Operation Manual
Gebruikershandboek NAVIGON 40 Essential | Easy | Plus | Premium | Premium Live
Het navigatieapparaat inschakelen - 19 -
2.7 Navigatie met GPS
GPS is gebaseerd op in totaal minimaal 24 satellieten, die rond de
aarde draaien en daarbij voortdurend hun positie en hun tijd uitzenden.
De GPS-ontvanger ontvangt deze gegevens en berekent uit de
verschillende positie- en tijdinformatie van de verschillende satellieten
zijn eigen geografische positie.
Voor een positiebepaling die exact genoeg is, zijn de gegevens nodig
van ten minste drie satellieten. Met de gegevens van vier of meer
satellieten kan ook de hoogte boven de zeespiegel worden bepaald. De
positiebepaling gebeurt daarbij tot op drie meter nauwkeurig.
Wanneer het navigatiesysteem uw positie heeft bepaald, kan deze
positie als uitgangspunt dienst doen voor een routeberekening.
Het kaartmateriaal van uw navigatieapparaat bevat de geografische
coördinaten van alle digitaal geregistreerde bijzondere bestemmingen
(POI's), straten en plaatsen. Het navigatieapparaat kan zodoende een
weg berekenen vanaf een beginpunt naar een bestemming.
De berekening van de actuele positie en de weergave ervan op de
kaart geschieden ca. één keer per seconde. Zo kunt u op de kaart zien
waar u zich beweegt.
3 Het navigatieapparaat inschakelen
► Druk zolang op de toets (Aan/Uit) tot het apparaat wordt
ingeschakeld.
Het venster N
AVIGATIE wordt geopend.
Opmerking: Dat u het apparaat opnieuw gestart heeft, herkent u aan
het even wit opflitsende scherm.
Als u het navigatiesysteem voor de eerste keer inschakelt, wordt u
gevraagd de volgende instellingen vast te leggen:
► de taal waarin u de software wilt gebruiken
► de lengte-eenheid voor afstandsgegevens
► het formaat van tijdinformatie
► het formaat van datuminformatie
Opmerking: Als u de navigatietoepassing voor de eerste keer start,
wordt het instellingsvenster D
EMOMODUS geopend.
De demomodus is alleen bedoeld voor demonstratie van het
product, als geen GPS-ontvangst mogelijk is.