Operation Manual

Gebruikershandboek NAVIGON 70 Easy | 70 Plus Live
Nuttige functies - 73 -
2. Leg voor elke bestemming een gegevensrecord (een regel) in de
volgende vorm aan:
Lengtegraad. Begin de invoer met een min-teken, als u een
westelijke lengtegraad wilt invoeren. Het opgeven van de
lengtegraad moet als decimaal getal gebeuren, het decimale
scheidingsteken moet een punt zijn.
Komma (als lijstscheidingsteken)
Breedtegraad. Begin de invoer met een min-teken, als u een
zuidelijke breedtegraad wilt invoeren. Het opgeven van de
breedtegraad moet als decimaal getal gebeuren, het decimale
scheidingsteken moet een punt zijn.
Komma (als lijstscheidingsteken)
Naam van de bestemming. De naam is willekeurig, maar mag
geen komma bevatten. Wanneer het opgeven van een komma
absoluut noodzakelijk is, zet dan een backslash ('\') voor de
komma.
Komma (als lijstscheidingsteken)
PHONENUMBER=
Een telefoonnummer. Kan ook leeg blijven.
Tilde ('~')
Extra informatie. Kan ook leeg blijven.
Enter (om een nieuwe gegevensrecord te beginnen)
Het adres hoeft niet in de gegevensrecord te staan. Dit wordt
automatisch weergegeven, wanneer u deze bestemming voor
navigatie selecteert. Wanneer u extra informatie opgeeft, verschijnt
deze onder het adres.
Voorbeeld:
9.94302,49.79906,NAVIGON AG,PHONENUMBER=+49 931~Best
Navigation Devices
3. Herhaal stap 2 voor elke bestemming die u in dit bestand wilt
opslaan.
4. Klik op Bestand > Opslaan.
5. Kies de map waarin u het bestand wilt opslaan.
6. Kies in het veld Bestandstype de optie Alle bestanden.
7. Voer in het veld Bestandsnaam een willekeurige naam in, gevolgd
door '.csv', bijv. 'XYZ.csv'. Let erop dat de bestandsnaam in het
navigatiesysteem als subcategorie verschijnt! Wanneer u dus een
bestand onder de naam 'XYZ.csv' opslaat, dan verschijnen de
bestemmingen van dit bestand in de subcategorie XYZ.
8. Kies in het veld Codering de optie UTF-8.
9. Druk op Opslaan.