Operation Manual
8
TRACKER 5430/5430i Installatie- en Bedieningshandleiding
NAVMAN
2 Normaal Gebruik
Toetsenoverzicht
ESC Ga terug naar een eerder menu of beeldscherm. Alle
gemaakte veranderingen worden genegeerd.
DISP Geeft een menu van de voornaamste beeldschermen weer.
Selecteer, om naar een beeldscherm te gaan, deze van het
menu (zie paragraaf 2-2).
, , , Cursortoetsen, om de cursor of de selectiemarkering
te bewegen.
MENU Geeft een menu weer met de opties voor het huidige
beeldscherm. Druk nogmaals op MENU om het
Instellingsmenu weer te geven (zie paragraaf 13).
ENT Begint een actie of accepteert een verandering, of, wanneer
een landkaart wordt weergegeven wordt door twee keer te
drukken een waypoint gecreƫerd (zie paragraaf 9-2-1).
Zoomt in en geeft een kleiner gebied op de kaart in meer
detail weer..
Zoomt uit en geeft een groter gebied op de kaart in minder
detail weer.
Man overboord (MOB, zie paragraaf 2-4).
Schakel TRACKER aan en uit (zie paragraaf 2-1); pas
beeldscherm aan (zie paragraaf 2-3).
Toetsen
In deze handleiding betekent:
Drukken dat voor minder dan een seconde op een toets wordt gedrukt.
Vasthouden dat de toets ingedrukt blijft.De interne pieper piept wanneer een toets wordt
ingedrukt (om de piep in of uit te schakelen, zie paragraaf 13-1).
Om een item in een menu te selecteren
Gebruik de TRACKER door items van menu's die op het beeldscherm worden weergegeven te
selecteren.
1 Druk op of om naar het te markeren item te gaan.
2 Druk op ENT of om het item te selecteren.
Een getal of een woord veranderen.
Om een getal of een woord op het beeldscherm te veranderen:
1 Druk op of om het te veranderen cijfer/nummer te markeren.
Druk op of om een letter of cijfer te veranderen.
2 Herhaal indien nodig de bovenstaande stap om andere cijfers of letters te veranderen.
3 Druk op ENT om de verandering te accepteren.