Operation Manual

G-PILOT 3100 Bedieningshandleiding
NAVMAN
67
2-3 Gebruik van de G-PILOT 3100
2 Standaard bediening
Beeldscherm en toetsen zijn
verlicht (zie sectie 3-1)
Vier toetsen
(zie sectie 2-2)
Het beeldscherm
111 x 111 mm
Accusymbool ikkert
indien batterij bijna
leeg (zie sectie 3-5)
Koersrichting boot
WARE of MAG
Alarmsymbool
ikkert indien alarm
klinkt (zie sectie 3-5)
Info dataweergave
(zie sectie 3-4)
Balk-data
(roer of koersfout, zie
sectie 3-3)
Simulatiesymbool
(zie sectie 3-6)
Bediening
(zie sectie 2-5)
Stuurstand
(zie sectie 2-4)
Hoofdscherm laat
altijd koersrichting
van de boot zien
(zie sectie 3-2).
Schakel het apparaat in en uit via de hulpschakelaar
aan boord. Het apparaat heeft geen eigen aan/
uitschakelaar. Als de stroom uitgeschakeld wordt,
blijven al uw instellingen bewaard.
2-1 In- en uitschakelen
Als het woord SIMULATIE (simulatie) ikkert op het
scherm, dan staat het apparaat op de simulatie-
instelling (zie sectie 3-6).
2-2 De toetsen
Het instrument heeft vier toetsen, AUTO (ESC)
< > en MENU (ENT).
In deze handleiding:
Betekent drukken, dat u voor minder
dan een seconde op een toets drukt;
Betekent houden dat u de toets
ingedrukt houdt totdat het beeldscherm
veranderd.
Betekent druk een toets + een andere
toets dat u deze toetsen tegelijkertijd
indrukt.
Het beeldscherm geeft een hoog piepje na een
geldige toetsaanslag en een lage piep na een
ongeldige toetsaanslag. Voor informatie over
toetsgebruik, zie secties 3-7 en 3-8.
Toetsslot
Indien het toetsslot is ingeschakeld zal de
G-PILOT toetsaanslagen negeren. Om het
toetsslot in of uit te schakelen:
Druk op AUTO + MENU.
Druk op ENT.
2-3-1 Opstarten van de
G-PILOT 3100
1 Schakel de G-PILOT 3100 in (zie sectie
2-1). Indien de G-PILOT 3100 is aangeslo-
ten op een snelheid-,wind- of GPS-instru-
ment dient u deze ook in te schakelen.
2 Indien nodig kunt u het achtergrondlicht
aanpassen zodat het goed leesbaar is
(zie sectie 3-1).
3 Indien nodig, kunt u de gebruikersdata
veranderen (zie sectie 3-7).
2-3-2 Gebruik van de
G-PILOT 3100
1 Stuur de boot handmatig naar open water
alvorens de G-PILOT te gebruiken voor
het sturen van de boot.
2 Indien nodig kunt u de stuurstand
veranderen (zie sectie 2-4).