Operation Manual

TRACKER 5505/5505i/5605 Installatie- en bedieningshandleiding
18
NAVMAN
Verzeker uzelf ervan dat de koers niet over
land of door gevaarlijk water gaat.
Voorbereiding
Een route is een lijst met waypoints die de boot
kan volgen (zie paragraaf 6).
Om waypoints aan te maken voordat een
route wordt gecreëerd, zie paragraaf 5-2-1.
Om een route te creëren, zie paragraaf
6-2-1.
Een route starten vanuit het
landkaartbeeldscherm:
1 Ga naar het landkaartbeeldscherm.
2. Druk op en selecteer Start
Route.
3. Druk op of om de te volgen route te
markeren. Druk op .
4. De TRACKER vraagt in welke richting de
route gevolgd dient te worden.
Selecteer Vooruit (de volgorde waarin de
route gecreëerd werd) of Achteruit.
5. De TRACKER geeft de landkaart weer
met de route gemarkeerd en begint te
navigeren vanaf het begin van de route.
Een route starten vanuit het
routesbeeldscherm:
1 Ga naar het routesbeeldscherm.
2 Druk op of om de te volgen route
te markeren. Druk op en selecteer
Start.
3-1-3 Een route volgen
3 De TRACKER vraagt in welke richting de
route gevolgd dient te worden.
Selecteer Vooruit (de volgorde waarin de
route gecreëerd werd) of Achteruit.
4 De TRACKER geeft een landkaart weer,
waarop de route is gemarkeerd en begint
te navigeren vanaf het begin van de route.
Navigeren
De TRACKER navigeert achtereenvolgens naar
elk waypoint op de route zoals beschreven in
paragraaf 3-1-1.
De TRACKER stopt navigatie naar het waypoint
aan het eind van de huidige etappe en begint
de volgende etappe van de route:
a wanneer de boot binnen een straal van
0,025 nm van het waypoint komt
b of wanneer de boot het waypoint passeert
c of wanneer het waypoint wordt
overgeslagen.
Een waypoint overslaan
Om een waypoint over te slaan, ga naar
kaartbeeldscherm, druk op en
selecteer Overslaan. De TRACKER begint
rechtstreeks naar het volgende waypoint op de
route te navigeren.
Tip: Creëer voordat u begint waypoints bij punten van belang. Creëer een waypoint aan het begin
van de tocht waarnaar terug genavigeerd kan worden (zie paragraaf 5-2-1).
Naar een waypoint gaan vanuit het
waypoint-beeldscherm
1 Ga naar het waypoint-beeldscherm.
2 Druk op of om het waypoint waar u
naar toe wilt te markeren.
3 Druk op en selecteer Ganaar.
Naar een punt op de landkaart gaan
1 Verander naar het landkaartbeeldscherm.
2 Beweeg de cursor naar het punt van
bestemming: gebruik de cursortoetsen of
de zoekfunctie (zie paragraaf 3-2-5).
3 Druk op en selecteer Ganaar
cursor.
Navigeren
De TRACKER navigeert naar het punt zoals
beschreven in paragraaf 3-1-1.
Navigatie annuleren
Ga naar een landkaartbeeldscherm, druk op
en selecteer Ganaar annuleren.
CAUTION
!
!
CAUTION
DANGER
WARNING