 U [V DC] 7 746 800 090-08.1O 10 90 70 ≥20 mm 50 30 0 0 2 4 6 7 746 800 090-07.1O 8 10 U [V DC] 7 746 800 090-09.1O 8 11 VT[°C] P[%] 2 1 7 746 800 090-11.1O 9 7 746 800 090-11.1O 12 Nefit B.V.
Aanhangsel 0 ... 10V 21 20 230 VAC 23 I 22 A D B F G H I J C E K L MMMM 25 24 IV M M M M A K B L III M M M M A K B L II M M M M A K 19 16 15 14 13 12 11 10 9 8 7 6 5 4 3 2 1 18 17 7 746 800 090 - 14.2o 13 2 4 1 3 5 6 7 8 14 Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden! Installatie-instructie • CM400 • (07/2008) Nefit B.V.
6 720 616 688 (07/2008) 7726B Nefit B.V., Postbus 3, 7400 AA Deventer DealerLine: 0570 - 67 85 66 Consumenten Infolijn: 0570 - 67 85 00 Fax: 0570 - 67 85 86 Internet: www.nefitdealer.