Operation Manual

14
TRACKER 5430/5430i Installatie- en Bedieningshandleiding
NAVMAN
Havenvoorzieningen
i Selecteer het soort voorziening waarnaar
gezocht moet worden.
ii Een lijst met plaatsen met deze
voorziening wordt weergegeven.
Selecteer de weer te geven plaats.
Getijdenstations
Een lijst met getijdenstations wordt
weergegeven. Selecteer het weer te geven
getijdenstation. De landkaart wordt opnieuw
getekend met het getijdenstation in het
midden. Om nu een getijdenkaart weer te
geven (zie paragraaf 8) voor het station:
i Druk op MENU en selecteer
Landkaart info.
ii Selecteer Getijhoogte.
3-1-8 Verander het data- en het
kompasbeeldscherm
Numerieke data en een kompas kunnen
bovenaan het beeldscherm worden
weergegeven. Om deze te veranderen:
1 Druk op MENU en selecteer Datatitel.
2 Om de datatitel uit of in te schakelen:
i Selecteer Data.
ii Selecteer Uit of Aan.
3 Om het formaat van de nummers te
selecteren:
i Selecteer Formaat.
ii Selecteer:
Klein: geeft drie velden per regel en
maximaal vier regels weer.
Medium/Groot: geeft twee velden per
regel en maximaal vier regels weer.
4 Om het databeeldscherm te veranderen:
i Selecteer Data-instelling.
ii Verander een dataveld:
a Druk op de cursortoetsen om een
veld te markeren.
b Druk op ENT om een menu van de
data die in dat veld kunnen worden
weergegeven weer te geven.
c Selecteer de in het veld weer te geven
data selecteer Geen om het veld leeg
te laten.
iii Herhaal bovenstaande stap om andere
datavelden in te stellen. Druk op ESC.
Tip: Indien minder dan vier regels worden
gebruikt, zullen de numerieke data minder
ruimte innemen van het landkaartgebied.
5 Om het kompasscherm uit of in te schakelen:
i Selecteer Kompas.
ii Selecteer Uit of Aan.
6 Druk tot slot op ESC om terug te keren naar
het kaartbeeldscherm.
3-2 Afstands- en peilingcalculator
De afstands- en peilingcalculator kan een koers
van een of meerdere etappes plotten en de
peiling en lengte van elke etappe laten zien alsook
de totale lengte van de koers. De afgelegde koers
kan worden veranderd in een route.
Om een afstands- en peilingcalculator te gebruiken:
1 Druk op ESC totdat het kaartbeeldscherm
wordt weergegeven. Druk op MENU en
selecteer Afstand.
2 Beweeg de cursor naar het begin van de
eerste etappe. Het maakt niet uit of dit punt
een waypoint is of niet. Druk op ENT.
3 Beweeg, om een etappe aan een koers toe
te voegen, de cursor naar het eind van het
etappe. Het maakt niet uit of dit punt een
waypoint is of niet. Het beeldscherm geeft de
peiling en lengte van het etappe en ook de
totale lengte van de koers. Druk op ENT.
4 Om het laatste etappe van een koers te
verwijderen, druk op MENU en selecteer
Verwijderen.
5 Herhaal de bovenstaande twee stappen om
een complete koers in te voeren.
6 Om de nieuwe koers als route te bewaren,
druk op MENU en selecteer Bewaren.
Hierdoor worden ook nieuwe punten op de
koers bewaard als nieuwe waypoints met
standaardnamen. Indien nodig kan de route
worden aangepast (zie paragraaf 10-2-2)
en ook waypoints kunnen later worden
aangepast (zie paragraaf 9-2-3).
7 Druk tot slot op ESC om terug te keren naar
het kaartbeeldscherm.