Operation Manual
43
TRACKER 5430/5430i Installatie- en Bedieningshandleiding
NAVMAN
Appendix C - Woordenlijst en navigatiedata
Aandachtsgebied - Een belangrijk gebied op de
landkaart, zoals een beperkte ankerplaats of een
ondiep gebied (zie paragraaf 13-2).
Dieptelijn - Een dieptecontourlijn op de
landkaart.
Landkaartkaart - Een insteekkaart waarop data
voor een bepaald gebied staat (zie paragraaf 1-2).
C-MAP™ landkaartkaart - Zie landkaartkaart
C-MAP™ gebruikerskaart - Zie gebruikerskaart.
Cursor - Een
-symbool op het beeldscherm (zie
paragraaf 3-1-1).
DGPS - Differential Global Positioning Systeem.
Navigatiegereedschap, gebaseerd op GPS
waarvoor een aantal fouten worden gecorrigeerd
(zie paragraaf 7).
Ganaar - Een eenvoudige manier om simpelweg
rechtstreeks naar een waypoint of naar de
cursorpositie te navigeren (zie paragraaf 3-3).
GPS - Differential Global Positionings Systeem.
Satelliet-gebaseerd navigatiegereedschap (zie
paragraaf 7).
Etappe - de rechte segmenten van een route
tussen waypoints. Een route met vier waypoints
heeft drie etappes.
MOB - Man overboord.
MOB-functie - Start navigatie terug naar de
plaats waar iemand overboord is gevallen (zie
paragraaf 2-4).
NavBus - Een manier om NAVMAN-instrumenten
met elkaar te verbinden zodat ze data kunnen
delen (zie paragraaf 14).
NMEA - National Marine Electronics Association.
NMEA 0183 - Een richtlijn voor het interfacen
van scheepvaartelektronica (zie paragraaf 14).
Route: Twee of meer waypoints die op volgorde
worden gelinkt zodat ze een koers voor de boot
vormen (zie paragraaf 10).
Gebruikerskaart - Een insteekkaart die
waypoints, routes en trajecten bewaart (zie
paragraaf 1-2).
UTC - Universal Time Coordinated of
gecoördineerde universele tijd. Dit is een
standaard wereldtijd, voorheen Greenwich Mean
Time (GMT) genaamd.
Waypoint - Een door de gebruiker gedefinieerde
kaartpositie (zie paragraaf 9).
Woordenlijst