Operation Manual
49 NAVMAN Diesel brandstof-flow-sensorkit Installatie- en bedieningshandleiding
A -2 Pijp
Dieselbrandstofleidingen zijn vaak massief
koperen pijpen. Koperen pijpen worden
gekenmerkt door hun diameter:
Normaal gesproken spreekt men over de
buiten diameter (OD = outside diameter)
- dit is ook kenmerkend voor pijpen van
koelinstallaties.
Van koperen waterpijp voor huishoudelijk
gebruik wordt normaal gesproken echter
de binnen diameter (ID = inside diameter)
gemeten.
Een ½ inch koelingspijp heeft dus een
andere diameter dan een ½ inch waterpijp
- verzekert u zich ervan welk formaat de
brandstofpijpleidingen van uw boot zijn
voordat u fittingen koopt om de sensoren te
installeren.
Koperen pijp kan verharden door leeftijd en
trillingen. Het kan beter zijn om oude pijp door
nieuwe te vervangen zodat het beter werkbaar
is en de sensoren op eenvoudig bereikbare
posities kunnen worden geplaatst.
A -3 Flensmoeren
Om een sensor aan een massief koperen
brandstofleiding te verbinden worden
vaak flensmoeren gebruikt. Er zijn twee
verschillende flensfittingsystemen:
45 graden flens: 45 graden fittings zijn het
meest gebruikelijk en worden standaard
gebruikt voor koelleidingen.
37½ graden flens: 37½ graden fittingen
zijn meer gebruikelijk voor hydraulische
systemen. JIC fittingen zijn 37½ graden
flens.
Flensmoeren plaatsen
Hierbij een aantal opmerkingen:
Markeer de leiding op het snijpunt en snijd
de leiding door m.b.v. een pijpsnijder.
Gebruik geen ijzerzaag om de leiding door
te zagen. Dit zal nl. kleine metalen deeltjes
in de leiding achterlaten die de sensor en
andere items in de brandstofleiding zullen
beschadigen.
Duw de flensmoer over de leiding alvorens
de leiding om te flenzen. Flens het eind
van de pijp dan om m.b.v. een flenstang.
Inspecteer de binnenkant van de geflensde
leiding - deze dient glad en vrij van krassen
te zijn. Als dit niet zo is, dient u het af te
snijden en nogmaals te proberen.
Waarschuwingen voor flensmoeren
Gebruik alleen fittingen met dezelfde flens in uw
systeem. Mix geen fittingen met verschillende
flenzen. Als u niet weet hoe een flenstang
gebruikt wordt, installeer dan geen brandstof-
flow-sensor tijdens uw eerste poging. Vraag of
iemand u kan laten zien hoe de tang gebruikt
wordt en oefen dan op wat oude stukjes pijp
voordat u begint te werken met de pijpen op uw
boot.
A -4 Flexibele Slangen
Flexibele slangen kunnen een installatie
veel eenvoudiger maken, maar sommige
autoriteiten verlangen dat slechts een stuk
flexibele pijp wordt gebruikt - aan de uiterste
verbinding van het aan de boot verbonden
pijpwerk naar de motor, om buigen en
trillingen toe te staan.
In veel landen zijn boten waarop betalende
passagiers meevaren onderhevig aan
strenge installatievoorwaarden waaraan
moet worden voldaan - vaak dient men
harde brandstofleidingen te hebben tot
aan de laatste sectie. Indien uw boot aan
zulke inspecties dient te voldoen, dient u er
zeker van te zijn dat u flexibele slangen wilt
gebruiken. U kunt tenminste verwachten
dat u flexibele slangen met een metalen
omhulsel moet gebruiken om te voldoen aan
brandveiligheidsvoorwaarden.
Er zijn ook aanbevelingen m.b.t. het
professioneel hydraulisch krimpen van
het uiteinde van de flexibele slang.
Indien dat niet het geval is zijn er
aanbevelingen m.b.t. speciale vormen of
veld geplaatste pijpfittingen. Controleer
het gebruik van flexibele slangen met
Kustwachtaanbevelingen, ABYC-aanbevelingen
of met uw scheepvaartinspecteur voordat
u besluit flexibele slangen op uw boot te
gebruiken.










