Instruction Manual
nl Het apparaat leren kennen
12
Het bedieningspaneel
Bedieningsvlakken
Wanneer de kookplaat opwarmt, zijn de symbolen van
de bedieningsvlakken verlicht die op dat moment
beschikbaar zijn.
Raakt u een symbool aan, dan wordt de betreffende
functie geactiveerd.
Aanwijzingen
■ De betreffende symbolen van de bedieningsvlakken
lichten op wanneer ze beschikbaar zijn.
De indicaties van de kookzones of van de gekozen
functie lichten helderder op.
■ Zorg ervoor dat het bedieningspaneel altijd schoon
en droog is. Vocht kan een nadelige invloed hebben
op de werking.
■ Zorg ervoor dat er geen pannen in de buurt van
indicaties en sensoren komen. De elektronica kan
dan oververhit raken.
Keuzesensoren
#
Hoofdschakelaar
–
Warmhoud-functie
˜
Powerboost- en ShortBoost-functie
Û
Braadsensor
{
FlexZone
|
Move-functie
œ
Stopwatch-functie
x
Automatische kooktijd
.
Kookwekker en kinderslot
A
Handmatige ventilatieregeling
Indicatie
‹
Gebruikstoestand
‚-Š
Vermogensstanden
•/œ
Restwarmte
˜
Powerboost- en ShortBoost-functie
Intensief ventilatiestand I
˜.
Intensief ventilatiestand II
‘
Sensor-ventilatieregeling
£
Overdracht van instellingen
õ
Powerboost-functie
w
ShortBoost-functie
–
Warmhoud-functie
Û
Braadsensor
u
FlexZone
v
Move-functie
x
Automatische kooktijd
‹‹‹
Tijdfuncties
ö
Tijdsweergave
‚
Kinderslot
z
Bedieningspaneel blokkeren voor reinigingsdoelein-
den
E
WiFi