Operation Manual
9
TRACKER 5430/5430i Installatie- en Bedieningshandleiding
NAVMAN
2-1 Auto power in- en uitschakelen
Auto-power
Indien de TRACKER auto power-bedrading heeft
(zie paragraaf 15-3), dan schakelt de TRACKER
automatisch in en uit als de stroom aan boord
in- en uitgeschakeld wordt. De TRACKER kan dan
niet handmatig in- of uitgeschakeld worden.
Handmatig inschakelen
Druk indien de TRACKER niet voorzien is van auto
power-bedrading op
om het instrument in te
schakelen.
Opstarten
Nadat de TRACKER is ingeschakeld:
1 Geeft het instrument een aantal
seconden een titelbeeldscherm weer,
dan piept het nogmaals en geeft een
navigatiewaarschuwing.
2 Pas, indien nodig, het beeldscherm zo aan
dat het goed leesbaar is (zie paragraaf 2-3).
Lees de waarschuwing en druk op ENT.
3 Het satellietbeeldscherm wordt weergegeven.
Wacht totdat de GPS-ontvanger is opgestart
en het fix-type is veranderd van ‘Verwerving’
tot ‘GPS-positie’ (zie paragraaf 7).
Of druk op ESC.
4 De TRACKER-kaart wordt weergegeven (zie
paragraaf 3).
Handmatig uitschakelen
Indien de TRACKER niet voorzien is van auto
power-bedrading op om het instrument in te
schakelen.
Nadat de TRACKER is ingeschakeld wordt het
satellietbeeldscherm weergegeven totdat de
GPS-ontvanger een GPS-fix heeft en geeft dan de
landkaart weer. De Landkaart is het beeldscherm dat
normaal gesproken voor navigatie wordt gebruikt.
2-2 De belangrijkste beeldschermen
Brandstof (brandstofcomputer) Paragraaf 4
Waypoints Paragraaf 9
Getijden (getijdenkaart) Paragraaf 8
Satelliet (GPS-data) Paragraaf 7
Snelweg (pad van de boot) Paragraaf 6
Data (numerieke data) Paragraaf 5
Gebruikerskaart Paragraaf 11
Routes Paragraaf 10
Informatie Paragraaf 12
De belangrijkste beeldschermen Zie:
Beeldschermmenu
Kaart
Brandstof
Data
Snelweg
Satelliet
Getijden
Waypoints
Routes
Gebruikerskaart
Melding
Druk op ESC om
terug te keren
naar
landkaart-
beeldscherm
Om een van de andere hoofdbeeldschermen te
gebruiken, druk op DISP voor het beeldscherm-
menu en selecteer het te gebruiken beeldscherm.
Druk op ESC om terug te keren naar het
kaartbeeldscherm.
Druk op DISP voor het
Beeldschermmenu
Om een beeldscherm te
selecteren:
i Druk op of om het
beeldscherm te markeren
ii druk op ENT om naar
het beeldscherm te gaan
Landkaart (navigatie) Paragraaf 3