Operation Manual
TRACKER 5505/5505i/5605 Installatie- en bedieningshandleiding
23
NAVMAN
Indien geprojecteerde koers wordt
ingeschakeld, dan zal de TRACKER de
geprojecteerde positie weergeven, gebaseerd
op de koers over grond (COG), snelheid en een
gespecificeerde tijd. Om de Geprojecteerde
koers-functie in en uit te schakelen en om de
tijd in te stellen, zie paragraaf 14-2.
A Geprojecteerde positie
B Boots geprojecteerde koers
C Boots positie
3-4 Geprojecteerde koers
A
C
B
Traceren houdt met regelmatige tussenpozen
de positie van de boot bij. Deze intervallen
kunnen zijn:
Tijdsintervallen
Of afstandsintervallen.
Het traject waar de boot langs is gevaren kan
worden weergegeven op de landkaart. De
TRACKER kan een traject weergeven terwijl een
andere wordt opgeslagen.
3-5 Trajecten en traceren
Om met trajecten te werken, zie paragraaf 14-5.
De TRACKER kan vijf trajecten bewaren:
Traject 1 kan maximaal 2000 punten
bewaren en is bedoeld om de normale
voortgang van de boot bij te houden.
3-3 Afstands- en peilingcalculator
De afstands- en peilingcalculator kan een
koers van een of meerdere etappes plotten
en de peiling en lengte van elke etappe laten
zien en ook de totale lengte van de koers. De
afgelegde koers kan worden veranderd in een
route.
Om een afstands- en peilingcalculator te
gebruiken:
1 Druk op totdat het kaartbeeldscherm
wordt weergegeven. Druk op en
selecteer Afstand.
2 Beweeg de cursor naar het begin van de
eerste etappe. Het maakt niet uit of dit
punt een waypoint is of niet. Druk op .
3 Beweeg, om een etappe aan een koers toe
te voegen, de cursor naar het eind van het
etappe. Het maakt niet uit of dit punt een
waypoint is of niet. Het beeldscherm geeft
de peiling en lengte van het etappe en ook
de totale lengte van de koers weer. Druk op
.
Om het laatste etappe van een koers te
verwijderen, druk op en selecteer
Verwijderen.
5 Herhaal de bovenstaande twee stappen om
een complete koers in te voeren.
6 Om de nieuwe koers als route te bewaren,
druk op en selecteer Bewaren.
Hierdoor worden ook nieuwe punten op
de koers bewaard als nieuwe waypoints
met standaardnamen. Indien nodig kan
de route worden aangepast (zie paragraaf
6-2-2) en ook waypoints kunnen later
worden aangepast (zie paragraaf 5-2-3).
7 Druk tot slot op om terug te keren
naar het kaartbeeldscherm.