Installation Guide
Table Of Contents
- Inbouwoven
- nl
- Inhoudsopgave
- 1 Veiligheid
- 2 Materiële schade vermijden
- 3 Milieubescherming en besparing
- 4 Uw apparaat leren kennen
- 5 Accessoires
- 6 Voor het eerste gebruik
- 7 De Bediening in essentie
- 8 Stoom
- 9 Tijdfuncties
- 10 Braadthermometer
- 10.1 Geschikte verwarmingsmethoden met braadthermometer
- 10.2 Braadthermometer in het vlees steken
- 10.3 Kerntemperatuur van verschillende levensmiddelen
- 10.4 Temperatuur van de binnenruimte en kerntemperatuur instellen
- 10.5 Temperatuur van de binnenruimte of kerntemperatuur wijzigen
- 10.6 Werking met gebruik van de braadthermometer afbreken
- 11 Bak- en braadassistent
- 12 Stoomprogramma's
- 13 Kinderslot
- 14 Snel voorverwarmen
- 15 Sabbatinstelling
- 16 Basisinstellingen
- 17 Home Connect
- 18 Reiniging en onderhoud
- 19 Reinigingsfuncties
- 20 Rekjes
- 21 Apparaatdeur
- 22 Storingen verhelpen
- 23 Afvoeren
- 24 Servicedienst
- 25 Conformiteitsverklaring
- 26 Zo lukt het
- 26.1 Algemene aanwijzingen voor de bereiding
- 26.2 Aanwijzingen voor het bakken
- 26.3 Aanwijzingen voor de bereiding bij braden, stoven en grillen
- 26.4 Stomen
- 26.5 Bereiding van diepvriesproducten
- 26.6 Bereiding van kant-en-klare voedingsproducten
- 26.7 Selectie van gerechten
- 26.8 Bijzondere bereidingswijzen en andere toepassingen
- 26.9 Testgerechten
- 27 Montagehandleiding
Stoom nl
15
8 Stoom
Met stoom bereidt u gerechten op een bijzonder effici-
ënte manier. U kunt de stoommethoden gebruiken of
bij enkele verwarmingsmethoden de stoomondersteu-
ning inschakelen.
WAARSCHUWING‒Kans op brandwonden!
Bij het openen van de apparaatdeur kan hete stoom
vrijkomen. Stoom is afhankelijk van de temperatuur niet
altijd zichtbaar.
▶ Apparaatdeur voorzichtig openen.
▶ Zorg ervoor dat er geen kinderen in de buurt zijn.
8.1 Watertank vullen
WAARSCHUWING‒Kans op brand!
Door hete oppervlakken in de binnenruimte kunnen
dampen van brandbare vloeistoffen vlam vatten (explo-
sieve verbranding). De apparaatdeur kan opensprin-
gen. Er kunnen hete dampen en steekvlammen naar
buiten treden.
▶ Doe geen ontvlambare vloeistoffen (bijv. alcoholhou-
dende dranken) in de watertank.
▶ Vul de watertank uitsluitend met water of de door
ons aanbevolen ontkalkingsoplossing.
WAARSCHUWING‒Kans op brandwonden!
Tijdens het gebruik van het apparaat kan de watertank
heet worden.
▶ Heeft u het apparaat zojuist gebruikt, wacht dan tot
de watertank is afgekoeld.
▶ Neem de watertank uit de tankschacht.
Vereiste:De waterhardheid is correct ingesteld.
→"Vóór het eerste gebruik", Pagina12
1.
Druk op .
a Het bedieningspaneel wordt automatisch naar voren
geschoven.
2.
Het bedieningspaneel met beide handen naar voren
trekken en vervolgens naar boven schuiven tot het
vergrendelt .
3.
De watertank optillen en uit de tankschacht
nemen .
4.
Het deksel aan de watertank langs de afdichting
aandrukken zodat er geen water meer uit de water-
tank kan lopen.
5.
Het water tot aan de markering "max" in de water-
tank vullen.
6.
De gevulde watertank plaatsen . Er hierbij op let-
ten dat de watertank aan de houders vastklikt.
7.
Het bedieningspaneel langzaam naar onderen
schuiven, dan naar achteren drukken tot het bedie-
ningspaneel volledig is gesloten.
8.2 Watertank bijvullen
Als "Watertank vullen" op het display verschijnt, vult u
de watertank bij.
Opmerkingen
¡ Stomen, deegrijsstand, ontdooistand en regenere-
ren: als u de watertank niet bijvult, onderbreekt het
apparaat de werking. Vul de watertank bij.
¡ Stoomondersteuning: als u de watertank niet bijvult,
werkt het apparaat verder zonder stoomondersteu-
ning.
1.
Het bedieningspaneel openen.
2.
De watertank verwijderen en bijvullen.
3.
De gevulde watertank inzetten en bedieningspaneel
sluiten.
8.3 Stoommethoden
Uw apparaat beschikt over meerdere stoommethoden:
¡ Stomen
¡ Deegrijsstand
¡ Sous-vide
¡ Ontdooistand
¡ Regenereren