Operation Manual

17
De telefoon gebruiken
3. Om tussen handsfree en de hoorn te wisselen druk op t.
BELANGRIJK
Wanneer de telefoon belt zorg er dan voor dat u de hoorn niet te dicht tegen uw
oor aan houdt, dit kan uw gehoor beschadigen.
OPMERKING
Als de automatische beantwoordingmodus (zie pagina 34) is ingeschakeld,
kunt u de handset uit het basisstation opnemen om het gesprek aan te nemen.
Standaard staat deze functie op uit. Zie “Standaard instellingen” op pagina 40.
Inkomende gesprekken hebben voorrang boven andere functies. Als er wordt
gebeld, worden andere handelingen, zoals het instellen van de handset, navigeren
door het menu, enz., onderbroken.
3.7 Volume bijstellen
1. Druk tijdens een gesprek op
u
of
d
om het volume van de hoornluidspreker
of de handsfree speaker bij te stellen. Het niveau wordt op het scherm van de
handset getoond.
3.8 Dempen
U kunt de microfoon dempen om met iemand in de kamer te spreken zonder dat
de beller u kan horen.
1. Tijdens een gesprek kunt u de microfoon dempen. Druk op b. De microfoon
is gedempt en
Geluid Uit
wordt weergegeven.
2. Druk nogmaals op b om de microfoon weer in te schakelen.
3.9 Gesprek beëindigen
Druk op e of plaats de handset terug op het basisstation om het gesprek
te beëindigen
Nadat u ophangt verschijnt de tijdsduur van het gesprek gedurende 2 seconden
in het display.
OPMERKING
Indien auto-beëindigen is uitgeschakeld – zie pagina 34 – dient u e in te
drukken om het gesprek te beëindigen. Standaard staat deze functie op
UIT
.
3.10 De handset aan/uit-schakelen
1. De toets e ingedrukt houden om de handset uit te schakelen.
2. Druk op e om de handset in te schakelen.
3.11 Intercom
Deze functie is alleen beschikbaar als tenminste 2 handsets zijn geregistreerd.
Deze functie stelt u in staat intern te bellen, externe gesprekken door te schakelen
naar een andere handset en de conferentiefunctie te gebruiken.