Instruction Manual

Table Of Contents
Reinigingsfuncties nl
23
1.
De reinigingsfuncties ⁠ met de functiekeuzeknop
instellen.
a Op het display verschijnen het symbool ⁠ en de rei-
nigingsfuncties. De eerste reinigingsfunctie is ge-
markeerd.
2.
Net zo vaak op de knop ⁠ of ⁠ drukken totdat het
symbool ⁠ is gemarkeerd.
a Op het display verschijnt ⁠ ⁠ ⁠ ⁠.
3.
De reinigingsstand met de temperatuurkeuzeknop
instellen.
Reinigings-
graad
Mate van rei-
niging
Tijdsduur in uren
1 Licht Ca. 1:15
2 Gemiddeld Ca. 1:30
3 Hoog Ca. 2:00
Bij sterkere of oudere verontreiniging een hogere
reinigingsstand kiezen.
De tijdsduur kan niet worden gewijzigd.
a Na enkele seconden start de reinigingsfunctie en de
tijdsduur verstrijkt.
a Voor uw veiligheid vergrendelt de apparaatdeur van-
af een bepaalde temperatuur in de binnenruimte.
Op het display verschijnt ⁠.
a Als de reinigingsfunctie is beëindigd, klinkt een sig-
naal en op het display staat de tijdsduur op nul.
4.
Schakel het apparaat uit.
Als het apparaat voldoende is afgekoeld, ontgren-
delt de apparaatdeur en ⁠gaat uit.
5.
Het apparaat gebruiksklaar maken. →Pagina23
Apparaat na de reinigingsfunctie gebruiksklaar
maken
1.
Laat het apparaat afkoelen.
2.
Achtergebleven as in de binnenruimte en bij de ap-
paraatdeur afnemen met een vochtig doekje.
3.
Witte aanslag met citroenzuur verwijderen.
Opmerking:Witte aanslag op de emailvlakken kan
door te grove verontreinigingen ontstaan. Deze le-
vensmiddelresten zijn ongevaarlijk. De aanslag heeft
geen nadelige invloed op de werking van het appa-
raat.
4.
De rekjes inhangen.
→"Rekjes", Pagina25
16.2 Reinigingshulp EasyClean
Gebruik de reinigingshulp EasyClean om de binnen-
ruimte tussendoor schoon te maken. De reinigingshulp
EasyClean weekt verontreinigingen door het verdam-
pen van zeepsop in. Verontreinigingen kunnen vervol-
gens gemakkelijker worden verwijderd.
Reinigingshulp EasyClean instellen
WAARSCHUWING‒Kans op brandwonden!
Door water in de hete binnenruimte kan hete water-
damp ontstaan.
Nooit water in de hete binnenruimte gieten.
Opmerkingen
¡ De verlichting van de binnenruimte is niet aan terwijl
de reinigingshulp loopt.
¡ U kunt het einde niet wijzigen.
¡ De tijdsduur is vooringesteld en kan niet gewijzigd
worden.
Vereisten
¡ U kunt de reinigingshulp alleen starten, wanneer de
binnenruimte koud (kamertemperatuur) is en de ap-
paraatdeur is gesloten.
¡ Tijdens het bedrijf de apparaatdeur niet openen. An-
ders breekt het apparaat de reinigingshulp af.
¡ Om bijzonder hardnekkige verontreinigingen te ver-
wijderen, laat u het zeepsop enige tijd inwerken,
voordat u de reinigingshulp start.
¡ Wrijf om bijzonder hardnekkige verontreinigingen te
verwijderen de verontreinigde plekken op de gladde
vlakken in met afwasmiddel, voordat u de reinigings-
hulp start.
1.
Verwijder de accessoires uit de binnenruimte.
2.
LET OP!
Gebruik van gedestilleerd water in de binnenruimte
leidt tot corrosie.
Geen gedestilleerd water gebruiken.
0,4l water met een druppel afwasmiddel mengen
en in het midden op de bodem van de binnenruimte
gieten.
3.
De reinigingsfuncties ⁠ met de functiekeuzeknop
instellen.
a Op het display verschijnen het symbool ⁠ en de rei-
nigingsfuncties. De eerste reinigingsfunctie is ge-
markeerd.
4.
De knop ⁠ of ⁠ net zo vaak indrukken totdat het
symbool ⁠ is gemarkeerd.
a Op het display verschijnt ⁠ ⁠ ⁠ ⁠.
5.
Aan de temperatuurknop draaien.
a Op het display verschijnt ⁠ ⁠.
a Na enkele seconden start de reinigingshulp. De
tijdsduur loopt af op het display.
a Zodra de reinigingshulp is afgerond, klinkt een sig-
naal.
Opmerking:Wanneer na het inschakelen ⁠ op het dis-
play knippert, is de binnenruimte niet volledig afge-
koeld. Schakel het apparaat uit. Wacht tot de binnen-
ruimte afgekoeld is en schakel de reinigingshulp op-
nieuw in.
Binnenruimte nareinigen
LET OP!
Wanneer er langere tijd vocht aanwezig is in de binnen-
ruimte ontstaat er corrosie.
Na de reinigingshulp de binnenruimte afnemen en
volledig laten drogen.
Water op de bodem van de binnenruimte bij temperatu-
ren boven de 120°C leidt tot schade aan het emaille.
Geen programma starten wanneer zich water op de
bodem van de binnenruimte bevindt.
Voor gebruik het water van de bodem van de bin-
nenruimte opnemen.
1.
Apparaatdeur openen en resterende water met een
absorberende vaatdoek opnemen.
2.
Gladde oppervlakken in de binnenruimte reinigen
met een schoonmaakdoekje of zachte borstel. Hard-
nekkige resten kunt u verwijderen met een schuur-
sponsje van roestvaststaal.