Operation Manual

39
TRACKER 5430/5430i Installatie- en Bedieningshandleiding
NAVMAN
Externe GPS- antenne
(TRACKER 5430)
Brandstoftransducer(s)
(optioneel)
Installatie
Naar brandstoftank
Naar motor
Auto-power-bedrading
Deze optie is mogelijk voor zowel de TRACKER
5430 als de TRACKER 5430i.
Zwarte draad: Verbind deze aan de negatieve
accuklem.
Rode draad: Verbind deze aan de 12 V positieve
accuklem na de hoofdschakelaar. Plaats een 1
Amp-zekering, zoals weergegeven.
Gele draad: Verbind deze aan de
contactschakelaar.
Zekering
Zekering
Wit (NMEA out)
Groen
Externe
pieper of
verlichting
Rood
Geel
Zwart
Hoofdschakelaar
12 V DC
Contactschakelaar
Zekering
Rood
Geel
Zwart
Hoofdschakelaar
12 V DC
Standaard bedrading
De optie is mogelijk op deze TRACKER 5430.
Zwarte draad: Verbind deze aan de negatieve
accuklem.
Rode draad: Verbind deze aan de 12 V positieve
accuklem na de hoofdschakelaar. Plaats een 1
Amp-zekering, zoals weergegeven.
Gele draad: Verbind deze aan de zwarte draad.
Schakel de TRACKER Handmatig in wanneer de
hoofdschakelaar is ingeschakeld.
Stroom-/datakabel (zwarte sluitmoer)
Pin Draad Signaal
1 Zwart Aarde (negatieve stroom NMEA)
Opmerking: De kabel heeft twee
draden met zwarte buitenkant, de
zwarte draad (pin 1) en de afscherming
(bedekt met hittekrimpfolie).
Deze raken elkaar in de kabel en het
maakt daarom niet uit welke zwarte
draad wordt gebruikt.
2 Bruin Stroom uit, 12 V DC
3 Wit NMEA uit, naar automatische
piloot/radar
4 Blauw NavBus - of NMEA2 input
5 Rood Positieve stroom in, 8 tot 16 V DC
6 Oranje NavBus+
7 Geel Auto power in (aansluiten op positieve
stroom om auto power mogelijk te
maken)
8 Groen Externe pieper of licht output, geaard
om het alarm te doen klinken,
maximaal 30 V DC, 200 mA.
Opmerking: Afscherming is aangesloten op pin 1,
zwarte draad