Installation Instructions

20
Nefit BaseLine HRC • 6 720 800 258 (2013/12)
Elektrische aansluiting6
5.7 Aansluitingen controleren
Wateraansluitingen
Open beide serviceafsluiters
vul de cv-installatie
Controleer alle koppelingen op dichtheid.
Open de inlaatcombinatie en een warmwaterkraan tot er water uit-
stroomt.
Gasleiding
Om het gasblok tegen overdrukschade te beschermen, gaskraan slui-
ten.
Controleer alle gasvoerende delen op dichtheid.
6 Elektrische aansluiting
6.1 Algemene aanwijzingen
Alle regel-, stuur- en veiligheidsonderdelen van het toestel zijn bedrijfs-
klaar bedraad en getest.
Veiligheidsmaatregelen conform NEN 1010 en speciale voorschriften
van de lokale energiebedrijven respecteren.
In ruimten met badkuipen of douche mag het toestel alleen via een FI-
aardlekschakelaar worden aangesloten.
Op de aansluitkabel mogen geen andere verbruikers worden aangeslo-
ten.
Afb. 19
[1] Veiligheidszone 1, direct boven de badkuip
[2] Veiligheidszone 2, omtrek van 60 cm rondom bad/douche
Zekeringen
Het toestel is van een zekering voorzien. Deze bevindt zich onder de af-
dekking voor de aansluitklemmen
( afb. 20, pagina 20).
6.2 Toestellen met aansluitkabel en netstekker aanslui-
ten
Netstekker in een geaarde wandcontactdoos steken (buiten beveili-
gingszone 1 en 2).
-of-
Wanneer het toestel in veiligheidszone 1 of 2 wordt aangesloten of bij
niet voldoende kabellengte de kabel demonteren (
hoofdstuk 6.4.7).
In zone 1 de kabel verticaal naar boven toe leggen.
6.3 Regelsystemen
Het toestel kan met de thermostaten van de serie ModuLine worden ge-
bruikt.
6.4 Accessoires aansluiten
Afdekking van de aansluitklemmen wegnemen
De aansluitingen voor externe accessoires zijn onder een afdekking bij
elkaar opgesteld. De klemmenstroken zijn in kleur en mechanisch geco-
deerd.
De 3 schroeven op de afdekking verwijderen en de afdekking naar
beneden toe wegnemen.
Afb. 20
Spatwaterbescherming
Voor de spuitwaterdichtheid (IP) altijd de trekontlasting overeen-
komstig de diameter van de kabel afsnijden.
Afb. 21
Kabel door de trekontlasting leiden en overeenkomstig aansluiten.
Kabel op trekontlasting borgen.
6.4.1 Aan-/uit-kamerthermostaat (potentiaalvrij) aansluiten
Aan/uit-temperatuurregelaar op de met dit sym-
bool gemarkeerde klemmen aansluiten.
6.4.2 Kamerthermostaat ModuLine aansluiten
Kamerthermostaat op de met dit symbool ge-
markeerde klemmen aansluiten.
GEVAAR: Door elektrocutie!
Voor werkzaamheden aan het elektrische deel de
voedingsspanning (230 V AC) onderbreken (zeke-
ring, vermogensautomaat) en beveiligen tegen onbe-
doeld herinschakelen.
De elektrische aansluiting mag alleen door een erkende
installateur worden uitgevoerd.
Een reservezekering bevindt zich aan de binnenkant van
de afdekking.
225 cm
6 720 612 659-13.3TT
22 11
60 cm
60 cm
6 720 646 606-10.1O
5-7
6 720 612 259-30.1R
13-14
10-12
8-9
EMSEMS