Operation Manual

Veiligheidshandboek Outlander PHEV
26
8. Vervoer van het beschadigde voertuig
Het beschadigde voertuig mag worden gereden als er geen gevaarlijke zichtbare
schade waarneembaar is. Het voertuig mag niet worden gereden als:
 Hoge spanning (300V) bedrading en/of componenten zijn beschadigd.
 Elektrische motor (elektrische motoreenheid), transmissie, remmen, ophanging,
en/of banden beschadigd zijn.
 Olie en/of koelwater lekken.
 "READY" lampje (wat betekent klaar om te rijden) niet gaat branden in het
instrumentenpaneel na het aanzetten van het contact schakelaar, met de
schakelhendel in de P positie en de voetrem ingetrapt.
Als het "READY" lampje uitgaat en/of EV gerelateerde controlelampjes in het
instrumentenpaneel gaan branden of als u een abnormaal geluid, geur en/of sterke
trillingen van het voertuig worden waargenomen tijdens het rijden, moet de volgende
procedure worden uitgevoerd:
1. Stop het voertuig zo spoedig mogelijk op een veilige plaats.
2. Trek de handrem aan en bedien de “park” schakelaar.
3. Schakel de elektrische motor in de stand "OFF".
4. Ontkoppel na minimaal 1 minuut de 12V batterij minpool.
5. Verwijder 5 minuten na het loskoppelen van de 12V accu de serviceplug, draag
hierbij persoonlijke beschermingsmiddelen.
WAARSCHUWING: Draag altijd geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen wanneer u
de serviceplug verwijdert!
“ready”
indicator